Grief journal voor rouwende jongeren

Clara
Pollentier

Grief journal voor rouwende jongeren

Binnen onze maatschappij worden er voornamelijk mogelijkheden gezocht om de dood te vermijden. Via moderne technologieën is de mens op zoek naar manieren om aan deze dood te ontsnappen. Hierdoor zijn we er niet op voorbereid als de dood ons tegenkomt. Ook voor jongvolwassenen is omgaan met het overlijden van een dierbare een moeilijke opgave. Het is een leeftijdscategorie die als voldoende volwassen wordt aanzien om deze verwerking zelf aan te kunnen. In dit onderzoek wordt er gekeken hoe we jongvolwassenen tussen de 16-25 jaar in Vlaanderen kunnen ondersteunen aan de hand van schrijven. Via onderzoek vanuit de literatuur wordt er een rouwschrift opgesteld waar jongeren hun emoties, gedachten en gevoelens kwijt kunnen. Een tweede onderdeel van dit onderzoek heeft een verkennende aard. Er wordt nagegaan hoe jongeren tegenover dit rouwschrift staan.

Rouw bij jongeren

Verlies begrijpen we als het kwijtraken van één of meer betekenisvolle elementen uit je bestaan. Wanneer je deze elementen verliest zal je de houvast die je eraan ontleende kwijtraken. Iets of iemand verliezen maakt een heel belangrijk deel uit in het leven van een jongvolwassene. Ze vormen de basis van het psychisch welbevinden en bij wijze van spreken een belangrijke voorwaarde voor de jongere om te groeien.

De gevoelens, de gedachten, de gedragingen die een persoon ervaart bij het verlies van een dierbaar persoon kunnen we dus rouwen noemen. We kunnen rouwen onderscheiden in twee verschillende fasen. Eerst is er een strijd met zichzelf om het intense verdriet en de pijn te verwerken. Het eerste moment wordt de jongere overmand door het gemis en het verdriet voor de dierbare, hij is als het ware de pijn. Uiteindelijk kan deze pijn omgezet worden in gemis. Nadien is het belangrijk voor de jongere om zijn leven terug op orde te krijgen. Tijdens het intense verdriet is het moeilijk voor de jongere om verder te gaan met ‘het gewone leven’, daarom is het van belang om na die periode de gewone dagelijkse activiteiten terug op te nemen.

Voor jongeren is dit een hele moeilijke periode. Deze jongvolwassenen hebben nog altijd het gevoel van geborgenheid en bescherming nodig, maar de buitenwereld verwacht van hen dat ze zich als volwassenen gedragen. In deze periode maakt een jongvolwassene een dubbele verlieservaring mee. Ze moeten afscheid nemen van hun kindertijd en hebben daarbovenop nog een dierbare die ze hebben verloren. Hun verdriet wordt daarbij dan nog vermengd met de typische adolescentenproblemen. Ze worstelen vaak met hun identiteit, afhankelijkheid, emoties, afstandelijk gedrag, etc.

Het effect van schrijven

Waarom is schrijven zo therapeutisch? Wanneer men een eigen levensverhaal neerschrijft vraagt dit serieuze zelfreflectie. Je moet op een objectieve manier kunnen terugkijken naar het verleden en nagaan wat er precies gebeurd is en waarom. Het is belangrijk om vanuit verschillende ooghoeken het verhaal te benaderen in plaats van enkel de schuld op anderen te steken.

Het gaat erover dat je personen, plaatsen en momenten kiest die voor jouw belangrijk waren. Tijdens het schrijven ga je op zoek naar oorzaak en gevolg, vooral de psychologische processen die erachter verscholen zitten. Dit zorgt voor een beter zelfinzicht.

Schrijven is verlossend. Het gaat bijna altijd gepaard met een inzet tot veranderen. Autobiografisch schrijven gaat over het verleden, een plaats waar dingen anders werden aangepakt. Hierdoor kan men na het schrijven het verleden laten rusten en terug opnieuw beginnen, een nieuwe start maken.

Structuur brengen aan een traumatische ervaring, zoals een verlieservaring, kan gedurende het schrijven rust brengen voor de jongere. Emotionele herinneringen worden minder hevig na herhaaldelijke blootstelling. Gedurende het schrijven is het belangrijk om enkel de essentie neer te schrijven. Dit zorgt voor een uitdaging om zo zorgvuldig mogelijk naar de essentie toe te schrijven. Eén van de belangrijkste voordelen bij schrijven is dat er een neergeschreven verhaal ontstaat, dat met anderen kan worden gedeeld.

The grief journal

Vanuit deze inzichten is er besloten om een rouwschrift te ontwikkelen voor de rouwende jongeren. Zo krijgen ze verschillende handvatten aangereikt om mee te nemen gedurende het rouwverwerkingsproces.

The grief journal is een notaboek waarin jongeren al hun herinneringen, gevoelens en gedachten aan de overledene kunnen neerpennen. Via een bepaalde structuur overlopen ze het volledige rouwproces. Het is voornamelijk ontworpen voor jongeren die graag schrijven.

Deze grief journal is opgedeeld in verschillende hoofdstukken. Per hoofdstuk krijgen de jongeren telkens een korte uitleg en een opdracht. De jongvolwassenen kiezen zelf in welke mate zij zich aan deze opdracht willen houden. Het is een leeftijdsgroep die nog een bepaalde structuur en geborgenheid nodig heeft, maar vrijheid is evenzeer belangrijk.

Ook worden er gedurende het schrijfproces enkele tips meegegeven. Deze tips hebben als functie de jongeren bewust maken van hun eigen gevoelens. Eerst is er wat psycho-educatie, hierbij wordt er wat extra uitleg gegeven rond een bepaalde emotie. Dit zorgt ervoor dat de jongeren leren omgaan met deze emotie.

Na het ontwerpen van deze grief journal is er een evaluatie opgestart met als belangrijkste doel de meningen verzamelen van jongvolwassenen. Over het algemeen wordt het rouwschrift positief onthaald. Zowel de jongeren als verschillende experten vinden het zeker een meerwaarde voor de rouwende jongeren. Vervolg onderzoek is echter wel aangewezen. Dit vooral om de beleving van de jongeren na te gaan tijdens het invullen van the grief journal.

Bibliografie

Referenties

Adams, K. (1999, januari). Writing as therapy. Counseling and human development, 31(5). Geraadpleegd van http://search.proquest.com/openview/41fcc76806088cf1fcf4242562507fda/1?…

Bernts, T. (2001). Jongeren in rouw: een literatuurstudie ten behoeve van de ontwikkeling van liturgische en pastorale vormen voor jongeren in rouw (Rapport no 484). Geraadpleegd van file:///C:/Users/Clara/Downloads/rapport484%20(1).pdf

Bohlmeijer, E. (2008). De verhalen die we leven. Narratieve psychologie als methode. tijdschrift voor psychiatrie, 50(7), 478-479

Bouhouti, F. (z.j.). Cognitieve Analytische Therapie: Theorie en Praktijk. Geraadpleegd van http://dare.uva.nl/cgi/arno/show.cgi?fid=94403

Brinkman, J. (2014) De Vragenlijst: een goed meetinstrument voor toepasbaar onderzoek. Groningen, Nederland: Noordhoff Uitgevers.

Brubaker, J. R, Kivran-Swaine, F., Taber, L., & Hayes, G. R. (2012). Grief-Stricken in a crowd: The language of bereavement and distress in social media. Geraadpleegd van https://www.aaai.org/ocs/index.php/ICWSM/ICWSM12/paper/viewFile/4622/496

Celik, H. (2015). Schrijven als therapie, Jouw brief! (Herz. ed.). doi:9491897314

De Mönnink, H. J. (2008). Verlieskunde (5e ed.). Amsterdam, Nederland: Reed Business Education.

Dyer, K. A. (2009). Students benefit from e-journeling or using web journals in an online grief, loss & bereavement course. Geraadpleegd van file:///C:/Users/Clara/Downloads/proceedings_43780.pdf

Fiddelaers-Jaspers, R. (2005). Mijn troostende ik (2e ed.). Kampen, Nederland: Kok ten Have. 71 | P a g i n a Clara Pollentier 2017-2018

 

Foolen, N., & Van Rooijen, K. (2013, februari). Wat werkt bij rouwverwerking? [Forumpost]. Geraadpleegd van http://www.nji.nl/nl/Download-NJi/Wat-werkt-publicatie/(311053)-nji-dos…

Furnham, A. (2012). Writing as therapy. In A. Furnham (Red.), The talented manager (pp. 234-236). Macmillan, UK: Palgrave.

Hemstra, J. (z.d.). Creatieve therapie bij rouwverwerking. Geraadpleegd van http://www.hettekenatelier.nl/creatieve-therapie-groningen/wanneer-crea…

Hermans, G. (2011, 13 december). Schrijftherapie bij trauma [Blogpost]. Geraadpleegd van https://psychologenpraktijk.wordpress.com/2011/12/13/trauma-behandeling…

Hulpiau, I., & Vandereycken, W. (2008, augustus). Schrijven als onderdeel van psychotherapie (1): de belangrijkste varianten. Psychopraxis, 10(4), 163-169.

Hulpiau, I., & Vandereycken, W. (2008, oktober). Schrijven als onderdeel van therapie (2): toepassing in de praktijk. Psychopraxis, 10(5), 209-213.

Keirse, M. (1995). Helpen bij verlies en verdriet. Een gids voor het gezin en de hulpverlener. Tielt, België: Lannoo.

Keirse, M. (2002). Kinderen helpen bij verlies. Tielt, België: Lannoo.

Keirse, M., & Kuyper, M. B. (2012). Rouw Landelijke richtlijn, versie: 2.0. Geraadpleegd van https://www.nji.nl/nl/Download-NJi/Landelijke-richtlijn-rouw.pdf

Kübler-Ross, E. (2012). Over rouw: de zin van vijf stadia van rouwverwerking. Amsterdam, Amsterdam: Ambo/Anthos.

Lopez, M. (2012, 11 oktober). Oud zeer en zielenpijn kan je van je afschrijven [Blogpost]. Geraadpleegd van http://www.psychologisch.nu/marcelino/oud-zeer-en-zielenpijn-kun-je-van… 72 | P a g i n a Clara Pollentier 2017-2018

 

Lucassen, S. (2005). Schrijftherapie voor getraumatiseerde kinderen en adolescenten. Kind en adolescent praktijk, 1(1), 38-43.

Maes, J. (2007). Leven met gemis. Wetteren, België: Erasmus.

Moors, M. (2015). Rouw mag er zijn. Journal of Social Intervention: Theory and practice, 24(4), 45-57. Geraadpleegd van http://www/jounalsi.org

Pollefliet, L. (2016). Schrijven: van verslag tot eindwerk. Gent, België: Academia Press.

Sofka, C. J, Cupit, I. N, & Gilbert, K. R. (2012). Dying, death and grief in an online universe: for counselors and educators. New York, New York: Springer company.

Spuij, M. (2017). Rouw bij kinderen en jongeren. Amsterdam, Nederland: Nieuwezijds.

Spuij, M., Stikkelbroek, Y., Goudena, P., & Boelen, P. (2008, juni). Rouw en verliesverwerking door jeugdigen. Kind en adolescent, 29(2), 80-93.

Stroebe, M.S., & Schut. H. (2010). The Dual Process Model of coping with bereavement: Rational and description. Death Studies, 23, 197-224.

Van Den Berghe, W. (2011). Het juiste cijfer. Leuven, België: Acco.

Van der Oord, S., Lucassen, S., Van Emmerik, A., & Emmelkamp, P. (2008, december). Cognitief gedragstherapeutische schrijftherapie bij kinderen met posttraumatische stressstoornis. Resultaten van een ongecontroleerde behandelstudie. Kind en adolescent praktijk, 4(1), 168-174.

Van der Oord, S., Lucassen, S., Van Emmerik, A., & Emmelkamp, P. (2010, mei). Treatment of Post-Traumatic Stress Disorder in children using cognitive behavioural writing therapy. Clinical psychology and psychotherapy, pp. 240-249.

Van Tongeren, C. (2012, oktober). Sacha Lucassen: 'Schrijven geeft een extra dimensie aan therapie.'. Psychopraktijk, 4(5), 7-11.

Van Veen, M., & Westerkamp, K. (2009). Deskresearch. Amsterdam, Nederland: Pearson Education Benelux. 73 | P a g i n a Clara Pollentier 2017-2018

 

Vanden Broucke, K. (2015). Rouwverwerking bij adolescenten in de derde graad secundair onderwijs. Geraadpleegd van file:///C:/Users/Clara/Desktop/Inleiding%20tot%20BaP/Bachelorproef%20rouwverwerking%20adolescenten.pdf

Vanden Abbeele, C. (2001). Nu jij er niet meer bent. Tielt, België: Lannoo.

Westerink, D. (z.j.). Niets te gek bij online rouwverwerking. Geraadpleegd van https://www.nuvema.nl/social-media-testament/rouwverwerking-online

Wijnen, B. (2018). Jongeren op weg naar volwassenheid. Geraadpleegd van https://www.nji.nl/nl/Kennis/Dossier/van-jeugd-naar-volwassenheid/Jonge…

Download scriptie (1.41 MB)
Universiteit of Hogeschool
Hogeschool West-Vlaanderen
Thesis jaar
2018
Promotor(en)
Sigrid Bosteels