Terroristen en vluchtelingen belagen Europa intern en aan de buitengrenzen? De angst voor de Ander bedreigt de Europeaan in zijn recent hervonden behoefte aan identiteit?
Geen nood, het Avondland maakte het allemaal al eens mee. Ook in de vroegmoderne periode voelt de continentbewoner zich gefnuikt in zijn verlangen ergens bij te horen. 'Ketters', joden en 'heksen' worden ervan verdacht de maatschappij van binnen te contamineren, extern keren hongerige 'wilden' op verafgelegen continenten zich tegen de Europese 'beschavers'. Al deze groepen worden van kannibalisme beschuldigd: antropofagie roept het monsterlijke in de mens op, het laat de Europeaan toe de grens te trekken tussen cultuur en non-cultuur, tussen 'binnen' en 'buiten'. De op zichzelf gerichte, patriarchale maatschappij riposteert, want de scheidingslijn moet ten allen tijde rigoureus worden bewaakt. Wie niet in het plaatje past wordt op onderdrukking, uitroeiing en de beschuldiging van kannibalisme getrakteerd. Het bestaan van een angstaanjagende Ander is daarbij cruciaal, want hij maakt de constructie van een superieure maar steeds bedreigde 'geciviliseerde' identiteit mogelijk.
In haar masterthesis gaat kunstwetenschapper Stéphanie Van den Eynde terug tot de oorsprong van de kannibalismehype in de vroegmoderne periode: naar eind januari 1494, wanneer Columbus, tijdens zijn tweede reis naar de Nieuwe Wereld, op het huidige Guadeloupe de eerste reële bewijzen van een Caraïbisch kannibalenfeest ontdekt. De KU Leuven-studente lijst in haar scriptie de mythische culturele patronen op waarmee de Europeaan het fenomeen van het Nieuwe-Wereldkannibalisme in zijn bewustzijn probeert te integreren. Ze doet dit aan de hand van gedrukte prenten van circa 1505 tot 1666. Daarin wordt de indiaan steevast voorgesteld als de slager-kannibaal, de 'barbaarse' en 'primitieve' Ander die de ledematen van zijn slachtoffer afhakt.
Volgens Van den Eynde valt in de 'verbeelding' van kannibalisme een duidelijke evolutie waar te nemen. De eerste afbeelding van kannibalen uit de Nieuwe Wereld dateert van circa 1505. Het betreft een houtsnede bij een pamflet, waarschijnlijk gedrukt door Johann Froschauer in Augsburg of Nuremberg. Meteen eisen de afgehakte ledemanten alle aandacht op: van bij de aanvang is de opsplitsing van het menselijk lichaam in zijn diverse onderdelen hét standaardkenmerk van elke voorstelling van kannibalisme. De indiaan staat onmiddellijk gelijk aan fragmentatie. Deze versplintering vindt pas in 1666 zijn tegenhanger in een prent die Amerika voorstelt als een figuur die heelheid en ongeschondenheid uitstraalt. In dat jaar toont de 'Mexicaanse' theoloog Isidro Sariñana y Cuenca voor het eerst Amerika niet als het land van de slager-kannibaal maar als een mooi geklede koningin met een koninklijke diadeem op het hoofd, gelijk aan Europa. Tussen 1505 en 1666 heeft de Europeaan dus de identificatie van Amerika met kannibalisme 'verteerd'.
De hoofdmoot van de scriptie bestaat uit de beschrijving van de veelal mythische patronen waarin de Europeaan het fenomeen kannibalisme classificeert. In de late middeleeuwen is in Europa de context nog niet aanwezig voor een juiste identificatie van de nieuwe gebieden. De inwoner van het oude continent kan de Nieuwe Wereld alleen benaderen vanuit de beperkingen van zijn eigen kennis. De 'Novus Mundus' zal dan ook voortdurend naar reeds bestaande, eurocentrische noties worden uitgevonden. Hetzelfde gebeurt met de indianen. Ook zij worden geconstrueerd volgens de vaste, cultureel bepaalde patronen in het hoofd van de Europeanen.
De kern van de scriptie is het onderzoek naar de reeds bestaande culturele paradigma's waarin de Europeaan de kannibaal onderbrengt.
Zo worden antropofagen in een door Johannes Grüninger in Straatsburg gedrukte prent als hondmensen afgebeeld. Al vanaf de derde eeuw symboliseren deze Cynocephali - 'mensen met een hondensnuit' - extreem geweld, exceptionele brutaliteit maar vooral kannibalisme. Dit gaat door tot diep in de vroegmoderne periode.
'Duitse' uitgevers beelden de kannibaal dan weer af als de folkloristische wildeman. Onder invloed van de herontdekking van Tacitus' Germania door Poggio Bracciolini in 1420 identificeren de 'Duitse' humanisten deze figuur met hun voorouders. Zodra echter berichten van een nog authentiekere wildeman in de Nieuwe Wereld 'Duitsland' bereiken, komt de indiaan in beeld als een formele homologie van de ur-Duitser. Vooral in vroege publicaties van Vespucci's Mundus Novus wordt de link gelegd tussen de Germaanse voorouders veraf in de tijd en de contemporaine exoten op grote afstand in de ruimte.
In 1557 verschijnt de Warhaftige Historia van Hans Staden. Daarin beschrijft de ex-kanonnier het rituele kannibalisme van de Braziliaanse Tupinambá als een ceremonie met strikte voorschriften. Tijdens de godsdienstoorlogen stellen de protestanten dan ook de transsubstantiatie in de katholieke eucharistie gelijk aan kannibalisme.
In deel drie van zijn Grands Voyages ziet Théodore de Bry kannibalisme als de uitdrukking van een universeel proces van verwording dat progressief naar de onafwendbare destructie van de wereld leidt. Volgens hem is deze degeneratie zelfs zo absoluut dat ze diametraal ingaat tegen de eeuwenoude Grieks-Romeinse opvatting van het menselijk lichaam als een microkosmos die de macrokosmos weerspiegelt.
Rond het einde van de zestiende eeuw graveert Crispijn de Passe de prent Saturnus en zijn kinderen. Ook hij ziet de bewoners van Amerika door een Europese bril: die van Saturnus en het zodiacale hemelmodel. Saturnus, de eerste antropofaag, castreerder en gecastreerde, is sterk verbonden met de patriarchale macht, de autoriteit van de vader, maar dan in omgekeerde zin: hij is door kindermoord en seksuele verminking aan de macht gekomen, zijn beleid is wanbestuur. De gravure stelt de indianen-kannibalen-mijnwerkers, de onderdanen van Saturnus, in rechtstreeks verband met de onderwereld, de dood en allerlei oneerbare beroepen uit de onderste lagen van de maatschappij. Ook de 'diabolische' sekte van de 'heksen' ressorteert onder de god-planeet: zij belichamen de groeiende vrees voor de ongebreidelde seksualiteit van de vrouw die de patriarchale orde wil omverwerpen.
Het laatste hoofdstuk ten slotte richt de kijker op de kannibaal in allegorische voorstellingen van de Nieuwe Wereld. De afbeelding van Amerika vertoont hier een duidelijke evolutie van versplintering en fragmentatie naar heelheid en ongeschondenheid. In 1666 is het continent geen naakte vrouw met een afgehakt hoofd in de hand meer maar een stevig in de kleren gestoken koningin, beschaafd en op gelijke hoogte met Europa geherdefinieerd.
'Als er iets is waar ik bang voor ben, is het wel de angst, volgens medici is er niets wat ons meer van ons verstand berooft', schrijft Michel de Montaigne in één van zijn essays. En gelijk heeft hij. Nog altijd. 'We zijn allemaal kannibalen'. Ook dat schreef hij.
Stéphanie Van den Eynde
21 september 2016
Bibliografische lijst
Werken
Boeken
Arens, William. The Man-Eating Myth. Anthropology and Anthropophagy. New York: Oxford University Press, 1979.
Aristoteles. Historia Animalium. Vertaald door A.L.Peck. Londen: William Heinemann Ltd, 1970.
Aristoteles. Ethica Nicomachea. Vertaald door Christine Pannier en Jean Verhaeghe. Groningen: Historische Uitgeverij, 1999.
Bartra, Roger. Wild Men in the Looking Glass. The Mythic Origins of European Otherness. Ann Arbor: University of Michigan Press: 1994.
Bernheimer, Richard. Wild Men in the Middle Ages. A Study in Art, Sentiment, and Demonology. Cambridge: Harvard University Press, 1952.
Bucher, Bernadette. Icon and Conquest. A Structural Analysis of the Illustrations of de Bry’s Great Voyages. Chicago en Londen: The University of Chicago Press, 1981.
De Bry, Theodor. America de Bry, 1590 - 1634: Amerika oder die Neue Welt. Die Entdeckung eines Kontinents in 346 Kupferstichen. Bewerkt en heruitgegeven door Gereon Sievernich. Berlijn en New York: Casablance, 1990.
De Léry, Jean. Histoire d’un voyage faict en la terre du Brésil (1578). Uitgegeven door Frank Lestringant. Parijs, Librairie Générale Française, 1994.
De Nogent, Guibert. The Deeds of God through the Franks: A Translation of Guibert de Nogent’s Gesta Dei per Francos, vert. Robert Levine. Rochester: The Boydell Press, 1997.
Dickason, Olive Patricia. The Myth of the Savage And the Beginnings of French Colonialism in the Americas. Edmonton: The University of Alberta Press, 1984.
Duviols, Jean-Paul. L’ Amérique espagnole vue et rêvée. Les livres de voyages de Christophe Colomb à Bougainville. s.l.: Promodis, 1985.
Friedman, John Block. The Monstrous Races in Medieval Art and Thought. Syracuse: Syracuse University Press, 2000.
Honour, Hugh. The New Golden Land: European Images of America from the Discoveries to the Present Time. New York: Pantheon Books, 1975.
Hulme, Peter. Colonial Encounters: Europe and the Native Caribbean, 1492 - 1797. Londen en New York: Routledge, 1986.
Leitch, Stephanie. Mapping Ethnography in Early Modern Germany. New Worlds in Print Culture. Basingstoke: Palgrave Macmillan, 2010.
Lestringant, Frank. Le Huguenot et le Sauvage. L’Amérique et la controverse coloniale, en France, au temps des Guerres de Religion (1555 - 1589). Parijs: Aux Amateurs de Livres, 1990.
Lestringant, Frank. Cannibals. The Discovery and Representation of the Cannibal from Columbus to Jules Verne. Vertaald door Rosemary Morris. Cambridge: Polity Press, 1997.
Mason, Peter. Deconstructing America. Representations of the Other. Londen en New York: Routledge, 1990.
Moffitt, John F. en Sebastián, Santiago. O Brave New People. Albuquerque: University of New Mexico Press, 1996.
Oakeshott, Walter. Some Woodcuts by Hans Burgkmair. Oxford: The University Press, 1960.
O’Gorman, Edmundo. The Invention of America: An Inquiry into the Historical Nature of the New World and the Meaning of its History. Bloomington: Indiana University Press, 1961.
Owens, Margaret E. Stages of Dismemberment. The Fragmented Body in Late Medieval and Early Modern Drama. Newark: University of Delaware Press, 2005.
Pagden, Anthony. The Fall of Natural Man. The American Indian and the Origins of Comparative Ethnology. Cambridge, New York en Melbourne: Cambridge University Press, 1982.
Plinius. Naturalis Historia. Vertaald door Joost van Gelder, Mark Nieuwenhuis en Ton Peters. Amsterdam: Athenaeum - Polak & Van Gennep, 2005.
Petrinovich, Lewis. The Cannibal Within. New York: Aldin de Gruyter, 2000.
Price, Merrall Llewelyn. Consuming Passions. The Uses of Cannibalism in Late Medieval and Early Modern Europe. New York en Londen: Routledge, 2003.
Sadlier, Darlene J. Brazil Imagined. Austin: University of Texas Press, 2008.
Sawday, Jonathan. The Body Emblazoned. Dissection and the Human Body in Renaissance Culture. Londen en New York: Routledge, 1995.
Schmidt, Benjamin. Innocence abroad. The Dutch Imagination and the New World, 1570 - 1670. Cambridge: Cambridge University Press, 2001.
Staden, Hans. Hans Staden’s True History. An Account of Cannibal Captivity in Brazil. Uitgegeven en vertaald door Neil. L. Whitehead en Michael Harbsmeier. Durham en London: Duke University Press, 2008.
Tanquerey, Ad. Précis de théologie ascétique et mystique. Parijs, Doornik en Rome: Desclée et Cie, 1946.
Thevet, André. Le Brésil d’ André Thevet. Les Singularités de la France Antarctique (1557). Uitgegeven door Frank Lestringant. Parijs: Éditions Chandeigne, 2011.
Vangroenweghe, Daniël. Kannibalisme en mensenoffers. Feiten en verhalen uit Mexico, Brazilië en Centraal-Afrika. Kessel-Lo: Uitgeverij Van Halewyck, 2012.
Wandel, Lee Palmer. A Companion to The Eucharist in the Reformation: Incarnation and Liturgy. Cambridge en New York: Cambridge University Press, 2006.
Wendt, Astrid. Kannibalismus in Brasilien: Eine Analyse europäischer Reiseberichte und Amerika-Darstellungen für die Zeit zwischen 1500 und 1654. Frankfurt am Main, Bern, New York en Parijs: Peter Lang, 1989.
White, David Gordon. Myths of the Dog-Man. Chicago en Londen: The University of Chicago Press, 1991.
Artikels in boeken
Braham, Persephone. “The Monstrous Caribbean.” In The Ashgate Research Companion to Monsters and the Monstrous, uitgegeven door Asa Simon Mittman en Peter J. Dendle, 17-48. Farnham: Ashgate Publishing Limited, 2013.
Colin, Susi. “The Wild Man and the Indian in Early 16th Century Book Illustration.” In Indians and Europe, An Interdisciplinary Collection of Essays, uitgegeven door Christian F.Feest, 5-36. Aken: Herodot, RaderVerlag, 1987.
Mc Grath, Elizabeth. “Humanism, Allegorical Invention, and the Personification of the Continents.” In Concept, Design & Execution in Flemish Painting (1550 - 1700), uitgegeven door Hans Vlieghe, Arnout Balis en Carl Van de Velde, 43-71. Turnhout: Brepols Publishers n.v., 2000.
Zika, Charles. “Fashioning New Worlds from Old Fathers: Reflections on Saturn, Amerindians and Witches in a Sixteenth-Century Print.” In Dangerous Liaisons. Essays in Honour of Greg Dening, uitgegeven door Donna Merwick. Parkville: History Department, The University of Melbourne, 1994.
Zika, Charles. “She-Man: Visual Representations of Witchcraft and Sexuality in Sixteenth-Century Europe.” In Engendering Love and War in Medieval and Early Modern Europe, uitgegeven door Andrew Lynch en Philippa Maddern, 147-190. Nedlands: University of Western Australia Press, 1995.
Artikels in tijdschriften
Burnett, Charles en Patrick Gautier Dalché. “Attitudes towards the Mongols in Medieval Literature: the XXII Kings of Gog and Magog from the Court of Frederick II to Jean de Mandeville.” Viator: Medieval and Renaissance Studies, Vol. 22 (1991): 153-167.
Davies, Surekha. “Depictions of Brazilians on French Maps, 1542 - 1555.” The Historical Journal 55, 2 (2012) : 317-348.
Le Corbeiller, Clare. “Miss America and her Sisters: Personifications of the Four Parts of the World.” The Metropolitan Museum of Art Bulletin, New Series 19, nr. 8 (1961): 209-223.
Lestringant, Frank. “Le nom des “Cannibales”, de Christophe Colomb à Michel de Montaigne.” Bulletin de la société des Amis de Montaigne, nr. 17-18 (1984): 51-74.
Montrose, Louis. “The Work of Gender in the Discourse of Discovery.” Representations 33 (1991): 1-41.
Rawson, Claude. “Unspeakable Rites: Cultural Reticence and the Cannibal Question.” Social Research Vol. 66, nr.1 (1999): 167-193.
Schreffler, Michael J. “Vespucci Rediscovers America: The Pictorial Rhetoric of Cannibalism in Early Modern Culture.” Art History 28, nr. 3 (2005): 295-310.
Tattersall, Jill. “Anthropophagi and Eaters of Raw Flesh in French Literature of the Crusade Period: Myth, Tradition and Reality.” Medium Aevum 57, Jan 1 (1988): 240-253.
Veldman, Ilja M. “De macht van de planeten over het mensdom in prenten naar Maarten de Vos.” Bulletin van het Rijksmuseum 31, nr. 1 (1983): 21-53.
Waterschoot, Werner. “The title-page of Ortelius’s Theatrum Orbis Terrarum.” Quaerendo 9, nr.1 (1979): 43-68.
Wittkower, Rudolf. “Marvels of the East. A Study of the History of Monsters.” Journal of the Warburg and Courtauld Institutes Vol. 5 (1942): 159-197.
Zika, Charles. “Fears of Flying: Representations of Witchcraft and Sexuality in Early Sixteenth-Century Germany.” Australian Journal of Art 8, nr. 1 (1989): 19-47.
Zika, Charles. “Cannibalism and Witchcraft in Early Modern Europe: Reading the Visual Images.” History Workshop Journal, nr. 44 (1997): 77-105.
Catalogi
Tentoonstellingscatalogi
New York 1980-1981
Husband, Timothy. The Wild Man. Medieval Myth and Symbolism. tent.cat., New York, Metropolitan Museum of Art. New York: Metropolitan Museum of Art, 1980-1981.
Antwerpen 1987.
Vandenbroeck, Paul. Beeld van de andere, vertoog over het zelf. Over wilden en narren, boeren en bedelaars. tent. cat., Antwerpen, Koninklijk Museum voor Schone Kunsten. Antwerpen: KMSK, 1987.
Internetadressen
Aristoteles, “Politica,” Perseus Digital Library. Tufts University, 1.2, 1252b5-9; 1.6, 1255a28-b2; 3.14, 1285a19-21; laatste toegang 12 mei 2016, http://www.perseus.tufts.edu/hopper/text?doc=Perseus:text:1999.01.0058.
Chanca, Diego Alvarez. Letter of Dr. Chanca on the Second Voyage of Columbus Wisconsin. s.l., 1825, Historical Society, Digital Library and Archives. American Journeys Collection, nummer AJ-065, 2003: 281, laatste toegang 12 mei 2016, http://www.latinamericanstudies.org/columbus/chanca.pdf.
Jiménez del Val, Nasheli. “Seeing Cannibals: European Colonial Discourses on the Latin American Other.” Onuitgegeven doctoraatsthesis, UMI, 2013, laatste toegang 12 mei 2016, http://orca.cf.ac.uk/55851/1/U584386.pdf.
Homerus. “Ilias.” Perseus Digital Library. Tufts University, Boek. 2, v. 867, laatste toegang 12 mei 2016, http://www.perseus.tufts.edu/hopper/text?doc=Perseus:text:1999.01.0133:…
Livius, Titus. “Ab urbe condita.” Perseus Digital Library. Tufts University, Boek 39, hfdst. 6, r. 3 e.v., laatste toegang 12 mei 2016, http://www.perseus.tufts.edu/hopper/text?doc=Liv.+39.16&fromdoc=Perseus….
Vespucci, Amerigo. Vespucci Reprints, Texts and Studies. The Mundus Novus in Translation. Letter to Lorenzo Pietro di Medici, vertaald door George Tyler Northup. s.l. 1504, Princeton University Press, 1916: 5, laatste toegang 12 mei 2016, https://archive.org/stream/vespuccireprints05prinuoft/vespuccireprints0….