Stiefmoeders maken plaats voor plusmoeders: een kwalitatief onderzoek naar de ervaringen en het moreel redeneren van plusmoeders in het nieuw samengesteld gezin

Kato
Verghote

“Het gezin is dood” (Vandenbroeck, 2020), klinkt het in een recent gezinspedagogisch boek. “Wat komt er dan na het gezin? De gezinnen in al hun diversiteit.”(Vandenbroeck, 2020) Het nieuw samengesteld gezin is daar een voorbeeld van.

Het nieuw samengesteld gezin is allang geen uitzondering meer: in Vlaanderen is ongeveer 10% van de gezinnen met kinderen nieuw samengesteld (Roest, 2018). Hoewel dit betekent dat we met een groeiend aantal plusouders te maken krijgen, bestaat er geen maatschappelijk aanvaard script voor plusouders; als er al een zou bestaan, is dat vooral een negatief script, denk maar aan de negatieve connotaties die verbonden zijn aan de term ‘stiefmoeder’. Perspectieven vanuit verschillende hoeken (biologische ouders, kinderen, experten) houden er verschillende verwachtingen en voorkeuren op na, waardoor het moeilijk wordt voor plusouders om hun plaats te vinden in het nieuw samengesteld gezin.

Om meer inzicht te krijgen in het complexe fenomeen van ‘plusmoederschap’ heb ik een kwalitatieve interviewstudie opgezet naar de ervaringen van plusmoeders en hun visie op hun rechten en verantwoordelijkheden ten aanzien van hun pluskind. Op basis van negen interviews heb ik een thematische analyse gemaakt. De voornaamste bevindingen uit deze studie heb ik samengevat in zes thema’s.

 

De dynamische plusmoederrol

Het eerste thema gaat over de constructie van de plusmoederrol. Ik zag dat de plusmoederrol een dynamische rol was die sterk beïnvloed werd door de context en de verwachtingen van de verschillende betrokken partijen (biologische ouders, kinderen van de plusmoeder, pluskinderen). Het leek vooral een unieke, aanvullende rol binnen het nieuw samengesteld gezin te zijn, veeleer dan een vervangende rol: “Zij (de pluskinderen) weten dat van mij, euhm, dat het niet mijn bedoeling is om hun tweede mama te zijn, maar om iets te kunnen, een meerwaarde te kunnen zijn in hun leven, iemand extra erbij die, die euhm, die hen gaat steunen bij alles wat dat ze doen.” (Elke)

 

De geleidelijke verwerving van plusmoederrechten

Het tweede thema handelt over de constructie van plusmoederrechten. Ik zag dat dit bij het merendeel van mijn participanten op een geleidelijke manier gebeurde en dat de niet-inwonende, biologische ouder van het pluskind hierbij een sleutelpositie innam. Deze bepaalde namelijk in grote mate de vrijheid die de plusmoeder binnen het nieuw samengesteld gezin ervaarde om al dan niet een ouderlijke rol (met bijhorende rechten en taken) op te nemen.

 

Erkenning als plusmoeder

Het derde thema gaat dieper in op de interpersoonlijke en maatschappelijke erkenning die plusmoeders al dan niet krijgen en wat dit bij hen teweegbracht. Enerzijds vond ik dat interpersoonlijke erkenning (vooral van de partner en de pluskinderen) de basis vormde voor de plusmoeder om zichzelf te kunnen evalueren als plusmoeder. Anderzijds benadrukte een van de participanten de gebrekkige maatschappelijke erkenning van plusmoeders: “Allee, je doet dezelfde zorgen voor de kinderen, je moet even veel doen zoals de mama, maar ze denken nooit aan de plusmama in school. Allee ja, toch niet in die school. En dat vind ik in feite niet meer kunnen.” (Sabine)

 

Bloedband versus gedeelde geschiedenis

Het vierde thema gaat over de waardering van de relaties met de kinderen in het nieuw samengesteld gezin. Om de relatie met hun pluskind(eren) te beschrijven, verwezen de plusmoeders vaak naar de relatie die ze hadden met hun eigen kind(eren). Hierbij zag ik dat de relatie met de eigen kinderen automatisch gewaardeerd werd als gevolg van de bloedband, terwijl de relatie met de pluskinderen geleidelijk gewaardeerd werd als gevolg van een uitgebreidere gedeelde geschiedenis. Bij het merendeel van mijn participanten merkte ik een positieve evolutie op in de relatie die zij hadden met hun pluskind. Aanvankelijk werd er in de relatie met het pluskind geïnvesteerd om de romantische relatie met de partner te bevorderen: “[I]k zeg het, als je verliefd bent op iemand, ja, ja dan neem je dat erbij.” In die zin kunnen we zeggen dat de plusmoeder-pluskindrelatie in het begin vooral op instrumentele wijze gewaardeerd werd. De meeste plusmoeders gaven echter aan dat het pluskind na verloop van tijd een permanent onderdeel van hun leven was geworden. Ze ‘namen het kind er niet zomaar meer bij’, wat erop wees dat de plusmoeder-pluskindrelatie intrinsieke waarde had gekregen.

 

De betekenis van ‘gedeelde kinderen’ voor het nieuw samengesteld gezin

Het vijfde thema is een thema over de perceptie van plusmoeders op gedeelde kinderen (= de kinderen van het koppel in het nieuw samengesteld gezin, de jongere halfbroer of halfzus van de pluskinderen). Hierbij zag ik twee tegengestelde normatieve redeneringen terugkomen. Aan de ene kant vonden sommige plusmoeders dat gedeelde kinderen een meerwaarde vormden in het nieuw samengesteld gezin; dit omdat hun aanwezigheid de cohesie tussen alle gezinsleden versterkte. Aan de andere kant vonden andere plusmoeders dat gedeelde kinderen een minwaarde vormden in het nieuw samengesteld gezin; dit omdat ze een oneerlijke situatie voor de pluskinderen teweegbrachten: “Ten opzichte van Victor (pluszoon) vond ik dat ook wel tof dat we niet nog, dat we niet samen nog een kind hebben, wat dat wel heel vaak gebeurt en dan vind ik dat zo jammer, […] voor dat kindje dat daar iedere week zijn valiesje moet pakken en dat andere kindje dat dan mag blijven […]. Ja, ik weet het niet. Ik heb daar altijd moeite mee. Dat lijkt niet fair.” (Eva)

 

De reconstructie van de plusmoederrol na een breukmoment

Ik sloot mijn kwalitatieve studie af met een thema dat aantoonde dat plusmoederschap niet altijd een succesverhaal is. Dit thema is gebaseerd op de ervaringen van één plusmoeder uit mijn studie die na de escalatie van een reeds gebrekkige plusmoeder-pluskindrelatie haar eigen plusmoederrol reconstrueerde: ze percipieerde zichzelf niet langer als 'plusmoeder', maar louter als ‘de partner van de vader’.

 

Conclusie

Hoewel de groep die centraal stond in deze scriptie (plusouders) groot is, lijkt het vooral een verdoken groep te zijn met weinig rechten en een vaak ongehoorde stem. Via deze kwalitatieve studie heb ik dit laatste trachten te doorbreken.

 

Bibliografie

Afifi, Tamara. “‘Feeling Caught’ in Stepfamilies: Managing Boundary Turbulence through Appropriate Communication Privacy Rules.” Journal of Social and Personal Relationships - J SOC PERSON RELAT 20 (December 1, 2003): 729–55. https://doi.org/10.1177/0265407503206002.

Allen, Sarah, and Alan Hawkins. “Maternal Gatekeeping: Mothers’ Beliefs and Behaviors That Inhibit Greater Father Involvement in Family Work.” Journal of Marriage and the Family 61 (February 1, 1999): 199. https://doi.org/10.2307/353894.

Ashurst, Pamela, and Zaida Hall. Understanding Women in Distress. London ; New York: Tavistock/Routledge, 1989.

Bayne, Tim, and Avery Kolers. “Toward a Pluralist Account of Parenthood.” Bioethics 17 (July 1, 2003): 221–42. https://doi.org/10.1111/1467-8519.00338.

“Begrippen Ivm Verblijfs- En Omgangsregeling.” Accessed October 27, 2019. https://www.houvast.be/tekst112.shtml.

Beloy, Tatyana, Erik Franck, and Elien Geboers. Nooit meer stiefmoeder. Gent: Borgerhoff & Lamberigts, 2019.

“Betekenis ‘Stiefmoederlijk.’” In Van Dale, n.d. https://www.vandale.nl/gratis- woordenboek/nederlands/betekenis/stiefmoederlijk#.Xawg7i2iEzU.

Bettelheim, Bruno, and Titia Jelgersma. Het nut van sprookjes. Cothen: Servire, 1993.

Bracke, Piet. Sociologie, een hedendaagse inleiding. Gent: Academia Press, 2013.

Braithwaite, Dawn, Loreen Olson, Tamara Afifi, Charles Soukup, and Paul Turman. “‘Becoming a Family’: Developmental Processes Represented in Blended Family Discourse.” Journal of Applied Communication Research 29 (August 1, 2001): 221–47. https://doi.org/10.1080/00909880128112.

Braun, Virginia, and Victoria Clarke. “Using Thematic Analysis in Psychology.” Qualitative Research in Psychology 3 (January 1, 2006). https://doi.org/10.1191/1478088706qp063oa.

Bray, and Kelly. Stiefouders en stiefkinderen: de valkuilen en de oplossingen. Amsterdam: De Boekerij, 1999.

Bryan, Linda R., Marilyn Coleman, Lawrence H. Ganong, and S. Hugh Bryan. “Person Perception: Family Structure as a Cue for Stereotyping.” Journal of Marriage and Family 48, no. 1 (1986): 169–74. https://doi.org/10.2307/352241.

Coleman, Marilyn, Mark Fine, Lawrence Ganong, Kimberly Keller, and NICOLE PAUK. “When You’re Not the Brady Bunch: Identifying Perceived Conflicts and Resolution Strategies in Stepfamilies.” Personal Relationships 8 (May 20, 2005): 55–73. https://doi.org/10.1111/j.1475-6811.2001.tb00028.x.

Crohn, Helen. “Five Styles of Positive Stepmothering from the Perspective of Young Adult Stepdaughters.” Journal of Divorce & Remarriage 46 (August 31, 2006): 119–34. https://doi.org/10.1300/J087v46n01_07.

“Erkenning Nederlands Woordenboek - Woorden.Org.” Accessed April 11, 2020. https://www.woorden.org/woord/erkenning.

Fine, Mark A. “Perceptions of Stepparents: Variation in Stereotypes as a Function of Current Family Structure.” Journal of Marriage and Family 48, no. 3 (1986): 537–43. https://doi.org/10.2307/352039.

Flannery, Michael T. “Is ‘Bird Nesting’ in the Best Interest of Children?” SMU Law Review Volume 57 (2004): 295–352.

Fuscaldo, Giuliana. “Genetic Ties: Are They Morally Binding?” Bioethics 20 (May 1, 2006): 64–76. https://doi.org/10.1111/j.1467-8519.2006.00478.x.

Gagné, Annie, Sophie-Claire Valiquette-Tessier, Marie-Pier Vandette, and Julie Gosselin. “Reflecting on the Co-Parenting Experience of Couples Living in Established Stepfamilies: A Phenomenological Inquiry.” Reflexionen Über Die Co-Elternschafts-Erfahrungen von Paaren, Die in Gefestigten Stieffamilien Leben - Eine Phänomenologische Untersuchung. 27 (January 2, 2015): 101–22.

Ganong, Lawrence, Marilyn Coleman, Mark Fine, and Patricia Martin. “Stepparents’ Affinity-Seeking and Affinity-Maintaining Strategies With Stepchildren.” Journal of Family Issues 20, no. 3 (May 1, 1999): 299–327. https://doi.org/10.1177/019251399020003001.

Ganong, Lawrence H., Marilyn Coleman, and Tyler Jamison. “Patterns of Stepchild–Stepparent Relationship Development.” Journal of Marriage and Family 73, no. 2 (April 1, 2011): 396–413. https://doi.org/10.1111/j.1741-3737.2010.00814.x.

Heireman, and Lemmens. “Nieuw Samengestelde Gezinnen.” In Kinderen En Adolescenten : Problemen En Risicosituaties : Gezi, 172–90. Bohn Stafleu van Loghum, 2010.

Houdt, Kirsten van, Matthijs Kalmijn, and Katya Ivanova. “Stepparental Support to Adult Children: The Diverging Roles of Stepmothers and Stepfathers.” Journal of Marriage and Family 82 (August 19, 2019). https://doi.org/10.1111/jomf.12599.

Howard, Judith A., and Jocelyn A. Hollander. Gendered Situations, Gendered Selves: A Gender Lens on Social Psychology. Gender Lens, v. 2. Thousand Oaks, Calif: Sage Publications, 1997.

Ives, Jonathan, Heather Draper, Helen Pattison, and Clare Williams. “Becoming a Father/Refusing Fatherhood: An Empirical Bioethics Approach to Paternal Responsibilities and Rights.” Clinical Ethics 3, no. 2 (June 1, 2008): 75–84. https://doi.org/10.1258/ce.2008.008008.

Kinniburgh-White, Ruth, Claire Cartwright, and Fred Seymour. “Young Adults’ Narratives of Relational Development with Stepfathers.” Journal of Social and Personal Relationships 27, no. 7 (September 14, 2010): 890–907. https://doi.org/10.1177/0265407510376252.

Lamont, Julian, and Christi Favor. “Distributive Justice.” In The Stanford Encyclopedia of Philosophy, edited by Edward N. Zalta, Winter 2017. Metaphysics Research Lab, Stanford University, 2017. https://plato.stanford.edu/archives/win2017/entries/justice-distributiv….

Larousse, Éditions. “Définitions : marâtre - Dictionnaire de français Larousse.” Accessed October 27, 2019. https://www.larousse.fr/dictionnaires/francais/mar%C3%A2tre/49346.

Levin, Irene. “The Stepparent Role from a Gender Perspective.” Marriage and Family Review - MARRIAGE FAM REV 26 (December 9, 1997): 177–90. https://doi.org/10.1300/J002v26n01_11.

List, Dennis. “Maximum Variation Sampling for Surveys and Consensus Groups,” September 12, 2004. http://www.audiencedialogue.net/maxvar.html.

Lodewijckx, Edith. “Kinderen en de gezinsvorm waarin ze opgroeien : een schets van de veranderingen tussen 1990 en 2008.” Studiedienst van de Vlaamse Regering, September 2010. https://www.vlaanderen.be/publicaties/kinderen-en-de-gezinsvorm-waarin-…- schets-van-de-veranderingen-tussen-1990-en-2008.

Lutz, Patricia. “The Stepfamily: An Adolescent Perspective.” Family Relations 32 (July 1, 1983). https://doi.org/10.2307/584614.

Maene, Charlotte, and Bart promotor (viaf)6815706 Van de Putte. “Moeders over stiefmoederschap: de mythe voorbij? : Een kwalitatieve studie over het traject van maternal gatekeeping tegenover de stiefmoeder,” 2016. http://lib.ugent.be/catalog/rug01:002275478.

Magill v Magill, No. M152/2005 (High Court of Australia November 9, 2006).

Marsiglio, William, and Ramon Hinojosa. “Managing the Multifather Family: Stepfathers as Father Allies.” Journal of Marriage and Family 69, no. 3 (August 1, 2007): 845–62. https://doi.org/10.1111/j.1741-3737.2007.00409.x.

Mccarthy, Jane, Rosalind Edwards, and Val Gillies. “Moral Tales of the Child and the Adult: Narratives of Contemporary Family Lives under Changing Circumstances.” Sociology 34 (November 1, 2000). https://doi.org/10.1177/S003803850000047X.

Miller, Ashley. Stepparenting: The Expert Advice You Need to Succeed. Smashwords Edition, 2014. https://books.google.be/books?id=TA5GBAAAQBAJ.

Mortelmans, Dimitri, ed. Scheiding in Vlaanderen. Leuven: Acco, 2011.

Pairoux, Anja. “Blog | Stiefmoeder Of Plusmama,” October 4, 2019.

https://www.apluscoaching.be/stiefmoeder-of-plusmama/.

Papernow, Patricia. “Thickening the ‘Middle Ground’: Dilemmas and Vulnerabilities of Remarried Couples.” Psychotherapy: Theory, Research, Practice, Training 24 (January 1, 1987): 630–39. https://doi.org/10.1037/h0085761.

Pennings, Guido. “Incest, Gamete Donation by Siblings and the Importance of the Genetic Link.” Reproductive Biomedicine Online 4 (December 31, 2002): 13–15. https://doi.org/10.1016/S1472- 6483(10)61908-6.

Planitz, Judith M, and Judith A Feeney. “Are Stepsiblings Bad, Stepmothers Wicked, and Stepfathers Evil? An Assessment of Australian Stepfamily Stereotypes.” Journal of Family Studies 15, no. 1 (April 1, 2009): 82–97. https://doi.org/10.5172/jfs.327.15.1.82.

“Plusouder - ANW (Algemeen Nederlands Woordenboek).” Accessed October 27, 2019. http://anw.inl.nl/article/plusouder.

Provoost, Veerle, Jodie Bernaerdt, Hanna Parys, Ann Buysse, Petra De Sutter, and Guido Pennings. “‘No Daddy’, ‘A Kind of Daddy’ : Words Used by Donor Conceived Children and (Aspiring) Parents to Refer to the Sperm Donor.” Culture, Health & Sexuality 20 (July 24, 2017): 1–16. https://doi.org/10.1080/13691058.2017.1349180.

Pylyser, Charlotte, Jan Mol, Tom Loeys, and Ann Buysse. “Father Reflections on Doing Family in Stepfamilies.” Family Relations, July 1, 2019. https://doi.org/10.1111/fare.12377.

Roest, Barbara Debusschere en Meike de. “Een op tien gezinnen met kinderen is nieuw samengesteld.” De Morgen, May 7, 2018. https://www.demorgen.be/gs-bf7b2ba7.

Rosenman, Andrew S. “Babies Jessica, Richard, and Emily: The Need for Legislative Reform of Adoption Laws” 70 (n.d.): 47.

Silverman, Rachel, and Michelle Higgins. “When the Kids Get The House in a Divorce --- To Ease Disruption of Splits, Children Live in Family Home While Parents Alternate Stays.” September 17, 2003.

Smith, Jonathan A. Qualitative Psychology: A Practical Guide to Research Methods, 2007.

Somers, Sara, An Ravelingien, Veerle Provoost, I. Raes, Hanna Parys, Elia Wyverkens, Isabelle Stuyver, Ann Buysse, Guido Pennings, and Petra De Sutter. Using the Same Sperm Donor for Siblings: What It Means to Parents, 2015.

Sorgen, Carol. “Bonding With Baby Before Birth.” WebMD. Accessed May 11, 2020. https://www.webmd.com/baby/features/bonding-with-baby-before-birth.

Stalpers, Joost. “Elicitatietechnieken in kwalitatief onderzoek,” May 18, 2016. https://www.tijdschriftkwalon.nl/inhoud/tijdschrift_artikel/KW-12-1-7/E…- kwalitatief-onderzoek.

Stambulich, Donna, Julie Pooley, Natalie Gately, and Myra Taylor. “‘Some of My Children Are Worth More Than Others’: Perceptions of Nonresidential Fathers with Second Families as to the Fairness of the Australian Child Support Agency’s Handling of First Family Child Support Financial Arrangements.” Marriage & Family Review 48 (December 1, 2012): 769–91. https://doi.org/10.1080/01494929.2012.714721.

“Step- | Origin and Meaning of Prefix Step- by Online Etymology Dictionary.” Accessed October 25, 2019. https://www.etymonline.com/word/step-.

“‘Stief-’ in ‘stiefmoeder’, ‘stiefvader’, enz. (herkomst),” January 4, 2017. https://onzetaal.nl/taaladvies/stief-in-stiefmoeder-stiefvader-enz/.

Stone. “The Transformations of Snow White.” University of Illinois Press, 1988. https://www.crsd.org/cms/lib/PA01000188/Centricity/Domain/667/English/F… mations%20of%20Snow%20White.pdf.

“Typologie - de Betekenis Volgens Redactie Ensie.” Accessed March 14, 2020. https://www.ensie.nl/redactie-ensie/typologie.

Van Parys, Hanna, Lies Blyaert, Jan De Mol, and Ann Buysse. “Like a Parent and a Friend, but Not the Father: A Qualitative Study of Stepfathers’ Experiences in the Stepfamily,” 2016.

Vandenbroeck, Michel. Het Gezin Is Dood, Leve Het Gezin: Van Verdeelde Naar Gedeelde Opvoedingsverantwoordelijkheid. Oud Turnhout: Gompel & Svacina, 2020.

Weaver, Shannon E., and Marilyn Coleman. “A Mothering but Not a Mother Role: A Grounded Theory Study of the Nonresidential Stepmother Role.” Journal of Social and Personal Relationships 22, no. 4 (August 1, 2005): 477–97. https://doi.org/10.1177/0265407505054519.

Weinberg, Rivka. The Risk of a Lifetime: How, When, and Why Procreation May Be Permissible. New York: Oxford University Press, 2016.

Whiting, Jason, Donna PhD, Tammy MS, and Erika Grafsky. “Overcoming the Cinderella Myth.” Journal of Divorce & Remarriage 47 (May 18, 2007): 95–109. https://doi.org/10.1300/J087v47n01_06.

Williams, Christy. “Who’s Wicked Now?: The Stepmother as Fairy-Tale Heroine.” Marvels & Tales 24 (January 1, 2010): 255–71. https://doi.org/10.1353/mat.2010.0001.

Download scriptie (1.15 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2020
Promotor(en)
Veerle Provoost