Zorgeloos naar huis, een beschrijvende studie omtrent de informatiebehoefte van kersverse ouders.

Charlotte
Cocquyt

Zorgeloos naar huis

“Het krijgen van een baby kan je vergelijken met een reis. Een reis die vertrekt vanuit de ‘comfort zone’ uit een leven waarin ouders ‘experten’ waren in alles wat ze deden. Deze reis gaat naar een oord van het onbekende. Een onbekend gebied waarin ze helemaal onervaren zijn, het gebied van het ouderschap (Wilkins, 2005)."

We worden in ons leven dagelijks geconfronteerd met het ouderschap, bij vrienden, familie of bij onszelf. In Vlaanderen hebben ouders inspraak in de verblijfsduur op de materniteit. De tendens van het verkorten van de ligdagen komt naar boven. In enkele ziekenhuizen wordt de verblijfsduur na de bevalling al beperkt tot drie dagen na de bevalling. In omliggende landen zoals Zweden, het Verenigd Koninkrijk en Nederland gaan ouders vaak veel vroeger naar huis. Met welke noden worden kersverse ouders geconfronteerd? Welke informatie willen ze graag krijgen? Biedt ons Vlaams perinataal zorgnetwerk een antwoord op de noden van kersverse ouders?

Vroeg of laat moet de stap naar de thuissituatie gemaakt worden. In de thuissituatie kunnen zorgnetwerken zoals zelfstandig vroedvrouwen, kraamzorg en Kind & Gezin worden ingeschakeld. Vaak weten ouders het bestaan niet af van kraamzorg of zelfstandig vroedvrouwen, die kunnen instaan voor de opvolging van moeder en kind tot 1 jaar na de geboorte.

Ouders rapporteerden een tekort aan informatie van 50,6%. Iets meer dan de helft geeft aan dat zij te weinig informatie verkregen. Zij gaven aan dat er verscheidene problemen waren tijdens de overdracht van informatie van zorgverlener naar de ouders toe. Ten eerste is het zinloos om alle informatie op één moment te verstrekken, bijvoorbeeld bij het ontslag naar huis. Dat is voor de zorgverlener niet mogelijk en ouders kunnen ook niet alle informatie onthouden. Verder geven ouders aan dat er vaak tegenstrijdige informatie wordt verschaft door verschillende zorgverleners. Ten derde hadden ouders nood aan aandacht voor het emotionele aspect, vaak wordt veel informatie verschaft omtrent de medische kant van het verhaal maar wordt het emotionele aspect achterwege gelaten.

“ De grootste frustratie is dat je op materniteit 101 verschillende verhalen hoort! ~ Elsie”

Uit de resultaten van het onderzoek blijkt dat ouders over heel veel verschillende items graag informatie willen krijgen bij het ontslag vanuit het ziekenhuis naar huis. Belangrijker is dat het voor de ouders vooral belangrijk is dat ze opgevolgd worden, dat ze hun vragen kunnen stellen en bevestiging krijgen. Door postnatale opvolging worden ook de problemen tijdens de gegevensoverdracht weggewerkt. De informatie wordt niet allemaal op hetzelfde moment gegeven, door dat één of maximaal twee zorgverleners postnataal opvolgen wordt éénduidige informatie verschaft. Tenslotte wordt een vertrouwensrelatie opgebouwd met de zorgverlener en is er aandacht voor het emotionele aspect.

Het perinataal zorgsysteem in België, waar ziekenhuizen en de thuiszorg nog ver uit elkaar staan, beantwoord niet aan de behoefte van deze kersverse ouders. Zonder samenwerking tussen ziekenhuis en thuiszorg kunnen de behoeftes van de ouders niet optimaal worden ingevuld. Ideaal zou zijn dat ouders reeds voor de geboorte contact kunnen hebben met een zorgverlener. Zo wordt een vertrouwensrelatie opgebouwd en wordt de drempel lager om na de geboorte de stap te zetten om de zorgverlener te contacteren. Verder zou het ideaal zijn, zoals in enkele provincies in Vlaanderen reeds ingevoerd is, om de zelfstandig vroedvrouw te contacteren alvorens het vertrek naar huis. Zo weet het ziekenhuis dat de ouders worden opgevolgd en kunnen de ouders ook met een gerust hart naar huis.

“Als kersverse moeder ging ik onvoorbereid naar huis, ik wist niets over baby’s, borstvoeding of waaroop we moesten letten i.v.m. de gezondheid van de baby. ~ Charlotte”

Een ontslaggesprek op het einde van het verblijf in het ziekenhuis blijft wel nodig, maar hierin kan dan de essentiële informatie worden verstrekt om de periode tot de komst van de zelfstandig vroedvrouw te overbruggen. De mondelinge informatie wordt idealiter gestaafd met een patiëntenbrochure waarin de belangrijkste informatie nogmaals vermeld staat. Hierin kunnen ook contactgegeven vermeld staan van de gynaecoloog, materniteit, zelfstandig vroedvrouw, kraamzorg, Kind & Gezin,…

Deze items samen kunnen zorgen voor een kwaliteitsvolle zorgverlening, die de behoeftes van kersverse ouders invult. Hierdoor worden problemen vermeden, gedetecteerd en opgevolgd.

“Mijn vragen kwamen pas na het ontslag en dan kon ik gewoon naar de zelfstandig vroedvrouw bellen! ~ Jolien”

Charlotte Cocquyt

Bibliografie

Askelsdottir B., Lam-de Jonge W., Edman G. & Wilkund I. (2013). Home care after early discharge: Impact on healty mothers and newborns. Midwifery, 29, 927-934.

Bakker & Van Buuren (2009). Onderzoek in de gezondheidszorg. Heerlen: Noordhoff Uitgevers.

Bowman K. (2000). Postpartum Learning Needs. Jognn, 33, 4, 438-443.

Carruth B. & Skinner J. (2001). Mothers’ Sources of Information About Feeding Their Children Ages 2 months to 54 months. JNE, 33, 143-147.

Christie J.  & Bunting B. (2010). The effect of health visitors’ postpartum home visit frequency on first-time mothers: Cluster randomised trial. International Journal of Nursing Studies, 48, 689-702.

Expertisecentrum Kraamzorg De Wieg Noord (2015). On-line, Internet, 13 januari 2015. Beschikbaar: www.eckdewieg.be.

Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg (2014). De Organisatie van de zorg na een bevalling. On-line, Internet, 2 november 2014. Beschikbaar: kce.fgov.be

Griffin J. ,  McKenna K. & Tooth L. (2003). Written health education materials: Making them more effective. Australian Occupational Therapy Journal. 50, 170-177.

Grimes H. , Forster D.  & Newton M. (2013). Sources of information used by women during pregnancy to meet their information needs. Midwifery, 30, e26-e33.

Hinsliff-Smith K. , Spencer R. & Walsh D. (2014). Realities, difficulties, and outcomes of mothers choosing to breastfeed: Primigravid mothers experiences in the early postpartum period (6-8 weeks). Midwifery, 30, e14-e19.

Hung C. (2006). Correlates of First-Time Mothers’ Postpartum Stress. Koashsiung J Med Sci, 22, 10, 500-507.

Kanotra S. , D’Angelo D. , Phares T. , Morrow B., Barfield W. & Lansky A.(2007). Challenges Faced by New Mothers in the Early Postpartum Period: An Analysis of Comment Data from the 2000 Pregnancy Risk Assessment Monitoring System (PRAMS) Survey. Matern Child Health Journal, 11, 549-558.

Kind & Gezin (2015). On-line, Internet, 13 januari 2015. Beschikbaar: www.kindengezin.be.

National Collaborating Centre for Primary Care (2006). Routine postnatal care of women and their babies. On-line, Internet, 11 April 2014. Beschikbaar: www.nice.org.uk.

Oosterbaan J. (2006). Hoe brengen we de kwaliteit van patiëntenfolders in kaart? Ontwikkeling van evaluatie-instrumenten ten behoeve van schriftelijk patiëntenvoorlichtingsmateriaal. (Materproef Universiteit Twente, departement gezondheidszorg, ongepubliceerd document).

Osman H., Chaaya M., El Zein L., Naassan G.  & Wick L. (2010). What do first-time mothers worry about? A study of usage patterns and content of calls made to a postpartum support telephone hotline. BMC Public Health, 10, 611, 1-6.

Razurel C. , Bruchon-Schweitzer M. , Dupanloup A. , Irion O. & Epiney M. (2011). Stressful events, social support and coping strategies of primiparous women during the postpartum period: a qualitative study. Midwifery, 27, 237-242.

Ruchala P. (2000). Teaching New Mothers: Priorities of Nurses and Postpartum Women. Jognn, 29, 3, 265-273.

Sword W. & Watt S.(2005). Learning needs of Postpartum Women: Does Socioeconomic Status Matter? Birth, 32, 2, 86-92.

Stainton C., Murphy B., Higgins P., Neff J., Nyberg K. & Ritchie J. (1999). The needs of postbirth parents: An international, multisite study. The Journal of Perinatal Education. 8, 3, 21-29.

Vlaamse organisatie van vroedvrouwen (2014). Nomenclatuur voor vroedvrouwen. On-Line, Internet, 13 januari 2015. Beschikbaar: www.vlov.be

Wilkins C. (2005). A qualitative study exploring the support needs of first-time mothers on their journey towards intuitive parenting. Midwifery, 22, 169-180.

World Health Organisation (1998). Postpartum Care of the Mother and Newborn: a practical guide. On-line, Internet, 10 april 2014. Beschikbaar: www.who.int

Download scriptie (1.18 MB)
Universiteit of Hogeschool
VIVES Hogeschool
Thesis jaar
2015
Thema('s)