Territoriale jurisdictie op het internet : De lotuscriteria herbekeken ?

Anthony
Roegiers

 

Het concept territorialiteit blijkt moeilijk af te bakenen wanneer, versnipperd over de globe, computers met elkaar in verbinding staan. Politiediensten springen vaak losjes om met de klassieke opvatting dat staten enkel misdrijven mogen vervolgen die een onloochenbare link vertonen met het eigen territorium.

In deze scriptie wordt beargumenteerd dat het internet niet veel verschilt van een autosnelweg, kanaal of luchtroute. Data doorkruisen immers het grondgebied van landen, hetzij via kabels, hetzij via elektromagnetische straling.

Deze zienswijze noopt tot twee vaststellingen : internetregulator ICANN is een illegale organisatie, en opsporingsdiensten mogen geen gegevens in beslag nemen die zich op een buitenlandse computer bevinden. 

Omdat deze gevolgtrekkingen enigszins verwijderd liggen van de dagelijkse activiteit op het web, zoekt de auteur naar een aantal oplossingen. Zo wordt de theorie van de caduciteit van de rechtshandeling ontwikkeld en een trapsgewijs systeem van opsporingsmaatregelen uitgewerkt.

 

Bibliografie

BIBLIOGRAFIE

1. WETGEVING EN SOFT LAW

1.1. Verdragen

- Verdrag van Boedapest inzake de bestrijding van strafbare feiten verbonden met elektronische netwerken van 23 november 2001

- Overeenkomst tussen het Koninkrijk België en de Verenigde Staten van Amerika aangaande de rechtshulp in strafzaken van 28 januari 1988

- Weense Conventie betreffende het verdragenrecht waarbij internationale organisaties betrokken zijn

- Handvest van de Verenigde Naties

- Verdrag van de Verenigde Naties inzake de immuniteit van rechtsmacht van staten en hun eigendommen

- Statuut Internationaal Gerechtshof

- UNCLOS-verdrag

 

1.2. Nationale wetten

- Strafwetboek

- Wetboek van strafvordering

- Burgerlijk wetboek

 

1.3. Resoluties van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties

- Resolutie 2625 (XXV) van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (24 oktober 1970)

- Resolutie 56/83 van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (12 december 2001), Annex, Report of the International Law Commission, Draft Articles on the Responsibility of States for Internationally Wrongful Acts

 

2. RECHTSPRAAK

2.1. Uitspraken van het Internationaal Gerechtshof

- IGH 7 september 1927, Lotus (Frankrijk t. Turkije)

- IGH 8 juli 1996, Legality of the Threat or Use of Nuclear Weapons, ‘Advisory opinion’.

 

2.2. Arresten van het Hof van Justitie van de Europese Unie

- HvJ EU 7 december 2010 (Grote Kamer), C‑585/08 en C‑144/09, Pammer en Alpenhof.

 

2.3. Internationale scheidsrechtspraak

- Mexico-VS Claimcommissie 15 oktober 1926, Neer Claim (Verenigde Staten van Amerika t. Verenigde Mexicaanse Staten)

- Scheidstribunaal 19 januari 1977, Texaco (Texaco Overseas Petroleum Co. t. Libië)   

- Scheidstribunaal 30 april 1990, Rainbow Warrior (Nieuw-Zeeland t. Frankrijk)

 

2.4. Nationale rechtspraak

- Cass. 18 januari 2011

- Cass. 4 september 2012

- Cass. 20  oktober  2013

- Gent 30 juni 2010

- Brussel 12 oktober 2011

- Antwerpen 20 november 2013

- Rb. Dendermonde 2 maart 2009

 

3. RECHTSLEER
 

3.1. Boeken

- BODARD, K., Praktijkboek Recht en Internet : aansprakelijkheid op het internet, Brugge, Vanden Broele, 2011.

- CRAWFORD, J., PELLET, A. en OLLESON, S., The Law of International Responsibility, New York, Oxford University Press, 2010.

- DIXON, M., Textbook on International Law, New York, Oxford university Press, 2007

- KERKHOFS J. en VAN LINTHOUT, P., Cybercrime, Brussel, Politeia, 2013.

- LESSIG, L., Code and other laws of cyberspace, New York, Basic Books, 1999.

- NERINCKX, G. en DEENE, J., Praktijkboek Recht en Internet : computercriminaliteit, Brugge, Vanden Broele, 2004.

- PHILPOTT, D., “Ideas and the Evolution of sovereignty” in HASHMI, S.H., State Sovereignty: change and persistence in international Relations, University Park, The Pennsylvania State University Press, 1997.

- SARTOR, G., L’informatica giuridica e le tecnologie dell’informazione, Turijn, Giappichelli, 2012.

SHAW, M.N., International Law, New York, Cambridge University Press, 2008.

- SOMERS, E., Inleiding tot het internationaal zeerecht, Mechelen, Kluwer, 2010.

- STRUBBE, T., Openingsrede Jonge Balie Brugge : De invloed van sociale netwerksites op het burgerlijk en strafrecht, Brugge, Vanden Broele, 2011.

- VAN BOGAERT, E., Volkenrecht, Brussel, Elsevier, 1973.

- VAN DEN WYNGAERT, C., Strafrecht en Strafprocesrecht in Hoofdlijnen, II, Strafprocesrecht, Antwerpen, Maklu, 2013.

 

3.2. Tijdschriften

- DE SCHEPPER, K. en VERBRUGGEN, F., “Ontsnappen space invaders aan onze pacmannen ? De materiële en formele rechtsmacht van België bij strafbare weigering van medewerking door elektronische dienstverleners, T.Strafr.2013, 143

- HILDEBRANDT, M. en KONING, M.E., “Universele Handhavingsjurisdictie in Cyberspace ?”,  Strafblad 2012-3, 195-203.


3.3. Internetbronnen

- BARLOW, J.P., “A Declaration of Independence of Cyberspace”, https://projects.eff.org/~barlow/Declaration-Final.html

- GROTIUS, H., “Mare Librum”. http://www.kb.nl/bladerboek/mareliberum/browse/index_1.html

- LESSIG, L., “The Future of Ideas”, http://www.the-future-of-ideas.com/download/lessig_FOI.pdf

- SCHUURMANS, Y.E., “De Rechter op Internet”. https://openaccess.leidenuniv.nl/bitstream/handle/1887/20308/de%20recht…

Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2014