DE KWALITATIEVE OMGEVINGSVERGUNNINGVERLENING IN VLAANDEREN. Van 'complex' naar 'harmonieus' proces.

Annelies
Maes

Het proces van de omgevingsvergunningverlening staat vandaag de dag erg onder druk.

Omgevingsambtenaren die de vergunningsaanvraag bestuderen en een advies voor het politieke beslissingsorgaan voorbereiden, krijgen steeds meer taken en verantwoordelijkheden op hun bord, en blijken stilaan ‘onvindbaar’ te zijn. Politici die in het kader van het ‘politiek dienstbetoon’ hun nuttigheid willen bewijzen als ‘veredelde maatschappelijk werker’ doorkruisen het besluitvormingsproces, wat een aanzienlijke impact heeft op de werking van de dienst Omgeving. En dan is er nog de burger die vindt dat alles té traag gaat… en verontwaardigt reageert wanneer zijn droomproject uiteindelijk niet wordt vergund.

In mijn masterproef ging ik op zoek naar de beslissende factoren die het ‘complex’ proces van de omgevingsvergunningverlening verklaren…. om finaal enkele aanbevelingen te formuleren die moeten toelaten om het ‘complex’ proces om te buigen tot een ‘harmonieus’ proces, waarbij onderlinge spanningen, frustraties en teleurstellingen in hoofde van ambtenaren, politici en derden voortaan tot een ver verleden behoren.

image-20220828135019-1

Bron: Burst

Voorwerp van het onderzoek

Waar in 2018 in Vlaanderen 81.392 omgevingsvergunningsaanvragen werden ingediend, steeg dit aantal in 2020 tot 98.286 aanvragen. Eind 2021 stond de teller op 101.637.

Het aantal ingediende omgevingsvergunningsaanvragen neemt jaarlijks dus fors toe.

image-20220828135019-2

Bron: Omgevingsloket

Waar zowel de ‘ambtenaar’ als de ‘politicus’ potentieel hun stempel kunnen drukken op de omgevingsvergunning, rijst de vraag: ‘wie’ of ‘wat’ is precies bepalend voor de uiteindelijke beslissing?

Daarnaast stelt zich de vraag: welke factoren kunnen in meer of mindere mate, al dan niet naar gelang het bestuursniveau waarop wordt beslist over de vergunningsaanvraag, op hun beurt een invloed uitoefenen op de ‘ambtenaar’ en de ‘politicus’, en ook op die manier een weerslag hebben op de ‘kwaliteit’ van de finaal toegekende of geweigerde omgevingsvergunning?

Onderzoeksmethode

In mijn zoektocht naar een antwoord op al deze vragen werd een ‘kwalitatief onderzoek’ uitgevoerd. In een eerste fase werd een uitgebreide literatuurstudie gemaakt, waarbij diverse nationale (Vlaamse) en internationale bronnen werden geraadpleegd. In een tweede fase werden interviews afgenomen, waarbij diverse ambtenaren en politici over de verschillende bestuursniveaus heen (gemeente, provincie, Vlaams Gewest), evenals derden (architecten, advocaten, docenten, studiebureaus, intercommunales, belangengroeperingen, …) werden bevraagd.

image-20220828135019-3

Bron: Unsplash

Resultaten

1. Het onderzoek toont aan dat het tot stand brengen van een kwalitatieve omgevingsvergunning in hoofdorde wordt bepaald door (1) het optreden van de ambtenaar, (2) het handelen van de politicus en (3) de onderlinge verstandhouding tussen de ambtenaar en de politicus.

  • De ‘positie van de ambtenaar’ wordt verder beïnvloed door 1) de centrale plaats die hij inneemt in het vergunningsproces, 2) zijn constructieve ingesteldheid, 3) de sturende druk die wordt uitgeoefend door politici en tot slot 4) de in samenspraak met politici en belangengroeperingen vastgestelde beleidsvisies waaraan de vergunningsaanvragen worden getoetst.
  • De ‘positie van de politicus’ wordt verder bepaald door 1) zijn persoonlijkheid, 2) het politiek dienstbetoon dat hij vervult, 3) de mate waarin hij zelf of zijn kabinetsmedewerkers vertrouwd zijn met, en de nodige expertise bezitten op het vlak van de omgevingsmaterie, 4) het vertrouwen van derden in de politicus, 5) nakende verkiezingen en de beperkte duur van de legislatuur en 6) zijn onmisbare rol binnen het proces van vergunningverlening.
  • De ‘verstandhouding tussen de ambtenaar en de politicus’ wordt verder beïnvloed door 1) de mate van persoonlijke ‘beoordelingsvrijheid’ in hoofde van de ambtenaar, 2) de mate waarin ‘sturende’ druk door de politicus wordt uitgeoefend op de ambtenaar bij het beoordelen van vergunningsaanvragen, 3) de mate waarin de politicus de rol van de ambtenaar als expert erkent en waardeert, 4) de mate waarin de politicus afwijkt van het advies van de ambtenaar, 5) de loyauteit van de ambtenaar om de vergunningsbeslissing die afwijkt van zijn advies sluitend te motiveren, 6) transparantie over voorgelegde ontwerpen van aanvragen en lopende vergunningsdossiers (m.b.t. complexe of precaire aanvragen), 7) de beperkte duur van de legislatuur, en tot slot 8) de rol die de leidinggevende ambtenaar speelt in de onderlinge contacten tussen de ambtenaar en de politicus.

 

image-20220828135019-4

 

2. Het onderzoek wijst vervolgens uit dat het handelen van de ambtenaar, de politicus en hun onderlinge verstandhouding bijkomend (on)rechtstreeks kunnen worden beïnvloed door zes factoren, zijnde:

(1) het ‘bestuursniveau’ waarop de vergunningsbeslissing wordt genomen;

(2) de ‘rol van de overheid’ in het proces van de omgevingsvergunningverlening;

(3) de ‘regelgeving’ die van toepassing is op omgevingsvergunningsaanvragen;

(4) de ‘inzet van mensen en middelen’ binnen het proces van omgevingsvergunningverlening; (5) de wijze waarop en de mate waarin, door of binnen de bevoegde overheid aan ‘netwerken’ wordt gedaan, en tot slot

(6) de aanwezigheid van ‘ethiek, waarden en normen’ in het omgevingsvergunningsproces.

In het onderzoek wordt uitgebreid ingegaan op de concrete impact van elk van deze factoren op de omgevingsvergunningverlening.

 

image-20220828135019-5

Discussie

  • Politiek dienstbetoon: van ‘corruptie’ naar meer ‘civil servant’: Waar het begrip ‘politiek dienstbetoon’ in de literatuur een negatieve bijklank heeft, blijken de bevraagde derden en politici het begrip eerder positief in te vullen. Bij ‘strategische projecten met een bijzondere maatschappelijke meerwaarde’ is zelfs een meer verregaande tussenkomst van de politicus wenselijk. De legitimatie van het handelen van de politicus door de burger en pertinente rechtspraak zorgen ervoor dat ‘machtsmisbruik’ of ‘onaanvaardbaar politiek favoritisme’ de kop wordt ingedrukt.
  • De rol van de ambtenaar in een spanningsveld met het primaat van de politiek: Politiek dienstbetoon vormt vaak een hindernis voor het optimaal functioneren van de dienst Omgeving. Politici bepalen evenwel zelf in grote mate de aanwezigheid van tegengewichten voor dit politiek dienstbetoon (vb. voldoende en gespecialiseerde ambtenaren, duidelijk uitgewerkte ruimtelijke visie waaraan vergunningsaanvragen worden afgetoetst)…
  • De impact van de ‘bestuurskracht’ is niet beperkt tot het lokale bestuursniveau.
  • De ‘rol van de overheid’ wordt fel onderschat.

image-20220828135019-6

Aanbevelingen voor een ‘harmonieus’ omgevingsvergunningsproces

1. Het oprichten van ‘regionale Omgevingsdiensten’ samengesteld uit gespecialiseerde gemeentelijke en provinciale omgevingsambtenaren (naar Nederlands model), binnen het corpus van de 15 referentieregio’s en 3 subregio’s die recent op het Vlaamse niveau werden goedgekeurd.

image-20220828135019-7 image-20220828135019-8

2. Meer aandacht voor kennis- en expertiseondersteuning vanuit verenigingen en commerciële bedrijven in het kader van ‘netwerken’.

3. Meer aandacht voor ‘oplossingsgerichte’ vergunnings- en beroepsprocedures.

Voortaan kunnen onderlinge spanningen, frustraties en teleurstellingen in hoofde van ambtenaren, politici en derden tot een ver verleden behoren….

Bibliografie

BIBLIOGRAFIE

1)  WETGEVING

a)  Decreten en besluiten

Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening van 15 mei 2009, BS 20 augustus 2009.

Decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, BS 23 oktober 2014.

Besluit van 13 februari 2015 van de Vlaamse Regering tot aanwijzing van de Vlaamse en provinciale projecten ter uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning voor de gedetailleerde omschrijving van de bevoegdheden per bestuursniveau, BS 4 maart 2015.

Besluit van 27 november 2015 van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, BS 23 februari 2016.

b)  Voorbereidende werken

Nota aan de Vlaamse Regering betreffende de Regiovorming, goedgekeurd door de Ministerraad op 9 oktober 2020: https://beslissingenvlaamseregering.vlaanderen.be/document- view/5F8073310379AD00080004AD .

Nota aan de Vlaamse Regering betreffende de Regiovorming–afbakening referentieregio’s en vervolgtraject, goedgekeurd door de Ministerraad op 12 maart 2021: https://beslissingenvlaamseregering.vlaanderen.be/document-view/604CF30A339140000800071E

Nota aan de Vlaamse Regering betreffende de Regiovorming-afbakening Limburg, goedgekeurd door de Ministerraad op 4 februari 2022: https://beslissingenvlaamseregering.vlaanderen.be/document- view/61FD1D6ED5F0FAFA87AFAB29

Voorontwerp van decreet over regiovormingen tot wijziging van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, goedgekeurd door de Ministerraad op 1 april 2022: https://beslissingenvlaamseregering.vlaanderen.be/document-view/6246DF937F1247572E47FF92

c)  Beleidsnota’s

Beleidsnota 2019-2024 Binnenlands Bestuur en Stedenbeleid ingediend door Bart Somers, viceminister- president van de Vlaamse Regering en Vlaams minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen Binnenlands Bestuur en Stedenbeleid: https://publicaties.vlaanderen.be/view-file/32209 .

Beleidsnota 2019-2024 Omgeving ingediend door Zuhal Demir, Vlaams minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme: https://publicaties.vlaanderen.be/view-file/32243 .

Regeerakkoord 2019-2024 van de Vlaamse Regering: https://publicaties.vlaanderen.be/view-file/31741 .

 

2)  RECHTSPRAAK

HvJ EU 14 januari 2021, ECLI:EU:C:2021:7.

 

3)  RECHTSLEER

a)  Krantenartikelen

“Oppositie: ‘Vriendjespolitiek gelinkt aan casinodossier’”, Het Laatste Nieuws, 19 mei 2017.

“Opnieuw omstreden Antwerps bouwdossier”, De Morgen, 18 november 2017.

“Na verjaardagsfeestje met bouwpromotor: Antwerpen geeft vergunning voor 4 woontorens”, Het Laatste Nieuws, 18 november 2017.

“CD&V wijt vertrek topkader aan nieuw bestuur”, Het Belang van Limburg, 19 oktober 2019.

“Dit ruikt naar vriendjespolitiek. Felle kritiek omdat provinciebestuur toch bouwvergunning aflevert”, Het Nieuwsblad, 26 oktober 2019.

“Remo opgelucht, buurt en gemeenten zwaar ontgoocheld”, Het Belang van Limburg, 24 april 2020.

“De Vlaamse regering is ziek van de partijpolitiek”, Knack, 19 juni 2021.

“Audit Vlaamse overheid “vernietigend” voor vergunningenbeleid in Stekene”, Het Nieuwsblad, 28 augustus 2021.

“Minister fluit Sint-Niklaas stadsbestuur terug: geen woningen mogelijk aan sportvelden. Zuhal Demir (N- VA) maakt komaf met voornemen stad na tussenkomst gemeenteraadslid Jos De Meyer(CD&V)”, Het Nieuwsblad, 31 augustus 2021.

“Gemeentepersoneel vertrekt door “bemoeizucht van politiek”, Belang van Limburg, 27 oktober 2021.

“Onvindbaar voor gemeentebesturen: de omgevingsambtenaar”, Het Belang van Limburg, 23 november 2021.

“Vriendjespolitiek en ‘immocratie’ onder vuur. Raad van State hekelt nauwe banden tussen Antwerps stadsbestuur en ex-projectontwikkelaar Van der Paal”, De Morgen, 15 december 2021.

“Het schip zinkt en het orkest speelt gewoon voort”. Oppositiepartij Vooruit én Groen vraagt publiek debat over 'leegloop stadhuis'”, Gazet van Antwerpen, 27 januari 2022.

“Vooruit en Groen vragen debat na nieuwe ontslagen ambtenaren”, Het Nieuwsblad, 27 januari 2022.

“Waar Verwilst is, is een weg”, De Standaard, 29 januari 2022.

Oppositie reageert op vermeend machtsmisbruik van bestuur”, Het Laatste Nieuws, 23 februari 2022.

“Acteur en oppositieraadslid Filip Peeters dient klacht in tegen burgemeester Koen T’Sijen”, Gazet van Antwerpen, 23 februari 2022.

b)  Bijdragen in tijdschriften, boeken en online publicaties

ADVIESCOMMISSIE VERGUNNINGVERLENING, TOEZICHT EN HANDHAVING, “Om de leefomgeving. Omgevingsdiensten als gangmaker voor het bestuur”, 4 maart 2021, 60 p.: https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2021/03/04/rapport-om-de-leefomgeving- omgevingsdiensten-als-gangmaker-voor-het-bestuur

ANDREWS, R., BEYNON, M.J. en MCDERMOTT, A.M., “Organizational capability in the public sector: a configurational approach”, Journal of Public Administration Research and Theory 2015, 239-258.

BAARDA, B., e.a., Basisboek kwalitatief onderzoek. Handleiding voor het opzetten en uitvoeren van kwalitatief onderzoek, 2013, Groningen, Noordhoff Uitgevers, 297 p.

BEKKE, A. “Integriteit en organisatie”, Bestuurswetenschappen 1995, nr. 46, 440.

BOOGERS, M., DENTERS, B., KLOK, P. en SANDERS, M., Effecten van regionaal bestuur voor gemeenten: bestuursstructuur, samenwerkingsrelaties, democratische kwaliteit en bestuurlijke effectiviteit, 2016, Twente, Universiteit Twente, 63 p.

BOUCKAERT, G., “Nieuwe politieke cultuur en nieuw overheidsmanagement”, in MAES, R. (eds.), Democratie, legitimiteit, nieuwe politieke cultuur, 1997, Leuven, Acco, 107-108.

BOVAIRD, T. en LOEFFLER, E., “Emerging trends in public management and governance”, Bristol Business School Teaching and Research Review 2001, 2-3.

BOVENS, M., “De integriteit van de bedrijfsmatige overheid”, in BOVENS, M. en HEMERIJCK, A. (eds.), Het verhaal van de moraal. Een empirisch onderzoek naar de sociale bedding van morele bindingen, 1996, Meppel, Boom, 150-170.

BOVY, S., Nieuw Overheidsmanagement en ethiek: de vergeten succesformule voor goed bestuur in Vlaamse gemeenten, 2002, Antwerpen, Universiteit Antwerpen, 32 p.

BOYATZIS, R., Thematic Analysis and Code Development. Transforming Qualitative Information, 1998, Californië, Sage Publications, 184 p.

BRUNEEL, D., DE RYNCK, F., STEYVERS, K. en REYNAERT, H., Lokaal beleid in netwerksturing: de invloed van netwerking op lokaal beleid, politiek en management, 2009, Leuven, Steunpunt Bestuurlijke organisatie Vlaanderen, 99 p.

BUIJS, X., “De omgevingsambtenaar als spilfiguur van het omgevingsbeleid”, TROS 2016, 197-199.

BUSETTO, L., WICK, W. en GUMBINGER, C., “How to use and assess qualitative research methods,Neurological Research and Practice 2020, 2(1), 14.

BYRKJEFLOT, H., CHRISTENSEN, T. en LAEGREID, P., “The many faces of accountability: Comparing reforms in welfare, hospitals and migration”, Scandinavian political studies 2014, 37(2), 171-195.

CAMBRÉ, B. en WAEGE, H., “Kwalitatief onderzoek en dataverzameling door open interviews” in BILLIET, J., en WAEGE, H., Een samenleving onderzocht, 2006, Antwerpen, De Boeck, 315-342.

CLAUS, T. en LEINFELDER, H., “De invloed van politiek dienstbetoon op het lokaal ruimtelijk beleid in Vlaanderen”, Ruimte & Maatschappij 2019, 43-64.

CLAUS, T, “Geef vergunningen niet zomaar, ook niet als we het lief vragen”, De Standaard 13 oktober 2020, 26-27.

CLAUS, T., “U kan voor mij de was doen, maar geef mij geen vergunning omdat ik u dat lief gevraagd heb. Hoe muizen bergen baren”, Plandag 2020, 2020, Gent, Universiteit Gent, 186-190.

DE RYNCK, F., “Werken in netwerken. Gemeenten 3.0”, Lokaal 2013, 32-41.

DE RYNCK, F. en VOETS, J., “Samenwerkingsvormen op streekniveau: stuurt daar iemand ?”, in REYNAERT,H., Lokale en provinciale politiek. Nieuwe vormen van bestuur, 2005, Brugge, Vanden Broele,137-167.

DE RYNCK, F., De kunst van het twijfelen: Op verkenning tussen wetenschap en praktijk: reflecties bij een emeritaat, 2020, Brugge, Vanden Broele, 146 p.

DE VRIES, S., “Eerlijkheid: een vergelijkend onderzoek naar ethiek bij lokale politici en ambtenaren”,Beleidswetenschap 2001, 15, 6.

DE WINTER, L., “Het sociaal dienstbetoon van politici als niet-juridische vorm van probleemoplossing”Kultuurleven 1983, 50 (3), 239-240.

DE WINTER, L, “De politici van de eerste lijn: Het succes van het dienstbetoon”, De Nieuwe Maand 1989, 32 (1), 14.

DE WITTE, K. en GEYS, B., “Hoe het loon van een burgemeester de bevolkingsgroei en bouwvergunningen van een gemeente bepalen”, LES(S) 2015, 1-6.

DEPAUW, S., “Rational choice, sociaal dienstbetoon en de mythe van de collectieve probleemoplossing : De invloed van het politiek dienstbetoon van Vlaamse parlementsleden op de parlementaire functievervulling in 1992-93”, Res Publica 1996, 38 (1), 135-157.

EUROPEAN COMMISSION, Strengthening the foundations of Smart Regulation – improving evaluation, 2 oktober 2013, Brussel, COM(2013) 686 final, 11 p.: https://ec.europa.eu/smart- regulation/docs/com_2013_686_en.pdf

FLEURKE, F. en HUBERTS, L., “Bestuurlijke integriteit: ervaringen en perspectieven”,Bestuurswetenschappen 1995, 385-401.

FOKKINK, P., “Als de vos de passie preekt, zul je hem eraan houden. Over integriteit en moraal in de publieke sector”, Bestuurswetenschappen 1995, 46, 6: 508-509.

GOMMERS, A. en CLOET, B., Gewijzigde rolverdeling in het omgevingsbeleid en impact op ruimte en milieu, 2019, Brussel, Departement Omgeving, 78 p.

HAASDIJK, T., Integriteit van bestuurders bij gemeenten en provincies: een handreiking, 2001, Den Haag, VNG Uitgeverij, 56 p.

HENNAU, S., Gemeentelijke politiek-ambtelijke verhoudingen v2.0? De invloed van het Gemeentedecreet op de politiek-ambtelijke verhoudingen in de Vlaamse gemeenten, 2016, Hasselt, UHasselt, 663 p.

HENNAU, S., “The Relationship between Politics and Administration at the Flemish Local Level:Intermunicipal Differences Explained”, The NISPAcee Journal of Public Administration and Policy 2020-2021, nr. 2, 141-160.

HERWEIJER, M., “Uitvoering taken jeugdzorg en omgevingsdiensten in de knel; onbegonnen werk?”, Tijdschrift voor Public Governance, Audit & Control 2016, 4, 6, 14-18.

HILL, M. en HUPE, P., Implementing Public Policy: Governance in Theory and in Practice, 2002, Londen, Sage Publications Ltd., 244 p.

HONDEGHEM, A., “Ethiek in openbare diensten (deel 1)”, VTOM 1998, 3, 12.

HONDEGHEM, A., “Van bureaucratie over New Public Management naar New Public Governance” inHONDEGHEM, A., VAN DOOREN,W., DE RYNCK, F., VERSCHUERE, B. en OP DE BEECK, S., Handboek Bestuurskunde. Organisatie en werking van het openbaar bestuur, 2020, Brugge, Vanden Broele, 131-168. HOETJES, B., De kreukbare overheid. Essays over integriteit in Nederland, 2000, Utrecht, Lemma, 184 p.

HUYSE, L. “Patronage en makelaardij in het Belgisch benoemingsbeleid”, Civis Mundi 1974, 13 (1), 222-229.

HUYSE, L. en POULET, E., “De politisering van het openbaar ambt”, Kultuurleven 1974, 41 (2), 294-304.

IDEA CONSULT, Evaluatie van de werking van het Omgevingsvergunningendecreet, 2021, Brussel, Departement Omgeving, 304 p.: https://omgeving.vlaanderen.be/evaluatie-van-de-werking-van-het- omgevingsvergunningendecreet

JANSSENS, L., DE PEUTER, B., VAN DOOREN, W. en VOETS, J., Bestuurskracht: inzichten vanuit het platteland, 2017, Brussel, Politea, 108 p.

KENIS, P. en CAMBRÉ, B., Organisatienetwerken. De organisatievorm van de toekomst, 2020, Kalmthout, Pelckmans Pro, 136 p.

KHANEMAN, D., Thinking, Fast and Slow, 2011, New York, Penguin Books, 512 p.

LIPSKY, M., Street-level Bureaucracy: Dilemmas of the Individual in Public Services, 1980, New York, Russell Sage Foundation, 272 p.

MAES, R., “Openbare bestuursorganisaties en beleids- en managementprocessen als kenobject van de bestuurskunde” in Inleiding tot de bestuurskunde Deel 1, 1996, Brussel, STOHO, 129-159.

MAESSCHALCK, J., “Naar een integriteitsbeleid voor ambtenaren. Tussen ‘Nieuwe Politieke Cultuur’ en ‘Beter Bestuur’”, in Samenleving en Politiek 2001, 8, 33.

MAESSCHALK, J. en SCHRAM, F., “Meer dan een brochure of affiche: de deontologische code als kernelement van een effectief ambtelijk integriteitsbeleid”, Bestuur & Beleid 2006, 3, 49-61.

MASO, I. en SMALING, A., Kwalitatief onderzoek: praktijk en theorie, 2004, Meppel, Boom Lemma Uitgevers, 146 p.

MILES, M. en HUBERMAN, A., An Expanded Sourcebook, 1994, Californië, Sage Publications, 338 p. MORTELMANS, D., Handboek kwalitatieve onderzoeksmethoden, 2018, Leuven, Acco, 563 p.

NAV, Architect in de praktijk. Vlot vergund ?, 14 december 2020: https://www.nav.be/artikel/2843/vlot- vergund/

NIEUWENKAMP, R., De prijs van het politiek primaat. Wederzijds vertrouwen en loyaliteit in de verhouding tussen bewindspersonen en ambtelijke top, 2001, Delft, Eburon, 395 p.

NISKANEN, W.A., Bureacracy and Representative Government, 1971, Chicago, Aldine, 241 p.

OECD, ‘What’s an “Ethics Infrastructure?”’, 2001,http://www.oecd.org/puma/ethics/infras.htm.

PAINE, L., “Managing for Organizational Integrity”, in DIENHARDT, J., (ed.) Business, Institutions and Ethics, 1994, Oxford, Oxford University Press, 28-39.

PELGRIMS, C., HONDEGHEM, A. en STEEN, T., Coördinatie van beleid in een veranderende politiek- ambtelijke verhouding, 2003, Leuven, Steunpunt beleidsrelevant onderzoek bestuurlijke organisatie Vlaanderen, 126 p.

PETERS, G., "Politicians and bureaucrats in the Politics of policy-making" in J.E. LANE, Bureaucracy and Public Choice, 1987, Bristol, Sage, 256-282.

POPELIER, P., VAN GESTEL, R., VAN AEKEN, K., VERLINDEN, V. en VAN HUMBEECK, P., Consulteren over ontwerpregelgeving: Een zoektocht naar internationale best practices en een toepassing op de Nederlandse consultatiepraktijk als referentiekader voor Belgische beleidsmakers en Vlaamse RIA-ambtenaren, 2008, Brussel, Politeia, 114 p.

RENARD, P., Wat kan ik voor u doen ? Ruimtelijke wanorde in België : een hypotheek op onze toekomst, 1995, Antwerpen, Icarus, 200 p.

SAEY, P., “Macht in de theorie van de planning. Van zelfperceptie naar aporie en hoe het anders kan”, Ruimte en planning 2005, 3, 35-57.

SCHRAEPEN, P.-J., DE RYNCK, F. en VOETS, J., Provinciaal omgevingsbeleid: een bijdrage tot stadsregionaal beleid? De rol van de provinciebesturen op het bovenlokale niveau, 2020, Leuven, Steunpunt Bestuurlijke Vernieuwing, 29 p.

SCHRAEPEN, P.-J., DE RYNCK, F. en VOETS, J., “Lokale verdichting: 62 steden en gemeenten aan het woord”, Ruimte 2020, nr. 44, 41-43.

SERV, Advies. Betere regelgeving: prioritaire voorstellen, Brussel, SERV, 31 oktober 2016, 83 p.: https://www.serv.be/sites/default/files/documenten/SERV_20161031_betere_regelgeving_ADV                                                                                                                0.pdf

SERV, Advies. Experimentwetgevingen regelluwe zones, Brussel, SERV, 31 oktober 2016, 94 p.: https://www.serv.be/sites/default/files/documenten/SERV_20161031_experimentwetgeving_ADV_RAP.PD F

SERV, Advies. Vaste verandermomenten, Brussel, SERV, 31 oktober 2016, 38 p.: https://www.serv.be/sites/default/files/documenten/SERV_20161031_vaste_verandermomenten_ADV_RA P.PDF

SIEGEL, D., “The “public service bargain” in local government: A new way of looking at relations between municipal councils and CAO’s”, Canadian Public Administration 2015, 58(3), 406-425.

SILVERMAN, D., Interpreting qualitative data. Methods for analysing talk, text and interaction, 2001, London/Thousand Oaks, California/New Delhi, Sage Publications, 325 p.

STEEN, T., “Een andere overheid…een andere ambtenaar”, VTOM 2012, 38-44.

STOOP, P., “Samenwerken tussen politiek en administratie”, De Gemeente 2000, 75 (527), 17-20.

STUDIEDIENST VLAAMSE REGERING, VRIND 2016, Vlaamse Regionale Indicatoren, 2016, Brussel, Vlaamse Regering, 486 p.

SUOPAJÄRVI, T., “Past experiences, current practices and future design”, Technological Forecasting and Social Change 2015 ,93, 112–123.

SWANBORN, P.G., Basisboek sociaal onderzoek, 2015, Amsterdam, Boom Lemma, 295 p.

THALER, R., Misbehaving: How economics became behavioral, the making of behavioral economics, 2015, New York, Penguin Books, 415 p.

TOEBAK, K., VAN BUTSELE, S., MAES, K. en WEYNANTS, S., “Samen Sterk. Hoe kunnen we van de ruimtelijke ontwikkeling een gedeeld verhaal maken”, in Verruimen : Bijdragen aan de PlanDag 2016, 2016, Brussel, Ruimte Vlaanderen, 221-231.

VAN BUTSELE, S., TOEBAK, K. en COELMONT, I., “Bouwen aan interbestuurlijk partnerschap: Focus op het interbestuurlijke samenspel in de ruimtelijke ordening in Vlaanderen”, in Regie en loslaten : Bijdragen aan de PlanDag 2014, 2014, Brussel, Ruimte Vlaanderen, 11 p.

VAN DAELE, D. en VERBIST, K., “De Nederlandse wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur: ook voor België het overwegen waard?”, Vigiles 2010/5-2011/1, 232-257.

VAN DEN HEUVEL, J., HUBERTS, L. en VERBERK, S., Integriteit in drievoud. Een onderzoek naar gemeentelijke integriteitsbeleid, 1999, Utrecht, Lemma, 108 p.

VAN DOOREN, W., DE RYNCK, F., VANCOPPENOLLE, D. en HONDEGHEM, A., “Politiek-ambtelijke verhoudingen” in HONDEGHEM, A., VAN DOOREN, W., DE RYNCK, F., VERSCHUERE, B. en OP DE BEECK, S., Handboek Bestuurskunde. Organisatie en werking van het openbaar bestuur, 2017, Brugge, Vanden Broele, 331-366.

VAN DOOREN, W., “Goed bestuur” in HONDEGHEM, A., VAN DOOREN, W., DE RYNCK, F., VERSCHUERE, B. en OP DE BEECK, S., Handboek Bestuurskunde. Organisatie en werking van het openbaar bestuur, 2020, Brugge, Vanden Broele, 431-454.

VAN GOOL, B., “Geen Beamtenherrschaft in de steden? De beleidsinvloed van de Vlaamse lokale topambtenarij in West-Europees vergelijkend perspectief” in BOUCKAERT, G., HONDEGHEM, A., JANVIER, R., DE RYNCK, F. en BURSSENS, P., Vlaanderen en/in Europa: omgaan met de Unie en vergelijkend leren, 2005, Brussel, Steunpunt Bestuurlijke Organisatie Vlaanderen, 129-160.

VAN HAELTER, B. en VOETS, J., Ambtelijke capaciteit bij lokale besturen. Reflectienota, 2021, Leuven, Steunpunt Bestuurlijke Vernieuwing, 37 p.

VAN HAELTER, B., TORFS, I. en VOETS, J., Ambtelijke capaciteit in Vlaamse lokale besturen. Toegepast op ruimtelijke ordening, 2021, Leuven, Steunpunt Bestuurlijke Vernieuwing, 56 p.

VAN HUMBEECK, P., “Reguleringsmanagement in Vlaanderen: een overzicht en algemene beoordeling”, VTOM 2001, jg. 6, nr. 4.

VAN HUMBEECK, P., “Betere Vlaamse regelgeving: voorstellen voor een slagvaardig beleid”, 2004, 17 p. https://medialibrary.uantwerpen.be/oldcontent/container19300/files/arti…

VAN HUMBEEK, P., “Betere regelgeving door inspraak en participatie: hoe en waarom ?”, Link 2006, 1-6.

VAN HUMBEEK, P., “Versnelling van investeringsprojecten : wat valt er te leren uit 10 jaar werken aan betere regelgevingsprocessen ?”, VTOM 2010, 69-77.

VAN HUMBEECK, P., “Betere regelgeving in Vlaanderen: quo vadis?”, TVW 2017, 31-41.

VAN OSTAAIJEN, J.J.C, “Leren van Vlaanderen: kenmerken van de Vlaamse burgemeester ter inspiratie voor het Nederlandse debat”, Justitiële verkenningen: de burgemeester 2010, 36 (3), 61-72.

VAN ROOSBROEK, S., e.a., Thema-audit Omgevingsvergunningen, 2021, Brussel, Vlaamse Overheid, 33 p.: https://www.auditvlaanderen.be/sites/default/files/atoms/files/20211004_Globaal_Rapport_TA_Omgeving svergunningen_v2.pdf

VANCOPPENOLLE, D., De ambtelijke beleidsvormingsrol verkend en getoetst in meervoudig vergelijkend perspectief. Een two-level analyse van de rol van de Vlaamse ambtenaren in de Vlaamse beleidsvorming, 2006, Leuven, KULeuven, 349 p.

VANCOPPENOLLE, D. en BRANS, M., De bestuurlijke organisatie van de Vlaamse beleidsvorming : basisrapport van het survey-onderzoek : theoretische situering en schets van het onderzoeksdesign, 2005, Leuven, Steunpunt Bestuurlijke Vernieuwing, 72 p.

VANDERSTRAETEN, G. en VAN DAMME, M., “Verbindend besturen. Nieuwe inzichten voor de procesvoering bij complexe omgevingsprojecten, Plandag 2020, 2020, Gent, Universiteit Gent, 130-139.

VANDEVYVERE, W., “Systeemcrisis in de ruimtelijke ordening”, VRP 2019, 85-89.

VERHOEVEN, N. Wat is onderzoek ? Praktijkboek voor methoden en technieken, 2018, Den Haag, Boom Uitgeverij, 416 p.

VERVOORT, P. en HERMY, J., Lokale bestuurskracht inzake ruimtelijk beleid: rol en monitoring van het aspect bestuurlijke capaciteit, 2014, Brussel, Vlaamse Overheid, Departement Ruimte, 71 p.

VERVOORT, P., HERMY, J., PENNINCX, I. en PISMAN, A., “Groeien van government naar governance met subsidiariteit als rode draad doorheen het ruimtelijk beleid in Vlaanderen”, in Regie en loslaten : Bijdragen aan de PlanDag 2014, 2014, Brussel, Ruimte Vlaanderen, 71-83.

VERWIMP, E. en HERMY, J., Transitie Ruimtelijke Ordening: lokale bestuurskracht (eindrapport), 2013, Brussel, Departement Ruimte Vlaanderen, 154 p.

VLAAMS PLANBUREAU VOOR OMGEVING, Beroepen van reguliere stedenbouwkundige vergunningen bij de deputatie, 2017, Brussel, Departement Omgeving, 22 p.

VOETS, J., COPPENS, T., STERKENS, D., DE PEUTER, B. en VAN DOOREN, W., Bestuurskracht van gemeenten: naar een nieuwe vorm van interbestuurlijke relatie rond ruimtelijk beleid, 2014, Brussel, Departement Ruimte Vlaanderen, 126 p.

VOETS, J., DE PEUTER, B., DE RYNCK, F., VAN HERCK, B., DE LAAT, W., VLOEBERGH, G. en VAN DEN BROECK,P., Onderzoek naar de voor het Vlaams ruimtelijk beleid relevante vormen van intergemeentelijke samenwerking, 2012, Brussel, Ruimte Vlaanderen, 127 p.

YIN, R., Case Study Research. Design and Methods, 2009, Californië, Sage Publications, 219 p.

Download scriptie (3.64 MB)
Universiteit of Hogeschool
Andere
Thesis jaar
2022
Promotor(en)
Prof Dr. Jan Boon - Prof. Dr. Wouter Van Dooren