Kinderen willen gehoord worden!

Ward
Van Dorpe

Het is wel moeilijk om je verhaal van jaren samen te vatten in een kwartiertje. Kinderen worden aan de lopende band gehoord. Het voelde zoals bij een dokter in de wachtzaal.

Kleine potjes hebben grote oren.

Een kind kan doorslaggevende informatie bieden in procedures voor de rechtbank. Het is dan ook van bijzonder groot belang dat het kind gehoord wordt in zaken die voor hem belangrijk zijn. Het kind moet zijn mening onbevreesd en onaangetast kunnen meedelen aan de rechter.

Omgekeerd is het ook belangrijk om te beseffen dat kinderen gemakkelijk beïnvloedbaar zijn. Het is dan ook de taak van de rechter om tijdens het gesprek een gepast belang te hechten aan de mening van het kind, rekening houdend met de leeftijd van het kind.

Daarnaast is het ook niet altijd eenvoudig voor rechters om kinderen te horen. Tegenwoordig is de werklast enorm en heeft de rechter niet altijd voldoende tijd. Tevens is de mening van het kind niet altijd even relevant in elke procedure. De lusten van het hoorrecht moeten in overeenstemming worden gebracht met de lasten ervan.

Vanuit deze optiek onderzocht rechtenstudent Ward Van Dorpe twee jaar lang het hoorrecht van minderjarigen in de familierechtbank. De nadruk van dit onderzoek werd gelegd op de concrete wettelijke regeling enerzijds, en de effectieve implementatie in de praktijk anderzijds. Daarnaast wordt er ook een overzicht gegeven van mogelijke aanpassingen aan de wet.

Het hoorrecht: een grondwettelijk recht

Al sinds 1992 moeten minderjarigen eigenlijk gehoord worden in procedures die hen aanbelangen. Het hoorrecht van minderjarigen wordt zowel internationaal als nationaal beschermd doormiddel van verschillende rechtsbronnen. In ons land is het zelfs zo belangrijk, dat het in de Grondwet staat. Toch is het horen van minderjarigen niet altijd vanzelfsprekend. Elke echtscheiding is verschillend en elk kind heeft zijn eigen verhaal.

Het hoorrecht in België bestaat dus al dertig jaar, toch zijn er nog enkele problemen. Deze problemen worden in deze masterproef blootgelegd. Telkens wordt er een mogelijke oplossing gegeven voor de problemen. Hier wordt niet enkel gekeken naar de belangen van het kind, want dit kan leiden tot een ongenuanceerde kijk op de problematiek, die door sommige kinderrechtenorganisaties niet geschuwd wordt. Er wordt daarentegen rekening gehouden met de praktijk, om zo de nadruk te leggen op realistische oplossingen waarbij rekening wordt gehouden met zowel het rechtsysteem en zijn actoren, als met de eisen van het kind. 

Bibliografie

  1. Wetgeving

Internationaalrechtelijke normen

Verklaring van Genève inzake de Rechten van het Kind van 26 september 1924.

Universele Verklaring van 10 december 1948 van de Rechten van de Mens, BS 31 maart 1949, 2.488.

Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden van 4 november 1950, BS 19 augustus 1955, 5.029.

Resolutie 1386 (XIV) van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (20 november 1959), UN Doc. A/RES/14/1386 (1959).

Internationaal Verdrag inzake economische, sociale en culturele rechten van 19 december 1966, BS 6 juli 1983, 8.808.

Internationaal Verdrag inzake burgerlijke en politieke rechten van 19 december 1966, BS 6 juli 1983, 8.815.

Verdrag van 20 november 1989 inzake de rechten van het kind, BS 17 januari 1992, 805.

VN-COMITÉ VOOR DE RECHTEN VAN HET KIND, General Comment No. 2, The role of independent national human rights institutions in the promotion and protection of the rights of the child, 15 november 2002, UN Doc. CRC/C/GC/2002/2.

VN-COMITÉ VOOR DE RECHTEN VAN HET KIND, General Comment No. 5, General measures of implementation of the Convention on the Rights of the Child (arts. 4, 42 and 44, para. 6), 27 november 2003, UN Doc. CRC/C/GC/2003/5.

VN-COMITÉ VOOR DE RECHTEN VAN HET KIND, General Comment No. 12, The right of the child to be heard, 20 juli 2009, UN Doc. CRC/C/GC/12.

Resolutie 66/138 van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (19 december 2011), UN Doc. A/RES/66/138 (2011).

VN-COMITÉ VOOR DE RECHTEN VAN HET KIND, Slotbeschouwing over het gecombineerde vijfde en zesde periodieke verslag van België, 28 februari 2019, UN Doc. CRC/C/BEL/CO/5-6.

Supranationale normen

Handvest van de Grondrechten van de Europese Unie, nr. 2000/C 364/01, Pb.L. 18 december 2000, afl. 364, 1.

Verord.Raad nr. 2201/2003, 27 november 2003 betreffende de bevoegdheid en de erkenning en tenuitvoerlegging van beslissingen in huwelijkszaken en inzake de ouderlijke verantwoordelijkheid, en tot intrekking van Verordening nr. 1347/2000, Pb.L 23 december 2003, afl. 338, 1.

Verdrag betreffende de Europese Unie, nr. 2012/C 326/01, Pb.L. 26 oktober 2012, 1.

Grondwet

Grondwet, BS 17 februari 1994, 4.054.

Wetboeken

Oud Burgerlijk Wetboek, BS 21 maart 1804, 0.

Gerechtelijk Wetboek, BS 10 oktober 1967, 11.360.

 

 

Nationale wetten

Bijzondere wet 6 januari 1989 op het Grondwettelijk Hof, BS 7 januari 1989, 315.

Wet 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, het ten laste nemen van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd en het herstel van de door dit feit veroorzaakte schade. BS 15 april 1965, 4.014.

Wet 2 februari 1994 tot wijziging van de wet van 8 april 1965 betreffende de jeugdbescherming, BS 17 september 1994, 23.629.

Wet van 30 juni 1994 houdende wijziging van artikel 931 van het Gerechtelijk Wetboek en van de bepalingen betreffende de procédures van echtscheiding, BS 21 juli 1994, 19.110.

Wet 22 december 1998 tot wijziging van sommige bepalingen van deel II van het Gerechtelijk Wetboek met betrekking tot de Hoge Raad voor de Justitie, de benoeming en aanwijzing van magistraten en tot invoering van een evaluatiesysteem, BS 2 februari 1999, 2.922.

Wet 30 juli 2013 betreffende de invoering van een familie- en jeugdrechtbank, BS 27 september 2013 (ed. 2), 68.429.

Wet van 21 februari 2014 houdende instemming met het Facultatief Protocol bij het Verdrag inzake de rechten van het kind betreffende een mededelingsprocedure, BS 20 augustus 2014, 60.987.

Wet 20 mei 2021 tot wijziging van het oud Burgerlijk Wetboek, betreffende de persoonlijke banden tussen broers en zussen, BS 9 juni 2021, 57.506.

Decr.Vl. 15 juli 1997 houdende oprichting van een Kinderrechtencommissariaat en instelling van het ambt van Kinderrechtencommissaris, BS 7 december 1997, 26.299.

KB 23 augustus 2014 tot vaststelling van het model van informatieformulier bedoeld in artikel 1004/2 van het Gerechtelijk Wetboek, BS 29 augustus 2014, 64.852.

KB 28 april 2017 betreffende de vaststelling van het model van informatieformulier bedoeld in artikel 1004/2 van het Gerechtelijk Wetboek, BS 22 mei 2017, 58.613.

Voorbereidende documenten

Herziening van artikel 22bis van de Grondwet, teneinde een lid toe te voegen betreffende de bescherming van aanvullende rechten van het kind, Parl.St. Senaat 2004-05, nr. 3-265/3.

Wetsvoorstel tot wijziging van verschillende bepalingen over het recht van minderjarigen om door de rechter te worden gehoord, Parl.St. Kamer 2010-11, nr. 53-0682/001.

Wetsvoorstel tot wijziging van verschillende bepalingen over het recht van minderjarigen om door de rechter te worden gehoord, Parl.St. Kamer 2010-11, nr. 53-0682/015.

Wetsvoorstel tot wijziging van verschillende bepalingen over het recht van minderjarigen om door de rechter te worden gehoord, Parl.St. Senaat BZ 2010, nr. 5-115/1.

Wetsvoorstel tot wijziging van verschillende bepalingen over het recht van minderjarigen om door de rechter te worden gehoord, Parl.St. Senaat 2010-11, nr. 5-115/3.

Wetsontwerp tot wijziging van verschillende bepalingen over het recht van minderjarigen om door de rechter te worden gehoord, Parl.St. Senaat 2010-11, nr. 5-115/4.

Wetsontwerp betreffende de invoering van een familie- en jeugdrechtbank, Parl.St. Senaat 2012-13, nr. 5-1189/5.

Wetsvoorstel houdende wijziging en coördinatie van diverse wetten inzake Justitie, Parl.St. Kamer 2013-14, nr. 53-3356/001.

Wetsvoorstel houdende wijziging en coördinatie van diverse wetten inzake Justitie, Parl.St. Kamer 2013-14, nr. 53-3356/005.

Adv.rvS nr. 55.394/2/314 bij het wetsvoorstel van wet ‘houdende wijziging en coördinatie van diverse wetten inzake Justitie’.

Wetsvoorstel tot wijziging en coördinatie van diverse wetten inzake justitie, Parl.St. Kamer 2013-14, nr. 53-3356/007.

Wetsvoorstel van 21 november 2019 tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek, in verband met de persoonlijke banden tussen broers en zussen, Parl.St. Kamer 2019-20, nr. 55-780/1.

Oproepingsformulieren

FAMRB. AFDELING AARLEN, Oproepingsformulier hoorrecht volgens artikel 1004/2 Ger.W., 4 p.

FAMRB. AFDELING ANTWERPEN, Oproepingsformulier hoorrecht volgens artikel 1004/2 Ger.W., Addendum I, 7 p.

FAMRB. AFDELING DENDERMONDE, Oproepingsformulier hoorrecht volgens artikel 1004/2 Ger.W., 6 p.

FAMRB. AFDELING GENT, Oproepingsformulier hoorrecht volgens artikel 1004/2 Ger.W., Addendum II, 2 p.

FAMRB. AFDELING LEUVEN, Oproepingsformulier hoorrecht volgens artikel 1004/2 Ger.W., 4 p.

FAMRB. AFDELING MARCHE-EN-FAMENNE, Oproepingsformulier hoorrecht volgens artikel 1004/2 Ger.W., 2 p.

FAMRB. AFDELING NEUFCHÂTEAU, Oproepingsformulier hoorrecht volgens artikel 1004/2 Ger.W., 3 p.

FAMRB. AFDELING NIJVEL, Oproepingsformulier hoorrecht volgens artikel 1004/2 Ger.W., 2 p.

  1. Rechtspraak

Europees Hof voor de Rechten van de Mens

EHRM 29 februari 1988, nr. 9106/80, Bouamar/België.

EHRM 23 september 1994, nr. 19823/92, Hokkanen/Finland.

EHRM 9 juni 1998, nr. 40/1997/824/1030, Bronda/Italië.

EHRM 4 mei 2000, nr. 42455/98, G.H.B./Verenigd Koninkrijk.

EHRM 15 mei 2003, nr. 4783/03, Paradis e.a./Duitsland.

EHRM 8 juli 2003, nr. 30943/96, Sahin/Duitsland.

EHRM 8 juli 2003, nr. 31871/96, Sommerfeld/Duitsland.

EHRM 9 juni 2005, nr. 59008/00, Siebert/Duitsland.

EHRM 10 november 2005, nr. 40324/98, Süss/Duitsland.

EHRM 6 december 2005, nr. 14600/05, Eskinazi en Chelouche/Turkije.

EHRM 21 juni 2007, nr. 23499/06, Havelka e.a./Tsjechië.

EHRM 6 december 2007, nr. 39388/05, Maumousseau en Washington/Frankrijk.

EHRM 10 januari 2008, nr. 25706/03, Glesmann/Duitsland.

EHRM 25 januari 2011, nr. 18830/07, Płaza/Polen.

EHRM 13 december 2011, nr. 27853/09, X./Letland.

EHRM 21 februari 2012, nr. 50216/09, Döring/Duitsland.

EHRM 26 november 2013, nr. 27853/09, X./Letland.

EHRM 9 september 2014, nr. 43730/07, Gajtani/Zwitserland.

EHRM 3 september 2015, nr. 10161/13, M. en M./Kroatië.

EHRM 14 maart 2017, nr. 36216/13, K.B. e.a./Kroatië.

EHRM 8 oktober 2019, nr. 58724/14, Zelikha Magomadova/Rusland.

Hof van Justitie van de Europese Unie

HvJ-EU 22 december 2010, nr. C-491/10 PPU, J.A.A. Zarraga/S. Pelz.

Nationale rechtspraak

GwH 20 juni 2007, nr. 87/2007.

GwH 21 april 2022, nr. 58/2022.

Cass. 27 mei 1971, Arr.Cass. 1971, 959.

Cass. 11 maart 1994, AR C.93.0342.N, Arr.Cass. 1994, nr. 117, 253.

Cass. 31 maart 1999, AR P.99.0276.F, Arr.Cass. 1999, nr. 195, 466.

Cass. 10 november 1999, AR P.99.0689.F, Arr.Cass. 1999, nr. 599, 1419.

Cass. 10 februari 2020, AR C.15.0200.N, T.Fam. 2020, 198, noot SENAEVE, P.

Cass. 25 januari 2021, AR C.17.0574.N, T.Fam. 2022, 155.

Cass. 13 april 2021, AR P21.0045.N, ECLI:BE:CASS:2021:ARR.20210413.2N.8.

Gent (15e k.) 13 april 1992, RW 1992-1993, 229, noot CAPPELAERE, G., VERHELLEN, E. en SPIESSCHAERT, F.

Gent 17 januari 1994, RW 1995-1996, 1356 (uittreksel), noot DELI, D.

Brussel (42e k.) 28 maart 2017, 2015/FA/564, 2017/FA/51 en 2017/FA/52, onuitg.

Gent 15 juli 2021, onuitg.

Brussel (42e k.) 4 januari 2022, T.Fam. 2022, 159.

Rb. Luik (KG) 22 november 1991, JLMB 1992, 146, noot PANIER, C.

Rb. Luik (KG) 30 juni 1993, JLMB 1993, 1282.

Famrb. Antwerpen (9e k.) 19 februari 2019, T.Fam. 2019, 202.

Famrb. Namen 28 februari 2019, Rev.trim.dr.fam. 2019, 914.

Jeugdrb. Gent 14 december 1994, EJ 1995, 92, noot WYLLEMAN, A.

Jeugdrb. Marche-en-Famenne 9 juni 1999, JDJ 2000, 42.

Jeugdrb. Brugge 28 juni 2018, TJK 2019, 89.

Vred. Brussel (8e k.) 26 oktober 1993, T.Vred. 1993, 373, noot GRANDHENRY, F.

Vred. Marche-en-Famenne 9 januari 1994, RRD 1994, 214 (uittreksel).

Nederland

Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 21 maart 2017, ECLI:NL:GHARL:2017:2579.

Noord-Nederland 31 augustus 2018, ECLI:NL:RBNNE:2018:3537.

Limburg 29 januari 2019, ECLI:NL:RBLIM:2019:1253.

  1. Rechtsleer

Boeken

BRUNING, M.R., SMEETS, D.J.H., BOLSCHER, K.G.A., PEPER, J.S. en DE BOER, R., Kind in proces: van communicatie naar effectieve participatie, Nijmegen, Wolf Legal Publishers, 2020, X + 340 p.

BUREAU VAN DE EU VOOR DE GRONDRECHTEN en RAAD VAN EUROPA, Handboek over het Europese recht inzake de rechten van het kind, Brussel, Publications Office, 2015, 254 p.

DECLERCK, C., GEZINSBOND, KINDERRECHTENCOMMISSARIAAT en ORDE VAN VLAAMSE BALIES, Het hoorrecht van het kind voor de Nederlandstalige familierechter: bevraging familierechters, 2022, www.kinderrechten.be/sites/default/files/2022-05/Rapport_Bevraging_Familierechters.pdf, 119 p.

DEVOLDER, K., De bevoegdheidsverdeling in familiezaken: voor en na de familierechtbank, Antwerpen, Intersentia, 2014, VIII + 473.

EUROPEAN COMMISSION, Evaluation of Children’s Participation 2012-2014 EU Study, Brussel, Publications Office, 2015, 10 p.

GRABENWARTER, C., European Convention on Human Rights - Commentary, München, Verlag C. H. Beck, 2014, XIX + 555 p.

KINDERRECHTENCOALITIE, Kinderrechteneducatie in het onderwijs, 2014, www.kinderrechtencoalitie.be/wp-content/uploads/2018/12/2014-standpunt-kinderrechteneducatie-in-het-onderwijs.pdf, 9 p.

KINDERRECHTENCOMMISSARIAAT, Alternatief rapport aan het VN-Kinderrechtencomité, Brussel, Kinderrechtencommissariaat, 2018, 37 p.

KINDERRECHTENCOMMISSARIAAT, Jaarverslag 2017-2018: hoe rekbaar is het kind?, Kampenhout, Drukkerij Artoos, 2018, 216 p.

KINDERRECHTENCOMMISSARIAAT, Jaarverslag 2018-2019: kinderen willen écht gehoord worden, Kampenhout, Drukkerij Artoos, 2019, 249 p.

KINDERRECHTENCOMMISSARIAAT, Jaarverslag 2019-2020: laat kinderen nooit meer in lockdown gaan, Kampenhout, Drukkerij Artoos, 2020, 218 p.

KINDERRECHTENCOMMISSARIAAT, Jaarverslag 2020-2021: het wachten moe, Kampenhout, Drukkerij Artoos, 2021, 187 p.

KINDERRECHTENCOMMISSARIAAT, Het kind weegt te licht: kinderen hebben spreekrecht in de familierechtbank, Brussel, Kinderrechtencommissariaat, 2022, 34 p.

KUITENBROUWER, M. en LEENDERS, M. (eds.), Geschiedenis van de mensenrechten: bouwstenen voor een interdisciplinaire benadering, Hilversum, Verloren, 1996, VI + 312 p.

MOL, C., Mensenrechtelijk kader: normen voortvloeiend uit het IVRK, het EVRM en andere Europese bronnen, 2021, onuitg., 23 p.

OFFICE OF THE UNITED NATIONS, HIGH COMMISSIONER FOR HUMAN RIGHTS, Legislative history of the convention on the rights of the child, New York, United Nations, 2007, LII + 493.

ORDE VAN VLAAMSE BALIES, Standpunt: Hoorrecht minderjarigen bij de familierechtbank, 2014, www.advocaat.be/nieuws/standpunten/2014/standpunt-hoorrecht-minderjarigen, 2 p.

PUT, J., Handboek Jeugdbeschermingsrecht, Brugge, Die Keure, 2021, XXXIV + 703 p.

SENAEVE, P. en BEKKERS, A., De wet betreffende de familie- en jeugdrechtbank: Commentaar, gesystematiseerde uittreksels uit de voorbereidende werken en gecoördineerde wetteksten, Mechelen, Wolters Kluwer, 2014, VII + 696 p.

SENAEVE, P. en DECLERCK, C., Compendium van het personen- en familierecht, Leuven, Acco, 2020, 728 p.

SENAEVE, P. en LEMMENS, P. (eds.), De betekenis van de mensenrechten voor het personen- en familierecht, Antwerpen, Intersentia, 2003, XV + 201 p.

SENAEVE, P., Het hoorrecht van de minderjarige voor de familierechter: Lezing op de studiedag Actualia Familie(proces)recht 14 januari 2021, Universiteit Hasselt, 27 p.

SMIS, S., JANSSENS, C., MIRGAUX, S. en VAN LAETHEM, K., Handboek mensenrechten: De internationale bescherming van de rechten van de mens, Antwerpen, Intersentia, 2011, XXIV + 660 p.

SWENNEN, F., Het personen- en familierecht. Een benadering in context, Antwerpen, Intersentia, 2021, XXXII + 625 p.

UNICEF, Child Rights Education Toolkit: Rooting Child Rights in Early Childhood Education, Primary and Secondary Schools, Genève, UNICEF Private Fundraising and Partnerships Division, 2014, 147 p.

VAN WEERST, J. en VANDEN HEEDE, P., Juridisch schrijven in tien stappen: een hulp bij schrijfopdrachten in de opleiding rechten, Gent, Universiteit Gent, 2010, 99 p.

VANDENHOLE, W., TÜRKELLI, G.E. en LEMBRECHTS, S., Children's Rights: A Commentary on the Convention on the Rights of the Child and its Protocols, Cheltenham, Edward Elgar Publishing, 2019, XLI + 518 p.

 

 

Bijdragen in tijdschriften

ALOFS, E. en DE BUS, S., “Broers en zussen in het jeugdrecht”, T.Fam. 2021, afl. 10, 312-320.

ASSELMAN, H., “Participatie van minderjarigen in protectionele procedures voor de jeugdrechtbank: overwegingen bij het hoorrecht en het recht op vertegenwoordiging door een advocaat” (noot onder Antwerpen 22 oktober 2015), TJK 2016, afl. 2, 179-185.

DALY, A., “The right of children to be heard in civil proceedings and the emerging law of the European Court of Human Rights”, The international Journal of Human Rights 2011, afl. 15:3, 441-461.

DE METS, J., “Kinderen worden gehoord, maar wordt er ook geluisterd?”, Juristenkrant 2018, afl. 379, 10.

DECLERCK, C. en MATHIEU, G., “Schets van de procespositie van de niet-ontvoogde minderjarige in het Belgische personen- en familierecht”, T.Fam. 2022, afl. 5-6, 138-144.

DELI, D., “Het hoorrecht van minderjarigen volgens het gewijzigde artikel 931 van het Gerechtelijk Wetboek”, TBBR 1995, 183-197 en 269-277.

DESMET, N., “De inschatting van het belang van het kind”(noot onder Gent 24 augustus 2016), TJK 2017, afl. 1, 50-55.

DEZZA, A., “Een noodkreet van de griffiers van de (familie-) rechtbanken”, T.Fam. 2021, afl. 4-5, 90-91.

DUPAN, M., “Inzichten uit het panelgesprek van de studienamiddag over broers en zussen van 22 oktober 2021”, T.Fam. 2021, afl. 10, 326-329.

HERBOTS, K. en PUT, J., “De grondwettelijke verankering van kinderrechten”, TJK 2010, afl. 1, 9-19.

HERMANS, E. en QUINA, T., “De procespositie van de minderjarige in het personen-, familie- en jeugdrecht: een evenwichtsoefening tussen bescherming en integriteit”, T.Fam. 2022, afl. 5-6, 164-167.

LEMBRECHTS, S., PUTTERS, M. en VAN HOORDE, K., “Kinderen en rechters in gesprek in familiezaken van internationale kinderontvoering in België en Nederland”, TJK 2018, afl. 3, 274-290.

LOOSVELDT, G. en ADRIAENS, E., “De bevoegdheid voor het nemen van belangrijke beslissingen m.b.t. het kind: geen rechterlijke delegatie meer aan pleegzorgers” (noot onder GwH 28 februari 2019), T.Fam. 2020, afl. 5, 129-137.

MAHIEU, J., ““Laat me nu toch niet alleen” (Johan Verminnen). Ervaringen en bedenkingen van een familierechter”, TORB 2017-18, afl. 4-5, 277-283.

MAHIEU, J., “Een blik in het hoofd en het hart van een familierechter”, T.Fam. 2020, afl. 1, 2-13.

MASSCHELEIN, M.A., “Het hoorrecht van de minderjarige bij familiale geschillen”, NNK 2015, afl. 3-4, 21-24.

MATHISEN, K.L., “The impact of the Lisbon Treaty, in particular article 6 TEU, on memberstates’ obligations with respect to the protection of fundamental rights”, University of Luxembourg Law Working paper 2010, afl. 1, 1-64.

MERCKX, E., “Het EHRM over ouderlijk gezag en verblijf in het belang van het kind na relatiebreuk”, T.Fam. 2017, afl. 9, 241-264.

MERCKX, E., “Vertrouwelijke informatie bij het horen van minderjarigen in zaken van gezag en verblijf of contact: schending van de rechten van verdediging of in het belang van het kind?” (noot onder Antwerpen 19 februari 2019), T.Fam. 2019, afl. 7-8, 203-213.

MOL, C., “Het mensenrechtelijke kader inzake de procespositie van de minderjarige: normen voortvloeiend uit het IVRK, het EVRM en andere Europese bronnen”, T.Fam. 2022, afl. 5-6, 124-131.

PIRE, D., “La loi du 30 juillet 2013 portant création d’un tribunal de la famille et de la jeunesse”, Act.dr.fam. 2013, afl. 9, 170-200.

QUENNERSTEDT, A., “Children, but not really humans? Critical reflections on the hampering effects of the 3 P’s”, International Journal of Children’s Rights 2010, afl. 18, 619-635.

RAP, S., “Heilige graal of werkelijkheid? Het recht om gehoord te worden voor kinderen in juridische procedures”, TJK 2019, afl. 2, 131-133.

SALAETS, H. en BALOGH, K., “Participatie van kinderen en jongeren in rechtspraak: een onderzoek naar de ervaringen van anderstalige kinderen en jongeren van getolkte communicatie”, TJK 2019, afl. 4, 425-443.

SCHINDLER, D., “European Convention on Human Rights in Practice”, Issue 2, Washington, Washington University Law Review, 1962, 152-165.

SCHRAMA, W. en MOL, C., “Een rechtsvergelijkende blik op kinderparticipatie en enkele reflecties”, T.Fam. 2022, afl. 5-6, 132-137.

SENAEVE, P., “Rechters die kinderen (moeten) horen”, T.Fam. 2011, afl. 1, 2-3.

SENAEVE, P., “Aangaande de vrijwillige tussenkomst van de minderjarige in zaken van verblijfsregeling en aangaande de bijstand door een advocaat bij het horen” (noot onder Cass. 10 februari 2020), T.Fam. 2020, afl. 7, 199-205.

SENAEVE, P., “Het belang van het kind niet het enige beoordelingscriterium bij vorderingen aangaande de verblijfsregeling van een minderjarige” (noot onder Cass. 14 juni 2019), T.Fam. 2020, afl. 10, 292-298.

SMETS, S., “De doorwerking van het Kinderrechtenverdrag in de rechtspraak van het EHRM”, TJK 2013, afl. 2, 82-89.

TIMMERMANS, S., “Naar een optimalisering van het ouderlijk goederenbeheer”, T.Fam. 2021, afl. 1, 6-15.

VANSTEENKISTE, P. en ELIAERTS, C., “De wet van 2 februari 1994 betreffende de jeugdbescherming: de moeizame geboorte van een nieuw jeugdrecht”, RW 1994-1995, afl. 3, 209-221.

VASSEUR, R., “Hoorrecht light: over videoconferenties en telehoren van minderjarigen” (noot onder Jeugdrb. Brugge 28 juni 2018) , TJK 2019, afl. 1, 90-103.

VASSEUR, R., “Grondwettelijk Hof bevestigt hoorrecht halfbroers en -zussen”, Juristenkrant 2022, afl. 449, 7.

VERENIGING VOOR FAMILIERECHT, “Naar een coherente rechtspositie van broers en zussen? Fundamentele bedenkingen bij wetsvoorstel nr. 55-780”, T.Fam. 2021, afl. 3, 58-59.

VERHELLEN, E., “Het Verdrag inzake de rechten van het kind meerderjarig. Enkele beschouwingen over de implementatie in België”, TJK 2008, afl. 1, 11-40.

VLIEGHE, K., “(Geen) Afscheid van Eugeen”, TJK 2017, afl. 4, 271-276.

VRIJENS, C., “Het belang van het kind als “een eerste” overweging: een kinderrecht”, TJK 2020, afl. 2, 47-49.

WILLEMS, J.C.M., “Het Verdrag inzake de Rechten van het Kind: waarom het VRK goed is en IVRK (eigenlijk) fout”, Ars Aequi 2007, afl. 56(6), 513-514.

X, “Te moeilijk: Hoorrecht jongeren van 12 jaar of ouder bij de familierechtbank”, Juristenkrant 2014, afl. 297, 18.

Verzamelwerken

ALEN, A. en PAS, W., “De directe werking van het VN-Verdrag inzake de rechten van het kind”, Kinderrechtengids, Deel 1, 1.1 Alen-Pas, 1994, 25 p.

APS, F., “De echtscheiding”, in ORDE VAN VLAAMSE BALIES, Handboek familierecht voor de advocaat-stagiair 2018-2019, Mechelen, Wolters Kluwer, 2019, 151-260.

DECOCK, G., DE GEYTER, L., DEVOLDER, K., VANDEKERCKHOVE, A. en VAN RUMST, S. (eds.), Wet en duiding Kids-codex I, Brussel, Larcier, 2014, XIX + 621 p.

DEVOLDER, K. en TAELMAN, P., “De familie- en jeugdrechtbank: Analyse van de wet van 30 juli 2013” in ALLERMEERSCH, B., TAELMAN, P., VAN ORSHOVEN, P. en VANLERBERGHE, B. (eds.), Nieuwe Justitie, Antwerpen, Intersentia, 2014, 128-132.

DRESER, L., “Uitdagingen bij de toepassing van het hoorrecht bij minderjarige kinderen” in BOONE, I. en DECLERCK, C. (eds.), Actualia Familierecht: Co-ouderschap vandaag en morgen, Brugge, Die Keure, 2017, 28-54.

FOTTRELL, D. (ed.), Revisiting Children's Rights: 10 years of the UN Convention on the Rights of the Child, Den Haag, Kluwer Law International, 2000, X + 196 p.

MOL, C., “Kinderparticipatie in Nederland: Wat kunnen we leren van het VRK en het EHRM?” in DEN HUIJER, J. (ed.), Actuele ontwikkelingen in het familierecht: Vijftiende UCERF symposium, Nijmegen, Ars Aequi Libri, 2021, 59-76.

RAES, S., “Het familiedossier” in SENAEVE, P. (ed.), Handboek Familieprocesrecht, Mechelen, Wolters Kluwer, 2e uitg. 2020, 341-379.

SCHRAMA, W., FREEMAN, M., TAYLOR, N. en BRUNING, M. (eds.), International Handbook on Child Participation in Family Law, Cambridge, Intersentia, 2021, XXII + 375 p.

SENAEVE, P., “De rechtspleging voor de jeugdrechters in civielrechtelijke zaken”, CABG 2009, afl. 4, 1-96.

SENAEVE, P. en VERSCHELDEN, G. (eds.), Wetgeving en rechtspraak familie(proces)recht 2017, Antwerpen, Intersentia, 2017, XXI + 319 p.

SENAEVE, P., “De blijvende saisine van de familierechtbank” in P. SENAEVE (ed.), Handboek Familieprocesrecht, Wolters Kluwer, 2e uitg. 2020, 301-340.

SENAEVE, P., “Het hoorrecht van minderjarigen” in SENAEVE, P. (ed.), Handboek Familieprocesrecht, Mechelen, Wolters Kluwer, 2e uitg. 2020, 469-517.

VAN GYSEL, A.C., “La procédure devant le Tribunal de la Famille” in VAN GYSEL, A.C. en DISKEUVE, E. (eds.), Le tribunal de la famille et de la jeunesse, Brussel, Larcier, 2015, 81-152.

VAN ROY, C. “Artikel 374 BW - Mama en papa, of mama, papa en kind?” in BOONE, I., PUT, J. , SWENNEN, F. en VERSCHELDEN, G. (eds.), Liber amicorum Patrick Senaeve, Mechelen, Wolters Kluwer, 2017, 235-255.

VANLERBERGHE, B., “De familie- en jeugdrechtbank” in BOONE, I. en DECLERCK, C. (eds.), Actualia familierecht 2014-2015, Brugge, Die Keure, 2015, 1-46.

VERHELLEN, E., “Het VN-Verdrag inzake de rechten van het kind”, Kinderrechtengids, Deel 1, 1.1 Verhellen, 1994, 24 p.

VERHELLEN, E., “Een inleiding tot het Verdrag inzake de rechten van het kind” in VANDENHOLE, W. (ed.), Kinderrechten in België, Antwerpen, Intersentia, 2008, 17-36.

WOUTERS, J. en VAN EECKHOUTTE, D., “Doorwerking van internationaal recht voor de Belgische hoven en rechtbanken”, Working paper nr. 86, Leuven, Instituut voor Internationaal Recht KU Leuven, 2005, 64 p.

Masterproeven en doctoraatsproefschriften

CALLENS, L., Anderhalf jaar nieuwe familie- en jeugdrechtbanken: een evaluatie op basis van kwalitatief onderzoek in de afdeling Gent, onuitg. masterproef Economie en bedrijfskunde UGent, 2016, XI + 78 p.

HEIDEN, S., Het hoorrecht: een "recht" voor minderjarigen?, onuitg. masterproef Rechten VUB, 1998, V + 40 p.

JACQUET, L., De Belgische regeling van het hoorrecht van de minderjarige in burgerrechtelijke procedures onder druk van het EVRM en het IVRK; onuitg. masterproef Rechten KU Leuven, 2019, VIII + 129 p.

MOONEN, T., Het Grondwettelijk Hof en de interpretatie van de Grondwet. Een perspectief op argumenten en legitimiteit, onuitg. doctoraatsproefschrift Rechten UGent, 2014, IV + 680 p.

VANHALST, E., Het hoorrecht van minderjarige kinderen binnen een echtscheidingsprocedure: mr. Nobody?, onuitg. masterproef Rechten UGent, 2017, VIII + 136 p.

VERMERSCH, A., Beleidsparticipatie van jongeren: een kwalitatief onderzoek naar het perspectief van leden van de lokale jeugdraad., onuitg. masterproef Sociaal Werk UGent, 2019, V + 92 p.

WILMOT, A.M., Het meeroudergezin binnen het huidig recht: sturingsmogelijkheden inzake het ouderlijk gezag en het erfrecht en de giften, onuitg. masterproef Rechten VUB, 2021, III + 75.

Overige rechtsleer

KINDERRECHTENCOMMISSARIAAT, Wat doen we, 2022, www.kinderrechtencommissariaat.be/wat-doen-we.

GEENS, K., Informatie op maat bij oproeping minderjarige in rechtszaak, Gent, KnopsPublishing, 2017, www.jubel.be/informatie-op-maat-bij-oproeping-minderjarigen-rechtszaak/.

  1. Overige bronnen

Boeken en tijdschriften

ALLEGHIERI, D., De goddelijke komedie, Antwerpen, De Nederlandsche Boekhandel, 1982, 596 p.

KORCZAK, J., A Child’s right to respect, Warschau, Legra, 2017, 47 p.

MANCINI, C., “Social Phobia in Children and Adolescents”, Psychiatria polska 2004, afl. 38, 589-602.

TZITEMZO-KIDS, Als je gehoord wordt door de rechter, Brussel, Karin Maes, 2021, 6 p.

Internetbronnen

CHILDREN RIGHTS INTERNATIONAL NETWORK, Access to justice for children: global ranking, 2016, www.archive.crin.org/en/access-justice-children-global-ranking.html.

RIZIV, De accreditatie door het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering van artsen en apothekers-biologen, www.inami.fgov.be/nl/professionals/individuelezorgverleners/artsen/kwaliteit/accreditering/Paginas/default.aspx.

Download scriptie (1.85 MB)
Universiteit of Hogeschool
Vrije Universiteit Brussel
Thesis jaar
2022
Promotor(en)
Prof. Dr. Elisabeth Alofs