"Je cherche des autorités qui vous plaisent". Alexis de Tocqueville in het Belgisch parlementair discours

Jeroen
Goossens
  • Jeroen
    Goossens

“Je plais à beaucoup de gens d’opinions opposées (…) parce qu’ils trouvent dans mon ouvrage, en ne le considérant que d’un seul côté, des arguments favorables à leur passion du moment.“[1] [Alexis de Tocqueville, 1835]

Alexis de Tocqueville (1805-1859) is hot. De laatste decennia is er een geweldige opstoot van interesse in zijn werk. Als dé theoreticus van de democratie is Tocqueville niet weg te slaan uit hedendaagse politieke debatten. Niemand lijkt ooit beter het wezen en de werking van de democratie als samenlevingsvorm omschreven te hebben. Daarbij komt nog dat zijn werk een merkwaardige  profetische kracht bezit. Want had Tocqueville het niet bij het rechte eind met zijn voorspelling dat de Verenigde Staten en Rusland eens over de wereld zouden heersen en met zijn waarschuwing dat egalitaire samenlevingen tot dictaturen kunnen vervallen? Ook een aantal van de huidige maatschappelijke problemen lijkt hij al te hebben voorzien: materialisme en individualisme, de blijvende spanning tussen vrijheid en gelijkheid, de steeds verder uitdijende staatsapparaten in de hedendaagse welvaartsstaten, Tocqueville heeft het schijnbaar allemaal voorspeld. Hij is relevanter dan ooit tevoren.[2]

In deze scriptie ligt de focus op de verwijzingen naar Tocqueville in de Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers. Een kort eerste deel behandelt vooral ‘kwantitatieve’ vragen: verwezen Belgische parlementariërs vaak naar Tocqueville? Zijn daarbij veranderingen doorheen de tijd merkbaar? Riepen bepaalde politieke groeperingen Tocqueville meer of minder in dan andere? In een langer tweede deel staan meer ‘kwalitatieve’ vragen centraal: door wie, waarom, wanneer en op welke manier werd in het Belgisch parlement naar Tocqueville gerefereerd? In welke bewoordingen spraken de volksvertegenwoordigers over het werk van Tocqueville? In welke debatten werd hij al dan niet relevant geacht? En zijn er bij dit alles opvallende verschillen of gelijkenissen tussen bepaalde politieke groeperingen? Goede geschiedschrijving is noodzakelijk comparatief. Hoewel de nadruk op Tocqueville ligt, komen ter vergelijking dus ook andere denkers aan bod. Daarnaast bieden de Nederlandse Parlementaire Handelingen de mogelijkheid om de Belgische resultaten in vergelijkend perspectief te plaatsen en eventuele verschillen of gelijkenissen tussen beide landen bloot te leggen.

Duidelijk wordt dat de aanwezigheid van Tocqueville in het parlementair discours vrij continu is. De waardering voor zijn werk was groot en werd unaniem gedeeld door alle politieke strekkingen. Doorheen de Belgische parlementaire geschiedenis bekleedde Tocqueville als ‘hoeder’ van de democratie een centrale plaats in het parlementair discours. Achter de unanieme achting die in het parlement voor zijn werk bestond, gingen echter verschillende aannames en conclusies schuil. Doorheen alle voorbeelden die worden aangehaald loopt inderdaad één rode draad: iedereen was Tocquevilliaan, maar er waren steeds ‘many Tocquevilles’.[3]

[1] Alexis de Tocqueville aan zijn vriend Eugène Stoffels, 21 februari 1835. Geciteerd in KESLASSY, Le libéralisme de Tocqueville, 17.

[2] Dat Tocqueville volop in de belangstelling staat en brandend actueel is bleek zeer recent nog. Op 7 april jongstleden verwees N-VA-voorzitter Bart De Wever naar Tocqueville in ‘Reyers politiek’, een talkshow waarin werd gepeild naar de ideologische drijfveren van de Vlaamse politieke partijen..

[3] Naar een artikel van NISBET, “Many Tocquevilles”.

ratingTextUndefined 

Bibliografie

Bibliografie

Bronnen

De Belgische Parlementaire Handelingen zijn digitaal beschikbaar op www.plenum.be en www.dekamer.be, de Nederlandse op www.statengeneraaldigitaal.nl en www.overheid.nl. Ik onderzocht de verslagen van de plenaire vergaderingen in de Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers en de Nederlandse Tweede Kamer.

DE WEVER, B., “De schuld van de overheid”, opiniestuk in De Standaard, 26 april 2011. (Digitaal beschikbaar op www.standaard.be/cnt/kk397mhj, laatst geconsulteerd op 25-04-2014)

HOOGHE, M., “Hoe werkt democratie?”, opiniestuk in De Standaard, 23-25 april 2011. (Digitaal beschikbaar op www.standaard.be/cnt/ne394ocj, laatst geconsulteerd op 25-04-2014)

TOCQUEVILLE, A., Over de democratie in Amerika [1835-1840], Rotterdam, Lemniscaat, 2011. (vertaling door DAALDER, H. en VAN LUCHENE, S.)

TOCQUEVILLE, A., De la démocratie en Amérique [1840], Chicoutimi, Bibliothèque Paul-Emile-Boulet, 2002. (Digitale editie o.l.v. Jean-Marie Tremblay in het kader van de verzameling “Les classiques des sciences sociales”)

Interview Lieven Van Gils met Bart De Wever en Nadia Sminate, Brussel, 7 april 2014, ‘Reyers politiek’. (Digitaal beschikbaar op http://www.canvas.be/programmas/reyers-laat/d16eee02-7dc5-4049-a25c-efe8fdf1e5f4, laatst geconsulteerd op 25-04-2014)

 

Literatuur

AUDIER, S., Tocqueville retrouvé. Genèse et enjeux du renouveau tocquevillien français, Parijs, Vrin/EHESS, 2004.

BEELEN, K., Tussen “ik” en “wij”. Zelfrepresentaties in parlementaire vertogen, Universiteit Antwerpen, ongepubliceerde doctoraatsverhandeling, 2014.

BEYEN, M., “De parlementaire handelingen en andere bronnen voor de studie van de taal van de negentiende-eeuwse politicus”, in: VANDENBUSSCHE, W., Terug naar de bronnen. Taal en taalgebruik in de 19de eeuw in Vlaanderen, Verslagen en mededelingen van de Koninklijke Academie voor Nederlandse taal- en letterkunde, Gent, Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde, 2004, 11-18.

BEYEN, M., “1830 in de Belgische parlementaire geschiedenis. Het vertegenwoordigde verleden”, in: DE SMAELE, H. en TOLLEBEEK, J. (red.), Politieke representatie, Leuven, Universitaire Pers, 2002, 187-204.

BEYEN, M., “Het streven naar waardigheid. Zelfbeelden en gedragscodes van de volksvertegenwoordigers”, in: GERARD, E., WITTE, E. en GUBIN, E. (red.), Geschiedenis van de Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers 1830-2002, Brussel, Kamer van Volksvertegenwoordigers, 2003, 337-383.

CRAIUTU, A., “Tocqueville and the political thought of the French doctrinaires (Guizot, Royer-Collard, Rémusat)”, History of Political Thought, 20, 1999, 456-493.

DE DIJN, A., “De afweging van het algemeen belang. Politiek en economie in het negentiende-eeuwse België”, in: DE SMAELE, H. en TOLLEBEEK, J. (red.), Politieke representatie, Leuven, Universitaire Pers, 2002, 249-261.

DE DIJN, A., French political thought from Montesquieu to Tocqueville, Cambridge, Cambridge University Press, 2008.

DE DIJN, A., “In overeenstemming met onze zeden en gewoonten. De intellectuele context van de eerste Belgische constitutie, Bijdragen en mededelingen betreffende de geschiedenis der Nederlanden, 117, 1, 2002, 25-45.

DEFERME, J., “De schuld van het toeval. De Belgische wet op de arbeidsongevallen als een breekpunt in het parlementaire sociale denken”, Tijdschrift voor sociale geschiedenis, 27, 2001, 57-76.

DEFERME, J., “Geen woorden maar daden. Politieke cultuur en sociale verantwoordelijkheid in het België van 1886”, Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis, 31, 2000, 131-171.

DE HAAN, I. en TE VELDE, H., “Vormen van politiek. Veranderingen van de openbaarheid in Nederland 1848-1900”, Bijdragen en mededelingen betreffende de geschiedenis der Nederlanden, 111/2, 1996, 167-200.

DE SMAELE, H., “De politieke partijen in de Kamer, 1830-1914”, in: GERARD, E., WITTE, E. en GUBIN, E. (red.), Geschiedenis van de Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers 1830-2002, Brussel, Kamer van Volksvertegenwoordigers, 2003, 131-157.

DE SMAELE, H., “Eclectisch en toch nieuw. De uitvinding van het Belgisch parlement in 1830-1831”, Bijdragen en mededelingen betreffende de geschiedenis der Nederlanden, 120, 3, 2005, 408-416.

DE SMAELE, H., “Het Belgische politieke discours en de ‘eigenheid’ van de vrouw aan het einde van de negentiende eeuw”, Tijdschrift voor Genderstudies, 1 (1998), 4, 27-38.

DE SMAELE, H., “Politiek als hanengevecht of cerebraal systeem. Ideeën over politieke representatie en de invoering van de evenredige vertegenwoordiging in België (1899)”, Bijdragen en mededelingen betreffende de geschiedenis der Nederlanden, 114, 1999, 3, 328-357.

DE SMAELE, H., Rechts Vlaanderen. Religie en stemgedrag in negentiende-eeuw België, Leuven, Universitaire Pers, 2009.

GEENENS, R. en DE DIJN, A., Reading Tocqueville: from Oracle to Actor, Basingstoke, Palgrave Macmillan, 2007.

GEENENS, R. en ROSENBLATT, H., French liberalism from Montesquieu to the present day, Cambridge, Cambridge University Press, 2012.

KESLASSY, E., Le libéralisme de Tocqueville à l’épreuve du paupérisme, Parijs, Harmattan, 2000.

KINNEGING, A., DE HERT, P. en SOMERS, S., Tocqueville, profeet van de moderne democratie, Rotterdam, Lemniscaat, 2013.

KOSSMANN, E.H., De Lage Landen 1780-1980. Twee eeuwen Nederland en België, Amsterdam, Agon, 1986.

KRUITER, J., Mild despotisme. De hedendaagse democratie en verzorginsstaat door de ogen van Alexis de Tocqueville, Amsterdam, Gennep, 2010.

NISBET, R., “Many Tocquevilles”, American Scholar, 46, 1976, 59-75.

PEASE, D.E., “After the Tocqueville Revival; or, The Return of the Political”, Boundary, 26/3, 1999, 87-114.

ROSANVALLON, P., Le people introuvable. Histoire de la représentation démocratique en France, Parijs, Gallimard, 1998.

TE VELDE, H., “Onderwijzers in parlementaire politiek. Thorbecke, Guizot en het Europese doctrinaire liberalisme”, Bijdragen en mededelingen betreffende de geschiedenis der Nederlanden, 113/3, 1998, 322-343.

TE VELDE, H., Stijlen van leiderschap. Persoon en politiek van Thorbecke tot Den Uyl, Amsterdam, Wereldbibliotheek, 2002.

VAN GOETHEM, H., “De gehele natie of de partij? Het parlementaire mandaat in België”, in: DE SMAELE, H. en TOLLEBEEK, J. (red.), Politieke representatie, Leuven, Universitaire Pers, 2002, 233-247.

WILS, L., Vlaanderen, België, Groot-Nederland. Mythe en Geschiedenis, Leuven, Davidsfonds, 1994.

WITTE, E. (e.a.), Nieuwe geschiedenis van België (deel I, 1830-1905), Tielt, Lannoo, 2005.

WITTE, E. en CEULEERS, J., “De parlementaire verslaggeving in en over de Kamer”, in: GERARD, E., WITTE, E. en GUBIN, E. (red.), Geschiedenis van de Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers 1830-2002, Brussel, Kamer van Volksvertegenwoordigers, 2003, 311-334.

 

WebRep currentVote  noRatingnoWeight           

Download scriptie (469.39 KB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Antwerpen
Thesis jaar
2014