Naar een buitengerechtelijke echtscheiding in België?

Melanie
Sintobin

Naar een buitengerechtelijke echtscheiding in België?

“Zodra u deze overeenkomst ondertekent, wordt deze verzonden naar de rechtbank. Ik zie u schrikken, maar geen zorgen: u hoeft zelf niet te verschijnen. De functie van de rechtbank is louter administratief en binnen een drietal maanden bent u uit de echt gescheiden. Wel wijs ik u erop dat omwille van de COVID-19 pandemie de rechtbanken een nog grotere achterstand hebben, waardoor het langer kan duren.”

Dit vertelde een notaris aan zijn cliënten in de zomer van 2020. De scheidende echtgenoten leefden reeds een jaar feitelijk uit elkaar en waren eindelijk, na lang onderhandelen, tot een overeenkomst gekomen over alle gevolgen van de echtscheiding. Ze wilden nu zo snel mogelijk verder met het nieuwe hoofdstuk in hun leven en elk afzonderlijk een nieuw huis kopen, maar dit was dus in principe nog niet mogelijk.

Indien de echtgenoten in België uit de echt wensen te scheiden, is dit mogelijk op twee wijzen: de echtscheiding met onderlinge toestemming en de echtscheiding op grond van onherstelbare ontwrichting. Bij beide procedures komt de rechtbank tussen, zelfs indien geen sprake is van een conflict en de echtgenoten een akkoord hebben bereikt over alle gevolgen van de echtscheiding, zoals de wet vooropstelt bij de echtscheiding met onderlinge toestemming.

Wat de notaris vertelde aan zijn cliënten was niet geheel correct en al zeker niet indien de echtgenoten minderjarige kinderen hebben. De rechtbank heeft wel degelijk een controlebevoegdheid op de overeenkomst over de gevolgen van de echtscheiding voor de minderjarige kinderen. Toch kan de vraag worden gesteld of deze bevoegdheid niet kan worden overgenomen door een andere instantie. De taak van de rechtbank bestaat immers uit het beslechten van geschillen. In de hypothese dat de echtgenoten voorafgaand aan de echtscheiding een globaal akkoord hebben gesloten over de gevolgen van de echtscheiding is er de facto geen sprake van een geschil. Welke is dan nog de meerwaarde van de tussenkomst van de rechtbank?

De drempel om te scheiden zou hoger zijn wanneer de procedure via de rechtbank dient te verlopen. Het huwelijk is evenwel niet meer de onaantastbare hoeksteen van de maatschappij die het destijds wel was en scheiden is al lang geen schandvlek meer, maar dagdagelijkse realiteit; meer dan de helft van de huwelijken eindigt immers door een echtscheiding.

Hoewel een evolutie merkbaar is in de samenleving, is uit de echt scheiden zonder tussenkomst van de rechtbank, hetzij een buitengerechtelijke echtscheiding, thans in België niet mogelijk. Er is recent dienaangaande nog geen uitgebreid objectief onderzoek gevoerd. Dit in tegenstelling tot dertien andere Europese landen waar de buitengerechtelijke echtscheiding wel mogelijk en soms zelfs verplicht is.

In een rechtsvergelijkend onderzoek werd getracht het huidig Belgisch echtscheidingsrecht in vraag te stellen en te onderzoeken of in België een wetgevend kader dient te worden gecreëerd voor een buitengerechtelijke echtscheiding alsook aan welke voorwaarden moet worden voldaan alvorens scheidende echtgenoten hiervan gebruik kunnen maken.

Naar een buitengerechtelijke echtscheiding in België!

Voor echtgenoten zonder minderjarige kinderen meen ik dat een buitengerechtelijke echtscheiding mogelijk dient te worden gemaakt op voorwaarde dat de voorafgaande overeenkomst wordt gecontroleerd door de notaris waarbij de echtgenoten bij hem op afspraak komen om alles te overlopen. Na een wachtperiode van vijftien dagen spreekt de notaris de echtscheiding uit. De notaris wordt doorgaans aanzien als dé specialist in het opmaken van sluitende overeenkomsten. Toch mag hij niet het monopolie bezitten voor het opstellen van de voorafgaande overeenkomst. De notaris als enige “meest gepaste deskundige” is een illusie en er dient steeds te worden gekeken naar de persoonlijke situatie van de echtgenoten en naar de capaciteiten van een andere mogelijke deskundige (advocaat of bemiddelaar). Door die keuzemogelijkheid voor de echtgenoten bestaat het risico dat de echtgenoten door het bos de bomen niet meer zien; hierbij kan de overheid helpen door middel van een online keuzehulp. Aan de hand van de antwoorden op de diverse vragen krijgen de echtgenoten advies over hun “meest gepaste deskundige”. De tussenkomst van deze deskundige dient mijns inziens niet te worden verplicht, maar uitdrukkelijk te worden aanbevolen.

Ook echtgenoten met minderjarige kinderen dienen de mogelijkheid te krijgen uit de echt te scheiden zonder tussenkomst van de rechter. Voor hen dient de procedure evenwel anders te verlopen: De echtgenoten worden verplicht beroep te doen op een deskundige (advocaat, bemiddelaar of notaris) om samen de voorafgaande overeenkomst op te stellen. Deze deskundige kan – op vraag van het kind – een gesprek hebben met het minderjarig kind over de beslissingen van de ouders. Zodra de overeenkomst is opgesteld, wordt het onderdeel met betrekking tot de minderjarige kinderen door het Openbaar Ministerie getoetst. Indien het Openbaar Ministerie van oordeel is dat de overeenkomst dient te worden gewijzigd, worden zowel de deskundige als de echtgenoten daarvan op de hoogte gebracht zodat zij deze samen kunnen aanpassen, waarna de overeenkomst opnieuw ter controle wordt voorgelegd. Nadien wordt de volledige overeenkomst naar de notaris verstuurd en verloopt de procedure op dezelfde wijze als voor echtgenoten zonder minderjarige kinderen. Deze procedure besteedt meer aandacht aan het belang van het minderjarig kind dan de huidige gerechtelijke procedure: Vooreerst krijgt het kind effectief de kans te worden gehoord. Ten tweede worden de echtgenoten door de deskundige, op wie ze verplicht beroep dienen te doen, gewezen op het belang van een goede regeling voor hun kinderen en zal hierover beter worden nagedacht. De kinderregeling wordt zowel gecontroleerd door het Openbaar Ministerie als door de notaris. De notaris dient dit te doen in het kader van zijn taak als openbaar ambtenaar en zal daarvoor verantwoordelijk zijn.

Bibliografie

BIBLIOGRAFIE

Ter info: de verwijzingen naar buitenlandse bronnen zijn in de mate van het mogelijke aangepast aan de regels van de Interuniversitaire Commissie Juridische Verwijzingen en Afkortingen.

Wetgeving en wetgevingsdocumentatie

Internationale en supranationale regelgeving

  • Verord.Raad nr. 2201/2003, 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid, en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1347/2000, Pb. L. 23 december 2003, afl. 338, 1 (hierna: Brussel IIbis-Verordening).
  • Verord. Raad nr. 1259/2010, 20 december 2010 tot nauwere samenwerking op het gebied van het toepasselijke recht inzake echtscheiding en scheiding van tafel en bed (EU), Pb.L. 29 december 2010, afl. 323, 10 (hierna: Rome III-Verordening).
  • Verord.Eur. Parlement & Raad nr. 2016/1191, 6 juli 2016 inzake de bevordering van het vrije verkeer van burgers door vereenvoudigde overlegging van bepaalde openbare documenten in de Europese Unie en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1024/2012, Pb.L. 26 juli 2016, afl. 200, 1 (hierna: Verordening inzake openbare documenten).

België

Wetgevingsdocumentatie

  • Amendement (M.-L. Stengers) op het Wetsvoorstel houdende wijziging van de procedures tot echtscheiding, Parl.St. Kamer BZ 1991-92, nr. 48-545/2.
  • Amendementen (E. Van Vaerenbergh) op het Wetsvoorstel houdende wijziging van de procedures tot echtscheiding, Parl.St. Kamer BZ 1991-92, nr. 48-545/7.
  • Verslag namens de commissie voor de Justitie uitgebracht door de heer Geert Bourgeois inzake het wetsvoorstel betreffende de echtscheidingsbemiddeling, Parl.St. Kamer 1999-00, nr. 50-67/11.
  • Voorstel van wet (Muls, W.) tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek betreffende de procedure tot echtscheiding met onderlinge toestemming, Parl.St. Kamer 2005-2006, nr. 51-2476/1.
    • Verslag namens de subcommissie “Familierecht” uitgebracht door mevrouw Deom en de heer Verherstraeten, Parl.St. Kamer 2006-07, nr. 51-2341/7.
  • Wetsvoorstel tot wijziging van verschillende bepalingen over het recht van minderjarigen om door de rechter te worden gehoord, Parl.St. BZ 2010, nr. 5-115/1.
  • Verslag namens de commissie voor de Justitie uitgebracht door de dames Khattabi en Faes, Parl.St. Senaat 2010-11, nr. 5-115/4.
  • Wetsvoorstel 14 juli 2014 tot wijziging van de wetgeving met het oog op de invoering van het ouderschapsplan bij echtscheiding (S. Becq et.al.), Parl.St. Kamer 2014, nr. 54-66/1.
    • Amendement nr. 1 van 20 juni 2017 (S. Becq en R. Terwingen) op het wetsvoorstel tot wijziging van de wetgeving met het oog op de invoering van het ouderschapsplan bij echtscheiding, Parl.St. Kamer 2016-17, nr. 54-66/5.
    • Amendement nr. 2 van 20 juni 2017 (S. Becq en R. Terwingen) op het wetsvoorstel tot wijziging van de wetgeving met het oog op de invoering van het ouderschapsplan bij echtscheiding, Parl.St. Kamer 2016-17, nr. 54-66/5.
  • Wetsvoorstel 25 januari 2017 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek wat de erfenissen en de giften betreft en tot wijziging van diverse andere bepalingen ter zake, Parl.St. Kamer 2016-17, nr. 54-2282/1.
  • MvT bij wetsontwerp tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek, van het Burgerlijk Wetboek en van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken, Parl.St. Kamer 2017-18, nr. 54-2827/1, 25.
  • Wetsvoorstel houdende diverse bepalingen inzake justitie en het notariaat in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19, Parl.St. Kamer 2019-20, nr. 55-1145/4.



Wetgeving

  • Wet 25 ventôse jaar XI op het notarisambt (notariswet), BS 16 maart 1803 (hierna: Organieke Wet Notariaat).
  • Burgerlijk Wetboek 21 maart 1804, BS 3 september 1807 (hierna: BW).
  • Hypotheekwet 16 december 1851, BS 22 december 1851, 3.555 (hierna: Hyp.W.).
  • Gerechtelijk Wetboek 10 oktober 1967, BS 31 oktober 1967, 11.360 (hierna: Ger.W.).
  • Wet 19 februari 2001 betreffende de proceduregebonden bemiddeling in familiezaken, BS 3 april 2001, 11.218.
  • Deontologische code vastgesteld door de Nationale Kamer van notarissen, aangenomen door de algemene vergadering van de Nationale Kamer van notarissen op 22 juni 2004, BS 3 november 2005, 47.390 (hierna: Notariële Deontologische Code).
  • Wet 18 juli 2008 tot wijziging van de wetgeving wat betreft de wijziging van het huwelijksvermogensstelsel zonder tussenkomst van de rechtbanken en tot wijziging van artikel 9 van de wet van 16 maart 1803 tot regeling van het notarisambt, BS 14 augustus 2008, 43.560.
  • Wet 29 april 2013 betreffende de door de advocaten van de partijen medeondertekende onderhandse akte, BS 3 juni 2013, 35.123.
  • Wet 30 juli 2013 betreffende de invoering van een familie- en jeugdrechtbank, BS 27 september 2013, 68.429.
    • Wetsvoorstel (C. Brotcorne en S. Becq) betreffende de invoering van een familie- en jeugdrechtbank, Parl.St. Kamer 2010-11, nr. 53-682/1.
  • Codex deontologie voor advocaten van 25 juni 2014, BS 30 september 2014, 77.350.
  • Wet 25 mei 2018 tot vermindering en herverdeling van de werklast binnen de rechterlijke orde, BS 30 mei 2018, 45.045.
    • MvT bij het wetsontwerp tot wijziging van het Gerechtelijk wetboek, van het Burgerlijk wetboek en van de wet van 15 juni 1935 op het gebruik der talen in gerechtszaken, Parl.St. Kamer 2017-18, nr. 54-2827/1.
    • Amendement nr. 78 (C. Brotcorne), op het wetsvoorstel tot vermindering en herverdeling van de werklast binnen de rechterlijke orde, Parl.St. Kamer 2017-18, nr. 54-2827/008.
  • Wet 18 juni 2018 houdende diverse bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing, BS 2 juli 2018, 53.455.
  • Burgerlijk Wetboek – Boek VIII: Bewijs 13 april 2019, BS 14 mei 2019, 46.353.

Denemarken

Estland

Frankrijk

Nederland

Wetgevingsdocumentatie

  • Handelingen II 2002-03, nr. 34.
  • Brief van de minister van Justitie, Kamerstukken II 2002-03, 28 600 VI, nr. 132.

Wetgeving

  • Burgerlijk Wetboek.
  • Wetboek voor burgerlijke rechtsvordering (Rv).
  • Wet 21 december 2000 tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek in verband met de openstelling van het huwelijk voor personen van hetzelfde geslacht, https://wetten.overheid.nl/

    BWBR0012099/2001-04-01
    .
    • Kamerstukken (Aanhangsel) II 2000/01, nr. 1700, 3543-3544.
  • Voorstel van wet van het lid Luchtenveld tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met de invoering van de mogelijkheid van beëindiging van het huwelijk zonder rechterlijke tussenkomst alsmede van een gewijzigde vaststelling en effectieve handhaving van de afspraken en rechterlijke beslissingen die in verband met de ontbinding van het huwelijk of nadien tot stand zijn gekomen over de wijze waarop door beide ouders vorm wordt gegeven aan het voortgezet ouderschap (Wet beëindiging huwelijk zonder rechterlijke tussenkomst en vormgeving voorgezet ouderschap), Kamerstukken II, 2003/04, 29 676, nr. 2.
    • MvT, Kamerstukken II 2004/05, 29 676, nr. 3.
    • Advies Raad van State en reactie van de indiener, Kamerstukken II 2004-05, 29 575, nr. 4.
    • MvT zoals gewijzigd naar aanleiding van het advies van de Raad van State, Kamerstukken II 2004/05, 29 676, nr. 6.
    • Nader gewijzigd amendement van de leden Kalsbeek en De Pater-van der Meer ter vervanging van dat gedrukt onder nr. 18, Kamerstukken II 2005-05, 29 676, nr. 25.
    • Subamendement Van der Laan, Weekers, Kamerstukken II 2005-06, 29 676, nr. 28.
    • 31ste vergadering, Kamerstukken I, 2005-06, nr. 31, 1414.
    • Gewijzigd voorstel van wet, Kamerstukken II 2005-06, 29676, A.
    • Memorie van antwoord, Kamerstukken I 2005-06, 29 676, E.
    • Handelingen I 2005-06, nr. 31.
    • Handelingen II 2004-05, nr. 83.
    • Stemmingen Eerste Kamer 20 juni 2006, EK 32, 32-1482-32-1483.
  • Voorstel van wet tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met het bevorderen van voortgezet ouderschap na scheiding en het afschaffen van de mogelijkheid tot het omzetten van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap (Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding), Kamerstukken II, 2004/05, 30 145, nr. 2.
    • MvT, Kamerstukken II 2004-05, 30 145, nr. 3.
    • Nota naar aanleiding van het verslag, Kamerstukken II 2004-05, 30 145, nr. 6.
    • Memorie van Antwoord, Kamerstukken II 2007-08, 30 145, C.
    • Handelingen II, 2006-07, nr. 51.
    • Handelingen II, 2006-07, nr. 76.
  • Wet 27 november 2008 tot wijziging van Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek en het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met het bevorderen van voortgezet ouderschap na scheiding en het afschaffen van de mogelijkheid tot het omzetten van een huwelijk in een geregistreerd partnerschap, https://www.eerstekamer.nl/behandeling/20081216/publicatie_wet_5/

    document3/f=/vi25ev0rejqq.pdf
    .
  • Voorstel van wet tot Wijziging van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering in verband met verlening aan de notaris van bevoegdheden in verband met gemeenschappelijke verzoeken tot echtscheiding en tot ontbinding van een geregistreerd partnerschap, Kamerstukken II 2008-09, 31714, nr. 2.
    • Handelingen I 2008-09, nr. 8, 397-398.
    • Handelingen I 2011-12, nr. 8/4, 30.
  • Voorstel van wet van het lid Van der Steur tot het stellen van regels omtrent de registratie en de bevordering van de kwaliteit van mediators (Wet registermediator), Kamerstukken II 2012-13, 33 722, nr. 2.
    • MvT, Kamerstukken II 2012-13, 33 722, nr. 3.
    • Brief van het lid Van Oosten, Kamerstukken II 2014-15, 33 722, nr. 23.
    • Brief van de minister van Veiligheid en Justitie, Kamerstukken II 2014-15, 33 722, nr. 24.
  • Voorstel van wet tot wijziging van Boek 1 en Boek 10 van het Burgerlijk Wetboek en enige andere wetten betreffende het uitspreken van de echtscheiding en ontbinding van het geregistreerd partnerschap door de ambtenaar van de burgerlijke stand (Wet scheiden zonder rechter), Kamerstukken II, 2014/15, 34 118, nr. 2.
    • MvT, Kamerstukken II 2014-15, 34 118, nr. 3.
    • Advies Koninklijke Notariële beroepsorganisatie, bijlage bij Kamerstukken II 2014-15, 34 118, nr. 3.
    • Advies Nederlandse Orde van Advocaten, bijlage bij Kamerstukken II 2014-15, 34 118, nr. 3.
    • Advies Nederlandse Vereniging voor Rechtspraak, bijlage bij Kamerstukken II 2014-15, 34 118, nr. 3.
    • Advies Staatscommissie voor het Internationaal Privaatrecht, bijlage bij Kamerstukken II 2014-15, 34 118, nr. 3.
    • Advies vereniging voor Familierecht Advocaten en Scheidingsmediators, bijlage bij Kamerstukken II 2014-15, 34 118, nr. 3.
    • Advies afdeling Advisering Raad van State en nader rapport, Kamerstukken II 2014-15, 34 118, nr. 4.
    • Brief van de Minister van Justitie en Veiligheid, Kamerstukken II 2017/18, 34 118, nr. 6.
    • Brief van de Minister van Justitie en Veiligheid, Kamerstukken I, 2017/18, 34 775 VI, F.

Noorwegen

Oekraïne

Portugal

Roemenië

Rusland

Spanje

Rechtspraak

  • Antwerpen 27 november 2007, NJW 2008, 556-557, noot Verschelden G.
  • Antwerpen 5 september 2012, T.Fam. 2014, 196.
  • Antwerpen 7 november 2012, T.Fam. 2014, 196-197.
  • Antwerpen 29 april 2019, NJW 2019, 659-661, noot Degeest, G.; T.Not. 2020, 79-83, noot Van den Bossche, A.
  • Brussel 28 december 1999, RTDF 2001, 315, noot Masson, J.P.
  • Brussel 12 september 2000, AJT 2001-02, 551.
  • Brussel 17 november 2009, T.Not. 2010, 473-489.
  • Cass. 2 februari 1989, JT 1989, 354.
  • Cass. 27 september 1990, Arr.Cass. 1990-91, 94-98.
  • Cass. (FR) 3 maart 1998, Bull.civ. 1998, 1, nr. 96, 62.
  • EHRM 21 februari 1975, nr. 4451/70, Golder/Verenigd Koninkrijk.
  • EHRM 24 oktober 1979, nr. 6301/73, Winterwerp/Nederland.
  • EHRM 27 februari 1980, nr. 6903/75, Deweer/België.
  • EHRM 28 mei 1985, nr. 8225/78, Ashingdane/Verenigd Koninkrijk.
  • EHRM 19 december 1997, nr. 26737/95, Brualla Gómez de la Torre/Spanje.
  • EHRM 17 december 2002, nr. 35731/97, Venema/Nederland.
  • EHRM 3 juni 2004, nr. 73936/01, De Jorio/Italië.
  • EHRM 21 september 2006, nr. 12643/02, Moser/Oostenrijk.
  • EHRM 24 april 2008, nr. 17140/05 Kemp/Luxemburg.
  • EHRM 3 december 2009, nr. 8917/05, Kart/Turkije.
  • Gent 21 december 2000, EJ 2002, afl. 9, 134-139, noot Vanbockrijck, H.
  • Gent 11 december 2003, NJW 2004, 490-491, noot Verschelden, G.
  • Gent 16 april 2013, TGR-TWVR 2013, afl. 4, 256-257.
  • Gent 16 januari 2014, T.Fam. 2014, 197-198.
  • Gerechtshof Amsterdam (NL)14 december 2010, nr. 200.062.078/01 NOT.
  • Kort Ged. Rb. Marche-en-Famenne 29 maart 1995, JLMB 1995 (verkort), 1050.
  • Rb. Dordrecht (NL) 30 november 2011, nr. 94185/FA RK 11-8373.
  • Rb. Dordrecht (NL) 12 september 2012, nr. 96325/FA RK 12-7028.
  • Rb. Gent 17 september 2018, RW 2019, 1709-1710.
  • Rb. ’s-Hertogenbosch (NL) 18 maart 2008, nr. 172053/FA RK 08-1147, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2008, 47.
  • Vred. Herzele 30 maart 2016, T.Vred. 2016, afl. 11-12, 545-549.
  • Vred. Vorst 7 mei 2019, T.Vred. 2019, afl. 9-10, 511-513.

Rechtsleer

Boeken

  • Boele-Woelki, K., Braat, B. en Sumner, I., European family law in action. 1: Grounds for Divorce, Antwerpen, Intersentia, 2003, 466 p.
  • Boele-Woelki, K., Ferrand, F., Gonzalez Beilfuss, C., Janterajareborg, M., Lowe, N., Martiny, D en Pintens, W., Principles of European Family Law Regarding Divorce and Maintenance Between Former Spouses, in European Family Law Series, nr. 7, Antwerpen/Oxford, Intersentia, 2004, 170 p.
  • Bainham, A., The International Survey of Family Law, Jordan Publishing 2004, 330 p.
  • Bradley, D., Family law and political culture, Londen, Sweet and Maxwell, 1996, 295 p.
  • Brouwers, S., Echtscheiding door onderlinge toestemming, Gent, Larcier, 2010, 383 p.
  • Bulckens, R., Mortelmans, D., Casman, M.T. en Simaÿs, C., Families in beweging: een gezinsbeleid op maat?, Brussel, Pire, 2007, 319 p.
  • Chin-A-Fat, B.E.S., Scheiden: (ter)echter zonder rechter? Een onderzoek naar de meerwaarde van scheidingsbemiddeling, Den Haag, Sdu, 2004, 474 p.
  • Chin-A-Fat, B.E.S. en Steketee, M.J., Bemiddeling in uitvoering. Evaluatie experimenten scheidings- en omgangsbemiddeling, Utrecht, Verwey-Jonker Instituut, 2001, 255 p.
  • De Wulf, C., Notarieel familierecht en familiaal vermogensrecht: Het opstellen van notariële akten (deel I), Mechelen, Kluwer, 2011, 1341 p.
  • Hauser, J., Ho-Dac, M., Sana-Chaillé de Néré, S., Cresp, M en Sana-Chaillé de Néré, S., Droit de la famille, Brussel, Bruylant, 2017, 1118 p.
  • Heirbaut, D., Privaatrechtsgeschiedenis van de Romeinen tot heden, Gent, Academia Press, 2013, 428 p.
  • Hemelsoen, R., EOT-overeenkomsten: een empirisch-juridische studie, Antwerpen, Intersentia, 2012, 484 p.
  • Hensen, W., Gerechtelijke bemiddeling. Knelpunten en mogelijkheden, Brugge, die Keure, 2018, 630 p.
  • Heyvaert, A., Het personen- en gezinsrecht ont(k)leed: theorieën over personen- en gezinsrecht rond een syllabus van de Belgische technieki, Gent, Mys en Breesch, 2001, 475 p.
  • Jaumotte, S., Droit familial: modèles et commentaires pratiques, Waterloo, Kluwer, 2017, 363 p.
  • Lancksweerdt, E., Menselijke kracht in het recht: een ontwikkelingsgerichte visie op het recht en de rechtspraktijk, Gent, Larcier, 2014, 331 p.
  • Lenters, H., De rol van de rechter in de echtscheidingsprocedure, Arnhem, Gouda Quint, 1993, 375 p.
  • Marlier, G., Familie in het straf- en strafprocesrecht – Afbrokkelende hoeksteen van de samenleving?, Mechelen, Kluwer, 2018, 904 p.
  • Massager, N., Les bases du droit civil. Tome I: Droit familial, régimes matrimoniaux, successions, Limal, Anthemis, 2013, 187 p.
  • Mellaerts, J., Naar een hervorming van het echtscheidingsprocesrecht, Leuven, Acco, 1991, 221 p.
  • Plaggemars, A.D., Is de notaris de markt meester?, Groningen, Boom Juridische uitgevers, 2011, 466 p.
  • Renders, M. en de Meyer, F., Ik tel mee! Kinderen in bemiddeling, Gent, VCOK, s.d., 254 p.
  • Sagaert, V., Goederenrecht, Mechelen, Kluwer, 2014, 785 p.
  • Swennen, F., Het personen- en familierecht: een benadering in context, Antwerpen, Intersentia, 2019, 585 p.
  • Smits, V.M., Participatie van het kind bij het ouderschapsplan, Apeldoorn, Maklu, 2015, 378 p.
  • Spruijt, E., Kormos, H., Burggraaf, C. en Steenweg, A., Het verdeelde kind: Literatuuronderzoek Omgang na scheiding, Utrecht, Ed Spruijt, 2002, 112 p.
  • Stille, A.L.G.A., In der minne gescheiden, Deventer, Kluwer, 1997, 32 p.
  • Swennen, F., Het personen- en familierecht, Antwerpen, Intersentia, 2012, 511 p.
  • Swennen, F., Het personen- en familierecht, Antwerpen, Intersentia, 2017, 582 p.
  • Tesler, P.H. en Thompson, P., Collaborative divorce: the revolutionary new way to restructure your family, resolve legal issues, and move on with your life, New York, HarperCollins Publishers, 2007, 288 p.
  • Tomassen-van der Lans, M., Het verplichte ouderschapsplan: regeling en werking, Den Haag, Boom Juridische uitgevers, 359 p.
  • Tremmery, J. en Meyfroot, A., De nieuwe echtscheidingswet, Antwerpen, Maklu, 2007, 169 p.
  • Van Gysel, A.-C., Précis de droit des personnes et de la famille, Limal, Anthemis, 2013, 609 p.
  • van Riemsdijk, Scheiden in Nederland. Gids bij een menselijk, zakelijk en juridisch proces, Antwerpen/Apeldoorn, Maklu, 2013, 317 p.
  • Verschelden, G., Handboek Belgisch Personen- en familierecht, Brugge, die Keure, 2016, 970 p.
  • Verstraete, J. en Hofströssler, P., De vernieuwde procedure inzake gerechtelijke verdeling, Brugge, die Keure, 2012, 420 p.
  • Weyts, L., Algemeen deel. De notariswet, Mechelen, Kluwer, 2012, 349 p.
  • Weyts, L., Algemeen deel. De notariswet, Mechelen, Kluwer, 2018, 460 p.
  • Wijnant, T., Advocaten en bemiddeling: een empirische exploratie, Brussel, Larcier, 2019, 232 p.

Bijdragen in verzamelwerken

  • Alofs, E. en Aps, F., “De rechtspleging inzake echtscheiding door onderlinge toestemming” in Senaeve, P. (ed.) Handboek familieprocesrecht, Mechelen, Kluwer, 2017, 677-697.
  • Alofs E. en Klein, M., “De gronden en procedure tot echtscheiding in België en Nederland” in Boele-Woelki, K. en Swennen, F., Vergelijkenderwijs: actuele ontwikkelingen in het Belgische en Nederlandse familierecht, Den Haag, Boom Juridische uitgevers, 2012, 51-93.
  • Aps, F., “De echtscheiding” in Handboek voor de advocaat-stagiair familierecht 2018-2019, Mechelen, Kluwer, 2018, 151-260.
  • Antokolskaia, M.V. “Administratieve echtscheiding vanuit nationaal en internationaal perspectief” in Antokolskaia, M.V. Herziening van het echtscheidingsrecht: administratieve echtscheiding, mediation, voortgezet ouderschap, Amsterdam, SWP, 2006, 32-68.
  • Antokolskaia, M.V., “Divorce law in a European perspective” in Scherpe, J.M., European Family Law Volume III, Northampton, Edward Elgar Pub, 2016, 41-81.
  • Antokolskaia, M.V. “Inleiding” in Antokolskaia, M.V. Herziening van het echtscheidingsrecht: administratieve echtscheiding, mediation, voortgezet ouderschap, Amsterdam, SWP, 2006, 7-20
  • Antokolskaia, M.V., “Pleidooi voor evaluatie van de flitsscheiding” in Antokolskaia, M.V. en Coenraad, L.M., Het nieuwe scheidingsrecht; Ouderschapsplan, positie van het kind, regierechter en collaborative divorce, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2010, 51-66.
  • Bastaits, K., Van Peer, C., Alofs, E., Pasteels, I. en Mortelmans, D., “Hoe verloopt een echtscheiding in Vlaanderen?” in Mortelmans, D., Pasteels, I., Bracke, P., Matthijs, K., Van Bavel, J. en Van Peer, C. (eds.), Scheiding in Vlaanderen, Leuven, Acco, 2011, 85-112.
  • Bausback, W., “Gruẞwort” in Dutta, A., Scheidung ohne Gericht? Neue Entwicklungen im europäischen Scheidungsrecht, Bielefeld, Verlag Ernst und Werner Gieseking, 2017, 3-4.
  • Blitz, M. en Boudart, A.-M., “Le droit collaboratif comme mode alternatif de règlement des conflits” in Watillon, S., Tussen vrijheid en regelgeving: de uitdaging voor de notaris, Brussel, Larcier, 2011, 401-431.
  • Boeke-Woelki, K. en Mom, A., “De erkenning van administratieve echtscheidingen in Europa” in Antokolskaia, M.V. Herziening van het echtscheidingsrecht: administratieve echtscheiding, mediation, voortgezet ouderschap, Amsterdam, SWP, 2006, 218-247.
  • Boele-Woelki, K., “Parental responsibilities – CEFL’s initial results” in Boele-Woelki, K., Common core and better law in European family law, Antwerpen, Intersentia, 2005, 139-168.
  • Brouwers, S., “EOT-Actualia: overzicht van rechtspraak 2007-2014” in De Wispelaere, K. (ed.), Personen- en familierecht, Brussel, Larcier, 2015, 141-176.
  • Brouwers, S. en Govaerts, M., “Onderhandse regelingsakte en familierechtelijke overeenkomst” in Brouwers, S. en Govaerts, M., Huwelijk en (echt)scheiding: een modellenboek, Mechelen, Kluwer, 2014, 207-328.
  • Buschbaum, M., “Auslándische einvernehmliche Notarscheidung vor deutschen Gerichten: Art. 46 Brussel IIa-Verordnung im Gefüge der unionsrechtlichen Vorschriften über die Zirkulation üfentlicher Urkunden” in Dutta, A., Scheidung ohne Gericht? Neue Entwicklungen im europäischen Scheidungsrecht, Bielefeld, Verlag Ernst und Werner Gieseking, 2017, 353-360.
  • Buyssens, F., “De procedures bij wijziging van huwelijkscontract” in Verbeke, A., Buyssens, F. en Derycke, H., Handboek Estate Planning Boek 1, vermogensplanning met effect bij leven – huwelijk en samenwoning, Brussel, Larcier, 2011, 91-101.
  • Buyssens, F., “Regelingsakte en familierechtelijke overeenkomsten bij echtscheiding door onderlinge toestemming” in Buyssens F., De Keyser E., De Witte D., Grillet J., Tison M., Van Sinay T., Vandermander R., Vermeulen W., Notariële actualiteit 2013: verslagboek van de vormingsdagen van de Studiekring Provinciaal Genootschap der Notarissen van Oost-Vlaanderen, Brugge, die Keure, 2014, 117-210.
  • Cerulus, U. en Declerck, C., “Echtscheiding door onderlinge toestemming” in Boone, I., Declerck, C., Wuyts, T., Cerulus, U. en Du Mongh, J., Personen- en familierecht, Brugge, die Keure, 2020, 79-102.
  • Chin-A-Fat, B.E.S., “Het ouderschapsplan als wondermiddel?” in Antokolskaia, M.V. Herziening van het echtscheidingsrecht: administratieve echtscheiding, mediation, voortgezet ouderschap, Amsterdam, SWP, 2006, 100-114.
  • Coenraad, L.M. “Het toezichthoudend oog van de rechter ziet in werkelijkheid weinig. Toets door de rechter van ouderschapsplannen en echtscheidingsconvenanten” in Antokolskaia, M.V. en Coenraad, L.M., Het nieuwe scheidingsrecht; Ouderschapsplan, positie van het kind, regierechter en collaborative divorce, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2010, 81-94.
  • Coenraad, L.M., “Procederen over het voortgezet ouderschap” in Antokolskaia, M.V. Herziening van het echtscheidingsrecht: administratieve echtscheiding, mediation, voortgezet ouderschap, Amsterdam, SWP, 2006, 69-98.
  • de Leval, G., “L’ambition raisonnée d’une justice apaisée” in Lecocq, P. en Engels, C., Rechtskroniek voor de vrede- en politierechters 2009, Brugge, die Keure, 2009, 483-490.
  • Esplugues, C., “General Report: New Developments in Civil and Commercial Mediation – Global Comparative Perspectives” in Esplugues, C. en Marquis, L. New Developments in Civil and Commercial Mediation – Global Comparative Perspectives, Cham, Springer Publishing, 2015, 1-88.
  • Ferrand, F., “Stand des Scheidungsrechts in Frankreich” in Dutta, A., Scheidung ohne Gericht? Neue Entwicklungen im europäischen Scheidungsrecht, Bielefeld, Verlag Ernst und Werner Gieseking, 2017, 145-184.
  • Forder, C., “Seven Steps to Achieving Full Participation of Children in the Divorce Process” in Willems, J.D.M. (ed.), Developmental and Autonomy Rights of Children: empowering children, caregivers and communities, Antwerpen, Intersentia, 2002, 105-140.
  • Forder, C., “Wederom het kinderverhoor in de context van echtscheiding en omgangsregeling: zijn de rechten van de mens van ouders en van het kind in evenwicht?” in Antokolskaia, M.V. en Coenraad, L.M., Het nieuwe scheidingsrecht; Ouderschapsplan, positie van het kind, regierechter en collaborative divorce, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2010, 27-42.
  • Gepts, L., “Ja is niet altijd een ja. Pleidooi voor een bemiddelingsgerichte aanpak” in Appermont, N., Declerck, C. en Pintens, W., Patrimonium 2017, Brugge, die Keure, 2017, 487-491.
  • Hofströssler, P., “De ‘gewijzigde’ rol van de rechter, de notaris en de advocaat” in Casman, H. en Declerck, C., De hervorming van de gerechtelijke vereffening en verdeling, 2012, Antwerpen, Intersentia, 29-82.
  • Jacobs, C., “Emoties, conflicten en bemiddeling. Met illustraties uit de familierechtelijke praktijk” in Boone, I., Put, H., Swennen, F., Verschelden, G. en Senaeve, P. (eds.), Liber Amicorum Patrick Senaeve, Mechelen, Kluwer, 2017, 469-493.
  • Jeppesen de Boer, C.G., “Administratieve scheiding in Denemarken” in Antokolskaia, M.V. Herziening van het echtscheidingsrecht: administratieve echtscheiding, mediation, voortgezet ouderschap, Amsterdam, SWP, 2006, 268-273.
  • Jeppesen-de Boer, C.G., “Gezamenlijk gezag als standaardregeling” in Antokolskaia, M.V. en Coenraad, L.M., Het nieuwe scheidingsrecht; Ouderschapsplan, positie van het kind, regierechter en collaborative divorce, Den Haag, Boom Juridische Uitgevers, 2010, 17-26.
  • Leleu, Y.-H., “Le divorce par consentement mutuel” in Leleu, Y.-H. (ed.), Divorce et aliments, Brussel, Bruylant, 2015, 189-240.
  • Mosselmans, S., “Persoonlijke verschijning voor de familierechtbank” in Senaeve, P. (ed.), Handboek familieprocesrecht, Mechelen, Kluwer, 2017, 333-351.
  • Nylund, A., “A Dispute Systems Design Perspective on Norwegian Child Custody Mediation” in Nylund, A., Ervasti, K. en Adrian, L., Nordic Mediation Research, Zwitserland, Springer International Publishing AG, 2018, 9-26.
  • Pintens, W., “Scope and definitions” in Magnus, U. en Mankowski, P. (eds.), Brussels IIbis Regulation, München, Sellier European Law Publishers, 2012, 52-88.
  • Plaggemars, A.D., “Notariaat in beweging” in Alofs, E., Casman, H. en Van den Bossche, A. (eds.), Liber amicorum André Michielsens, Kluwer, Mechelen, 2015, 513-539.
  • Poelemans, B., “Het hoorrecht van minderjarigen” in Senaeve, P. en Pintens, W. (eds.), De hervorming van de echtscheidingsprocedure en het hoorrecht van minderjarigen: commentaar op de wet van 30 juni 1994, 27 december 1994 en 20 mei 1997, Antwerpen, Maklu, 1997, 53-124.
  • Raes, S. en Demeyere, T., “Trajectbemiddeling voor het FittiF-onderzoek: een pad richting meer doordachte oplossingswegen” in E. Lancksweerdt (ed.), Gerechtelijke bemiddeling – Bemiddeling tijdens civiele gerechtelijke procedures, Brugge, die Keure, 2016, 117-134.
  • Renchon, J.-L., “Les clauses des conventions entre époux ou cohabitants relatives à l’exercice de l’autorité parentale à l’égard de leurs enfants” in Tainmont, F. en Renchon, J.-L. (eds.), L’autonomie de la volonté et les conventions entre époux ou cohabitants: 7e journée d’études juridiques Jean Renauld, Brussel, Larcier, 2015, 295-344.
  • Ribba, J.F., “Stand des Scheidungsrechts in Spanien” in Dutta, A., Scheidung ohne Gericht? Neue Entwicklungen im europäischen Scheidungsrecht, Bielefeld, Verlag Ernst und Werner Gieseking, 2017, 119-144.
  • Rimanque, K. “Art. 6 eerste lid EVRM” in Depuydt, P., Allemeersch, B., Van Den Bergh, B. en Raes, S., Gerechtelijk recht. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, 2002, 215-295.
  • Schonewille, F., “Scheiding en ouderschap: het ouderschapsplan als maatwerk” in Schonewille, F. (ed.), Notaris en scheiding, Antwerpen, Maklu, 2010, 45-78.
  • Schwenzer, I., “Registerscheidung?” in Von, H., Gottwals, P., Jayme, E. en Schwab, B., Festschrift für Dieter Henrich, Gieseking E.U.W. Gmbh, 2000, 533-544.
  • Senaeve, P., “De regeling aangaande de minderjarige kinderen in de overeenkomst echtscheiding door onderlinge toestemming” in Castelein, C., Verbeke, A. en Weyts, L. (eds.), Notariële clausules: liber amicorum professor Johan Verstraete, Antwerpen, Intersentia, 2007, 323-332.
  • Senaeve, P., “Het Belgische echtscheidingsrecht” in Boele-Woelki, K. en Swennen, F., Vergelijkenderwijs: actuele ontwikkelingen in het Belgische en Nederlandse familierecht, Den Haag, Boom Juridische uitgevers, 2012, 1-37.
  • Senaeve, P., “Het hoorrecht van minderjarigen” in Senaeve, P. (ed.), Handboek familieprocesrecht, Mechelen, Kluwer, 2017, 403-449.
  • Sperr, A.K., “Stand des Scheidungsrechts in Norwegen” in Dutta, A., Scheidung ohne Gericht? Neue Entwicklungen im europäischen Scheidungsrecht, Bielefeld, Verlag Ernst und Werner Gieseking, 2017, 265-280.
  • Sosson, J. en Reusens, F., “La mise en oeuvre concrète des principes relatifs à l'autorité parentale: focus sur quelques questions pratiques” in Pire, D. (ed.), Droit des familles, Luik, Anthemis, 2011, 147-173.
  • Stappers, L., “Van artikel 12 naar de Belgische Wetgeving” in Maes, C., Stappers, L., Bouteligier, L., Degrande, D. en Van Gils, J., Mogen wij nu iets zeggen? Over kinderen, echtscheiding en hun recht om gehoord te worden, Brugge, die Keure, 1996, 7-30.
  • Van den Bossche, A., “Het ouderschapsplan: model en bedenkingen” in Boone, I. en Declerck, C. (eds.), Actualia familierecht: co-ouderschap vandaag en morgen, Brugge, die Keure, 2017, 55-78.
  • Vanbockrijk, H. en Bunkens, M., “Art. 1299 Ger.W.” in Senaeve, P., Swennen, F. en Verschelden, G. (red.), Personen- en familierecht. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, 2016, 173-178.
  • Vanlerberghe, B., “Het recht op toegang tot de rechter zoals gewaarborgd door artikel 6.1 EVRM. Algemene beginselen en enkele concrete toepassingen in het gerechtelijk recht” in Van Oevelen, A., Rutten, S. en Rozie, J., Recht op toegang tot de rechter, Antwerpen, Intersentia, 2016, 1-44.
  • Verbeke, A., “De notaris is van ons allemaal” in Alofs, E., Casman, H. en Van den Bossche, A. (eds.), Liber amicorum André Michielsens, Kluwer, Mechelen, 2015, 715-725.
  • Verhagen, E., “Het concept wetsvoorstel scheiden zonder rechter” in Pintens, W., Declerck, C. en Allaerts, V., Patrimonium, Brugge, die Keure, 2014, 339-345.
  • Vissers, K., “Commentaar bij artikel 1288 Ger.W.” in Senaeve, P., Swennen, F. en Verschelden, G. (red.), Personen- en familierecht. Artikelsgewijze commentaar met overzicht van rechtspraak en rechtsleer, Mechelen, Kluwer, 2004, 91-194.
  • Wijnant, T., “Van familierechtelijke overeenkomst tot uitvoerbare titel: afweging van diverse wegen en kosten” in Senaeve, P. en Verschelden, G. (eds.), Wetgeving en rechtspraak familie(proces)recht 2017, Antwerpen, Intersentia, 2017, 235-320.
  • Wylleman, A., “In welke zin is een conventionele instaatstelling opportuun voor het verloop van de procedure tot vereffening-verdeling” in Pintens, W., Declerck, C. en Appermont, N. (eds.), Patrimonium 2015, Brugge, die Keure, 2015, 223-235.

Tijdschriftartikelen

  • Ackermans, J.C.E. en Brands-Bottema, G.W., “De invoering van het ouderschapsplan: goed bedoeld, maar slecht geregeld”, Trema 2009, afl. 2, 45-53.
  • Aerts, B., “Experten willen beroep dringend en grondig hervormen. 'Advocaten kunnen leren van garagisten en artsen’”, Juristenkrant 2018, afl. 365, 8-9.
  • Alba-Fisch, M., “Collaborative divorce: an effort to reduce the damage of divorce”, Journal of Clinical Psychology 2016, afl. 72, 444-457.
  • Andrup, H., “Divorce Proceedings: Ends and Means”, Conciliation Courts Review 1983, afl. 21, 39-52.
  • Andrup, H. en Buchhofer, B., “The Social Functions of Divorce Procedures: The Danish Administrative and the West German Family Court Solution”, Conciliation Courts Review 1981, afl. 19, nr. 2, 7-22.
  • Aniței, A.C., “A Comparative Look at the Divorce Systems in Egypt and Romania”, European Journal of Comparative Law and Governance 2019, afl. 6, 372-404.
  • Antokolskaia, M.V., “Convergence and divergence of divorce laws in Europe” Child and Family Law Quarterly 2006, 379-422.
  • Antokolskaia, M.V., “Convergence of divorce law in Europe” Child and Family Law Quarterly 2006, 307-339.
  • Antokolskaia, M.V., “Co-ouderschap in Nederland: eindelijk duidelijkheid!”, Justitiële verkenningen 2011, afl. 37, 9-19.
  • Antokolskaia, M.V., “De administratieve echtscheiding: symbolische betekenis versus ‘praktische bezwaren’”, WPNR 2009/6806, 591-597.
  • Antokolskaia, M.V., “De ontwikkeling van het Russische familierecht vanaf de Bolsjewistische revolutie: een poging tot verklaring”, Tijdschrift voor Rechtsgeschiedenis, 2002, afl. 70, 137-151.
  • Antokolskaia, M.V., “De voorstellen tot hervorming van het echtscheidingsrecht: naar de vorm modern, naar de inhoud een stap terug”, WPNR 2005/6636, 737-744.
  • Antokolskaia, M.V., “Nederlands echtscheidingsrecht en the CEFL Principles on Divorce”, FJR 2006/112, 262-269.
  • Antokolskaia, M.V., “Nederlandse avonturen met het echtscheidingsrecht”, TPR 2006, 761-770.
  • Antokolskaia, M.V., “Tweede kamer stemt in met administratieve echtscheiding”, WPNR 2005/6648, 1048-1049.
  • Ardeleanu, A-M., “Principles of European Family Law Regarding Divorce – Special View over The Romanian Civil Code”, Acta Universitatis Danubius: Juridica 2013, afl. 9, nr. 2, 51-61.
  • Baanders, A., “Leren van collaborative divorce voor collaborative practice in de zakelijke sfeer”, TMD 2013, afl. 1, 6-10.
  • Baeteman, G. en Guldix, E., “Staat van de persoon”, TPR 2001, 1561-1744.
  • Bakker, M.D.M., “Kinderen en scheiding: het IVRK en de positie van kinderen in het proces”, FJR 2006/21, 70-75.
  • Barkhuysen, T. en van Emmerik, M.L., “Rechtsbescherming tegen de overheid en het EVRM”, Tijdschrift voor Milieuschade en Aansprakelijkheidsrecht 2006, afl. 4, 130-142.
  • Bastaits, K., Pasteels, I., Van Peer, C. en Mortelmans, D., “Een verplicht ouderschapsplan na echtscheiding? Inzichten vanuit de SiV-studie”, Relaties en nieuwe gezinnen 2011, nr. 1, 1-34.
  • Benedek, P., “Een mediator hoeft niet per se juridisch gekwalificeerd te zijn; neutraal”, Notariaat Magazine 2015, afl. 1, 13.
  • Blanchard, C., “La fontion du notaire dans le divorce déjudiciarisé”, JCP N 2017, afl. 1, 37-44.
  • Blikslager, H., “Snelle oplossingen met een team deskundigen”, Tijdschrift Conflicthantering 2020, afl. 2.
  • Boidin, H., “Focus sur le partage verbal dans le nouveau divorce pas consentement mutuel”, AJ Famille 2018, afl. 3, 151.
  • Boidin, H., “Les frais de l'acte de partage du régime matrimonial dans le divorce par consentement mutuel”, AJ Famille 2018, afl. 3, 149.
  • Bonnet, V. en Gouttenoire, A. “Divorce: procédure”, Répertoire de procédure civile 2017 (geactualiseerd in 2020), nr. 50-88.
  • Boone, I., “Het verbintenissenrecht als remedie voor conflicten tussen gewezen echtgenoten na echtscheiding door onderlinge toestemming”, Themis 2013-14, afl. 85, 81-114.
  • Boone, R., “Het goederenrecht maakt de sprong van de negentiende naar de eenentwintigste eeuw”, Juristenkrant 2020, afl. 408, 8-9.
  • Brink, M., “Verplicht vrijwillig?”, TMD 2018, afl. 2, 20-22.
  • Broeckx, K., “De uitvoerbare kracht van een notariële akte”, TPR 1991, 34, 29-78.
  • Brouwers, S., “De bijzondere ouderlijke onderhoudsverplichtingen” in Verschelden, G., Brouwers, S., Boone, K., Pluym, L., Segers, W. en Vinck, B., “Overzicht van rechtspraak. Familierecht (2007-2011), TPR 2012, 1868-1944.
  • Brouwers, S., “Echtscheiding en scheiding van tafel en bed” in Verschelden G., Boone, I., Brouwers, S., De Schrijver, L. en Van Thienen, A., “Overzicht van rechtspraak. Familierecht (2012-2016)”, TPR 2017, 832-873.
  • Brouwers, S., “ De EOT kan (soms) zonder verschijning”, Nieuwsbrief Notariaat 2014, afl. 17, 8-9.
  • Brouwers, S., “De EOT kreeg een upgrade”, RABG 2018, 1261-1267.
  • Brouwers, S., “In een EOT moet de regelingsakte alomvattend zijn”, RABG 2018, 181-184.
  • Brouwers, S., “Invoering van de familie- en jeugdrechtbank: een wegwijzer voor de notaris”, Nieuwsbrief Notariaat 2004, afl. 2, 1-7.
  • Buda, D., “The administrative reform in Romania: the new civil code and the institution of marriage”, Transylvanian Review of Administrative Sciences 2012, afl. 36 E, 27-49.
  • Bunkens, M., “Bezint eer ge aan een EOT begint”, T.Fam. 2014, 198-203.
  • Bunkens, M., “Hoger beroep na verzoening bij echtscheiding door onderlinge toestemming. Commentaar bij de wet van 17 juli 2015”, T. Fam. 2015, 223-226.
  • Butruille-Cardew, C., “Les atouts du processus collaboratif dans le nouveau divorce par consentement mutuel”, AJ Famille 2018, afl. 3, 152.
  • Buyssens, F., “De echtscheiding door onderlinge toestemming – Pleidooi voor een redelijke hervorming”, EJ 2005, afl. 5, 84-91.
  • Buyssens, F., “Echtscheiding door onderlinge toestemming na de wet van 27 april 2007”, Not.Fisc.M. 2008, 3-22.
  • Buyssens, F., “Overzicht van rechtspraak EOT (2001-2012), T.Fam. 2013, 48-89.
  • Casey, J., “Convention de divorce par consentement mutuel”, AJ Famille 2017, afl. 2, 96-103.
  • Casey, J., “Le nouveau divorce par consentement mutuel; une réforme en clair-obscur”, AJ Famille 2017, afl. 1, 14-25.
  • Casey, J. en David, S. “Divorce sans juge: plaidoyer pour un circuit court”, AJ Famille 2017, afl. 10, 539-542.
  • Cashmore, J. en Parkinson, P., “Children's and Parent's Perceptions on Children's Participation in Decision Making After Parental Separation and Divorce”, Family Court Review 2007, afl. 46, 91-104.
  • Casier, H., “Een frisse wind doorheen het huwelijksvermogensrecht: exit homologatieprocedure, TEP 2009, 164-178.
  • Casman, H., “Scheidingsbemiddeling door notarissen”, EJ 1999, afl. 1, 9-13.
  • Casman, H. en Verbeke, A., “Formaliteiten van een (globale) erfovereenkomst: een teleologische interpretatie”, TEP 2018, 379-386.
  • Cathelineau-Roulaud, A., “Le divorce sans juge en droit français”, Profilaktyka Społeczna i Resocjalizacja 2017, afl. 33-34, 85-97.
  • Champenois, G., “Le notaire doit-il lire la convention de divorce par consentement mutuel?”, Defrénois 2017, afl. 7, 1.
  • Chénedé, F., “Divorce et contrat. À la croisée des réformes”, AJ Famille 2017, afl. 1, 26-29.
  • Chénedé, F., “Le divorce sans juge, contrat à terme et rétration”, AJ Famille 2017, afl. 2, 87-89.
  • Chin-A-Fat, B.E.S., “De mediator in het nieuwe echtscheidingsrecht: nog onvoldoende basis”, Tijdschrift voor Mediation 2006, afl. 2, 37-42.
  • Chin-A-Fat, B.E.S., “Is scheiden zonder rechter nabij?”, WPNR 2005/6636, 730-736.
  • Chin-A-Fat, B.E.S., “Naschrift”, WPNR 2005/6648, 1047-1048.
  • Chin-A-Fat, B.E.S., “Scheiden anno 2011: Over depolarisering, mediation en overlegscheiding”, Justitiele Verkenningen 2011, afl. 37, 36-49.
  • Chin-A-Fat, B.E.S. en Steketee, M.J., “Evaluatie experimenten scheidings- en omgangsbemiddeling”, FJR 2001/11, 296-302.
  • Clijmans, N., “De schriftelijke getuigenverklaring, de advocatenakte en de authentieke vaststelling bij deurwaardersexploot: nieuwe technieken van bewijslevering”, P&B 2017, 3-10.
  • Coene, E., “Pleidooi voor een ouderschapsplan”, TORB 2017-18, 306-313.
  • Coenraad, L.M., “Harmonieleer voor juristen”, FJR 2014/39, 160-165.
  • Coenraad, L.M., “Regie en rechter in scheidingszaken”, FJR 2019/3.
  • Coenraad, L.M., “Scheiden: administratief of rechterlijk? Het wetsvoorstel Luchtenveld is nog niet rijp”, Tijdschrift voor Civiele Rechtspleging 2006, afl. 1, 1-5.
  • Combrink-Kuiters, C.J.L., de Pauw Gerlings-Döhrn, S.B. en van den Berg, H.I., “De (on)wenselijkheid van het raadsadvies; een drieluik”, FJR 2000/5, 97-102.
  • Couzigou-Suhas, N., “Réflexions pratiques sur le divorce sans juge”, Defrénois 2017, afl. 2, 131-141.
  • Crăciun, N., “The divorce by the public notary. Proceedings”, Bulletin of the Transilvania University of Braşov 2014, Series VII: Social Sciences – Law, Vol. 7, no. 2, 189-196.
  • David, S., “La rémunération du notaire ‘simple dépositaire’ dans le cadre du divorce par consentement mutuel extrajudiciaire”, AJ Famille 2018, afl. 3, 149.
  • David, S., “Réforme de la procédure contentieuse: le regard du notaireé”, AJ Famille 2020, 21.
  • David, S. en Brunet, R., “Le rôle du notaire dans le nouveau divorce par consentement mutuel”, AJ Famille 2017, afl. 1, 31-39.
  • De Backer, V. en Jacobs, H., “De erkenning van de Nederlandse flitsscheiding”, EJ 2006, afl. 10, 145-149.
  • De Backer, V. en Jacobs, H., “Het echtscheidingsrecht in het Wetboek van Internationaal Privaatrecht”, Not.Fisc.M. 2005, 41-59.
  • De Block, H., De Roeck, G., Hendrickx, J., Nijs, C., Nouwkens, W., Rooms, J. en Spaepen, A., “De notaris en de conflictbeheersing”, Not.Fisc.M. 2000, 79-107.
  • de Bruijn-Lückers, M.L.C.C, “Kritische kanttekening bij het Wetsvoorstel Luchtenveld”, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2006, afl. 6, nr. 42.
  • de Bruijn-Lückers, M.L.C.C, “Scheidings- en omgangsproblematiek”, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2004, afl. 7/8, nr. 51.
  • De Canck, W. en Storms, S., “De nieuwe mindset van de collaboratieve advocaat”, TMD 2019, afl. 2-3, 19-29.
  • de Cayeux, A.-M., “Médiation familiale et divorce par consentement mutuel”, AJ Famille 2018, afl. 3, 156.
  • De Decker, H., “Welke wijzigingen bracht de ‘POTPOURRIWET V’ aan de Ventôsewet?”, Not.Fisc.M. 2017, 300-311.
  • de Gruiter, J., “Donner omarmt de flitsscheiding”, Notariaat Magazine 2005, afl. 2, 22-23.
  • De Hoog, C. en de Jongh, W., “Mediation en het ouderschapsplan”, FJR 2005/34, 98-103.
  • De Jong, M., “A pragmatic look at mediation as an alternative to divorce litigation”, TSAR 2010, afl. 3, 515-531.
  • De Keyser, N., Cassiers, A. en Jaspers, C. “Drie methodes van multidisciplinaire aanpak van scheidingsconflicten praktisch bekeken”, T.Fam. 2019, 214- 221.
  • De Mets, J. “De inleidingszitting in spoedeisende familiezaken”, T.Fam. 2019, 128-134.
  • de Oliveira, G., “Een Europees familierecht?”, FJR 2000/12, 272-277.
  • De Ruyck, V. en Erauw, J., “De echtscheiding”, TPR 2006, 1478-1490.
  • de Saint-Pern, L., “Le divorce sans juge en droit comparé”, Droit de la famille 2018, afl. 9, 1-4.
  • Debusscher, E., “Het informatieformulier betreffende het hoorrecht van minderjarigen”, NNK 2015, afl. 3-4, 59-60.
  • Declerck, C., “De verblijfsregeling anno 2015”, T.Not. 2015, 491-503.
  • Declerck, C. en Wuyts, T., “Anders omgaan met scheidingsconflicten”, T.Fam. 2019, 178-183.
  • Degeest, G., “Juridisch statuut van dieren” (noot onder Antwerpen 29 april 2019), NJW 2019, 661-662.
  • Desmet, C.A., “The procedure of acts of administrative law”, Challenges of the Knowledge Society. Administrative and Political Sciences 2018, 1024-1031.
  • Dirix, E., “Dieren zijn geen zaken”, RW 2014-15, 1222.
  • Du Jardin, J., “Welk notariaat voor de XXIste eeuw?”, T.Not. 2002, 611-624.
  • Dullaert, C.W.M., “Verplichte mediation”, Advocatenblad 2002, afl. 18, 804.
  • Dumănescu, L., “Beyond Politics is Life! Family Formation, Reproduction and Divorce in Communist Romania”, Romanian Journal of Population Studies 2012, afl. 6, 53-69.
  • Dupuis-Bernard, R., “Divorce par consentement mutuel: le nouvel acte de dépôt, rôle et mission du notaire”, Defrénois 2017, afl. 10, 626-638.
  • Eggermont, S., “Hoger beroep bij wederzijdse vorderingen tot echtscheiding. Het in kracht van gewijsde gaan, procesrechtsmisbruik en de vordering ad futurum” (noot onder Cass. 29 mei 2015), T.Fam. 2016, 25-38.
  • Ferré-André, S., “Nouveau regard sur le divorce après la loi du 18 novembre 2016”, Defrénois 2017, afl. 2, 125-130.
  • Ferré-André, S., “Un an de divorce sans juge: vade-mecum controversé d'un processus de divorcialité contractualisé”, AJ Famille 2018, afl. 2, 81-84.
  • Filosa, D., “Divorce par acte d’avocats et enjeux liquidatifs”, Defrénois 2016, afl. 24, 1307-1319.
  • Filosa, D., “L'articulation du contrat collaboratif et agrégatif de divorce par consentement mutuel”, AJ Famille 2019, afl. 2, 85-94.
  • Frîntu, M. en Gherghe, R., “Divorce through the Spouses’ Agreement by Administrative Method or Notarial Procedure”, Advances in Fiscal, Political and Law Science s.d., 185-190.
  • Fortney, S.S., “Collaborative divorce: what Louis Brandeis might say about the promise and problems”, Touro Law Review 2017, afl. 33, 371-378.
  • Gaffinel, C., “Le divorce sans juge et l’avocat”, Les Cahiers de la Justice 2017, afl. 2, 347-357.
  • Gerlo, J. “Artikel 203, § 1 BW, artikel 203bis BW en artikel 1288, eerste lid, 3° Ger.W. na de wetten van 30 juni 1994 en 13 april 1995. Bijzondere problemen in geval van echtscheiding door onderlinge toestemming”, Not.Fisc.M. 1997, 122-128.
  • Gidro, A., Gidro, R. en Cîmpean, D., “Divorce Remedy in the new Code Civil”, Suppliment of Quality Access to Succes 2012, afl. 13, 385-392.
  • Gijbels, L.J.H. en Kamerling, J.A., "De flitsscheiding; een snelle route maar niet zonder haken en ogen", Juridische Berichten voor het Notariaat 2002/16, 3-4.
  • Gijbels, L. en Kamerling, J.A., “Flitsscheiding? Let op de valkuilen!”, Nederlands Juristenblad 2002/1, 23-24.
  • Gillet, J.-L., “La réforme du divorce sans juge: bonjour tristesse”, Les Cahiers de la Justice 2017, afl. 2, 199-205.
  • Goldsmith, J., “Het beroep van advocaat nu en in de toekomst en de kernwaarden van het beroep”, Ad Rem 2007, afl. 3, 9-16.
  • Goossens, S., “Verslag evenement ‘Bemiddeling: alleen voor de happy few?’”, TMD 2017, afl. 3, 21-26.
  • Gregg, H., “Commentary: Family Law: Why collaborative divorce continues to decline in popularity”, Wisconsin Law Journal 2013.
  • Guga, O.V., “Comparative study between the divorce, by mutual consent of spouses, on administrative way on the same type of divorce on judicial way”, Lucian Blaga, University of Sibiu, Revista Academiei Fortelor Terestre 2015, afl. 20 nr. 2, 177-182.
  • Gunter, M. en de Boorder, M.R., “Collaborative divorce een nieuwe manier van scheiden”, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2008, nr. 28, 66-69.
  • Hammje, P., “Le divorce par consentement mutuel extrajudiciaire et le droit international privé”, Revue critique de droit international privé 2017, afl. 2, 143-158.
  • Hedeen, T., “Coercion and self-determination in court-connected mediation: all mediations are voluntary, but some are more voluntary than others”, The Justice System Journal 2005, afl. 26/3, 273-291.
  • Heida, A., “De belangrijkste wijzigingen van Wetsvoorstel 30 145”, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2007, afl. 9, nr. 65.
  • Heida, A., “De tijd nog niet rijp voor het wetsvoorstel Luchtenveld”, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2006, afl. 7/8, nr. 51.
  • Heida, A., “Wet scheiden zonder rechter”, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2014/13, afl. 2, 28-30.
  • Heida, A., “Wetsvoorstel Luchtenveld door Tweede Kamer aangenomen”, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2006, afl. 1, nr. 2.
  • Herbots, K., Roevens, E. en Put, J., “Participatie van het kind in het gerechtelijk scheidingsproces: droombeeld of realiteit?”, TJK 2012, 27-39.
  • Holtzworth-Munroe, A., Applegate, A.G., D’Onofrio, B. en Bates, J., “Child Informed Mediation Study (CIMS): Incorporationg the children’s persepctive into divorce mediation in an American pilot study”, Journal of Family Studies 2010, afl. 16, 116-129.
  • Hüsen, M.J., “Verwerp het wetsvoorstel scheiden zonder rechter!”, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2015/34, afl. 4, nr. 34.
  • Jacobs, L., “La parole de l’enfant face à la séparation parentale: regards croisés sur les pratiques d’audition”, RTDF 2017, 649-689.
  • James, A.L., Haugen, G.M.D., Rantalaiho, M. en Marples, R., “The voice of the Child in Family Mediation: Norway and England”, International Journal of Children’s Rights 2010, afl. 18, 313-333.
  • Jansegers, K., “Nederlandse 'flitsscheiding' zonder rechter ook geldig in België?”, Juristenkrant 2002, afl. 51, 1 en 11.
  • Jansegers, K., “Problemen bij de erkenning in België van de Nederlandse 'flitsscheiding'”, Tijdschrift@ipr.be 2002, afl. 4, 61-75.
  • Jaspers, C., “Verplichte bemiddeling: logische verdere bouwsteen voor alternatieve geschillenoplossing in België?”, TMD 2018, afl. 2, 48-62.
  • Jeppesen-de Boer, C.G., “Administratieve echtscheiding in Denemarken”, FJR 2005/91, 231-235.
  • Jeppesen-de Boer, C.G., “Gezamenlijk ouderschap na scheiding: over de interactie tussen de doelstellingen van de Deense wet op de ouderlijke verantwoordelijkheid, de bevindingen in de uitgevoerde wetsevaluatie en de daaropvolgende wetswijzigingen”, Familie & Recht 2014.
  • Jivan, O.M., “The Evolution of the Institution of Divorce in Romania”, Annals of the University of Craiova for Journalism, Communication and Management 2016, afl. 2, 109-113.
  • Jonker, M., “Een herbezinning op de administratieve echtscheiding. Het Noorse recht als inspiratiebron”, FJR 2006/122, 310-316.
  • Joukovskaia, A., “A living law: divorce contracts in early modern Russia”, Explorations in Russian and Eurasian History 2017, afl. 18, 661-681.
  • Juston, M. “Le divorce par consentement mutuel sans juge: une opération sans chirurgien – Le point de vue du magistrat”, Droit de la famille 2016, afl. 7-8, nr. 25, 1-3.
  • Kamminga, P. en Vlaardingerbroek, P., “Collaborative divorce: hoe een teambenadering in conflictoplossingsprocessen tot een succes maken?”, FJR 2012/24, 60-70.
  • Kelly, J.B. “Psychological and legal interventions for parents and children in custody and access disputes: current research and practice”, Virginia Journal of Social Policy and the Law 2002, afl. 10, 129-163.
  • Kennett, W., “It’s arbitration, but not as we know it: reflections on family law dispute resolution”, International Journal of Law, Policy and The Family 2016, afl. 30, 1-31.
  • Khazova, O., “The New Family Code”, International Survey of Family Law 1996, 371-382.
  • Kroek, M. en van Eck, M., “Wetsvoorstel Scheiden zonder rechter: vijf kansen”, Notariaat Magazine 2014, afl. 3, 20-21.
  • Kruger, T. en Verhellen, J., “De erkenning in België van buitenlandse familierechtelijke akten”, TVR 2006, afl. 3, 278-285.
  • Kullerkupp, K., “Family Law in Estonia”, International Survey of Family Law 2001, 95-110.
  • Labbée, X., “Jean-Jacques Urvoas face à François Ier et au divorce par consentement mutuel en langue étrangère”, Dalloz 2017, afl. 7, 358.
  • Lancksweerdt, E., “Bemiddeling. Waarom zouden juristen er (meer) voor opteren?”, NJW 2016, 314-328.
  • Lancksweerdt, E., “Bemiddeling en op bemiddeling gebaseerde aanpak van conflicten bij scheiding: het belang van het kind voorop”, T.Not. 2015, 470-490.
  • Lancksweerdt, E., “De Belgische evenwichtsoefening inzake de verplichte ADR-poging in het raam van een gerechtelijke procedure”, TMD 2018, afl. 2, 5-19.
  • Lancksweerdt, E. en Jagtenberg, R., “Bemiddeling vrijwillig of verplicht – de rechter aan zet?”, TMD 2018, afl. 2, 3-4.
  • Lebel, A., “Réforme du divorce par consentement mutuel: qui a peur du grand méchant loup?”, Famille/Point de vue 2017, 9-11.
  • Lenters, H., “De echtscheidingsprocedure over tien en twintig jaar”, FJR 2000/1, 3-4.
  • Lesseliers, V., “7 redenen waarom de nieuwe wet op de bemiddeling belangrijk is voor het notariaat”, T.Not. 2019, 219-230.
  • Lesseliers, V., “De notaris en bemiddeling: 10 jaar later”, Not.Fisc.M. 2009, 277-288.
  • Lesseliers, V., “Deontologische code inzake notariële bemiddeling”, T.Not. 2017, 833-842.
  • Lesseliers, V., “Wat kan de notaris betekenen voor de bemiddeling… en vice versa?”, Not.Fisc.M. 2016, 128-138.
  • Lienhard, C., “Nouveaux enjeux et nouvelle philosophie du rôle de l'avocat dans le divorce par consentement mutuel conventionnel”, AJ Famille 2017, afl. 1, 40-41.
  • Lienhard, C. en Linard, A., “Le regard sur la rédorme des avocats de la familleé, AJ Famille 2018, afl. 2, 79-80.
  • Lodrup, P., “The 1997 Revision of the Norwegian Children Act of 1981”, International Survey of Family Law 1997, 345-350.
  • Louis, J.-P., “Les couples français séduits par la procédure de divorce sans juge”, Les Echos 2019.
  • Louwerse, P., “Wetsvoorstel mediation: Notaris heeft voordeel van alles-in-éénpakket”, Notariaat Magazine 2013, afl. 2, 20-22.
  • Luijten, E.E.A., “De teloorgang van een evergreen? De Nederlandse huwelijksgemeenschap in de wenteling der tijden”, TPR 2004, 455-474.
  • Luijten, E.A.A. en Meijer, W.R., “Echtscheiding buiten de rechter om?”, Nederlands Juristenblad 2008/605, 691-695.
  • Maes, C., “Wie niet horen wil, moet voelen?”, RW 1995-96, 1321-1329.
  • Mahieu, J., “Een blik in het hoofd en het hart van een familierechter”, T.Fam. 2020, 2-13.
  • Mahieu, J., “‘Laat me nu toch niet alleen’ (Johan Verminnen). Ervaringen en bedenkingen van een familierechter”, TORB 2017, 277-284.
  • Masschelein, A.M., “Het hoorrecht van de minderjarige bij familiale geschillen”, NNK 2015, afl. 3, 21-24.
  • Mcintosh, J., “Child‐inclusive divorce mediation: report on a qualitative research study”, Mediation Quarterly 2000, afl. 18, 55-69.
  • Medaer, B., “Impact van de Potpourriwet V op het vlak van de registratierechten”, Registratierechten 2017, afl. 3, 10-12.
  • Mekki, M., “L'avenir du notariat après la loi Macron Défendre l'identité notariale”, JCP N 2017, afl. 10, 20-21.
  • Mekki, M., “Le divorce hors le juge: le notaire doit-il devenir un greffier?”, JCP N 2016, afl. 19, 5-6.
  • Montoux, D., “Rédiger les actes d'un divorce par consentement mutuel”, JurisClasseur Pratique notariale – Les actes 2017, nr. 1702.
  • Moreau, T., “Une approche juridique de la place de la parole du mineur dans la vie familiale et sociale”, J.dr.jeun. 2016, afl. 256, 23-38.
  • Morgan, R. en Kothakota, M., “Interdisciplinary collaborative divorce: a process for effective dispute resolution”, J. Alternative Disp. Resol. 2012, afl. 2, 1-14.
  • Nagy, O.V., “The marriage dissolution on administrative way, aspects of comparative law”, Revista Academiei Forţelor Terestre 2014, afl. 1, 31-37.
  • Nourissat, C., Boiché, A., Eskenazi, D., Meier-Bourdeau, A. en Thuan Dit Dieudonné, G., “Divorce par consentement mutuel: plainte contre la France!”, AJ Famille 2017, afl. 5, 266.
  • Nuytinck, A.J.M., “Daar is hij dan: de echtscheidingsnotaris”, WPNR 2008/6775, 863-865.
  • Nuytinck, A.J.M., “Het belang van de Wet beëindiging huwelijk zonder rechterlijke tussenkomst en vormgeving voortgezet ouderschap voor de notariële praktijk: het nieuwe fenomeen van de echtscheidingsnotaris”, WPNR 2006/6656, 162-169.
  • Nuytinck, A.J.M., “Het nieuwe, door de Tweede Kamer aangenomen echtscheidingsrecht: de Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding”, WPNR 2007/6722, 739-745.
  • Nuytinck, A.J.M., “Scheiden op z’n Luchtenvelds of scheiden op z’n Donners? Allebei!”, WPNR, 2005/6648, 1046-1047.
  • Nuytinck, A.J.M., “Scheiden zonder rechter”, FJR 2000/2, 25.
  • Nuytinck, A.J.M., “Scheiden zonder rechter anno 2014”, WPNR 2014/7013, 327-331.
  • Otis, M.R., “Expanding collaborative divorce through the social sciences”, Family Court Review 2011, afl. 49, 229-238.
  • Paillard, S. “Principaux points de vigilance en matière fiscale”, AJ Famille 2018, afl. 3, 152-154.
  • Papa, A.D. en Ţăpuş I.F., “Notary procedure and judicial procedure for the divorce with spouses’ Agreement”, CKS Journal 2013, 344-354.
  • Pasteels, I., Smit, S., Bastaits, K. en Mortelmans, D., “Kennis over en gebruik van professionele echtscheidingsbemiddeling in het licht van de wet van 18 juli 2006”, Relaties en Nieuwe Gezinnen 2014, afl. 4, 1-30.
  • Peeples, R. en Sarrat, J., “Sinn Fein Amhain: taking collaborative law beyond divorce”, Wake Forest Law Review 2017, afl. 52, 139-156.
  • Poelemans, B. “Boeken”, RW 1991-92, 997-998.
  • Poortman, A, “Hoe effectief zijn ouderschapsplannen en bemiddeling bij scheiding?”, FJR 2019/9, 40-41.
  • Pruett, M.K., Insabella, G.M. en Gustafson, K., “The collaborative divorce project: a court-based intervention for separating parents with young children”, Family Court Review 2005, afl. 41, 38-51.
  • Quispel, Y., “De wenselijkheid en mogelijkheid van echtscheiding zonder rechterlijke tussenkomst na ‘de val’ van Wetsvoorstel Luchtenveld”, FJR 2006/114, 276-283.
  • Ressort, L., “L’audition du mineur dans les procédures civiles liées à son hébergement: des avancées”, J.dr.jeun. 2014, afl. 337, 15-23.
  • Roeland, S., “De onderhandse akte die is medeondertekend door de advocaten van de partijen: een karakterschets”, T.Not. 2013, 595-602.
  • Rongé, J.L., “Divorce sans juge et respect de l’opinion de l’enfant”, J.dr.jeun. 2017, afl. 1-2, 15-17.
  • Salava, L., “Collaborative divorce: the unexpectedly underwhelming advance of a promising solution in marriage dissolution”, Family Law Quarterly 2014, afl. 48, 179-196.
  • Salava, L., “Collaborative divorce: why the underwhelming advance?”, GPSolo 2015, afl. 32/1, 70-71.
  • Sandström, G. en Garðarsdóttir, Ó., “Long-Term Perspectives on Divorce in the Nordic Countries – Introduction”, Scandinavian Journal of History 2008, afl. 43, 1-17.
  • Schonewille, F., “De Wet bevordering voortgezet ouderschap en zorgvuldige scheiding is een feit: exit klassieke omgangsregeling!”, WPNR 2009/6800, 430-442.
  • Schonewille, F., “Pleidooi voor een weloverwogen positie voor de echtscheidingsnotaris en – op de valreep – voor een administratieve echtscheiding”, WPNR 2009/6806, 598-606.
  • Schulz, A., “Boekbespreking”, FJR 2005/70, 174-175.
  • Senaeve, P., “Afschaffing van de persoonlijke verschijning in echtscheidings-procedures?”, T.Fam. 2009, 177-179.
  • Senaeve, P., “Een nieuwe hervorming van de procedure tot echtscheiding door onderlinge toestemming. Commentaar bij de wet van 25 mei 2018 (Wet Potpourri VI)”, T.Fam. 2018, 148-158.
  • Senaeve, P., “Het hoorrecht van minderjarigen sinds de wet op de familie- en jeugdrechtbank”, T.Fam. 2014, 176-195.
  • Senaeve, P., “Rechters die kinderen (moeten) horen”, T.Fam. 2011, 2-3.
  • Shutts, A.A., “The help: the addition of third party neutrals for collaborative divorce practices”, Drake Law Review Discourse 2016-17, afl. 66, 101-109.
  • Spruyt, A., “To escrow or not to escrow: that’s the notarial question”, Not.Fis.M. 2017, 146-162.
  • Spruyt, E., “El notario del siglo XXI… The times they are a changing”, Ius & actores 2009, afl. 3, 111-127.
  • Steeman, P., “Als mediator kijk je niet naar de wet, maar naar de mensen”, Notariaat Magazine 2017, afl. 7, 28.
  • Steeman, P., “Scheiden zonder rechter; het is erg gemakzuchtige wetgeving”, Notariaat Magazine 2015, afl. 1, 26-27.
  • Steeman, P., “Scheidingsspecialist: het gezin staat centraal”, Notariaat Magazine 2010, afl. 6, 25.
  • Steeman, P., “Vier tips voor de beginnende mediator”, Notariaat Magazine 2016, afl. 5, 30.
  • Steeman, P., “Wetsvoorstel mediation: Notaris als professionele conflictenoplosser”, Notariaat Magazine 2014, afl. 7/8, 8-11.
  • Storme, M. en Deconinck, D., “Bevoegdheids- en procedureperikelen in familierechtelijke geschillen”, TPR 1985, 89-139.
  • Swennen, F., “Games people play: pleidooi voor een Volwassen advocatuur”, T.Fam. 2011, 206-207.
  • Swennen, F., “Pleidooi voor de homologatie van heel de EOT-overeenkomst”, T.Fam. 2015, 222.
  • Swennen, F., “Wat is ouderschap?”, TPR 2016, 11-95.
  • Talpis, J. “Reconnaissance et exécution au Canada (Québec) du nouveau divorce français sans juge”, Canadian Bar Review 2018, afl. 97, 158-176.
  • Taylor, N., “Child Participation: Overcoming Disparity between New Zealand’s Family Court and Out-of-court Dispute Resolution Processes”, The International Journal of Children’s Rights 2017, afl. 25, 658-671.
  • Taymans, J.-F., “Fonction, status et déontologie des notaires. Un droit notarial qui se formalise”, Rev.not.b. 2011, 824-827.
  • Thiery, J.-M., “Les nouvelles dispositions du Code judiciaire relatives à l’audition de l’enfant mineur dans les matières familiales: une petite révolution”, Pli jur. 2014, afl. 30, 23-26.
  • Timmerman, K., “Pleidooi voor bemiddeling?”, AJT 1999-00, 585-598.
  • Tolou-Shams, M., “Collaborative divorce: an oxymoron?”, CABL 2015, afl. 31/5, 1-6.
  • Torricelli-Chrifi, S., “Divorce contractuel: le notaire doit-il fermer les yeux?”, Droit de la famille 2017, nr. 12, 1-5.
  • Torricelli-Chrifi, S., “Divorce contractuel: quel(s) acte(s) pour quelle(s) responsabilité(s)?”, JCP N 2016, afl. 45, 11-14.
  • Turner, J.J., Kopystynska, O., Schramm, D.G. en Higginbotham, B., “Is one hour enough? Evaluating Utah’s online divorce education based on course length satisfaction”, Journal of Divorce & Remarriage 2019, 537-551.
  • van Coolwijk, R. “Een mediator hoeft niet per se juridisch gekwalificeerd te zijn; oneens”, Notariaat Magazine 2015, afl. 1, 12.
  • Van De Voorde, J., “Dieren als quasi-goederen. Beschouwingen over de juridisch-technische wenselijkheid van een bijzonder statuut voor dieren tussen goederen en rechtssubjecten”, RW 2016-17, 203-219.
  • Van den Bossche, A., “Wijzigingen aan de Organieke wet op het notariaat door de Wet houdende vereenvoudiging, harmonisering, informatisering en modernisering van bepalingen van burgerlijk recht en van burgerlijk procesrecht alsook van het notariaat, en houdende diverse bepalingen inzake justitie”, T.Not. 2017, 766-789.
  • Van den Bossche, A.-M., “Vrije beroepen in een openmarkteconomie: van corporatisme naar professionele dienstverlening met vrije mededinging”, Ius & actores 2007, afl. 2, 7-40.
  • Van den Bossche, A., “De hond in het huishouden” (noot onder Antwerpen 29 april 2019), T.Not. 2020, 84-86.
  • Van den Bossche, A., Van Thielen, J. en Van den Bossche, A., “Notariële erelonen. De notaris is écht niet te duur, integendeel”, Not.Fisc.M. 2020, 23-32.
  • van der Lans, M., “Het ouderschapsplan in de rechtspraktijk”, Justitiele Verkenningen 2011, afl. 37, 20-35.
  • van Dijk, P., “De toegang tot de rechter – een Straatsburgse springprocessie”, NJCM-Bulletin 2003, 945-961.
  • van Drooghenbroeck, J.-F., “L'activité notariale en droit judiciaire: l'impartialité du notaire commis par justice”, Rev.not.b. 2011, 770-798.
  • van Duin, K., “Rechtszekerheid in de informatiemaatschappij”, Het ondernemersbelang 2015, afl. 4, 4.
  • van Es, P.C., “Onevenwichtige bedingen; de notaris als evenwichtskunstenaar”, T.Not. 2020, 359-364.
  • Van Huis, M. en Loozen, S., “Dertigduizend flitsscheidingen, 2001-2009”, Centraal Bureau voor Statistiek Nederland 2008, 33-34.
  • Van Leuven, C.A.R.M. en Chin-A-Fat, B.E.S., “Collaborative divorce: een toekomst in Nederland?”, FJR 2006/97, 230-234.
  • van Nispen, M., “Een mediator hoeft niet per se juridisch gekwalificeerd te zijn; oneens”, Notariaat Magazine 2015, afl. 1, 13.
  • Van Teeffelen, P.A.J., “Over ouderschapsplannen, gelijkwaardig ouderschap en andere schone voornemens”, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2006, nr. 57, 153-155.
  • van Wermeskerken, H., “Naar de notaris en/of de advocaat en/of de rechter…”, Notariaat Magazine 2010, afl. 4, 8-10.
  • van Zon, K.M., van Teijlingen-Pover, A., van der Lans, E.M. en Collot D’Escury-Koenigs, A.M.L., “Kinderen in scheidingssituaties: wie luistert er naar het kind?”, FJR 2016/29, 118-123.
  • Vandekerckhove, A., “Oog hebben voor kinderen bij scheiding? Nog niet voor vandaag?”, TJK 2007, 142-146.
  • Vanlerberghe, B., “De onmiddellijke toepassing van de procedurewet op hangende gedingen en het recht van toegang tot de rechter" (noot onder EHRM 19 december 1997, Brualla Gómez de la Torre t. Spanje), RW 1998, 518-519.
  • Vasseur, R., “Wetgever voert bedenktijd in echtscheidingsprocedure in”, Juristenkrant 2015, afl. 314, 16.
  • Verschelden, G., “Alternatieve geschillenoplossing in familiezaken: promotie met financiële stimuli”, T.Fam. 2017, 110-112.
  • Verschelden, G. “Vernietigingsberoepen tegen de Transgenderwet: aanloop naar of valkuil voor de non-binaire genderoptie?”, T.Fam. 2018, 66-68.
  • Verschelden, G., “De wet van 27 april 2007 tot hervorming van het echtscheidingsrecht. Deel II. De echtscheiding door onderlinge toestemming - De scheiding van tafel en bed - De huwelijksvoordelen”, T.Fam. 2007, 138-162.
  • Verstraete, J., “Een notariaat voor de 21ste eeuw”, T.Not. 2007, 635-640.
  • Vertommen, E., “'Qui fait l'enfant, doit le nourrir'. Over de rechten van het studerende meerderjarige kind en de EOT-overeenkomst” (noot onder Brussel 13 november 2018), T.Fam. 2019, 294-300.
  • Verwaest, K., “Trajectbemiddeling als brug tussen advocaat en bemiddelaar”, Juristenkrant 2014, afl. 296, 12.
  • Vlaardingerbroek, P., “Batman of Bad Man?”, FJR 2005/20, 65.
  • Vlaardingerbroek, P., “(Wet) scheiden zonder rechter: maar niet zonder juridische trechter”, FJR 2015/49.
  • Vos, M.J., “Scheiden zonder rechter?”, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2004, afl. 10, nr. 85.
  • Warner, A., “Collaborative divorce as an alternative to traditional adversarial divorce or other forms of alternative dispute resolution”, Drake Law Review Discourse 2017-18, afl. 67, 101-121.
  • Wautelet, P., “Comparer et articuler les droits. L’exemple du démariage en 2015”, Droit de la Famille 2015, afl. 20, nr. 4, 63-66.
  • Wiewauters, C., “Een schoolbreed beleid bij scheiding vergt zowel een juridisch als een psychosociaal kader of Een schoolbreed beleid bij scheiding is meer dan reageren op conflicten”, TORB 2017-18, 288-294.
  • Wijnant, T., “Alternatieve geschillenoplossing in familiezaken na de wetten van 15 en 18 juni 2018”, T. Fam. 2019, 112-127.
  • Wijnant, T., “Bevraging van de Belgische advocatuur over bemiddeling: eerste resultaten”, TMD 2018, afl. 1, 22-39.
  • Wijnant, T., “Van onderhandse ouderschapsovereenkomst naar uitvoerbare titel: rechtsgronden en toetsing voor homologatie” (noot onder Famrb.West-Vlaanderen 13 juli 2017), T.Fam. 2018, 81-90.
  • Wijnant, T., “Verplichte doorverwijzing naar bemiddeling: we can lead a horse to water, but can we make it drink?”, TMD 2018, afl. 2, 63-85.
  • Wortmann, S.F.M., “Over administratief scheiden en ‘ouderschapsconfliten’”, WPNR 2006, 156-162.
  • Wortmann, S.F.W., “Rechtsontwikkelingen in het personen- en familierecht: flitsscheidingen en verrekenbedingen”, WPNR 2001/6477, 165-172.
  • X, “A Chronicle of French Family Law”, International Survey of Family Law 2017, 97-116.
  • X, “Advies RSJ inzake scheiden zonder rechter”, FJR 2005/71, 176-177.
  • X, “Afschaffing flitsscheiding”, Nederlands Juristenblad 2009, nr. 494.
  • X, “Besparingen [bij Justitie]”, Juristenkrant 2010, afl. 208, 14.
  • X, “Ministerraad stemt in met wetsvoostel ‘Scheiden zonder rechter’”, Notariaat Magazine 2014, afl. 10, 34.
  • X, “Peiling: De notaris kan rol van gezinsadvocaat bij scheiden zonder rechter prima vervullen”, Notariaat Magazine 2016, afl. 5, 12-13.
  • X, “Quelques chiffres du CNB”, AJ Famille 2018, afl. 2, 80.
  • X, “Review of Family Law in 2010”, International Survey of Family Law 2011, 187-198.
  • X, “Scheiden zonder rechter”, Nederlands Juristenblad 2015, afl. 2, nr. 136.
  • X, “Schriftelijke procedure wordt regel bij EOT”, T.Not. 2018, 18-19.
  • X, “Stelling: huwelijk moet door opzegging bij notariële akte kunnen eindigen”, Notariaat Magazine 2012, afl. 6, 14-15.
  • X, “Verzoende echtgenoten kunnen in beroep gaan tegen echtscheiding door onderlinge toestemming”, Notariaat 2015, afl. 15, 10.
  • X, “Voorlichting over gevolgen echtscheiding essentieel”, Notariaat Magazine 2015, afl. 2, 4.
  • Zahl-Olsen, R., Thuen, F. en Espehaug, B., “Divorce and Remarriage in Norway: A Prospective Cohort Study Between 1981 and 2013”, Journal of Divorce & Remarriage 2019, afl. 60, 600-611.
  • Zhilinkova, I.V., “Property Relations of Spouses in Slavonic Post-Soviet Countries (Ukraine, Russia, Belarus)”, International Survey of Family Law 2004, 483-490.
  • Zhilinkova, I.V., “The Marriage Relationship in Ukraine”, International Survey of Family Law 1994, 465-482.
  • Zonnenberg, L.H.M., “Collaborative divorce: Overlegscheiding”, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2008, afl. 9, nr. 63, 146-148.
  • Zonnenberg, L.H.M., “Scheiden zonder rechter: een gevaarlijke bezuinigingsmaatregel”, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2014, afl. 2, nr. 14, 31-33.
  • Zonnenberg, L.H.M., “Voorjaarswijzigingen familierecht”, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2009, afl. 4, nr. 28, 51.
  • Zonnenberg, L.H.M., “Wetsvoorstel echtscheidingsnotaris; een gemiste kans”, Tijdschrift voor scheidingsrecht 2011, afl. 9, nr. 62, 147-150.
  • Zouania, B., “Divorce par consentement mutuel sans juge”, Droit de la famille 2019, afl. 7-8, 1-2.

Online bronnen

Download scriptie (8.34 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2020
Promotor(en)
Gerd Verschelden