Al tweetend naar de sjerp?
Twitter is allesomvattend deze dagen. De laatste jaren hebben sociale media een enorme opgang gemaakt en kunnen vele mensen niet meer zonder hun Facebook, Instagram of Twitteraccount. Ook in de politieke wereld is Twitter van levensbelang. Vele politici zetten enorm in op Twitter en communiceren zo rechtstreeks met hun kiezers. Denk maar aan de vele ophef rond de tweets van Theo Francken of Donald Trump. De vraag blijft bestaan of dit vele tweeten nu eigenlijk wel een impact heeft op de verkiezingen. Zouden politici die veel en sterk inzetten op Twitter sterker scoren bij de verkiezingen en meer voorkeurstemmen verzamelen dan politici die Twitter links laten liggen? Dat is wat dit onderzoek probeerde te ontdekken.
Twitter gaat local
Politici hebben doorgaan twee doelen: 1. Goed besturen (al valt dit soms te betwijfelen). 2. Opnieuw verkozen raken. Om het tweede doel te bereiken, moeten ze hun kiezers proberen overtuigen. Twitter speelt een zeer grote rol in de communicatie van politici naar hun kiezers toe. Iedereen die wil, kan een Twitteraccount aanmaken en politici hun hele doen en laten beginnen volgen. Er staan geen limieten op, iedereen in België, zelf in de hele wereld, kan de Vlaamse politici volgen. Echter bij de verkiezingen kan niet iedereen op elke politicus stemmen. Er kan enkel op een bepaalde politicus gestemd worden als men tot dezelfde kieskring behoort. Dit is voor de lokale verkiezingen de gemeente. Enkel inwoners van een bepaalde gemeente kunnen op de politici in die gemeente stemmen. Daarom is het zeer interessant om te zien of Twitter ook op het lokale vlak een rol kan spelen als men weet dat het overgrote deel van een politici zijn Twittervolgers niet in zijn gemeente wonen.
Dit is onderzocht geweest in vijf grote steden in Vlaanderen, namelijk Antwerpen, Gent, Genk, Kortrijk en Aalst. Daar zijn alle kandidaten die bij de gemeenteraadsverkiezingen van oktober 2018 opkwamen, onderzocht geweest. In totaal waren er in die vijf gemeenten 1161 kandidaten.
Geen fans van Twitter?
Een eerste opvallende vaststelling is dat er slechts 32,1% van de kandidaten een Twitteraccount had. Dit is vele malen minder dan ons buurland Nederland waar men vlot over de 50% gaat en de VS waar bijna elke politicus Twitter gebruikt.
Die cijfers zijn nog verder uitgespit geweest en daaruit bleek dat kandidaten die reeds eerder verkozen waren als gemeenteraadslid gemiddeld meer een Twitteraccount hadden dan nieuwe kandidaten. Kandidaten die op de zichtbaarste plekken stonden op de lijst (dit is de top 10 + de lijstduwer) bleken gemiddeld ook meer een Twitteraccount te hebben dan de kandidaten die op de minder zichtbare plekken stonden.
Twitter als wondermiddel voor meer voorkeurstemmen?
De meest belangrijke vraag van het onderzoek was natuurlijk of Twitter nu eigenlijk een invloed heeft op het aantal voorkeurstemmen die iemand ontving. Als er enkel gekeken werd naar het verschil in voorkeurstemmen tussen de mensen die geen Twitter hebben en de mensen die wel Twitter hebben dan bleek dat er wel degelijk een verschil opzat. Mensen met Twitter kregen significant meer voorkeurstemmen dan mensen zonder Twitter. Dit verschil was echter beperkt. In Antwerpen ging het gemiddeld over 115 stemmen, in Aalst zelf maar over 23 stemmen. Dit lijkt niet veel maar dat kleine aantal stemmen kan voor sommige kandidaten wel het verschil betekenen tussen verkozen raken of net die zetel missen.
Een opvallend resultaat was dat het geen verschil betekende hoeveel volgers men had of hoeveel Tweets men plaatste. Dit had geen invloed op het aantal voorkeurstemmen, enkel het hebben van een Twitteraccount had een invloed.
Vlaams belang kampioen op Twitter
Als laatste werd er ook nog tussen de partijen onderling vergeleken. Hieruit bleek dat Twitter voor Vlaams belang meer stemmenwinst betekende dan het gemiddelde voor alle partijen samen. Voor de andere partijen afzonderlijk konden er geen sluitende uitspraken worden gedaan.
Dit onderzoek was een eerste stap naar het ontdekken van de effecten van Twitter en de sociale media. Er is nog veel vervolgonderzoek nodig om alle effecten en invloeden goed in kaart te brengen. Het onderzoek kan wel een eyeopener zijn voor de mogelijke beïnvloeding die er van sociale media uitgaat op het stemgedrag. Een simpel klikje op de volgknop op een politici zijn Twitteraccount kan mensen zelf tot in het stemhokje invloed hebben.
Abts, K. (2014). Vlaanderen kiest : Trends in stemgedrag en opvattingen over politiek,
staatshervorming en kerk. Heverlee: LannooCampus.
André, A. Wauters, B. & Pilet, J-B. (2012) It’s not only about lists. Explaining preference
voting in Belgium. Journal of Elections, Parties and Public Opinion, 22(3) , pp. 293-
313
Becker, A.B. (2017). Trump trumps Baldwin? How Trump’s tweets transform SNL into
Trump’s strategic advantage. Journal of Political Marketing. doi:
10.1080/15377857.2017.1411860
Billiet, J. (1998). Structurele determinanten van het stemgedrag en culturele kenmerken van
de kiezerskorpsen in Vlaanderen: de verkiezingen van 1995. Leuven: KUL.
Departement sociologie.
Bright, J., Hale, S., Ganesh, B., Bulovsky, A., Margetts, H., Howard, P. (2017). Does
Campaigning on Social Media Make a Difference? Evidence from candidate use of
Twitter during the 2015 and 2017 UK Elections. Ithaka: Cornell University
Cogels, M. & Baudewyns, P. (2019). Campaigning and Candidates: Different Strategies for
Different Candidates. In A. Vandeleene, L. De Winter & P. Baudewyns (Eds.),
Candidates, Parties and Voters in the Belgian Partitocracy (pp. 161-188). London:
Palgrave.
Conway, B., Kenski, K. & Wang, D. (2013) Twitter use by presidential primary candidates
during the 2012 campaign. American Behavioral Scientist 57(11), pp. 1596–1610
De Benedictis-Kessner, J. (2018). Off-Cycle and Out of Office: Election Timing and the
Incumbency Advantage. The Journal of Politics 80(1), pp.119-132.
Evans, H., Cordova, V. & Sipole, S. (2014). Twitter Style: An Analysis of How House
Candidates Used Twitter in Their 2012 Campaigns. Political Science & Politics, 47(2),
pp. 454-462.
Fiva, J., Smith, H. (2018). Political Dynasties and the Incumbency Advantage in Party
Centered Environments. American Political Science Review 112 (3). pp. 706-712.
Geys, B. & Heyndels, B. (2003). Ballot layout effects in the 1995 elections of the Brussels’
government. Public Choice ,116(2), pp.147-164.
Gibson, R. K. & McAllister, I. (2006). Does cyber-campaigning win votes? Online
communication in the 2004 Australian Election. Journal of Elections, Public Opinion &
Parties 16(3), pp. 243–263
Gibson, R.K. & McAllister, I. (2011). Do online election campaigns win votes? The 2007
Australian ‘‘youtube’’ election. Political Communication, 28(2), pp. 227-244
Gibson, R.K. & McAllister, I. (2014). Normalising or Equalising Party Competition? Assessing
the Impact of the Web on Election Campaigning. Political Studies, 63(3), pp. 529-
547.
Gil de Zúñiga, H., Jung, N., & Valenzuela, S. (2012). Social Media Use for News and
Individuals' Social Capital, Civic Engagement and Political Participation. Journal of
Computer-Mediated Communication, 17(3), 319-336.
Gulati, G. & Williams, C. (2013). Social media and campaign 2012: developments and trends
for Facebook adoption. Social Science Computer Review 31(5), pp. 577–588.
Hooghe, M., Walgrave, S., Delwit, P., & Deschouwer, K. (2010). De stemmen van het volk :
een analyse van het kiesgedrag in Vlaanderen en Wallonië op 7 juni 2009. Brussel:
VUB press.
Imec Digimeter. (2017). Jaarrapport 2017. Geraadpleegd op 19 maart 2018 van
https://www.imec-int.com/nl/imecdigimeter.
Jacobs, K.T.E. & Spierings, N. (2014). …Maar win je er stemmen mee? De impact van
Twittergebruik door politici bij de Nederlandse Tweede Kamerverkiezingen van 12
september 2012. Tijdschrift voor Communicatiewetenschap, 42(1), pp .22-38.
Jacobs K., Spierings N. (2016) Social Media Go “Glocal”: The Local and European Arenas.
In: Social Media, Parties, and Political Inequalities. Palgrave Macmillan, New York
Jacobson, G. (2009). The Politics of Congressional Elections. New York: Pearson/Longman
Jungherr, A. (2016). Twitter use in election campaigns: a systematic literature review.
Journal of Information Technology & Politics , 13(1), pp. 72-91
Kam, C. & Zechmeister, E. (2013). Name Recognition and Candidate Support. American
Journal of Political Science, 57(4), pp. 971-986
Karpf, D. (2017). Digital politics after Trump. Annals of the International Communication
Association , 41(2), pp. 198-207
Katz, R. S. (2007). A theory of parties and electoral systems. Paperback edition. Baltimore:
Johns Hopkins University Press.
Kist, R., Kas, A. (2017). Zo proberen politieke partijen in jouw tijdlijn te komen. Geraadpleegd
op 25 maart 2018 van https://www.nrc.nl/nieuws/2017/01/24/zo-proberen-politieke
partijen-in-jouw-tijdlijn-te-komen-6281541-a1542657
Koppell, J. & Steen, J. (2004). The Effects of Ballot Position on Election Outcomes. The
Journal Of Politics, 66(1), pp. 267–281.
Kruikemeier, S. (2014). How political candidates use Twitter and the impact on votes.
Computers in Human Behavior, 34(1), pp. 131-139.
LaMarre, H. & Suzuki-Lambrecht, Y. (2013). Tweeting democracy? Examining Twitter as an
online public relations strategy for congressional campaigns. Public Relations
Review, 39(4), pp. 360-368
Larsson, A. O., & Moe, H. (2014). Triumph of the Underdogs? Comparing Twitter Use by
Political Actors During Two Norwegian Election Campaigns. Sage Open, 4(4), pp.
2158-2440.
Lazarsfeld, P. Felix, Berelson, B. R., & Gaudet, H. (1949). The people's choice : how the voter makes up his mind in a presidential campaign. New York (N.Y.): Columbia
university press.
Lev-On, A. (2011) Campaigning online: use of the Internet by parties, candidates and voters
in national and local election campaigns in Israel. Policy & Internet 3(1), pp. 107–134.
Lutz, G. (2010). First come, first served: the effect of ballot position on electoral success in
open ballot PR elections. Representation, 46(2), pp. 167-181.
Marcinkiewicz, K. & Stegmaier, M. (2015). Ballot Position Effects Under Compulsory and
Optional Preferential-List PR Electoral Systems. Polit Behav, 37(2), pp.465-486
Marsh, M. (1985) The voters decide? Preferential voting in European list systems. European Journal of Political Research, 13(4), pp. 365–378.
Metag, J. & Marcinkowski, F. (2012) Strategic, structural, and individual determinants of
online campaigning in German elections. Policy & Internet 4(3), pp. 136–158.
Miller, J., Krosnick, J. (1998) The Impact of Candidate Name Order on Election Outcomes. Public Opinion Quarterly,62(3) , pp. 291–333
Murthy, D. (2015). Twitter and elections: are tweets, predictive, reactive, or a form of buzz? Information, Communication and Society , 18(7), pp. 816-831.
Norris, P. (2000) A Virtuous Circle: Political Communications in Postindustrial Societies. Cambridge: Cambridge University Press.
Pilet, J.-B., André, A., Dassonneville, R., Depauw, S., Hooghe, M., Jacobs, D., Kelbel, C., et al. (2013). Voting for candidate(s): the use of mock ballots in the study of preferential voting: first lessons on the Belgian local elections of 2012. General Conference of the European Political Science Association, Proceedings. Presented at the General Conference of the European Political Science Association (EPSA - 2013).
Quinlan, S., Gummer, T., Roßmann, J. & Wolf, C. (2018). Show me the money and the
party!’ – variation in Facebook and Twitter adoption by politicians. Information,
Communication & Society, 21(8) , pp. 1031-1049
Rauchfleisch, A., Metag, J. (2016). The special case of Switzerland: Swiss politicians on
Twitter. New Media & Society, 18(10), pp. 2413-2431.
Rijksregister (2018). Bevolkingscijfers per provincie en per gemeente op 1 januari 2018.
Geraadpleegd op 19 maart 2018 van
http://www.ibz.rrn.fgov.be/nl/rijksregister/statistieken-van-bevolking/
Rogers, E. (2003). Diffusion of Innovations. New York: Free Press.
Samuel-Azran, T., Yarchi, M., & Wolfsfeld, G. (2015). Equalization versus Normalization:
Facebook and the 2013 Israeli Elections. Social Media + Society, 1(2), pp. 1-9.
Sartori, G., & Mair, P. (2005). Parties and party systems : a framework for analysis.
Colchester: ECPR.
Snyder, Jr., James M., & Strömberg, D. (2010). Press Coverage and Political Accountability.
Journal of Political Economy, 118(2), pp. 355–408.
Statistiek Vlaanderen (Dataset). (2018). Geraadpleegd op 18 april 2018, van
http://www.statistiekvlaanderen.be.
Steyvers, K. & De Ceuninck, K. (2013). De kracht van verandering of plus ça change? De
gemeenteraadsverkiezingen van 2012 in het licht van de trends sinds de fusies van
1976. In H. Reynaert & K. Steyers (eds.), De verkiezingen van 14 oktober 2012. De
kracht van verankering? (pp. 15-40). Brugge: Vanden Broele.
Strandberg, K. (2008) Online electoral competition in different settings: a comparative meta
analysis of the research on party websites and online electoral competition. Party
Politics, 14(2), pp. 223–244.
Strandberg, K. (2013) A social media revolution or just a case of history repeating itself? The
use of social media in the 2011 Finnish parliamentary elections. New Media & Society
15(8), pp. 1329–1347
Swyngedouw, M., Billiet, J., & Goeminne, B. (2007). De kiezer onderzocht : de verkiezingen
van 2003 en 2004 in Vlaanderen. Leuven: Universitaire pers.
Taebel, D. (1975). The Effect of Ballot Position on Electoral Success. American Journal of
Political Science,19(3), pp. 519-526.
Troustine, J. (2011). Evidence of a Local Incumbency Advantage. Legislative studies
quarterly, 36 (2), pp. 255-280.
Vaccari, C. & Nielsen, R. (2013). What Drives Politicians' Online Popularity? An Analysis of
the 2010 U.S. Midterm Elections. Journal of Information Technology & Politics , 10(2),
pp. 208-222.
Van Aelst, P. (2014). De mediatisering van de Vlaamse politiek. Leuven: Acco.
Van Aelst,P., Maddens, B. & Noppe, J., (2006).‘Van de studio naar de Kamer? Over de
relatie tussen media en voorkeurstemmen tijdens de verkiezingen van 2003”. Wie
zetelt? De gekozen politieke elite in Vlaanderen doorgelicht, pp. 163–176. Heverlee:
Lannoo
Van Aelst, P., Maddens, B., Noppe, J. & Fiers, S. (2008). Politicians in the News: Media or Party Logic?: Media Attention and Electoral Success in the Belgian Election
Campaign of 2003. European Journal of Communication, 23(2), pp. 193 – 210.
Van Aelst, P., Van Erkel, P., D’heer, E., & Harder, R. (2017). Who is leading the campaign
charts? Comparing individual popularity on old and new media. INFORMATION
COMMUNICATION & SOCIETY, 20(5), pp. 715–732.
Van de Voorde, N. (2017). Verticale politieke cumul in de Lage Landen : evolutie en
verklaringen. RES PUBLICA, 59(3), pp. 281–307.
Van de Voorde, N. (2017). One plus one equals three? The electoral effect of multiple office
holding in national and local elections. Presented at the ECPR General Conference
2017.
Van de Voorde, N. (2019). Does multiple office-holding generate an electoral bonus?
Evidence from Belgian national and local elections. WEST EUROPEAN POLITICS,
42(1), 133–155.
Van Erkel, P. (2017). Preferential votes: Explaining individual electoral success in intra party
competition. Antwerpen: Universiteit Antwerpen.
Vergeer, M., Hermans, L. & Sams, S. (2011). Online social networks and micro-blogging in
political campaigning: The exploration of a new campaign tool and a new campaign
style. Party Politics, 19(3), pp. 477 - 501
Wauters, B. (2000). De kracht van de voorkeurstem in stad en dorp : een analyse bij de
gemeenteraadsverkiezingen van 1994 in Vlaanderen. Leuven: KUL. Afdeling
politicologie.
Wauters, B., Verlet, D., & Ackaert, J. (2010). Meer gewicht voor voorkeurstemmen op lokaal
vlak: broodnodige of overbodige hervorming? BURGER, BESTUUR EN BELEID,
6(2), pp. 103–114.
Wauters, B., Verlet, D., & Ackaert, J. (2012). Giving more weight to preferential votes:
welcome or superfluous reform? The case of the local elections in Flanders
(Belgium). LOCAL GOVERNMENT STUDIES, 38(1), pp. 91–111.
Wauters, B., Van Aelst, P., Thijssen, P., Rodenbach, J., Smulders, J., & Pilet, J.-B. (2015).
Presidentalisering versus personalisering? De daling van het gebruik van de
voorkeurstem verklaard. In K. Deschouwer, P. Delwit, M. Hooghe, P. Baudewyns, &
S. Walgrave (Eds.), De kiezer ontcijferd : het stemgedrag en de stemmotivaties op 25
mei 2014 (pp. 76–95). Leuven: Lannoo campus.