Pensioenbonus zorgt voor minder werk en meer zorgen.

Thomas
Lebbe

Het Dilemma

Stel je voor: Je werkt voor het bedrijf Pensio voor 1 jaar. De baas van Pensio stelt je het volgende voor:

indien je een maand langer werkt, krijg je bovenop je 13 maanden loon nog eens 7% extra op al de maanden die je gewerkt hebt.



Neem je dit aanbod aan? Je zou zot zijn om het niet te doen, toch?

Wat als je nog maar 6 maanden te leven had, zou je het dan wel doen?

 

Economen maken ook fouten

Het zijn deze soort vragen waarmee economen zich bezighouden.

Het voorbeeld hierboven had evengoed over je pensioen kunnen gaan.

Als het van sommige economen afhing dan was dit ook het geval.

Net zoals hierboven kunnen we wel zeggen dat we denken te weten hoe je gedrag zal veranderen,

maar in feite is het natte vingerwerk. We hebben cijfers nodig om onze zaak hard te maken.

In mijn thesis heb ik wiskundig aangetoond dat de pensioenbonus niet altijd loont.

Ik heb ook bewezen dat er voor de gehele samenleving negatieve gevolgen zijn als we het beleid verkeerd inschatten.

De grootste inschattingsfout van economen is de veronderstelling dat al het overige constant blijft.

Of in andere woorden: enkel het beleid verandert, de rest blijft zoals het is.

Hoewel dit theoretisch zeer interessant is, is dit niet hoe het leven werkt.

Onze omgeving verandert continu en bepaalde zaken zullen wijzigen.

In mijn thesis neem ik die veranderingen mee in de berekening.

De belangrijkste verandering die ik bestudeer is hoe de bevolking wijzigt.

Waarom net de bevolking? Simpelweg omdat het centraal staat in de berekening van onze pensioenen.

De huidige pensioenen worden betaald door de huidige werkenden.

Naarmate dat er relatief meer oudere mensen zijn, zullen er relatief meer gepensioneerden dan werkenden zijn.

Dit betekent dat elke werknemer meer zal moeten betalen om de pensioenen betaalbaar te houden.

Natuurlijk zitten hier grenzen op, maar iemand moet die pensioenen wel betalen. Wie vraagt u zich af?

De overheid natuurlijk. U voelt de bui al komen. Inderdaad, u betaalt opnieuw.

Door de verhoging van de pensioenschuld zal de overheid genoodzaakt zijn om haar belastingen te verhogen.

 

Opzet van het onderzoek

Theoretisch is de pensioenbonus een topper. Het wordt immers aantrekkelijk om langer te werken,

waardoor de pensioenschuld vanzelf verminderd. De vraag is echter of men wel degelijk meer zal werken.

Om dit te onderzoeken, heb ik een model gemaakt die niet enkel de arbeidsmarkt in rekening brengt maar de gehele economie.

Dit worden structurele modellen genoemd. Ze laten toe om bepaalde beleidskeuzes na te bootsen die een impact hebben op de gehele economie.

Deze modellen laten ook toe dat de effecten via verschillende kanalen een impact hebben.

Ze zijn zo belangrijk dat de nationale banken doorheen de wereld en de Europese Commissie ermee werken.

Jammer genoeg zijn ze ook belachelijk ingewikkeld. Een structureel model van een groot genoeg serieux kan men niet analytisch oplossen.

Men heeft computers nodig om deze te kunnen berekenen. Een deel van de thesis bestond er dus in om code te schrijven die toeliet dat het model berekend kon worden.

 

Japan

Dan begon de zoektocht naar een ideaal land als case study. Ik zocht een land die de pensioenbonus al had doorgevoerd,

waarbij de bevolking al serieus verouderd is en waarbij het pensioensysteem op België gelijkt. Het werd snel duidelijk dat het Japan diende te zijn.

Met een vergrijzing 20 jaar voor op de onze, een grote overheidsschuld en een pensioensysteem zoals bij ons, lijkt Japan de ideale kandidaat.

Om duidelijk te maken hoe erg het gesteld is: Binnen 50 jaar krimpt de bevolking van Japan van ongeveer 120 miljoen inwoners nu naar slechts 60 miljoen inwoners. Een krimpende bevolking betekent dat er telkens minder en minder jongeren dan ouderen zijn, waardoor er jaar-na-jaar meer druk komt op de pensioenen.

Door Japan te kiezen, neem ik het meest extreme geval, maar neem ik ook het geval waarin België zich zal bevinden over 20 jaar.

Als het ware geef ik de Belgen 20 jaar om de slechte situatie van Japan te vermijden. Beleidsmakers, u doet ermee wat u wilt.

 

De resultaten

Wat zijn de resultaten ? De pensioenbonus zorgt ervoor dat mensen slechts lichtjes langer gaan werken.

We spreken over een effect van hoogstens een maand. De pensioenbonus is dus zeer teleurstellend op dat front.

In het geval van Japan is er ook een pervers effect. De meeste Japanners gingen al op pensioen na de officiële pensioenleeftijd.

Door de invoering van de bonus zien we dat ze minder uren gaan werken wanneer ze oud zijn.

Dit zorgt ervoor dat Japanners zowel meer pensioenrechten krijgen als meer vrije tijd. De bonus is immers niet gelinkt aan het aantal uren werk per week.

Dit heeft tot gevolg dat de staat meer schulden moet aangaan om de pensioenen te kunnen betalen.

Om dit op te lossen wordt in de simulatie gekozen voor een verhoging van de consumptie belasting, zeg maar de BTW.

De overheid moet haar belasting permanent verhogen met 0,5%-punt om geen schuldopbouw aan te gaan.

Terzelfder tijd krimpt de economie met 0,73%. In tijden van lage economische groei zijn dit onaanvaardbare resultaten.  

Op langer termijn zijn de effecten nog erger. De consumptie belasting zal moeten blijven stijgen tot ze 1,7%-punt hoger is dan voorheen.

 

Een laatste bedenking

Tenslotte wil ik ook wijzen op de effecten op de sociale verhoudingen in de samenleving. Veel pensioenhervormingen treffen vooral laaggeschoolden.

De pensioenbonus is voornamelijk positief voor diegene die veel verdienen en pas laat op pensioen gaan.

Het moet dan niet verwonderen dat het net laaggeschoolden zijn die in ouderdomsarmoede terecht komen.

Het is de plicht van beleidsmakers om hiervan bewust te zijn.

België zou er alle baat bij hebben om deze pensioen oefening te doen,

anders worden we binnen 20 jaar zoals Japan.

Of net zoals de werknemers van Pensio, zeg niet te snel “Ja” tegen iets dat té goed klinkt.

grafiekjapan

Bibliografie

Auerbach, A., Hagemann, R., Kotlikoff, L. and Nicoletti, G. (1989). The Economic Dynamics of an Ageing Population: The Case of Four OECD Countries. OECD Economics Department Working Papers, No. 62.

 

 

Barro, R. (1990). Government spending in a simple model of endogenous growth. Journal of Political Economy, 98:103–125.

 

 

Barro, R. and Lee, J. (2013). A new data set of educational attainment in the world, 1950-2010. Journal of Development Economics, 104:184–198.

 

 

Bouzahzah, M., de la Croix, D. and Docquier, F. (2002). Policy reforms and growth in computational OLG economies, Journal of Economic Dynamics and Control, 26, 2093–2113.

 

Buyse, T., Heylen, F., and Van de Kerckhove, R. (2013) Pension reform, employment by age,

and long-run growth. Journal of Population Economics, 62, 769–809.

 

 

Buyse, T., Heylen, F., and Van de Kerckhove, R. (2017). Pension reform in an OLG model with heterogeneous abilities. Journal of Pension Economics and Finance, 16, 144–172.

 

 

Caselli, F., Coleman, I., & John, W. (2006). The world technology frontier. American Economic Review, 96(3), 499–522.

 

 

Cette, G., Lecat, R. and Ly-Marin, C. (2017): "Long-term growth and productivity projections in advanced countries," Banque de France. Working paper No. 617

 

 

Cournède, B. and Gonand, F. (2006). Restoring fiscal sustainability in the euro area: raise taxes or curb spending. OECD Economics Department Working Papers. No. 270.

 

 

de la Croix, D. & Michel, P. (2002). A theory of economic growth: dynamics and policy in overlapping generations. Cambridge University Press.

 

 

Devriendt, W., & Heylen, F. (forthcoming). Macroeconomic and distributional effects of demographic change in an open economy - The Case of Belgium. Journal of Demographic Economics.

 

 

 

Diamond, P. A. (1965). National debt in a neoclassical growth model. The American Economic Review, 55(5), 1126–1150.

 

 

Docquier, F. & Paddison, O. (2003) Social security benefit rules, growth and inequality.

Journal of Macroeconomics, 25, 47–71.

 

 

Feenstra, R. C., Inklaar, R., and Timmer, M. P. (2015). The next generation of the Penn

World Table. American Economic Review, 105(10), 3150–3182

 

 

Goodhart, C & Erfurth, P. (2014) Demography and economics: Look past the past. VOXEU.org, 4 November.   

 

 

Heylen, F. & Van de Kerckhove, R. (2019). Getting low educated and older people into work: The role of fiscal policy. Journal of Policy Modeling, 41(4): 586-606.

 

 

Heylen, F. & Van de Kerckhove, R. (2013). Employment by age, education, and economic growth: effects of fiscal policy composition in general equilibrium. The B.E. Journal of Macroeconomics, 13(1), 49–103.

 

 

Krueger, D. & Ludwig, A. (2007). On the consequences of demographic change for rates of returns to capital, and the distribution of wealth and welfare. Journal of Monetary Economics, 54:49–87.

 

 

Krugman, P. (1993). How I work. The American Economist, 37 (2): 25-31.

 

 

Lucas, R. (1990). Supply-side economics: an analytical review. Oxford Economic Papers,

42:292–316.

 

 

Ludwig, A., Schelkle, T., and Vogel, E. (2011). Online appendix to ”demographic change, human capital and welfare”. Review of Economic Dynamics. Technical Appendices 08-168.

 

 

Muto, I., Oda, T., and Sudo, N. (2012). Macroeconomic Impact of Population Aging in Japan: A Perspective from an Overlapping Generations Model. (Bank of Japan Working Paper Series No. 12-E-9). Bank of Japan. Tokyo, Japan.

 

 

NIPSSR (2017). Population Projections for Japan (2017): 2016 to 2065. Department of Population Dynamics Research, National Institute of Population and Social Security Research. Tokyo, Japan.

 

Ogawa, N., Mason A., Chawla A., and Matsukura, R. (2010). Japan’s Unprecedented Aging and Changing Intergenerational Transfers. In Ito, T. and Rose, A. (eds). The Economic Consequences of Demographic Change in East Asia. University of Chicago Press.

 

 

OECD (2016), OECD Territorial Reviews: Japan 2016, OECD Territorial Reviews, OECD Publishing, Paris,

 

 

OECD (2018), International Migration Outlook 2018, OECD Publishing, Paris

 

 

Onder, H. & Pestieau, P. (2014). Is aging bad for the economy? Maybe. Economic Premise,

144. The World Bank.

 

 

Rogerson, R. (2007). Taxation and market work: is Scandinavia an outlier? Economic Theory, 32(1):59–85.

 

 

Rogerson, R. and Wallenius, J. (2009). Micro and macro elasticities in a life cycle model with taxes. Journal of Economic Theory, 144:2277–2292.

 

 

Samuelson, P. A. (1958). An exact consumption-loan model of interest with or without the social contrivance of money. Journal of Political Economy, 66(6), 467–482.

 

 

Sommacal, A. (2006). Pension systems and intragenerational redistribution when labor supply is endogenous. Oxford Economic Papers, 58:379–406.

 

 

Takayama, N. (2010) Pension Issues in Japan: How Can We Cope with the Declining Population? In Ito, T. and Rose, A. (eds). The Economic Consequences of Demographic Change in East Asia. University of Chicago Press.

 

 

United Nations (2017). World Population Prospects: The 2017 Revision. Department of Economic and Social Affairs, Population Division.

 

 

Valdés, B. (2003). An Application of Convergence Theory to Japan's Post-WWII Economic "Miracle". The Journal of Economic Education, 34(1), 61-81.