Een plexus brachi-wat?!

Anika
Geuens
  • Anika
    Geuens

Stel je voor, je bent pas bevallen en krijgt te horen dat je kindje een plexus brachialis letsel heeft waardoor zijn/haar armpje verlamd is. Het enige wat in het hoofd van deze ouders omgaat zijn de woorden ‘Een plexus brachi-wat?!’. De roze wolk verdwijnt, ze weten niet wat het letsel is en zitten met veel vragen. Gaat het armpje van hun baby ooit nog genezen? 

De vroedvrouw wordt vaak gezien als het eerste aanspreekpunt voor de ouders. Het is dan onze taak om ouders te begeleiden, informatie te geven en multidisciplinair samen te werken met kinderartsen en kinesisten. Er moet ook aandacht geschonken worden aan het opvangen en ondersteunen van een eventueel postpartumtrauma na een moeilijke partus. 

Om alle nodige informatie te verschaffen aan de ouders kan de vroedvrouw gebruik maken van het informatiepakket dat ontwikkeld werd. Dit informatiepakket bevat een brochure met de theoretische uitleg over het plexus brachialis letsel. Het is een letsel dat meestal ontstaat na een partus met schouderdystocie. Door het trekken aan het hoofdje om de schouder vanonder de symfyse los te krijgen, kunnen de zenuwen van de plexus brachialis uitrekken of scheuren. Hierdoor raakt de bezenuwing van schouder, arm en/of hand beschadigd, wat resulteert in een verlamd armpje. De prikkels die de hersenen naar de spieren sturen geraken niet tot in de spier. Het nemen van een röntgenfoto is belangrijk na een schouderdystocie. Indien het sleutelbeen gebroken is, moet de arm geïmmobiliseerd worden. Het informatiepakket kan pas gebruikt worden als het sleutelbeen genezen is. Een plexus brachialis letsel kan geclassificeerd worden in verschillende vormen waarvan de erbse parese de meest gekende en meest voorkomende is. Schouder tot pols zijn hierbij verlamd en de baby neemt de typische waiters tip positie aan. Klinische observatie is het belangrijkste diagnostische middel. Er zijn asymmetrische bewegingen tussen de armen op te merken. Daarnaast zijn ook de reflexen een belangrijk middel om de diagnose te stellen, waaronder de moro-reflex, grijpreflex en myotatische reflex. Na de diagnose kan er een prognose opgesteld worden. Voor de ouders is het vooral belangrijk om te weten dat volledige genezing moeilijk te voorspellen is. Meestal is er een spontaan herstel, soms is het letsel blijvend. Dit hangt vooral af van de vorm van het zenuwletsel en de ernst ervan. Ten slotte krijgen de ouders via de brochure ook nog informatie over de behandeling van het letsel. De belangrijkste behandelmethode is de revalidatie of de multidisciplinaire conservatieve behandeling uitgevoerd door de kinesist. Hierbij wordt vooral ingezet op motorische en sensorische stimulatie van de getroffen arm. Motorische stimulatie zijn oefeningen om de gewrichten soepel te houden en ze niet te laten verstijven. De sensorische stimulatie bevat aanrakingen van de verlamde arm, zo worden de hersenen zich bewust van de arm. De prikkels die hierbij gegeven worden zijn met een kindervorkje over de arm gaan, in de arm prikken of met een koud voorwerp de arm aanraken. Ook babymassage kan uitgevoerd worden binnen de sensorische stimulatie. Zowel de motorische als sensorische stimulatie oefeningen kunnen de ouders in het onmiddellijke postpartum al uitvoeren. Hoe sneller de revalidatie kan opgestart worden hoe meer kans op een spontaan herstel zonder chirurgisch ingrijpen. In elk geval wordt er drie maanden afgewacht of spontaan herstel optreedt of niet. Zo niet dan gebeuren er extra neurologische onderzoeken met zicht op chirurgisch ingrijpen. De chirurgische behandeling richt zich vooral op zenuwherstel of zenuwtransfer, waarbij de beschadigde zenuw vervangen wordt door een intacte zenuw.

Ouders zitten vaak met vragen als ‘Wat mag ik met het armpje doen?’ en ‘Waar moeten we op letten?’. Om op deze vragen te beantwoorden bevat het informatiepakket ook een visualisatieoverzicht. Dit maakt aan de ouders duidelijk hoe je dagdagelijkse handelingen, zoals de baby dragen, in bad steken en aan en uitkleden best kan uitvoeren.

Ten derde kunnen de ouders in het informatiepakket allerlei spulletjes vinden die ze kunnen gebruiken bij de verzorging van de baby. Zoals een rompertje om makkelijk aan en uit te doen. Massageolie en een kindervork voor de sensorische stimulatie en een veiligheidsspeld om de arm vast te maken aan het rompertje bij het dragen van de baby.

Naast de taak om informatie te geven, moet de vroedvrouw ook zorgen voor een ondersteuning van de vrouw. Een schouderdystocie kan als traumatisch worden ervaren. Traumatische ervaringen kunnen aanleiding zijn tot het ontstaan van een postnatale depressie. Dit kan op zijn beurt zorgen voor een minder goede hechting tussen ouder en kind. Aan deze ondersteunende taak hangt ook de multidisciplinaire taak, zoals doorverwijzen naar een psycholoog of sociale dienst van het ziekenhuis. Verder moet er ook een goede samenwerking zijn met de gynaecoloog en de kinderarts. Daarnaast moet ook verdere opvolging voor revalidatie bij een kinderkinesist voorzien worden.

Ten slotte hebben we nog de preventieve taak van de vroedvrouw. Als we tijdig de risicofactoren van een schouderdystocie, zoals een hoger BMI, zwangerschapsdiabetes, serotiniteit en macrosomie herkennen, kunnen we het risico op een mogelijke schouderdystocie beter inschatten en het voorkomen van een plexus brachialis letsel verminderen. Er is in de literatuur  een score tool ontwikkeld die het risico op een schouderdystocie inschat op basis van de anamnese. Daarnaast is het ook bewezen dat meermaalse scenariotraingen zorgen voor betere interventies bij een schouderdystocie waardoor het aantal gevallen van een plexus brachialis letsel daalt. Levenslang leren is dus ook de boodschap!

 

Bibliografie

Abid, A. (2015). Brachial plexus birth palsy: Management during first year of life. Orthopaedics & Traumatology: Surgery & Research, 125–132. http://dx.doi.org/10.1016/j.otsr.2015.05.008

Agentschap Zorg & Gezondheid. (z.d.). Belangrijke trends in geboorte en bevalling. Geraadpleegd op 4 januari 2022, van https://www.zorg-en-gezondheid.be/belangrijkste-trends-in-geboorte-en-b…

Al-Mohrej, O. A., Mahabbat, N. A., Khesheaim, A. F., & Hamdi, N. B. (2018). Characteristics and outcomes of obstetric brachial plexus palsy in a single Saudi center: an experience of ten years. International Orthopaedics, 42(9), 2181–2188. https://doi.org/10.1007/s00264-018-3975-y

Artrodese. (z.d.). Encyclo.nl. Geraadpleegd op 6 april 2022, van https://www.encyclo.nl/begrip/artrodese

Basit, H., Ali, C. D. M., & Mahdani, N. B. (2022). Erb Palsy. StatPearls Publishing. https://www.ncbi.nlm.nih.gov/books/NBK513260/#_NBK513260_pubdet_

Bosmans, N., Mertens, E., & Bryon, E. (2021, augustus). Thomas More stijlwijzer (Nr. 4). Thomas More.

Coroneos, C. J., Voineskos, S. H., Christakis, M. K., Thoma, A., Bain, J. R., & Brouwers, M. C. (2017). Obstetrical brachial plexus injury (OBPI): Canada’s national clinical practice guideline. BMJ Open, 7(1), e014141. https://doi.org/10.1136/bmjopen-2016-014141µ

Dahlberg, J., Nelson, M., Dahlgren, M. A., & Blomberg, M. (2018). Ten years of simulation-based shoulder dystocia training- impact on obstetric outcome, clinical management, staff confidence, and the pedagogical practice - a time series study. BMC Pregnancy and Childbirth, 18(1). https://doi.org/10.1186/s12884-018-2001-0

Devlieger, R., Goemaes, R., & Laubach, M. (2021). Perinatale gezondheid in Vlaanderen - Jaar 2020. Brussel: Studiecentrum voor Perinatale Epidemiologie. https://www.zorg-en-gezondheid.be/sites/default/files/atoms/files/Jaarrrapport%20Studiecentrum%20voor%20Perinatale%20Epidemiologie%202020.pdf

Devlieger, R., Yacquemyn, Y., Laubach, M., & Roelens, K. (2019). Handboek verloskunde (5de editie). Acco.

Dörr, J. P., Khouw, V. M., Jacquemyn, Y., Nijhuis, J. G., & Chervenak, F. A. (2017). Obstetrische Interventies (4de editie). Bohn Stafleu van Loghum.

Early Handling Advice for Babies with Suspected Obstetric Brachial Plexus Palsy (Erb’s Palsy). (2021, september). Early Handling Advice for Babies with Suspected Obstetric Brachial Plexus Palsy (Erb’s Palsy). Geraadpleegd op 30 maart 2022, van https://abuhb.nhs.wales/files/patient-information-leaflets1/physiothera…

Federale Raad voor de Vroedvrouwen. (2016, maart). Het beroeps- en competentieprofiel van de Belgische vroedvrouw. Federale overheidsdienst. https://overlegorganen.gezondheid.belgie.be/sites/default/files/documen…

Frade, F., Gómez-Salgado, J., Jacobsohn, L., & Florindo-Silva, F. (2019). Rehabilitation of Neonatal Brachial Plexus Palsy: Integrative Literature Review. Journal of Clinical Medicine, 8(7), 980. https://doi.org/10.3390/jcm8070980

Functiemetingen klinische neurofysiologie. (z.d.). UZ Leuven. Geraadpleegd op 4 april 2022, van https://www.uzleuven.be/nl/diensten-centra-en-afdelingen/functiemetinge…

Gad, D. M., Hussein, M. T., Omar, N. N. M., Kotb, M. M., Abdel-Tawab, M., & Yousef, H. A. Z. (2020). Role of MRI in the diagnosis of adult traumatic and obstetric brachial plexus injury compared to intraoperative findings. Egyptian Journal of Radiology and Nuclear Medicine, 51(1). https://doi.org/10.1186/s43055-020-00310-2

Grauwels, K. (2019). Fysiologisch postpartum:deel 2 borstvoeding. Thomas More Lier.

Heinonen, K., Saisto, T., Gissler, M., Kaijomaa, M., & Sarvilinna, N. (2020). Rising trends in the incidence of shoulder dystocia and development of a novel shoulder dystocia risk score tool: a nationwide population‐based study of 800 484 Finnish deliveries. Acta Obstetricia et Gynecologica Scandinavica, 100(3), 538–547. https://doi.org/10.1111/aogs.14022

Hoff, C. E., Movva, N., Rosen Vollmar, A. K., & Pérez-Escamilla, R. (2019). Impact of Maternal Anxiety on Breastfeeding Outcomes: A Systematic Review. Advances in Nutrition, 10(5), 816–826. https://doi.org/10.1093/advances/nmy132

Hulleberg, G., Elvrum, A. K. G., Brandal, M., & Vik, T. (2014). Outcome in adolescence of brachial plexus birth palsy. Acta Orthopaedica, 85(6), 633–640. https://doi.org/10.3109/17453674.2014.964614

LUMC. (2020, 31 juli). Dwangstand spieren (contracturen) | LUMC. Geraadpleegd op 10 mei 2022, van https://www.lumc.nl/org/orthopedie/uwdiagnose/Dwangstandspieren(contrac…

LUMC. (2016, 17 oktober). Zenuwletsel bij pasgeborenen (Obstetrische Plexus Brachialis Laesie) | LUMC. Leids Universitair Medisch Centrum. Geraadpleegd op 27 april 2022, van https://www.lumc.nl/patientenzorg/praktisch/patientenfolders/Zenuwletse…

Martini, F. H., & Bartholomew, E. F. (2017). Anatomie en fysiologie (6de editie). Pearson Benelux B.V.

Myelum - 2 definities - Encyclo. (z.d.). Encyclo.nl. Geraadpleegd op 15 mei 2022, van https://www.encyclo.nl/begrip/myelum

Neurolyse. (z.d.). Encyclo.nl. Geraadpleegd op 6 april 2022, van https://www.encyclo.nl/begrip/neurolyse

Pauw, A. (2019, 19 januari). Dit is een typische positie waar een kindje met een erbse parese in kan liggen. We noemen deze positie de ‘waiter’s tip’ [Foto]. Kinderfysiotherapeutische blog anne pauw. http://annepauw.nl/2019/01/19/is-erbse-parese-en-hoe-kinderfysiotherapeut-helpen/

Peeters, D., & Van den Eeden, L. (2018). Interactieve scenario’s in acute verloskunde (2de editie, Vol. 1). De Boeck.

Pollefliet, L., & Seele, H. (2018). Schrijven: van verslag tot eindwerk - do’s & don’ts (9de editie). Academia Press.

Pondaag, W., Van Dijk, G. J., Nelissen, R., & Malessy, M. (2014). Obstretisch plexus-brachialisletsel. Nederlands tijdschrift geneeskunde, 1119–1124. https://www.ntvg.nl/system/files/publications/a7145.pdf

Ponti, L., Smorti, M., Ghinassi, S., Mannella, P., & Simoncini, T. (2020). Can a traumatic childbirth experience affect maternal psychopathology and postnatal attachment bond? Current Psychology, 41(3), 1237–1242. https://doi.org/10.1007/s12144-020-00650-2

Reed, R., Sharman, R., & Inglis, C. (2017). Women’s descriptions of childbirth trauma relating to care provider actions and interactions. BMC Pregnancy and Childbirth, 17(1). https://doi.org/10.1186/s12884-016-1197-0

Rodríguez-Almagro, J., Hernández-Martínez, A., Rodríguez-Almagro, D., Quirós-García, J. M., Martínez-Galiano, J. M., & Gómez-Salgado, J. (2019). Women’s Perceptions of Living a Traumatic Childbirth Experience and Factors Related to a Birth Experience. International Journal of Environmental Research and Public Health, 16(9), 1654. https://doi.org/10.3390/ijerph16091654

Sumarwoto, T., Suroto, H., Mahyudin, F., Utomo, D. N., Hadinoto, S. A., Abdulhamid, M., Utomo, P., Romaniyanto, R., Prijosedjati, R. A., & Rhatomy, S. (2021). Brachial Plexus Injury: Recent Diagnosis and Management. Macedonian Journal of Medical Sciences, 13–24. https://doi.org/10.3889/oamjms.2021.5578

Van der Holst, M., Steenbeek, D., Pondaag, W., Nelissen, R. G., & Vlieland, T. P. V. (2018). Health-care use and information needs of children with neonatal brachial plexus palsy: A cross-sectional survey among 465 Dutch patients. Journal of Child Health Care, 24(1), 46–63. https://doi.org/10.1177/1367493518814916

Warren, I. (2017). Family and Infant Neurodevelopmental Education: an innovative, educational pathway for neonatal healthcare professionals. Infant, 13(5), 200–203.

Wie is de EPVN. (2020, 28 december). EPVN. Geraadpleegd op 13 april 2022, van https://epvn.nl/wie-is-de-epvn/

Wikipedia Contributors. (2022, 24 januari). Magnetic resonance imaging. Wikipedia. Geraadpleegd op 6 april 2022, van https://nl.wikipedia.org/wiki/Magnetic_resonance_imaging

Wikipedia Contributors. (2017, 30 juni). Neuroom. Wikipedia. Geraadpleegd op 6 april 2022, van https://nl.wikipedia.org/wiki/Neuroom

Wikipedia Contributors. (2021, 20 oktober). Regeneratie (biologie). Wikipedia. Geraadpleegd op 4 april 2022, van https://nl.wikipedia.org/wiki/Regeneratie_(biologie)#:%7E:text=Regenera…(fysiologische,dierlijk%20organisme%20volledig%20worden%20hersteld.

Wikipedia Contributors. (2020, 15 september). Schwanncel. Wikipedia. Geraadpleegd op 11 maart 2022, van https://nl.wikipedia.org/wiki/Schwanncel

Wikipedia contributors. (2021, 23 november). Stereognosis. Wikipedia. Geraadpleegd op 6 februari 2022, van https://en.wikipedia.org/wiki/Stereognosis

Yang, L. J. S. (2014). Neonatal brachial plexus palsy—Management and prognostic factors. Seminars in Perinatology, 38(4), 222–234. https://doi.org/10.1053/j.semperi.2014.04.009

Download scriptie (2.77 MB)
Universiteit of Hogeschool
Thomas More Hogeschool
Thesis jaar
2022
Promotor(en)
Justien Van Eyck
Thema('s)