Hoogwaardig openbaar vervoer in Leuven: vervoerswijzekeuze en overstapbereidheid
Wanneer er gekeken wordt naar de recente geschiedenis van Leuven als aantrekkingspool voor werk en onderwijs, kan er een sterke groei worden vastgesteld in het aantal pendelaars dat zich dagelijks richting de stad en haar directe omgeving begeeft. Deze groeiende verplaatsingsstroom zorgt de laatste jaren voor een sterk toegenomen druk op de mobiliteit van en naar de stad, met autoverkeer dat de capaciteit van de verschillende invalswegen steeds vaker overstijgt. Daarnaast kan het openbaar vervoer (OV) van De Lijn hiervoor maar moeilijk een waardig alternatief bieden, doordat de vele buslijnen zich grotendeels in gemengd verkeer afwikkelen en mee komen vast te zitten in de toenemende congestie.
Voor deze thesis werd er als doel vooropgesteld om het idee van hoogwaardig openbaar vervoer (HOV) in Leuven verder uit te werken, door het op bepaalde vlakken concreet te maken. Enerzijds worden verschillende vervoerswijzen (bus, tram,…), die voor HOV kunnen ingezet worden, met elkaar vergeleken en anderzijds wordt ook het belang van goede overstappen onderzocht. Om het geheel nog bijkomend te concretiseren, wordt er voornamelijk gefocust op een specifiek deel van het OV-netwerk in en rond de stad, zijnde de as van Diest tot Tervuren, die ook Leuven doorkruist.
Voor het deel rond de vervoerswijzekeuze werd in eerste instantie een overzicht opgesteld van zowat alle mogelijke opties die er rond trams en bussen denkbaar zijn. Hierbij werd een onderscheid gemaakt naar type materieel (klassieke tram of bus, tram op banden, trambus), naar sturingsmechanismes voor bussen (verschillende geleide opties en de niet-geleide optie) en naar aandrijvingsmethoden (bovenleiding, geen bovenleiding, zuiver op brandstof, zuiver elektrisch, als hybride vorm,…). Vervolgens werd er, voor al deze opties, stap voor stap een evaluatie opgesteld, met voor- en nadelen in termen van gebruiksperspectief en technische haalbaarheid. Deze opsomming en evaluatie vormt zuiver op zichzelf dan ook al een mooi overzicht van wat heden ten dage de interessantste technologieën en voertuigsystemen op de markt zijn.
Anderzijds is dit echter ook de noodzakelijke eerste stap om in staat te zijn het wereldwijd immense aanbod aan fabrikanten en bijhorende voertuigmodellen te kunnen herleiden tot een overzichtelijke selectie van de meest betrouwbare, meest innovatieve en voor het HOV in Leuven meest interessante opties. Een dergelijke selectie werd vervolgens dan ook uitgevoerd en leverde een geheel van 16 overgehouden voertuigopties op, bestaande uit vier klassieke trams, een tram op banden, negen klassieke bussen en twee trambussen.
In een volgende fase werden deze 16 voertuigen nog aan een diepgaandere analyse onderworpen. Hiertoe werden verscheidene relevante parameters bepaald (capaciteit, snelheid, bochtstraal,…) en werden er vergelijkende tabellen opgesteld. Vervolgens werden hier dan de belangrijkste vaststellingen en opvallendste waarden uitgelicht en werd er bekeken of het mogelijk was om, op basis van deze aanvullende gegevens, één of enkele voorkeursalternatieven naar voren te schuiven.
Voor de tramvoertuigen werd daarbij vastgesteld dat de (enige) tram op banden, de Translohr van NTL, als één van de interessantste opties mag gerekend worden.
Uit de overige (klassieke) trams daarnaast nog een alternatieve voorkeursoptie selecteren, bleek een heel stuk lastiger. Hier wisselen relatieve sterktes en zwaktes elkaar immers af en zal het sterk van de persoonlijke prioriteiten van de OV-exploitant gaan afhangen, welke optie de voorkeur geniet.
Voor de busvoertuigen kwam vooral de trambus van producent Van Hool, de Exqui.City, als voorkeursoptie uit de resultaten naar voren. Deze optie is echter ook logisch, gezien de gemiddeld duurdere kostprijs van een trambus ten opzichte van een klassieke variant. Daarom werden als alternatieve (en minder kostelijke) voorkeursopties ook de Hess O2792 en vooral de Man Lion’s City GL nog voorgesteld.
Voor het deel rond overstapbereidheid werd er eerst een theoretisch kader opgesteld, waarna er, in termen van ruimtelijke uitbouw van een overstaplocatie, nog een concrete evaluatiemethodiek en bijhorende toepassing op de as Diest-Leuven-Tervuren werden ontwikkeld.
In het theoretisch gedeelte werd er vooral toegespitst op het aandeel en de impact van een overstap op het geheel van de verplaatsing. Hierbij werd er op verschillende manieren aangetoond dat het aandeel en de impact, gemiddeld genomen, allerminst te verwaarlozen zijn. Bovendien blijkt de overstap, vanuit het oogpunt van de OV-exploitant, vaak nog een grote opportuniteit te zijn, met een belangrijk potentieel en aanzienlijke verbeteringsmarges.
Een tweede element dat daarom in het theoretisch kader werd bekeken, was de vraag welke factoren er op welke delen van de (ervaren) overstaptijd een invloed uitoefenen en welke daarvan ook beïnvloedbaar zijn voor een OV-exploitant. De beïnvloedbare factoren konden hierbij opgedeeld worden in twee grote groepen, zijnde enerzijds de factoren in relatie tot de operationele planning en anderzijds de factoren met betrekking tot de ruimtelijke uitbouw van een overstaplocatie.
Op deze tweede groep van factoren werd vervolgens dieper ingegaan door het opstellen van een concrete evaluatiemethodiek en bijhorende toepassing hiervan op enkele belangrijke locaties langsheen de as Diest-Leuven-Tervuren. Het doel hierbij was, om, in termen van overstapcomfort, enerzijds bestaande halteinfrastructuur te kunnen evalueren (en gericht te kunnen bijsturen) en anderzijds ook mogelijke locatieopties voor nieuw aan te leggen infrastructuur tegen elkaar te kunnen afwegen.
Voor de eerste doelstelling (bestaande infrastructuur) werd, op basis van een opdeling van het overstapproces in deelfases en de erkenning van daaruit volgende prioriteitsgroepen, een checklist en bijhorend scoringssysteem opgesteld. Deze checklist werd vervolgens toegepast op de haltes Leuven Station, Leuven Gasthuisberg en Diest Station. Hierbij kon worden vastgesteld dat de halte Leuven Station zeer aanvaardbaar scoorde, Leuven Gasthuisberg daarentegen maar matig scoorde en de halte Diest Station een zeer slechte score liet noteren. Een overzicht van de voornaamste prioriteitsgroepen en specifieke elementen om op in te zetten ter verbetering van de huidige score, werd hierbij telkens aangehaald.
Voor de tweede doelstelling (nieuw aan te leggen infrastructuur) werden in eerste instantie de nodige aanpassingen doorgevoerd aan de checklist die voor de eerste doelstelling werd opgesteld en werd ook van een scoringssysteem op een rankingsysteem overgeschakeld. Vervolgens werd er gekozen voor een toepassing op de omgeving van Leuven Station en werden, voor elk van beide scenario’s die bekeken werden, de mogelijke haltelocaties vastgelegd. Tot slot werd dan voor ieder scenario (na ranking en kritische evaluatie) één bijhorende voorkeurslocatie geselecteerd.
Referenties naar papers & onderzoeksrapporten
A Better City. (2014). Alternative propulsion systems. Massachusetts Bay Transportation Authority.
Abkowitz, M., Josef, R., Tozzi, J. & Driscoll, M. (1987). Operational feasibility of timed transfer in transit
systems. Journal of Transportation Engineering, 113(2), 168-177.
Bourget, C. & Labia, P. (2010). Mission de diagnostic et de prospective sur les réseaux de transports
urbains de Caen et Nancy. Rapport définitif. Conseil Général de l’environnement et du développement
durable.
Central Transportation Planning Staff. (1997). Transfer penalties in urban mode choice modeling.
Report prepared for the Travel Model Improvement Program, U.S. Department of Transportation, USA.
Chowdhury, S., & Ceder, A. (2013). Definition of planned and unplanned transfer of public transport
service and user decisions to use routes with transfers. Journal of Public Transportation, 16(2), 1-20.
Clark, J.E. (1982). Modeling travelers’ perception of travel time. Transportation Research Board Record,
890, 7-11.
Clark, N.N., Zhen, F., Wayne, W.S. (2009). Assessment of hybrid-electric transit bus technology. TCRP
Report 132.
De Lijn. (2013a). Maatschappelijke kosten-baten analyse van de tramlijn Jette-Zaventem Luchthaven.
Rapport opgesteld voor de ontwikkeling van Brabantnet en de Mobiliteitsvisie 2020.
De Lijn. (2013b). Maatschappelijke kosten-baten analyse van de sneltramlijn Willebroek-Brussel via de
A12. Rapport opgesteld voor de ontwikkeling van Brabantnet en de Mobiliteitsvisie 2020.
Dziekan, K. (2008). Ease-of-use in public transportation: a user perspective on information and
orientation aspects. Doctoral Thesis in Traffic and Transport Planning, Infrastructure and Planning.
Royal Institute of Technology, Stockholm, Sweden.
Ellis, S., Ceney, H. & Hassan, K. (2006). Integration of guided busways in the urban environment.
International seminar on urban pavements - Contribution to sustainable development.
Finn, B., Heddebaut, O., Kerkhof, A., Rambaud, F., Lozano, O.S. & Soulas, C. (2011). Buses with high
level of service - Fundamental characteristics and recommendations for decision-making and research.
Final report. COST action TU0603.
Fruin, J.J. (1971). Designing for pedestrians: a level of service concept. Highway Research Record, 355,
1-15.
Griffiths, P. (2012). Technology briefing paper - Catenary free tram operation. UK Tram.
Guo, Z. (2008). Transfers and path choice in urban public transport systems. Doctoral Thesis.
Massachusetts Institute of Technology, Cambridge, USA.
Guo, Z. & Wilson, N.H.M. (2010). Assessing the cost of transfer inconvenience in public transport
systems: a case study of the London underground. Transportation Research Part A, 45, 91-104.
Hess, D.B., Brown, J. & Shoup, D. (2005). Waiting for the bus. Journal of Public Transportation, 7(4), 67-
84.
Hunt, J.D. (1990). A logit model of public transportation route choice. ITE Journal, 60(12), 26-30.
Immers, B. & Corman, F. (2011). Slides openbaar vervoer les 7. Faculteit Ingenieurswetenschappen, KU
Leuven.
Iseki, H. & Taylor, B.D. (2008). Not all transfers are created equal: towards a framework relating
transfer connectivity to travel behavior. Transport Reviews: A Transnational Transdisciplinary Journal,
29(6), 777-800.
Iseki, H. Taylor, B.D. & Miller, M. (2006). The effects of out-of-vehicle time on travel behavior:
implications for transit transfers. Institute of Transportation Studies, University of California,
Berckeley, USA.
Knoppers, P. & Muller, T. (1995). Optimized transfer opportunities in public transport. Transportation
Science, 29(1), 101-105.
Ligett, R., Loukaitou-Sideris, A. & Iseki, H. (2001). Bus stop - environment connection: do characteristics
of the built environment correlate with bus stop crime? Transportation Research Record, 1760, 20-27.
Murgier, A. (1995). Transport sur voie réservée : un nouveau mode. Association pour le
développement des techniques de transport, d'environnement et de circulation - Congrès 1995, Le
Havre, France.
New South Wales Department of Transport. (2008). Guidelines for the development of public transport
interchange facilities. New South Wales, Australia.
Novales, M. (2010). Overhead wires free light rail systems. TRB 2011 Annual Meeting.
O’Flaherty, C.A. & Mangan, D.O. (1990). Bus passenger waiting time in central areas. Traffic
Engineering Control, 11, 419-421.
Olszewski, P. & Krukowski, P. (2012). Quantitative assessment of public transport interchanges. Report
prepared for the European Transport Conference 2012, Glasgow, Scotland.
Pratt, R.H. & Bevis, H.W. (1977). An initial Chicago North suburban transit improvement program.
1971-1975 - Vol. I: Report and Exhibits - Vol. II: Technical Supplement, U.S. Department of
Transportation.
Rebelgroup Advisory & MINT. (2013). Standaardmethodiek voor MKBA van transportinfrastructuur-
projecten. Rapport opgesteld voor het Departement Mobiliteit en Openbare Werken van de Vlaamse
Overheid.
Salzborn, F.J.M. (1980). Scheduling bus systems with interchanges. Transportation Science, 14(3), 211-
231.
Seddon, P.A. & Day, M.P. (1974). Bus passenger waiting times in greater Manchester. Traffic
Engineering and Control, 15(1), 442-445.
Systra. (2012). Feasibility of alternative power supply systems for the LUAS BXD. Ref.: O-IRL-12-B309-
REP-0001.
Taylor, B.D., Iseki, H., Miller, M.A. & Smart, M. (2007). Thinking outside the bus: understanding user
perceptions of waiting and transferring in order to increase transit use. Institute of Transportation
Studies, University of California, Berckeley, USA.
Transportation Research Board. (1999). The role of transit amenities and vehicle characteristics in
building transit ridership: amenities for transit handbook and the transit design game workbook. TCRP
Report 46.
Turnbull, R. & O’Higgins, T. (2013). Public transport interchange design guidelines. Final report
prepared for Auckland Transport, New Zealand.
UseMobility. (2012). Factors influencing behavioural change towards eco-friendly multimodal mobility.
Report prepared for understanding social behaviour for eco-friendly multimodal mobility.
Van den Heuvel, M.G. & Schoemaker, T.J.H. (1989). Visie systeemopbouw openbaar vervoer Randstad.
TU Delft, Delft, Nederland.
Van Goeverden, C.D. & van den Heuvel, M.G. (1993). De verplaatsingstijdfactor in relatie tot de
vervoerswijzekeuze. TU Delft, Delft, Nederland.
Wardman, M.R. (2004). Public transport values of time. Transport Policy, 11(4), 363-377.
Wardman, M.R. & Abrantes, P.A.L. (2011). Meta-analysis of UK values of travel time: an update.
Transportation Research Part A: Policy and Practice, 45(1), 1-17.
Webster, F.V. & Bly, P.H. (1980). The demand for public transport. Report prepared for an international
collaborative study of the factors affecting public transport. TRL Limited.
Živanović, Z. & Nikolić, Z. (2012). The application of electric drive technologies in city buses. ISBN: 978-
953-51-0893-1, InTech, DOI: 10.5772/51770.
Referenties naar websites & online geraadpleegde brochures, technische fiches, persberichten,… (laatste raadpleging op 5 januari 2016)
1. Projectwebsite ORDERin’F, Consortium ORDERin’F, http://www.orderinf.eu/
2. Projectwebsite Regionet Leuven, BUUR, http://www.regionetleuven.be/
3. Brochure Optiguide-Optiboard, Siemens, https://w5.siemens.com/france/web/fr/sts/offre/
solutions/transports/Documents/Fiche%20optiboard%20fr%2011%202014bis.pdf
4. Productpagina FROG voertuigtechnologie, Frog AGV Systems, http://www.frog.nl/Oplossingen/
Technologie/Voertuigtechnologie.html
5. Persbericht zelfrijdende bus, De Lijn, http://delijn.prezly.com/1e-zelfrijdende-bus-in-belgie-stapje-
dichterbij
6. Persbericht STEEM, Alstom, http://www.alstom.com/press-centre/2011/5/STEEM-promoting-
energy-savings-for-tramways
7. Brochure WiPost & Ultracaps, NTL, http://www.newtl.com/en/wp-content/uploads/sites/2/2013/
02/2013-Dossier-Wipost-GB.pdf
8. Brochure MITRAC, Bombardier, http://www.bombardier.com/content/dam/Websites/
bombardiercom/supporting-documents/BT/Bombardier-Transport-ECO4-MITRAC_Energy_Saver-
EN.pdf
9. Brochure Sitras HES, Siemens, https://w3.usa.siemens.com/mobility/us/Documents/en/rail-
solutions/railway-electrification/dc-traction-power-supply/sitras-hes-en.pdf
10. Productpagina ACR/Freedrive, CAF, http://www.caf.es/en/ecocaf/nuevas-soluciones/tranvia-
acr.php
11. Productpagina APS, Alstom, http://www.alstom.com/products-services/product-catalogue/rail-
systems/Infrastructures/products/aps-ground-level-power-supply/
12. Productpresentatie Tramwave, Ansaldo, http://www.dcstreetcar.com/wp-content/uploads/
2014/08/Section-D-Part-5-610-722-pagesred.pdf
13. Productpagina Primove, Bombardier, http://primove.bombardier.com/applications/tram.html
14. Productpagina van bus met CNG-aandrijving, MAN, http://www.bus.man.eu/nl/nl/stadsbussen/
man-lions-city-cng/overzicht/Overzicht.html
15. Persbericht elektrische bussen, De Lijn, https://www.delijn.be/nl/overdelijn/nieuws/bericht/
11888_elektrische_bussen
16. Persbericht faillissement APTS, ED, http://www.ed.nl/economie/phileas-ontwikkelaar-apts-
helmond-failliet-1.4644816
17. Persbericht overname Ansaldo, Hitachi Rail, http://www.hitachi.com/New/cnews/month/2015/
11/151102.html
18. Webpagina over tramfabrikanten, Wikia TramWiki, http://nl.trams.wikia.com/wiki/
Categorie:Fabrikanten
19. Eventwebsite Busworld Kortrijk, Busworld, http://kortrijk.busworld.org/
20. Brochure Citadis X05, http://www.alstom.com/Global/Transport/Resources/Documents/
brochure2014/Citadis%20-%20Sales%20brochure%20-%20Eng%20-%20Sept%202014%20-
%20LD.pdf?epslanguage=en-GB
21. Technische fiche Citadis X05, http://www.alstom.com/Global/Transport/Resources/Documents/
brochure2014/Citadis%20X05%20-%20Product%20sheet%20-%20EN.pdf?epslanguage=en-GB
22. Brochure Flexity 2, http://bahnlinz.com/FLEXITY2.pdf
23. Technische fiche Flexity 2, http://s3-eu-west-1.amazonaws.com/storage.prezly.com/a5/
3123d0442411e4b84e3517f8b01442/Flexity-2---data-sheet.pdf
24. Technische fiche Urbos 100, http://www.modernstreetcar.org/pdf/
APTA%20Streetcar%20Carbuilder%20Survey%20Rev%20130117%20Draft%20CAF%20Urbos%20100
%25%20LF.pdf
25. Brochure Avenio M, http://www.mobility.siemens.com/mobility/global/
SiteCollectionDocuments/en/rail-solutions/trams-and-light-rail/avenio-m/avenio-m-broschure-
en.pdf
26. Technische fiche Avenio M, https://www.mobility.siemens.com/mobility/global/
SiteCollectionDocuments/en/ rail-solutions/trams-and-light-rail/avenio-den-haag-en.PDF
27. Brochure & technische fiche Translohr, http://www.alstom.com/Global/Transport/Resources/
Documents/brochure2014/Translohr%20-%20Brochure%20-%20English.pdf?epslanguage=en-GB
28. Brochure & technische fiche O2792, http://www.hess-ag.ch/en/busse/linienbusse/niederflur.php
29. Brochure & technische fiche Urbino, https://www.solarisbus.com/eng/urbino.html
30. Technische fiche newAG300, http://www.vanhool.be/ENG/openbaar%20vervoer/diesel/
Resources/leafletAG300%202013%20mail.pdf
31. Technische fiche Citea SLFA, http://www.vdlbuscoach.com/Producten/Openbaar-vervoer/Citea/
Technische-specificatie.aspx
32. Brochure Lion’s City GL, http://m.man-mn.com/system/product_pdfs/pdfs/000/000/100/
original/30094_Broschuere_LionsCity_GL_GB.pdf?1352302675
33. Technische fiche Lion’s City GL, http://www.bus.man.eu/man/media/fl/
content_medien/doc/business_website_bus_master_1/Lions_City.pdf
34. Brochure Citywide LE, http://www4.scania.com/templates/campaigns/selma/download/
Citywide-brochure-en.pdf
35. Technische fiche Citywide LE, https://www.scania.com/Images/Citywide_LE_range_tcm40-
448164.pdf
36. Brochure Urbanway, http://www.iveco.com/ivecobus/en-us/collections/catalogues/Documents/&n…;
City/ BrochureUrbanway_EN_Euro_VI.pdf
37. Technische fiche Urbanway, http://www.bustocoach.com/en/content/iveco-bus-urbanway-
cursor-9-euro-vi-18-metres-city-class-i-4-doors
38. Brochure & technische fiche Citaro G, http://www.mercedes-benz.be/content/media_library/hq/
hq_mpc_reference_site/bus_ng/services_accessories/brochure/2013/citaro_g_tech/2081_0114Tech
_Info_Citaro_G_ EuroVI_NL_pdf.object-Single-MEDIA.tmp/2081_0114Tech_Info_Citaro_G_EuroVI
_NL.pdf
39. Brochure 7900 A, http://www.volvobuses.com/SiteCollectionDocuments/VBC/Downloads/Volvo-
7900-Euro6-Hybrid-Brochure-NL.pdf
40. Technische fiche 7900 A, http://www.volvobuses.com/SiteCollectionDocuments/VBC/
Downloads/Volvo-7905LAH-EU6-Data-sheet-13-03.pdf
41. Brochure Exqui.City, http://www.vanhool.be/home%20fr/transport%20public/
hybride%20trolley/Resources/folderExquicitya.pdf
42. Technische fiche Exqui.City, http://www.vanhool.be/NED/openbaar%20vervoer/Resources/
folder%20Exquicity%202013%20mail.pdf
43. Brochure Crealis, http://www.iveco.com/ivecobus/en-us/collections/catalogues/Documents/&n…;
City/BrochureCrealis_EN_Euro_VI.pdf
44. Technische fiche Crealis, http://www.bustocoach.com/en/content/iveco-bus-crealis-neo-182-
metres-brt-4-doors
45. Persbericht tweede busstation Leuven, Nieuwsblad, http://www.nieuwsblad.be/cnt/
dmf20140501_01088451#
46. Projectwebsite stationsomgeving Diest, Provincie Vlaams-Brabant,
http://www.vlaamsbrabant.be/wonen-milieu/wonen-en-ruimtelijke-ordening/…;
stationsomgevingen/poort-van-demer-en-diest/index.jsp