Hoe kan taal gestimuleerd worden in STEM-activiteiten in de kleuterklas? Dat is de vraag waar Valentine Bertrand en Katalin Van Hecke zich in deze bachelorproef over ontfermden.
Wat is STEM-onderwijs?
Tegenwoordig is het STEM-onderwijs aan een grote opmars bezig. Concreet houdt dit voor de basisschool in, dat er gewerkt wordt aan de STEM-geletterdheid van de kinderen. STEM-geletterdheid slaat op het ontwikkelen van een onderzoekende houding. Het is belangrijk dat de kinderen niet zomaar alles vanzelfsprekend vinden wat hen verteld wordt, maar dat ze dit in vraag stellen en ervoor open staan om te onderzoeken. De benaming STEM is afkomstig van ‘science’, ‘technology’, ‘engineering’ en ‘mathematics’. Deze termen staan respectievelijk voor wetenschap, technologie/techniek, optimalisering en wiskunde. In een goede STEM-activiteit zitten deze vier elementen steeds verwerkt. Binnen het STEM-onderwijs komen heel wat denk- en doevragen aan bod. Dit houdt in dat er vragen gesteld worden om de kinderen actief te laten denken en doen.
Het onderzoek
Katalin en Valentine voerden in hun laatste jaar kleuteronderwijs hun bachelorproef uit met als onderwerp taalstimulering gelinkt aan STEM. Binnen dit afstudeerproject probeerden zij te achterhalen wat het antwoord is op hun onderzoeksvraag: “Hoe kan differentiatie in denk- en doevragen in een STEM-activiteit leiden tot taalstimulering in de 2de kleuterklas?” De invalshoek ‘taalstimulering’ werd gekozen omwille van het grote aantal anderstalige kleuters in de klas waarin het onderzoek werd uitgevoerd. Daarnaast waren er een aantal kleuters die niet veel spreekdurf hadden, ook zij hadden baat bij extra taalstimulering.
Om een antwoord te vinden op de onderzoeksvraag, dompelden Katalin en Valentine de kinderen uit de 2de kleuterklas onder in een bad van STEM-activiteiten die sterk gericht waren op het stimuleren van taal. Zo werkten zij bijvoorbeeld een activiteit uit waarin de kinderen zelf een vijver moesten bouwen. Tijdens deze activiteit stelden zij heel veel verschillende soorten vragen waarmee zij zo veel mogelijk taal trachtten uit te lokken bij de kleuters. Ze testten ook andere tips en tricks i.v.m. de taalstimulering. Al deze toepassingen en aandachtspunten zijn te vinden in de scriptie.
Bevindingen
De opzet van onze bachelorproef was om te achterhalen hoe differentiatie in denk- en doevragen in een STEM-activiteit kan leiden tot taalstimulering in de tweede kleuterklas. Als resultaat van dit onderzoek kunnen wij zeggen dat het belangrijk is om heel veel verschillende soorten vragen te hanteren en dit terwijl rekening gehouden wordt met de eigenheid van elk kind. Vragen die in theorie veel taal kunnen uitlokken, zijn niet automatisch even optimaal voor ieder kind. Deze soorten vragen zijn allemaal te vinden in de scriptie. Daarnaast is het ook van belang dat de kleuters de persoon die de vragen stelt, vertrouwen. Deze persoon moet werkelijk geïnteresseerd zijn in het antwoord en de uitleg van de kleuters. Door diverse gesprekstechnieken te hanteren, kunnen de kleuters aangemoedigd worden om te antwoorden op de vragen. Meer uitleg over deze gesprekstechnieken kunt u vinden in de scriptie.
Belangrijk om in het achterhoofd te houden is dat deze resultaten vooral gebaseerd zijn op de klas waarin de bachelorproef uitgevoerd werd. Desondanks kunnen ze wel een richtlijn of inspiratiebron vormen voor andere klassen of kinderen.
Bhutani, S., Bistmans, A., Boeraeve, A., Boudry, C., Coulembier, M., Deslé, E., . . . Jacobs, K. (2012). Visietekst. Taalstimulering en meertaligheid. Opgeroepen op 02 29, 2016, van kind en gezin: http://www.kindengezin.be/img/visietekst-nederlands.pdf
Boone, M. (2008-2010). Groei- en leerlijnen in de kleuterschool: een praktijkboek voor variatie en gradatie. Mechelen: Plantyn. Opgeroepen op april 1, 2016
Crutzen, D., Van Gorp, K., Teller, M., & De Rynck, P. (2014). Kleine kinderen, grote kansen. taalstimulering en meertialigheid. Waarderen en ontwikkelen van alle taalvaardigheden van jonge kinderen. 05: Koning Boudewijnstichting. Opgeroepen op 02 29, 2016
Damhuis, R., De Blauw, A., & Brandenbarg, N. (2004). CombiList, een instrument voor taalontwikkeling via interactie: praktische vaardigheden voor leidsters en leerkrachten. Nijmegen: Expertisecentrum Nederlands. Opgeroepen op 02 29, 2016
Damhuis, R., Zielhorst, A., Van Seters, A., & Karelse, A. (2003). Mondelinge communicatie: interactie in de kleine kring: handreiking voor implementatie. Nijmegen: Expertisecentrum Nederlands. Opgeroepen op 02 29, 2016
Doorman, M., Fechner, S., Jonker, V., & Wijers, M. (2014). Richtlijnen voor het ontwikkelen van lesmateriaal voor onderzoekend leren in wiskunde en natuur wetenschappen met behulp van beroepscontexten. Opgeroepen op 02 28, 2016, van mascil-project: http://dspace.library.uu.nl/handle/1874/305117
Durieux, P., Neirynck , K., Hondeghem, G., Veys, K., Ollivier, R., Vandemeulebroecke, J., . . . Vriens, E. (2010). TOK! Taalontwikkeling voor alle kleuters. Altiora: Averbode. Opgeroepen op april 1, 2016
Goorhuis-Brouwer, S. (1997). Het wonder van taalverwerving. Basisboek voor opvoeders van jonge kinderen. Utrecht: De Tijdstroom. Opgeroepen op 02 29, 2016
Goorhuis-Brouwer, S. (2007). Taalontwikkeling en taalstimulering bij baby's, peuters en kleuters. Amsterdam: SWP. Opgeroepen op 02 28, 2016
Heetvelt, G. (1993). individualiseren en differentieren. Groningen: Wolters Noordhoff. Opgeroepen op april 08, 2016
Joos, S., & Moons, C. (2010, 12 31). Taalstimulering en meertaligheid bij kinderen van 0 tot 6 jaar. Opgeroepen op 02 28, 2016, van kindengezin: www.kindengezin.be/img/taal-en-meertaligheid.pdf
Klapwijk, R., & Holla, E. (2014, maart). Leidraad onderzoekend en ontwerpend leren. Opgeroepen op april 4, 2016, van www.wetenschapsknooppuntzh.nl
Schouten, E. (2001). Praatjes maken. Taalstimulering van peuters en kleuters. Makelaar VVE. Opgeroepen op 02 26, 2016
Sterckx, M. (2002/2003). Kun jij ademen door je oren? Of hoe op een motiverende manier aan Nederlandse taalvaardigheid werken met anderstalige nieuwkomers. School- en klaspraktijk, 44(176), 6-15. Opgeroepen op 02 29, 2016
Stoep, J., & Van Elsäcker, W. (2005). Peuters interactief met taal. De taallijn VVE: taalstimulering voor jonge kinderen. Utrecht: Sardes. Opgeroepen op 02 28, 2016
Van De Keere, K. (2013). Wetenschapsonderwijs vormgeven. School- en klaspraktijk, 55(220), 21-32. Opgeroepen op 02 28, 2016
Van De Keere, K., & Vervaet, S. (2013). Leren is onderzoeken. Aan de slag met wetenschap in de klas. Tielt: LannooCampus. Opgeroepen op april 04, 2016
Van Graft, M., & Kemmers, P. (2007, maart). Onderzoekend en ontwerpend leren bij natuur en techniek. Opgeroepen op april 4, 2016, van www.slo.nl
Verrips, M., & Dekkers, R. (2002). Kindertaal in beeld. Bussum: Uitgeverij Coutinho. Opgeroepen op 02 28, 2016
Vervaet, S., Dejonckheere, P., & Van De Keere, K. (2014, december). Onderzoeken leren de klas in: 4 pijlers. Sint-Canisiusblad, 112(2), 5-10. Opgeroepen op 02 28, 2016
Vervaet, S., Meys, R., Van De Keere, K., Dejonckheere, P., Deleu, A., Frans, R., . . . Piret, A. (2015). Onderzoekend leren. Didactisch kader voor de leerkracht. Opgeroepen op 02 28, 2016, van www.onderzoekendleren.be
VVKBaO. (2000-2002). Ontwikkelingsplan voor de katholieke kleuterschool. Brussel: VVKBaO. Opgeroepen op april 1, 2016