Het ontwerpen van een automatische testopstelling voor het splicen van garens

Ward Snoeck Lorenz Couckuyt Stein Naert Hanne Deprez Gilles Etienne Judith Samyn Pieter Snauwaert
Persbericht

Het ontwerpen van een automatische testopstelling voor het splicen van garens

 Studenten brengen innovatie naar de textielindustrie

Een team van zeven West-Vlaamse ingenieursstudenten heeft in opdracht van textielgigant NV Michel Van de Wiele (Marke) een machine ontworpen die het mogelijk zal maken om op industriële schaal garens aan elkaar te bevestigen zonder ze te knopen. Op deze manier wordt het zeer arbeidsintensieve  aan elkaar knopen van garenbobijnen gereduceerd tot een geautomatiseerde handeling. Voor de textielindustrie, waarmee onze streek eeuwenlang grote faam verwierf, betekent dit dat de automatisering van zelfs de grootste bobijnenrekken nu een hele stap dichter komt. Met dit project hebben de studenten hun steen bijgedragen in de innovatie en concurrentiële positie van een lokale industrie waar het vernieuwen, uitwijken of verzuipen is.

Splicen: Een knoop leggen zonder een knoop te leggen

Het principe van garens aan elkaar te bevestigen zonder knoop heet  "splicen". Bij het splicen van garens maakt men gebruik van hoge druk perslucht die men over de uiteinden van twee, of meer, garenuiteinden laat vloeien. De flinterdunne vezels in de garens vernestelen en de garens hangen aan elkaar zonder dat iemand daar ooit een knoop in moest leggen.  Met de gemaakte splices was tot nu toe echter een groot probleem. Men wist niet hoe sterk ze nu eigenlijk wel waren. Zijn ze sterker of zwakker dan een gewone knoop? Hoe kunnen we sterkere splices maken? Zonder een antwoord op die vragen was het onmogelijk om splicen tot een massaal industrieel proces te verheffen en de bobijnenrekken automatisch te laten werken. Men moet immers weten wat zo’n splices aankunnen vooralleer men ze massaal gaat gebruiken in een industrieel proces.

Om aan de voorgaande vragen antwoord te kunnen bieden schakelde NV Michel van de Wiele zeven werktuigkundige ingenieursstudenten van de Katholieke Universiteit Leuven Campus Kortrijk (KULAK) in. Zij ontwierpen een machine waarmee het mogelijk wordt om splices te leggen en de sterkte van deze splices te bepalen. Ook is het mogelijk om de optimale omstandigheden te bepalen om een splice te maken die goed is voor industrieel gebruik. En dit geldt voor alle types garens.

Op dit moment zijn er per bobijnenrek in werking enkele mensen nodig om bobijnen aan elkaar te knopen en te vervangen. Met een automatisch bobijnenrek sparen textielfabrikanten een hoop geld onder de vorm van loonkost uit. Op deze manier komen onze textielfabrieken opnieuw in een haalbare concurrentiestrijd met de opkomende textielindustrie van het verre oosten. De techniek van het splicen belooft dus in de toekomst een grote rol te spelen in de textielnijverheid.

Tevreden? Kom terug!

De begeleidende ingenieurs bij NV Michel Van de Wiele zijn uiterst tevreden over het project en aan elk van de zeven teamleden werd een extra zomerstage aangeboden. Enkelen gingen hier meer dan graag op in en werden zo verder betrokken bij het volledige automatisatieproces van de bobijnenrekken. De machine die ze tijdens het academiejaar ontwierpen werd nog aan een grondige update onderworpen en is nu volledig klaar voor actie. Bij het bedrijf hopen ze op korte termijn heel wat informatie te vergaren over de nieuwe splicetechniek.

Met dit project haalden de studenten een tijdje geleden de universiteitskrant en de lokale televisie. Het project is ook de voorhoede van een hele reeks opvolgende projecten. Bij heel wat West-Vlaamse bedrijven, groot en klein, is nu massale interesse om projecten te laten uitproberen door studenten van de KULAK. Ook NV Michel Van de Wiele heeft al laten weten graag nieuwe projecten uit te schrijven aan de KULAK ingenieurs!

Kortom, met een project als dit bewijzen de zeven studenten dat al vanaf een vroeg stadium in de opleiding tot burgerlijk ingenieur nauwe samenwerking met de industrie zeker vruchten afwerpt. Als bachelorstudent hebben zij ingestaan voor de mogelijkheid tot automatisatie van een arbeidsintensief proces wat op zijn beurt zal leiden tot grote innovaties in de textielindustrie.

Bibliografie

De enige geraadpleegde bronnen zijn de catalogi van de fabrikanten van onderdelen, en een leerboek over machinebouw.

  • DeviceNet.pdf van Beckhoff
  • DNCI-DGCI-DSMI EN van FESTO
  • DGC EN van FESTO
  • SMX8 EN van FESTO
  • DLS 09 UK van HEPCO
  • GV3-Lineairgeleidingssysteem van HEPCO
  • MCS-Alu Profielen van HEPCO
  • HGP.pdf van FESTO
  • HGRC.pdf FESTO
  • DRIVE-GRIPPER-CONNECTORS EN.pdf FESTO
  • MUHS D., WITTEL H. et al, ROLOFF/MATEK Machineonderdelen, Academic Service, december 2009
Universiteit of Hogeschool
Bachelor Ingenieurswetenschappen Werktuigkunde Elektrotechniek
Publicatiejaar
2011
Share this on: