“Mama in de bloemetjes zetten? Hoe zo?”
Dyslexie is een goed onderzocht onderwerp dat onderzoekers uit verschillende vakgebieden aantrekt. Maar jammer genoeg is nog lang niet alles duidelijk over de leesstoornis. Grote onenigheid bestaat vooral nog over betekenisfouten bij dyslectisch lezen. Specialisten weten bijvoorbeeld dat verschillende dyslectici tijger lezen als ‘leeuw’ (omdat die woorden qua betekenis dicht bij elkaar liggen), maar waar in de hersenen het misgaat, daarover zijn ze het oneens. Het onderzoek naar betekenisfouten bij dyslectisch lezen, beperkt zich ook regelmatig tot betekenisfouten bij individuele woorden (bv. tijger -> ‘leeuw’). Maar wat met de metafoor, het passief en het spreekwoord, constructies die uit meerdere woorden bestaan? Ook dat zijn betekeniselementen! Het zijn constructies waar zelfs iemand met een normaal ontwikkeld leessysteem weleens mee worstelt en het is daarom erg waarschijnlijk dat dyslectici er grote moeite mee hebben wanneer ze lezen.
Dit onderzoek toont aan waar in de literatuur de oorzaken voor betekenisfouten bij dyslectisch lezen het vaakst worden gelegd, en welke oorzaken daarom weleens de meest waarschijnlijke zouden kunnen zijn. Het onderzoek gaat via een literatuurstudie ook na welke specifieke complexe betekenisconstructies regelmatig een struikelblok vormen voor dyslectici en waarom ze lezen voor hen extra lastig maken.
Jacobs, Hanne (2014). Dyslexie en betekenis: een systematische review. Over het effect van diepte- en oppervlaktedyslexie op betekenisgericht lezen bij personen met verworven en personen met ontwikkelingsdyslexie.