De rechtsiconologie van de Gentse schepenen, in het bijzonder Theodoor Rombouts' "Allegorie van het Schepengerecht van Gedele in Gent"

Matthias
Desmet

Juridische image building uit vervlogen tijden

Als we het hebben over recht, flitsen dan spontaan allerlei gortdroge rechtsartikels door je hoofd of zie je voor je de rechter in toga, het eeuwig in de steigers staande Justitiepaleis of de gesticulerende advocaat? Een krachtig beeld blijkt vaak bepalender dan (enkel door insiders begrepen) woorden. Ook toen er van massamedia zoals we die nu kennen nog geen sprake was, deed het rechtswereldje al aan image building. Hoe dit in één specifiek geval in zijn werk kon gaan, werd onderzocht aan de hand van een aantal werken die in het ancien régime voor het Gentse Schepengerecht van Gedele werden gemaakt. Dit onderzoek werpt een blik op predigitale imagoverbetering, op het interdisciplinair snijpunt tussen kunst en recht. Vaak zeggen beeldende bronnen evenveel als (wet)teksten over hoe het recht in werking was of hoe men wou dat het was.

In 1621 was de eigen vleugel voor de schepenen van Gedele in het nieuwe Gentse stadhuis voltooid en de schepenen besloten, ter verfraaiing van de nog kale muren bij de beroemde Antwerpse schilder Theodoor Rombouts een schilderij te bestellen ter verfraaiing van de nog kale muren. Nadat Keizer Karel hun macht met onder meer de Concessio Carolina aan banden had gelegd en hun belangrijkste bevoegdheid, het optreden als paisieders in de zoendingsprocedure, aan belang had ingeboet, was hun macht tanende. Ze bestelden dan ook een groots werk dat hun status moest opkrikken. Het schilderij bulkt dan ook van de verwijzingen naar de roem van de stad Gent alsook naar de roemruchte oudheid, de bloeiperiode van het klassieke recht.

Opvallend is de uiteenlopende aard van de bronnen waaruit de symbolen, waarvan vele in de bestaande literatuur onverklaard bleven, ter legitimering van de schepenen werden gehaald. Zo zien we op de achtergrond een standbeeld dat met zijn rug naar de toeschouwer gekeerd staat en ontleend blijkt uit een passage van de Naturalis Historiae van Plinius de Oudere. Sporen van de deugdenleer van Aristoteles en Plato zijn terug te vinden in de opbouw van het werk. De groep exotisch uitgedoste personages reflecteert het idee van een universeel natuurrecht. De christelijke leer van de kardinale deugden vindt haar neerslag in de vorm van vier vrouwelijke personificaties. De figuur die de deugd van de matigheid voorstelt, is haast letterlijk ontleend aan een gravure van Hendrick Goltzius. De riviergod die links onderaan de Schelde voorstelt, gaat terug op beelden die in Rome werden opgegraven. Bovenaan het schilderij troont de Maagd van Gent uit de middeleeuwse sproke van Boudewijn van der Lore.

Bovendien zien we, als we naar de wetteksten en de bevoegdheden kijken, heel wat interessante parallellen. Aan de hand van de kledingvoorschriften uit de “costume van Gent” kunnen we bijvoorbeeld de klederdracht van de schepenen als hun officiële uniform identificeren. Hun zwijgplicht wordt weergegeven door de schepen die een zwijggebaar maakt en hun bevoegdheden inzake verzoeningsprocedures door een schepen met een palmtak, teken van vrede.

Voordien werd dit werk gezien als een buitenbeentje in het oeuvre van Rombouts, die vooral als schilder van religieuze en genre-taferelen bekend werd, maar dit onderzoek legt de link met zijn bijdrage voor de Blijde Intrede van de Kardinaal-Infant Ferdinand in Gent in 1635. Ter ere hiervan werd de stad uitbundig versierd, waarbij triomfbogen behangen met schilderijen de grootste blikvangers waren. De schilderijen die Rombouts hiertoe maakte, zijn ons nog enkel via gravures bekend. Deze tonen duidelijk dat de schilder het legitimerende, plechtstatige register dat hij zich eigen had gemaakt, hier in een andere context weet aan te wenden. Gelijkaardige riviergoden en personificaties van deugden duiken in de gravures op.

Schilders die na Rombouts een werk moesten afleveren, plaatsten zich nadrukkelijk in zijn voetsporen. Gillis Le Plat maakte bijvoorbeeld, het in de literatuur haast niet besproken “De Rechtvaardige Rechtspraak van de Schepenen van Gedele”. Hier zien we eveneens de Gentse schepenen rond een centrale vrouwenfiguur, in casu Dame Justitia, zitten. Drie jaar later maakte ene Jan Van Cleef voor het Schepengerecht van Gedele “De Allegorie op de Gentse rechtspraak”. Hij liet zich voor zijn voorstelling van de deugden door Rombouts inspireren.

Maar net zoals de generaties die na hem kwamen zich bewust waren van het werk dat hij voor Gedele had gemaakt, wist ook Rombouts dat hij zich in een oude traditie plaatste. Voordat de schepenen van Gedele hun nieuwe renaissancevleugel betrokken, huisden ze namelijk in een nu afgebroken middeleeuws stadhuis. Daar zou een gerechtigheidscyclus gehangen hebben, waarvan we ons enkel nog aan de hand van replica’s en pastiches een beeld kunnen vormen. De cyclus zou bestaan hebben uit volgende taferelen: “De wraak van Tomyris”, “Jaël en Sisera”, “Judith en Holofernes” en een Maagd omringd door schepenen. Uit de taferelen spreekt een grote strijdvaardigheid: met de glimlach wordt de tegenstander op gruwelijke wijze een kopje kleiner gemaakt. Dit past bij een periode waarin de stad Gent zich als onafhankelijk ten opzichte van de vorst tracht te profileren. Deze toon wordt in de 17de eeuw, als de vorst de facto de touwtjes in handen heeft, duidelijk afgezwakt. Constanten zijn de vrouwelijke iconografie en de hang naar exotisme. Uit deze werken, en vooral uit Rombouts’ allegorie, spreekt een beeld van Gent als gastvrije handelsmetropool, die voor vreemde culturen openstaat. Daarenboven lijkt Rombouts een paar elementen/citaten uit deze verloren cyclus over te nemen. Zo wordt op nadrukkelijke wijze naar een beeldtaal uit de glorieperiode van het schepengerecht teruggegrepen.

We krijgen dus een zicht op hoe een beeldtraditie zich rond één bepaald rechtsorgaan ontwikkelt, door de eeuwen heen. Hierbij valt op hoe aloude, traditionele symbolen (de blinddoek, het zwaard,…) in een specifieke context kunnen worden ingezet, zodat ze een concrete betekenis krijgen. Een complexe en ons vandaag de dag deels onbekende beeldtaal openbaart zich aan ons, maar tegelijk krijgen we te zien hoe macht en gezag enkel kunnen bestaan bij de gratie van de onderhorigen. Hun goodwill winnen gebeurde op een manier die deels anders is dan, maar tegelijk parallellen vertoont met, het nu. Zo houdt de geschiedenis ons nog maar eens een spiegel voor.

 

 

Bibliografie

Bibliografie

Van de bronnen die in de voetnoten bij de tekst werden afgekort, is de afkorting onder de voluit geschreven bron weergegeven.

Ainsworth, M. W. (ed.), Man, Myth and Sensual Pleasures. Jan Gossaert’s Renaissance. The complete works, New Haven/ Londen, Yale University press, 2010, 484 p.

Alighieri, D. en van Dooren, F. (vertaling), De goddelijke komedie, Amsterdam, Ambo, 1998, 599 p.

D. Alighieri en F. van Dooren (vertaling), De goddelijke komedie

Augustyn, B. en Prevenier W., De gewestelijke en lokale overheidsinstellingen in Vlaanderen tot 1795, Brussel, Algemeen Rijksarchief, 1997, 634 p.

Decavele J., Bestuursinstellingen van de stad Gent (eind 11e eeuw – 1795), in Augustyn, B. en Prevenier W., De gewestelijke en lokale overheidsinstellingen in Vlaanderen tot 1795, Brussel, Algemeen Rijksarchief, 1997, 277-320. J. Decavele, Bestuursinstellingen

Aristoteles, C. Hupperts en B. Poortman, Ethica Nicomachea, Budel, Uitgeverij Damon, 2005, 461 p.

Baillieul, B. en Duhameeuw, A., Een stad in opbouw, Tielt, Lannoo, 1989, 335 p.

Baldass, L., Jan Van Eyck, Leicester, Phaidon Press, 1952, 297 p.

L. Baldass, Jan Van Eyck

Balis, A., Hozee, R., Martens, M. P. J. en van Haute, P. (eds.), 200 jaar verzamelen- collectieboek museum voor schone kunsten Gent, Gent- Amsterdam, Ludion, 2000, 275 p.

-          H. Vlieghe, “Van idee tot uitvoering- olieverfschetsen van Rubens- Jordaens en De Crayer” in A. Balis, R. Hozee, M. P. J. Martens en P. van Haute (eds.), 200 jaar verzamelen- collectieboek museum voor schone kunsten Gent, Gent- Amsterdam, Ludion, 2000, 75-81.

Barnes,  S. J., De Poorter, N., Millar, O. en Vey, H., Van Dyck. A Complete catalogue of the paintings, New Haven en Londen, Yale University Press, 2003, 344-345

S. J. Barnes e.a., Van Dyck

Berger, R. W., "Rubens's 'Queen Tomyris with the Head of Cyrus,’", MFA Bulletin, 1979, nr.77, 1-45

Bertelli, C., Piero Della Francesca, New Haven-Londen, Yale University Press, 1992, 240 p.

C. Bertelli, Piero

Bolzani, P. V., Hieroglyphica, in The Renaissance and the Gods, Londen/ New York, Garland Publishing, 1976, Liber I, 632 p.

          P. V. Bolzani, Hieroglyphica

Bolzani, P. V., Les hieroglyphiques, in The Renaissance and the Gods, Londen/ New York, Garland Publishing, 1976, livre I  en livre XVI, 883 p.

      P. V. Bolzani, Les hieroglyphiques

Borhert, T.-H., De eeuw van Van Eyck 1430-1530. De Vlaamse Primitieven en het Zuiden, Gent-Amsterdam, Ludion, 2002, 280 p.

Luaces, J. Y.,“Het koninkrijk Aragón en Vlaanderen, in Borhert, T.-H., De eeuw van Van Eyck 1430-1530. De Vlaamse Primitieven en het Zuiden, Gent-Amsterdam, Ludion, 2002, 128-141.

Buck, Die niederländische Zeichningen des 15. Jahrhunderts im Berliner Kupferstichkabinett. Kritischer Katalog in Die Zeichningen alter Meister im Berliner Kupferstichkabinett, Turnhout, Brepols Publishers nv, dl. 4, 2001, 444 p.

Bücken, V. en Steyaert, G. (eds.), De erfenis van Rogier van der Weyden, Tielt, Lannoo, 2013, 384p.

-          Steyaert, G., “Drieluik met de mirakels van Christus”, in V. Bücken en G. Steyaert (eds.), De erfenis van Rogier van der Weyden, Tielt, Lannoo, 2013, 196-204.

Burchard, L., Subjects from history, in L. Burchard, Corpus Rubenianum, Londen, Harvey Miller Publishers, 1997, part XIII, vol. 1, 397 p.

L. Burchard, Subjects

Blommaert, P., Oudvlaemsche Gedichten II, Gent, Drukkery van L. Hebbelynck, 1841, 121 p.

Bodart, D., ”Etudes sur Caravage et le caravagisme parues depuis 1965”, Revue des archéologues et historiens d’art à Louvain, 1970, III, 175-183.

Bodart, D., Les peintres des Pays-Bas méridionaux et de la principauté de Liège à Rome au XVIIième siècle, 1970, Brussel, Institut Belge de Rome, tome I, 655 p.

                               D. Bodart, Les peintres des Pays-Bas méridionaux, I

Bodart, D., Les peintres des Pays-Bas méridionaux et de la principauté de Liège à Rome au XVIIième siècle, 1970, Brussel, Institut Belge de Rome, tome II, 610 p.

Braet, C., Theodoor Rombouts (1597-1637): een monografie, Gent, RUG ,1987, 314 p.

                               C. Braet, Theodoor Rombouts

Cairns ,J. W. en Du Plessis, P. J. (eds.), The creation of the jus commune. From casus to regula, Edinburgh studies in law, 2010, 304 p.

Campbell, L. en Van der Stock, J. (eds.), Rogier van der Weyden 1400-1464. De Passie van de Meester, Leuven en Zwolle, Davidsfonds en Waanders Uitgevers, 2009, 591 p.

-          Campbell, L., “Het atelier van Rogier van der Weyden”, in Campbell, L. en Van der Stock, J. (eds.), Rogier van der Weyden 1400-1464. De Passie van de Meester, Leuven en Zwolle, Davidsfonds en Waanders Uitgevers, 2009, 104-129.

Cardon, B., Manuscripts of the Speculum Humanae Salvationis in the Southern Netherlands (c. 1410 – c.1470). A contribution to the Study of the 15th Century Book Illumination and of the Function and meaning of Historical Symbolism, in M. Smeyers (ed.), Corpus van verluchte handschriften/ of illuminated manuscripts, Leuven, Uitgeverij Peeters, 1996, vol. 9, low countries series 6, 450 p.

B. Cardon, Manuscripts

Charbonneaux, J., La sculpture Grecque et Romaine au musée du Louvre, Parijs, Editions des Musées Nationaux, 289 p.

Châtelet, A., Hubert et Jan Van Eyck. Créateurs de l’Agneau mystique, Dijon, Editions Faton, 2011, 319 p.

A. Châtelet, Hubert et Jan Van Eyck

Clark, K., Piero Della Francesca, Londen, Phaidon press limited, 1951, 212 p.

Claeys, P., “Le Jugement dernier: tableau de Raphael van Coxcie. Contrat entre le peintre et les échevins de la Keure”, Messager des Sciences historiques, Gent, 1892, 105-108.

Danneel, M., Weduwen en wezen in het laat-middeleeuwse Gent, Leuven/Apeldoorn, Garant, 1995, 438 p.

M. Danneel, Weduwen en wezen

Debidour, V. H., Le bestiaire sculpté du Moyen Age en France, Parijs, Arthaud, 1961, 413 p.

Decavele, J. (ed.), Keizer tussen stropdragers- Karel V 1500-1558, Leuven, Davidsfonds, 1990,

J. Decavele (ed.), Keizer tussen stropdragers

Denhaene, G. (ed.), Lamberd Lombard. Renaissanceschilder. Luik 1505/06-1566. Interdisciplinaire essays en tentoonstellingscatalogus, Brussel, Koninklijk Instituur voor het Kunstpatrimonium, 2006, 546 p.

-          M. Hennau, Herkenrode bij het aanbreken van de renaissance: cisterciënzerinnen tussen hervormingsproces en prestigepolitiek, in G. Denhaene (ed.), Lamberd Lombard. Renaissanceschilder. Luik 1505/06-1566. Interdisciplinaire essays en tentoonstellingscatalogus, Brussel, Koninklijk Instituur voor het Kunstpatrimonium, 2006, 163-173.

-          Oger, C., Historiek en iconografie van de deugdzame vrouwen, in G. Denhaene (ed.), Lamberd Lombard. Renaissanceschilder. Luik 1505/06-1566. Interdisciplinaire essays en tentoonstellingscatalogus, Brussel, Koninklijk Instituur voor het Kunstpatrimonium, 2006, 175-181.

-          P.-Y. Kairis, „De Luikse schilders in de voetsporen van Lambert Lombard“, in G. Denhaene (ed.), Lambert Lombard. Renaissanceschilder. Luik 1505/06-1566. Interdisciplinaire essays en tentoonstellingscatalogus, Brussel, Koninklijk Instituur voor het Kunstpatrimonium, 2006,316-317 en 319.

-          Denhaene, G., Lambert Lombard en atelier. Judith bergt het hoofd van Holofernes in een zak, in Denhaene, G. (ed.), Lamberd Lombard. Renaissanceschilder. Luik 1505/06-1566. Interdisciplinaire essays en tentoonstellingscatalogus, Brussel, Koninklijk Instituur voor het Kunstpatrimonium, 2006, 525-526.

-          Oger, C., Lambert Lombard en atelier. Jaël en Sisera, in G. Denhaene (ed.), Lamberd Lombard. Renaissanceschilder. Luik 1505/06-1566. Interdisciplinaire essays en tentoonstellingscatalogus, Brussel, Koninklijk Instituur voor het Kunstpatrimonium, 2006, 532-533.

Deonna, W., “Salve me de are leonis”, Revue Belge de Philologie et d’Histoire, XXVIII, 1950, 479-511.

Depauw, C. en Luijten, G. (eds.), Antoon Van Dyck en de prentkunst, Antwerpen, Antwerpen Open, 1999, 400 p.

-          Luijten, G., “De iconografie: Van Dycks portretten in prent”, in C. Depauw en G. Luijten (eds.), Antoon Van Dyck en de prentkunst, Antwerpen, Antwerpen Open, 1999, 73-91.

De Ridder, J., Gerechtigheidstaferelen voor schepenhuizen in de Zuidelijke Nederlanden in de 14de, 15de en 16de eeuw, in Verhandelingen van de Koninklijke Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België. Klasse der Schone Kunsten, Paleis der Academieë, Brussel, XLV, 1989, 207 p.

                               J. De Ridder , Gerechtigheidstaferelen

Descamps, M., Voyage Pittoresque de la Flandre et du Brabant, Antwerpen, J. Grangé, 1792, 304 p.

De Schryver, A. en Van De Velde, C., Catalogus van de schilderijen, Gent, Stad Gent oudheidkundig museum abdij van de Bijloke, 1972, 309 p.

A. De Schryver en C. Van De Velde, Catalogus

De Smedt, R. (ed.), Michiel Coxcie. Pictor regis, in Handelingen van de Koninklijke Kring voor Oudheidkunde, Letteren en Kunst van Mechelen, Mechelen, zesennegentigste boekdeel, 2de aflevering, 1993, 288p.

-          Duverger, E., “De Brusselse stadspatroonschilder voor de tapijtkunst. Michiel van Cocxyen (ca. 1497-1592). Een inleidende studie”, in R. De Smedt (ed.), Michiel Coxcie. Pictor regis, in Handelingen van de Koninklijke Kring voor Oudheidkunde, Letteren en Kunst van Mechelen, Mechelen, zesennegentigste boekdeel, 2de aflevering, 1993, 161-189.

De win, P. (ed.), Rechtsarcheologie en rechtsiconografie. Een kennismaking. Handelingen door het Colloquium, gehouden te Brussel op 27 april 1990, in Juris scripta historica, Brussel, Wetenschappelijk comité voor rechtsgeschiedenis Koninklijke Academie voor wetenschappen, letteren en schone kunsten van België, 1992, V, 137 p.

-          De Win, P., “Rechtsarcheologie en rechtsiconografie in België. Ter illustratie: De rechtsarcheologische en rechtsiconografische rijkdom van de stad Brugge” in De win, P. (ed.), Rechtsarcheologie en rechtsiconografie. Een kennismaking. Handelingen door het Colloquium, gehouden te Brussel op 27 april 1990, in Juris scripta historica, Brussel, Wetenschappelijk comité voor rechtsgeschiedenis Koninklijke Academie voor wetenschappen, letteren en schone kunsten van België, 1992, V, 101-131.

Dhanens, E., “Tussen de Van Eycks en Hugo Van Der Goes”, Mededelingen van de koninklijke academie voor wetenchappen, letteren en schone kunsten van België. Klasse der schone kunsten, 1984, jaargang 45, nr.1, 31-52.

E. Dhanens, Tussen

Dhondt, J., Gent, Antwerpen, De Sikkel, 1947, 387 p.

d’Hulst, R. A. en Vey, H., Antoon Van Dyck – tekeningen en oliverfschetsen, Deurne/Antwerpen, C. Govaerts, 1960, 170 p.

R. A. d’Hulst en H. Vey, Antoon Van Dyck

Dickstein-Bernard, C., De verzamelingen van het ocmw Brussel, Gent, Ludion, 1994, 127 p.

C. Dickstein-Bernard, De verzamelingen

Dijkstra, J., “Bespreking van Kemperdick”, Oud Holland, CXII, 1998, 181-183.

J. Dijkstra, Bespreking

Dingeldein, K. H., Das Geheimnis der vermeintlichen “Rolin-madonna”. Ein Analyse der Bildhermeneutik, Berlin, Deutsche Nationalbibliothek, 2009, 240 p.

 

Dony, F. L. M., Het komplete werk van Van Dijck, Rotterdam, Lekturama, 1976, 192 p.

Duvosquel, J.-M., Mélard, J., Vanwijngaerden, F. en Viaene-Wouters, L. (eds.), Liber Amicorum Herman Liebaers, Brussel, Gemeentekrediet, 1984, 615 p.

-          Cuttler, C. D., “Exotics in 15th century Netherlandish art: comments on oriental and gypsy costume”, in F. Vanwijngaerden, J.-M. Duvosquel, J. Mélard en L. Viaene-Wouters (eds.), Liber Amicorum Herman Liebaers, Brussel, Gemeentekrediet, 1984, 419-434.

Du Jardin, J., L’art Flamand, Brussel, Arthur boitte, 1867, 300 p.

-          Du Jardin, J., “Théodore Rombouts et Gaspard de Crayer”, in Du Jardin, J., L’art Flamand, Brussel, Arthur boitte, 1867, 81-88.

Erasmus, D. en De Landtsheer, J. (vertaling), Spreekwoorden, in Erasmus, D., Verzameld werk, Amsterdam, Atheneum-Polak & Van Gennep, 2011, volume 5, 757 p.

Erasmus, D., Landtsheer, J. en Breij, B. (vertaling), “De opvoeding van de christenvorst”, in Erasmus, D., Landtsheer, J. en Breij, B. (vertaling), Opvoeding, in Verzameld werk van Desiderius Erasmus, Amsterdam, Atheneum- Polak & Van Gennep, 2006, 487 p.

D. Erasmus, J. Landtsheer en B. Breij (vertaling), Opvoeding).

Evers, H. G., I.en Von Roeder-Baumbach, Versieringen bij Blijde Inkomsten gebruikt in de zuidelijke Nederlanden gedurende de 16e en 17e eeuw, Antwerpen, De Sikkel, 1943, 200 p.

-          Von Roeder-Baumbach, I., “De iconografie”, in I. Von Roeder-Baumbach en H. G. Evers, Versieringen bij Blijde Inkomsten gebruikt in de zuidelijke Nederlanden gedurende de 16e en 17e eeuw, Antwerpen, De Sikkel, 1943, 91-108.

Focillon, H., Piero Della Francesca, Parijs, Armand Collin, 1952, 188 p.

Friedländer, M., Die Van Eyck-Petrus Christus, in M. Friedländer, Die Altniederländische malerei, Berlin, Paul Casirer, erster Band, 170 p.

Gheldolf, E. A., Coutume de la ville de Gand in Coutumes des pays et comté de flandre, Bruxelles, Fr. Gobbaerts, 1868, I, 730 p.

Gheldolf, E. A., Coutume de la ville de Gand in Coutumes des pays et comté de flandre, Bruxelles, Fr. Gobbaerts, 1868, II, 736 p.

Gilissen,  J., Les villes en Belgique. Histoire des institutions administratives et judiciaires des villes belges, in Recueils de la Société Jean Bodin, VI, La Ville, première partie : institutions administratives et judiciaires, Brussel, éditions de la librairie encyclopédique Bruxelles, 1954, p. 531-603.

                               J. Gilissen, Les villes en Belgique

Grant, R. G., Oorlog. Van de Perzische oorlogen tot de strijd in Irak, Tielt, Lannoo, 2006, 360 p.

Grant, R. G., Soldaten. Van de Oude Grieken tot vandaag, Tielt, Lannoo, 2008, 360 p.

Hall,  J., Hall’s iconografisch woordenboek, Leiden, Primavera pers, 1993, 382 p.

J. Hall, iconografisch woordenboek

Harding (ed.), D., Encyclopedie van wapens, Helmond, Uitgeverij Helmond B.V., 1980, 319 p.

Hegman, W. E.,”De Gentse handschriften van de ‘Dietsche doctrinale’”, Spiegel der letteren, jaargang 24, 31-36.

                               W. E. Hegman, De Gentse handschriften

Heinz-Mohr, G., Lexicon der Symbole, München, Eugen Diederichs Verlag, 1978, 319 p.

G. Heinz-Mohr, Lexicon

Hulin De Loo, “Le tableau de “Tomyris et Cyrus” dans l’ancien palais épiscopal de Gand”, Bulletijn der maatschappij voor geschied en oudheidkunde te Gent, 1901, jaar 9, 222-237.

G. Hulin De Loo, Le tableau

Humfrey, P., Titian. The complete paintings, Antwerpen, Ludion, 2007, 432 p.

Hiscock, N., The symbol at your door. Number and geometry in religious architecture of the Greek and Latin Middle Ages, Burlington, Ashgate Publishing Limited, 2007, 421 p.

N. Hiscock, The symbol

Hymans, H., Près de 700 biographies d’artistes Belges, Brussel, M. Hayez, 1920, vol. II, 391.

Jacob, R., Images de la justice, Parijs, Le Léopard d’Or, 1994, 256 p.

R. Jacob, Images

Jonckheere, K. (ed.), Michiel Coxcie. De Vlaamse Rafaël, Leuven, Davidsfonds Uigeverij, 2013, 127 p.

Kerber, O.,  Hubert Van Eyck in Ergebnisse wissenschaftlicher Arbeiten im Bereich der Kunstgeschichte, Gießen, Wilhelm Schmitz Verlag, 1982, 96 p.

Kemperdick, S., Der Meister von Flémalle. Die Werkstatt Robet Campins und Rogier van der Weyden, Turnhout, Brepols, 1997,

S. Kemperdick, Der Meister von Flémalle

 

Kemperdick S. en Lammertse F., De weg naar Van Eyck, Rotterdam, Museum Boijmans Van Beuningen, 2012, 342 p.

                               S. Kemperdick en F. Lammertse, De weg

Kiers, J. en Tissink, F., De glorie van de gouden eeuw, Amsterdam, Waanders Uitgevers, 2000, 366 p.

Kissel, O. R., Die Justitia, Reflexionen über ein Symbol und seine Darstellung in der bildende Kunst, Munich 1984, 143 p.

Klein, D.en Lloyd, W., Glas. De geschiedenis van glaswerk van 3000 v. C. tot heden, Veenendal, Gaade Uitgevers, 1989,  285 p.

Koreny, F. (ed.), Meestertekeningen. Van Jan Van Eyck tot Hiëronymus Bosch, Antwerpen, Rubenshuis Antwerpen, 2002, 207 p.

-          Koreny, F. en Zeman, G., Groep Van Eyck, in F. Koreny (ed.), Meestertekeningen. Van Jan Van Eyck tot Hiëronymus Bosch, Antwerpen, Rubenshuis Antwerpen, 2002, 22-66.

F. Koreny en G. Zeman, Groep Van Eyck

Kottman, J., Flessen Glazen en een tazza, Nijmegen, Rijksdiens voor het oudheidkundig bodemonderzoek, 1991, 37 p.

Leeflang, H. en Luijten, G. (eds.), Hendrick Goltzius. Tekeningen, prenten en schilderijen, Amsterdam, Waanders Uitgevers, 2003, 352 p.

-          Orenstein, N. M., “Eindelijk Spranger. Prenten en prentontwerpen. 1586-1591”, in Leeflang, H. en Luijten, G. (eds.), Hendrick Goltzius. Tekeningen, prenten en schilderijen, Amsterdam, Waanders Uitgevers, 2003, 80-144.

Lesaffer, R., Defensor Pacis Hispanicae. De Kardinaal-Infant, de zuidelijke Nederlanden en de Europese politiek van Spanje: Van Nördlingen tot Breda (1634-1637), Kortrijk, UGA, 1994, 222 p.

R. Lesaffer, Defensor Pacis Hispanicae

Levi D’Ancona, M., The iconography of the immaculate conception in het middle ages and early renaissance, in Monographs on archaeology and fine arts, New York, College art Association of America, 1957, 89 p.

Lewine, M. J. (ed.), masters of the loaded brush – Oil sketches from Rubens to Tiepolo, New York, Columbia University, 1967, 185 p.

Livius, T. en Van Katwijk-Knapp, F. H. (vertaling), Het onstaan van Rome, Bussum, Fibula – Van Dishoeck, 1973, 176 p.

Maser, E. A., Cesare Ripa-Baroque and rococo pictoral imagery, New York, Dover publications, 1978, 400p.

                              E. A. Maser, Cesare Ripa

Martens, M. P. J., De muuschilderingen te Gent XIIe-XVIe eeuw, in Verhandelingen van de Koninklijke Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België, Klasse der Schone Kunsten, Brussel, 1989, nr. 46, 355 p.

Martin, J. R., The Decorations for the Pompa Introitus Fernandi in Rubenianum, Londen, Phaidon, 1978, 278 p.

J. R. Martin, The Decorations

Monballyu, J., Zes eeuwen strafrecht. De geschiedenis van het Belgische strafrecht (1400-2000), Leuven/Voorburg, Acco, 2006, 382 p.

Moormann, E. M. en Uitterhoeve, W., Van Alexandros tot Zenobia. Thema’s uit de klassieke geschiedenis in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater, Amsterdam, Uitgeverij Maarten Muitinga, 1995, 288 p.

Mund, H. en Stroo, C., Early Netherlandish Painting (1400-1500). A Bibliography (1984-1998). Contributions to fifteenth-century painting in the southern Netherlands and the principality of Liège, Brussel, Internationaal studiecentrum in het Schelde- en Maasbekken, 1998, 385 p.

Nicolson, B., The international caravaggesque movement, Oxford, Phaidon, 1980, 264 p.

B. Nicolson, The international caravaggesque movement).

Pauwels, H., De schoorstenen van het Stadhuis te Gent, Gent, Stadsbestuur Gent, 1952, 65 p.

                               H. Pauwels, De schoorstenen

Périer-D’Ieteren, C.,  Dirk Bouts, Brussel, Mercatorfonds, 2005, 387 p.

Panofsky, E., Problems in Titian. Mostly iconographic, New York, New York University press, 1977, 208 p.

Pansters, K., De kardinale deugden in de Lage Landen 1200-1500, Hilversum, Uitgeverij Verloren, 2007, 276 p.

K. Pantsters, De kardinale deugden

Pinet, A., Het Lam Gods, Antwerpen, Unistad, 1987, 63 p.

Pirenne, M., Musée communal de Verviers. Catalogue II. Peinture, Verviers, Imprimerie de l’administration communale, 1943, 68 p.

Plato en G. Koolschijn, De ideale staat - Politeia, Amsterdam, Athenaeum – Polak & Van Gennep, 2005, 421 p.

Plato en G. Koolschijn, Politeia

Plutarchus en G. Janssen (vertaling), Moralia V, Leeuwarden, Chaironeia, 2008, 246 p.

Poullet, E., Origines, développements et transformations des institutions dans les anciens Pays-Bas, 2de uitgave, I, Leuven 1882, 408 p.                                                                   

Raux, S.,  « L'Echanson de Théodore Rombouts: une allégorie de la Tempérance dévoilée »,
in Gazette des Beaux-Arts, 1993, 121, 191-204.

                               S. Raux, L’Echanson

Recht, R. (ed.), Het meesterlijke atelier. Europese kunstroutes, Brussel, Mercatorfonds, 2007, 335 p.

-          Griener, P., “Meesters en verzamelaars in Europa”, in R. Recht (ed.), Het meesterlijke atelier. Europese kunstroutes, Brussel, Mercatorfonds, 2007, 224-251.

Ripa, C., Iconologia, New York en Londen, Garland Publishing, 1981, 552 p.

C. Ripa, Iconologia

Ripa, C.,en Pers, D. P., Iconologia of Uytbeeldinghe des verstands, Soest, Davaco publishers, 1971, 494 p.

C. Ripa en D. P. Pers, Iconologia of Uytbeeldinghe

Roersche, A. en Wauters, A. in Biographie nationale de Belgique

Roggen, D., “Les Arcs de triomphe de la Joyeuse Entrée de 1635 et leur décoration picturale”, Bulletijn der Maatschappij van Geschied- en Oudheidkunde te Gent, 1925, 33ste jaar, 45-69.

                               D. Roggen, Les Arcs

Anderson, M., Frank, C. O. en Sarat, A. (eds.), Law and the humanities, Cambridge, Cambridge University press, 2010, 539 p.

C. Kellog, “Ideas of Justice. Natural and human”, in A. Sarat, M. Anderson en C. O. Frank (eds.), law and the humanities, Cambridge, Cambridge University press, 2010, 152-156.

M. Sabbe, Brabant in ’t verweer, Antwerpen, V. Resseler, 1933, 464 p.

Schild, W., „Gerechtigkeitsbildser“, in Pleister, W.en Schild, W. (eds.), Recht und Gerechtigkeit im Spiegel der europaïschen Kunst, Keulen, DuMont Buchverlag, pagina’s nog checken tot waar bijdrage.

                               W. Pleister en W. Schild (eds.), Recht und Gerechtigkeit

Schild, W., Bilder von Recht und Gerechtigkeit, , Keulen, DuMont Buchverlag, 1995, 396 p.

W. Schild, Bilder

Schmidt, P., Het Lam Gods, Leuven, Davidsfonds, 1995, 79p.

Schulze, R. (ed.), Symbolische Kommunikation vor Gericht in der Frühen Neuzeit, Berlijn, Duncker & Humblot, 2006, 386 p.

-          D. Tamm, „Der dänische König als Richter und Gesetzgeber“ in R. Schulze (ed.), Symbolische Kommunikation vor Gericht in der Frühen Neuzeit, Berlijn, Duncker & Humblot, 2006, 357-372.

Sindona, E., Pisanello, Parijs, La bibliothèque des arts, 1962,  143 p.

Siebler, M., en Wolf, N., Romeinse kunst, Keulen, Taschen, 2009, 96 p.

Slabbert, M., “A curious incident involving a dog: the Legal-historical significance of dog images in medieval and renaissance medical illustrations”, Fundamina, 2010, 16, 121-146.

M. Slabbert, A curious incident

Snoep, D. P., Praal en propaganda. Triumfalia in de Noordelijke Nederlanden in de 16de en 17de eeuw, Alphen aan den Rijn, Canaletto, 1976, 12.

Sonkes, M., Dessins du XVe siècle: groupe Van Der Weyden. Essai de catalogue des originaux du maître, des copies et des dessins anonymes inspirés par son style, Brussel, Brepols publishers, 1969, 324 p.

M. Sonkes, Dessins

te Duits, T., Glas, in Antiek herkennen, Antwerpen/Utrecht, Kosmos-Z&K Uitgevers, 1995, 128 p.

Vackova, J.en Comblen-Sonkes, M., Collections de Tchéchoslovaque, in II. Répertoire des peintures Flamandes du quinzième siècle, Brussel, Publications du centre national de recherches, 1985, 190 p.

van Aanrooij, W., Helden van weleer. De negen besten in de Nederlanden 1300-1700, Amsterdam, Amsterdam University Press, 1997, 328 p.

W. van Aanrooij, Helden

Vander Haeghen, V., “Un élève de Robert Campin à Gand», Extrait du bulletin de la société d’histoire et d’archéologie de Gand, nr.3, 1-7.

van de Velde C., “Enkele gegevens over Gentse schilderijen”, Gentse bijdragen tot de Kunstgeschiedenis en Oudheidkunde, XX, 1967, 193-235.

Van De Velde, C. en Vlieghe, H., Stadsversieringen te Gent in 1635 voor de blijde intrede van de kardinaal-infant, Gent, Oudheidkundig museum Abdij van de Bijloke, 1969, 151 p.

C. Van De Velde en H. Vlieghe, Stadsversieringen

Van de Vivere, J., Chronijcke van Gent, uitgave Frans De Potter, Gent, 1885, 446 p.

Van Elslande, R. en EVRARD, A., Van der Goes' muurschildering "David en Abigaïl", in: Ghendtsche Tydinghen, 12de jg., 1983, nr. 1, blz. 41-48

Van Elslande, R., “De Van Eycks te Gent”, Ghendtsche Tydinghen,.1983, 12de jg., 151-165.

Van Elslande, R., “Lieven van Lathem, een onbekende belangrijke kunstenaar uit de 15de eeuw”, Scheldeveld, 1992, XXI, 127-169.

Van Gassen, T., “Sociale mobiliteit binnen de ambachten van de metselaars en timmerlieden in het 15de-eeuwse Gent”, Handelingen Maatschappij Gent, 2012, nr. 66, 3-60.

Van Lerius, T., Catalogue du musée d’Anvers, Antwerpen, Conseil d’Administration de l’Académie royale des Beaux Arts, 1857, 520p.

Van Marle, R., Allégories et symboles, in Van Marle, R., Iconographie de l’art profane au Moyen-Age et à la Renaissance et la décoration des demeures, New York, Hacker art books, 1931 (herdruk uit 1971), 507 p.

R. Van Marle, Allégories et symboles

Van Moerbeke, I., De profetie van Deborah. De dood van Sisera door Jaël, Gent, restauratiedossier in het MSK, 1999-2000.

Van Puyvelde, L., De Blijde intrede van Ferdinand van Oostenrijk te Antwerpen in 1635 en Rubens’ tussenkomst, in Standen en Landen, 1958, Leuven, Editions Nauwelaerts, 15 p.

L. Van Puyvelde, De Blijde intrede)

Van Rintel, Y. A. J., De Gentse Magistraat 1555-1795, Gent, UGent, 2011-2012, 295 p.

Van Tyghem, F., Het stadhuis van Gent. Deel I, Brussel, Paleis der Academiën, 1978, 601 p.

F. Van Tyghem, Het stadhuis van Gent. Deel I

Van Tyghem, F., Het stadhuis van Gent. Deel II, Brussel, Paleis der Academiën, 1978, 629 p.

F. Van Tyghem, Het stadhuis van Gent. Deel II

van Vaernewyck, M., Den Spieghel der Nederlandscher Audheydt, Gent, 1568, fol. CXXII

Vlerick, W., De Maghet van Ghent. zeshonderd jaar jong, Gent, bibliotheek van universiteit Gent, 1981, 136p.

                               W. Vlerick, De Maghet van Ghent

Vlieghe, H., Gaspar De Crayer, Sa vie et ses oeuvres, Brussel, Arcade, 1972, tome I, 367 p.

H. Vlieghe, Gaspar De Crayer

Vlieghe, H., Gaspar De Crayer, Sa vie et ses oeuvres, Brussel, Arcade, 1972, tome II, 334 p.

Vlieghe, H., “Theodoor Rombouts en zijn gezin geportretteerd door Van Dijck”, Leids Kunsthistorisch Jaarboek, vol. 8, 1989, pp. 145-159.

von Moeller, E., „Die Augenbinde der Justitia“, Zeitschrift für christliche Kunst, 1905, 18, 108-152.

Von Sandrart, J., Academie der Bau-, Bild- und Mahlereikunste, München, A. R. Peltzer, 1925, 445 p.

Von Schneider, A., Caravaggio und die Niederländer, Amsterdam, Israël,1967, 145p.

A. Von Schneider, Caravaggio

Von Tschudi, H., Der Meister von Flémalle, in X., Jarbuch der Preußischen Kunstsammlungen 19, 1889, 89-116.

Wadell, M.-B., Fons Pietatis. Eine ikonographische Studie, Göteborg, Elanders Boktryckeri Aktiebolag, 1969, 214 p.

Weller, D. P., Sinner and Saints, Darknes and light. Caravaggio and his Dutch and Flemish followers, Raleigh, North Carolina museum of art, 1998, 286 p.

Wijffels, A., “Justitie en behoorlijk bestuur. Hans Vredeman de Vries’ schilderijen in het stadhuis van Danzig (Gdansk)”, Pro Memorie, 2011, 103-118.

a. Wijffels, Justitie

Wilenski, R. H., Flemish painters. 1430-1830, Londen, Faber and Faber Limited, 1960, vol. 1, 783 p.

Wilson, A. en Lancaster Wilson, J., A medieval mirror. Speculum humanae salvationis. 1324-1500, Los Angeles, The university of California press, 1985, 229 p.

A. Wilson en J. Lancaster Wilson, A medieval mirror

Winkler, F., Der Meister von Flémalle und Rogier Van Der Weyden. Studien zu ihren Werken und zur Kunst ihrer Zeit mit mehreren Katalogen zu Rogier, Straatsburg, J. H. Ed. Heitz (Heitz & Mündel), 1913, 204 p.

F. Winkler, Der Meister von Flémalle

Xenophon, Koolschijn, G. en Matsier, N. (vertalers), De tocht van tienduizend. Anabasis, Amsterdam, Atheneum-Polak en Van Gennep, 2001, 246 p.

in X., De Gewestelijke en Lokale overheidsintellingen in Brabant en Mechelen tot 1795. 2, Brussel, Algemeen Rijksarchief, 2000, 864 p.

Van Honacker, K., “Bestuursintellingen van de stad Brussel (12de eeuw-1795)”, in X., De Gewestelijke en Lokale overheidsintellingen in Brabant en Mechelen tot 1795. 2, Brussel, Algemeen Rijksarchief, 2000, 393-461

X., Description des plus fameux tableaux que l'on trouve dans les Eglises et autres Edifices, Gent, Pierre de Goesin, 1771, 2.

X., Groot Nieuws Bijbel, Haarlem, Nederlands Bijbelgenootschap, 2003,

                X., Bijbel

X.,  Kürfürst Max Emmanuel. Bayern und Europa um 1700, Munchen, Hirmer Verlag, 486 p.

- U. Krempel, “Max Emanuel als Gemäldsammler” in X.,  Kürfürst Max Emmanuel. Bayern und Europa um 1700, Munchen, Hirmer Verlag, 1976, 326-327.

Xenophon en Nagelkerken, J. (vertaling), Kyros de Grote. De vorming van een vorst, ’s-Hertogenbosch, Voltaire, 1999, 304 p.

Download scriptie (11.48 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2014