Het museum als poort tot een hoopvolle toekomst voor jonge vluchtelingen

Joke
Vanderschoot

Het museum als poort tot een hoopvolle toekomst voor jonge vluchtelingen

 Hallo, bonjour, مرحبا, merhaba, hallå , përshëndetje, caio, здравей, hola, 你好, γειά σου, sveiki, сәлем, …! Dit zijn de eerste woorden die in het begin van het schooljaar in een OKAN klas gehoord kunnen worden. OKAN staat voor ‘Onthaalklassen voor Anderstalige Nieuwkomers’. Het leren van de Nederlandse taal is een ‘must’ voor deze nieuwkomers, maar welke rol kan cultuur spelen bij een kennismaking met België? Op welke manier kan een omgang met kunst, zoals een museumbezoek, bijdragen aan de integratie van anderstalige nieuwkomers? 

 

OKAN

Het concept ‘OKAN’ is nog een heel recent gegeven. Hoewel de nood aan en de ontwikkeling van de eerste OKAN klassen reeds in de jaren ‘90 plaatsvond, begint het concept de laatste jaren pas actief aandacht te krijgen. Dagelijks zien we beelden in het nieuws van de vluchtelingenstroom die ontstaan is door de oorlog in Syrië. Dit is slechts één van de actuele voorbeelden van de komst van anderstalige nieuwkomers.

De gevolgen van onder meer deze vluchtelingenstroom zijn niet langer een ver-van-ons-bed-show. In plaats van de komst van anderstalige nieuwkomers te zien als een negatief gegeven, kan er beter gefocust worden op de opportuniteit hiervan. Anderstalige nieuwkomers, zowel kinderen als volwassenen, brengen andere en interessante culturen, vaardigheden en kennis met zich mee. Hiervan kunnen wij behoorlijk veel leren. Om een uitwisseling te kunnen creëren is er wel nood aan communicatie.

OKAN klassen vormen hier een eerste stap in, waar minderjarige anderstalige nieuwkomers de Nederlandse taal en gewoonten in België kunnen leren. Maar ook musea en andere initiatieven beginnen zich af te vragen hoe ze moeten omgaan met deze nieuwe doelgroep en wat zij voor de nieuwkomers kunnen betekenen.

 

OKAN vs musea?

In deze scriptie is onderzocht of een museumbezoek op maat van OKAN jongeren kan bijdragen aan hun integratie in de Belgische samenleving. Anderstalige nieuwkomers vormen een nieuwe en bijzonder actuele doelgroep in museologische contexten. Kunnen musea een partner vormen in integratieprojecten voor anderstalige nieuwkomers?

Er is in dit onderzoek gekeken of een culturele beleving, namelijk een museumbezoek, hiertoe kan bijdragen. Hierbij is het belangrijk om rekening te houden met de superdiversiteit van de klasgroep. Deze superdiversiteit wordt gekenmerkt door verschillende talen, leeftijden en culturen, die deel uitmaken van één klas.

 

Musea vormen een uitgelezen educatieve context voor OKAN jongeren, aangezien ze kunstwerken tonen, die zodanig visueel zijn dat een volwaardige kennis van de Nederlandse taal niet nodig is om het onderwerp of verhaal te begrijpen. Kunstwerken verbeelden elementen uit de maatschappij doorheen tijd en ruimte. Ze verbeelden zowel historische als hedendaagse aspecten, tradities en gemeenschappelijke verhalen zoals o.a. religie.

Daarnaast vormen musea een nieuwe leeromgeving, wat een fijne afwisseling kan vormen van de dagelijkse klasomgeving.

 

Bestaande initiatieven

Een aftasting naar de aanwezigheid van projecten voor OKAN jongeren in de Belgische museumwereld heeft aangetoond dat er her en der wel initiatieven ontstaan, maar dat er nog veel ruimte voor verbetering is. Opvallend is dat grote musea zoals het MAS en het M HKA activiteiten en rondleidingen organiseren voor volwassen anderstalige nieuwkomers, maar dat OKAN jongeren (nog) niet zijn opgenomen in het educatief programma. Verscheidene musea in het buitenland zoals het British Museum beschikken daarentegen reeds over uitgebreide activiteiten en rondleidingen op maat voor jonge, anderstalige nieuwkomers.

 

OKAN in de KMSKB

Geïnspireerd op bestaande projecten en educatieve aanpakken is er als casestudy van deze scriptie een museumrondleiding ontwikkeld voor de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België. Deze is getest met een OKAN klas uit het Sint-Guido Instituut in Anderlecht. Het thema van deze rondleiding focust op kunstwerken, die de eigenheid van België tonen met aandacht voor haar geschiedenis, de waarde van bekende kunstenaars en tradities. Verder wordt de rondleiding aangevuld met verscheidene interactieve opdrachten, waarbij er aandacht uitging naar persoonlijke ervaringen van de leerlingen.

 

De dialoog die tijdens de rondleiding ontstond bij het kunstwerk ‘Het gevecht tussen Carnaval en de Vasten’ van Pieter Bruegel illustreert mooi hoe kunstwerken aanknopingspunten kunnen vormen voor interculturele dialogen:

“Een Braziliaans meisje riep, bij het horen van het woord carnaval, ‘Oh, Brasil!’, waarna ze begon te vertellen over haar ervaringen met de muziek, het dansen en de confetti tijdens het Braziliaans carnaval. Een Syrische jongen had echter nog nooit van deze traditie gehoord. Hij luisterde aandachtig naar het meisje en stelde haar verscheidene vragen. Hierop kon vervolgens weer op ingespeeld worden met elementen van het hedendaagse carnaval in België zoals onder meer een carnavalsstoet.”

Deze anekdote toont dat kunstwerken een ideale aanleiding vormen tot het ontstaan van een intercultureel gesprek met én tussen OKAN jongeren. Zo vond er als eerste een taaloefening plaats. Als tweede werd er interculturele kennis uitgewisseld en als laatste kon er aansluiting gevonden worden bij het nieuwe land: België.

 

 

Dit onderzoek heeft zowel theoretisch als in de praktijk aangetoond dat musea een absolute meerwaarde kunnen betekenen in het integratietraject van OKAN jongeren.

Een interactieve rondleiding op maat met aandacht voor de superdiversiteit én de verbinding met de leefwereld van de OKAN jongeren vormt een uitstekende formule. Er kan een verbondenheid gecreëerd worden door een kennismaking met de eigenheid, de geschiedenis en tradities in België. Dit vormt een belangrijke stap in het integratieproces.

 

Musea beschikken over een van de beste bouwstenen van de maatschappij: kunst. Dit medium verbeeldt als de beste menselijke uitingen in heden en verleden, zoals tradities maar onder meer ook gemeenschappelijke verhalen op religieus of historisch vlak. Op deze manier kan een band gecreëerd worden met het nieuwe land en eventueel ook gelijkenissen gevonden worden met het land van herkomst. Dit gaat de integratie alleen maar ten goede komen, waardoor we kunnen zeggen dat kunst kan bijdragen tot het creëren van een hoopvolle toekomst voor jonge vluchtelingen.

Daarnaast biedt de eigen culturele achtergrond van deze anderstalige jongeren kansen om onze maatschappij verder te verrijken en te diversifiëren. Hierdoor wordt het essentieel dat deze doelgroep eens te meer ondersteund wordt in onze maatschappij op cultureel gebied. En wat is hier een betere plaats voor dan in musea? 

Bibliografie

Publicaties

 

o   Hannelore Baeten, Laat mijn volk gaan. Godsdienst in OKAN, Turnhout, Katholieke Hogeschool Kempen, 2011.

 

o   Katy Beale, Museums at Play: games, introduction and learning, Edinburgh, Edinburgh museum, 2011.

 

o   Margaret E. Blaustein & Kristine M. Kinniburgh, Het behandelen van trauma bij kinderen en jongeren. Hoe veerkracht door hechting, zelfregulatie en competenties versterkt kan worden, Antwerpen, Uitgeverij SWP, 2015.

 

o   Kevin Bracquiné, Kunnen ze nog dromen? Een kwalitatieve exploratie van de beleefde ervaring van onderwijs bij adolescenten met een geschiedenis van gedwongen migratie., Leuven, KU Leuven, 2015.

 

o   Joël De Ceulaer, “Cultuureducatie”, Knack Extra, s.n. (2011), p. 16-17.

 

o   Helene Marie-Lou De Clerck, Edith Piqueray, Liesbeth Debruyne, Iris Philips & Ilona Truyts, Geïntegreerd eindrapport: Actie-onderzoek 16- tot 18-jarige nieuwkomers uit derdelanden, Gent, Universiteit Gent, 2014.

 

o   Lahla Daria, OKAN-leerlingen: onbekend maakt onbemind, Vorselaar, Katholieke Hogeschool Kempen, 2011.

 

o   Brecht Demeulenaere, “Cultuureducatie in beleid en onderwijs”, Krax+, 3.1 (2014), p. 8-11.

 

o   Jepke Embrechts, Ook kunst kan! Hoe kan ik als leerkracht plastische opvoeding en project kunstvakken leerlingen in onthaalklassen voor anderstalige nieuwkomers (OKAN) in contact brengen met beeldende kunsteducatie?, Antwerpen, Karel de Grote-Hogeschool, 2012.

 

o   Halleh Ghorasi, “Taal als toegang tot een nieuwe horizon”, Cultuur + Educatie, 9 (2009), p. 20-29.

 

o   Jolien Gregoor, Onderzoek naar identiteitsvorming en -ervaring bij leerlingen in het OKAN-onderwijs in Genk door middel van literatuurstudie, participerende observatie en persoonlijke gesprekken, Brussel, Erasmus Hogeschool, 2013. 

 

o   James Hall, Hall’s Iconografisch handboek. Onderwerpen, symbolen en motieven in de beeldende kunst, Leiden, Primavera Pers, 1992.

 

o   Edwin Hoffman, Interculturele gespreksvoering. Theorie en praktijk van het TOPOI-model, s.l., Bohn Stafleu van Loghum, 2002.

 

o   Els Hoogstraat & Annemarie Vels Heijn, De leertheorie van Kolb in het Museum. DromerDenkerBeslisserDoener, Amsterdam, Museumvereniging, 2006.

 

o   Michèle van Kalck, De Koninklijke Museum voor Schone Kunsten van België. Twee eeuwen geschiedenis, vol. 1, Brussel, Lannoo, 2003.

 

o   Hanne Kellens, Een kennismaking met OKAN. Wat na het onthaalonderwijs?, Leuven, Katholieke Hogeschool Leuven, 2012.

 

o   Myriam Koning, Migratie en integratie, Antwerpen, Artesis, 2012.

 

o   Folkert Kuiken, “Naar het museum om taal te leren”, Cultuur + Educatie, 9 (2009), p. 50-73.

 

o   Willy Laureyssens, Henri Pauwels & Françoise Roberts-Jones, Museum voor Oude Kunst Brussel, Brussel, Gemeentekrediet, 1988.

 

o   Natasja Meeusen, Creatief OKAN. Hoe maak je een cursus voor OKAN-leerlingen waarbij de leerlingen creatief en actief bezig zijn?, Antwerpen, Karel de Grote-Hogeschool, 2014.

 

o   Maarten van Opstal, “Laatstekansonderwijs. Een schreeuw voor alternatieve pedagogische modellen in een superdiverse jongerencultuur”, Oikos, 61 (2012), p. 64.

 

o   Reinhilde Pulinx, Platformtekst opgemaakt door de werkgroep Onderwijs en Integratie in het kader van de Staten-Generaal Inburgering en Integratie (29 november 2010), Gent, s.n., 2010.

 

o   Bea Ros, “Musea en migranten zoeken elkaar op”, Cultuur + Educatie, 9 (2009), p. 8-19.

 

o   S.n., Tips & tricks anderstalige minderjarige nieuwkomers in vrijetijdsactiviteiten, Gent, Kompas Gent & Inburgering Gent, 2015.

 

o   Graeme K. Talboys, Using Museums as an Educational Resource. An Introductory Handbook for Students and Teachers, Surrey, Ashgate, 2010.

 

o   Sandra Trienekens & Niels Vlasman, “Stad en Taal: de relatie tussen kennis en thuis voelen”, Cultuur + Educatie, 9 (2009), p. 30-49.

 

o   Lotte Verbeyst, Wat na Okan? Een kwalitatief onderzoek naar de doorstroming van ex-onthaalklassers naar het regulier onderwijs en de rol van de vervolgcoach hierbij, Gent, Universiteit Gent, 2011.

 

o   Melissa de Vreede, “Ervaringen van vijf Amsterdamse musea”, Cultuur + Educatie, 9 (2009), p. 74-89. 

 

o   Eliane De Wilde, Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België. Gids voor de collecties oude en moderne kunst, Brussel, Alice Editions, 1999.

 

 

Internetlinks 

 

o   British Museum, ESOL group tours and workshops (online), s.d., http://www.britishmuseum.org/learning/adults_and_students/esol_programm…;(december 2015).

 

o   De Redactie, Vernieuwende kijk op Pieter Bruegel de Oude in KMSK in Brussel (online), 15 maart 2016, http://deredactie.be/cm/vrtnieuws/cultuur%2Ben%2Bmedia/kunsten/1.2594256 (10 mei 2016).    

 

o   Educateam, Museum op Maat 2015-2016 (online), s.d., http://www.extra-edu.be/pdf/Museumopmaat_folder_28102015_NL.pdf (april 2016).

 

o   Educateam, Museum op Maat (online), s.d., http://www.extra-edu.be/MSM?lang=nl (april 2016) .

 

o   Kifkif, Superdiversiteit door Jan Blommaert (online), 27 juni 2011, http://www.kifkif.be/actua/superdiversiteit (20 april 2016).

 

o   Knack Weekend, Modemuseum van Antwerpen start project voor anderstalige nieuwkomers (online), 5 november 2015, http://weekend.knack.be/lifestyle/mode/modemuseum-van-antwerpen-start-p… (17 november 2015).

 

o   Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, Bruegel. Unseen Masterpieces (online), s.d., https://www.fine-arts-museum.be/nl/tentoonstellingen/bruegel-unseen-mas… (10 mei 2016).

 

o   Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, Geschiedenis (online), s.d., https://www.fine-arts-museum.be/nl/de-instelling/geschiedenis (3 mei 2016).

 

o   Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, Musée Oldmasters Museum (online), s.d., https://www.fine-arts-museum.be/nl/de-musea/musee-oldmasters-museum (februari-april 2016).

 

o   KU Leuven, Tien jaar Steunpunt Nederlands Tweede Taal (online), 24 januari 2012, http://nieuws.kuleuven.be/node/4089 (4 april 2016).

 

o   Suske en Wiske op het www, De raap van Rubens (online), s.d., http://suskeenwiske.ophetwww.net/albums/4kl/164.php (4 mei 2016).

 

o   Tropenmuseum, Taalonderwijs (online), s.d., https://tropenmuseum.nl/nl/onderwijs-nt2, (december-februari 2015).

 

o   Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, Anderstalige Nieuwkomers (online), s.d., http://onderwijs.vlaanderen.be/anderstalige-nieuwkomers (maart-april 2016).

 

o   Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, Onthaalklas voor anderstalige nieuwkomers (SO): uitgangspunten Nederlands voor nieuwkomers (online), s.d., http://www.ond.vlaanderen.be/curriculum/secundair-onderwijs/okan/uitgan… (september-oktober 2015).

 

o   Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming, Secundair onderwijs: vakgebonden eindtermen (online), 5 december 2014, http://www.ond.vlaanderen.be/curriculum/secundair-onderwijs/eerste-graa…;(18 maart 2016).

 

o   Vlaamse Overheid, het Vlaamse inburgeringsbeleid (online), s.d., http://www.vlaanderen.be/nl/vlaamse-overheid/werking-van-de-vlaamse-ove… (20 april 2016).

 

Filmfragmenten

 

o   Reeks 1: VID_20150511_113151, VID_20150511_114029, VID_20150511_121524, VID_20150511_121841, VID_20150511-123613, VID_20150511_124726, VID_20150511_125026 en VID_20150511_125424, persoonlijke bibliotheek van de heer Jos Vandebrouck, (oktober-november 2015).

 

o   Reeks 2: VID_20150512_104446, VID_20150512_104713, VID_20150512_105200, VID_20150512_110558 en VID_20150512_112201, persoonlijke bibliotheek van de heer Jos Vandebrouck, (oktober-november 2015).

Download scriptie (9.84 MB)
Universiteit of Hogeschool
Vrije Universiteit Brussel
Thesis jaar
2016
Promotor(en)
Professor dr. Karin Nys
Thema('s)