Hoe kan uw apotheker beoordelen of de zorg voor diabetespatiënten van voldoende kwaliteit is? Tot voor kort was dit een uitdaging, maar daar komt nu verandering in. Dankzij gegevens uit het medicatiedossier van patiënten kunnen kwaliteitsindicatoren opgesteld worden. Deze laten de apotheker zien hoe hij presteert op specifieke handelingen, zoals het toedienen van een griepvaccin aan diabetespatiënten, in vergelijking met andere apotheken. Op deze manier willen we een proces van continue verbetering in gang zetten, nl. meten –> verbeteracties –> meten –> verbeteracties …
Vaak wordt gedacht dat de taak van de apotheker beperkt is tot het afleveren van medicatie, maar deze reikt veel verder. De apotheker speelt een cruciale rol in het ondersteunen van patiënten die moeite hebben om hun therapie correct op te volgen. Daarnaast adviseert hij artsen over mogelijke medicatiewijzigingen en verstrekt hij onder meer belangrijke informatie over voeding en beweging. Door nauw samen te werken met huisartsen, specialisten en andere zorgverleners, draagt de apotheker bij aan een optimale zorg voor diabetespatiënten.
Vele apothekers beschouwen hun eigen dienstverlening als goed, maar is dat wel terecht? Om deze vraag te beantwoorden, moeten we op zoek naar een objectieve manier om de kwaliteit van zorg te meten. Dit leidt ons terug naar het einde van de vorige eeuw waar kwaliteitsindicatoren gebruikt werden om processen efficiënter in te richten. Deze methodiek vond later ook zijn weg naar de gezondheidszorg waar ze gebruikt werd om de kwaliteit van de zorgverlening te evalueren.
Op basis van diverse nationale en internationale richtlijnen werd een overzicht samengesteld van 1162 aanbevelingen met betrekking tot diabeteszorg. Na het toepassen van uitsluitingscriteria werd dit aantal teruggebracht tot 82 aanbevelingen. Een panel van experten en patiënten beoordeelde de aanbevelingen op hun relevantie als kwaliteitsindicator. Dit resulteerde in een selectie van 14 aanbevelingen die meetbaar gemaakt kunnen worden via een indicator. Vervolgens kan deze gebruikt worden om de kwaliteit van zorgverlening door apothekers aan diabetespatiënten in kaart te brengen
Er zijn momenteel drie aanbevelingen die als kwaliteitsindicatoren kunnen dienen. Deze worden bepaald op basis van gegevens uit medicatiedossiers van diabetespatiënten:
Indicator 1 - Percentage diabetespatiënten van 6 maanden en ouder dat in het afgelopen jaar een griepvaccin heeft ontvangen.
Indicator 2 - Percentage diabetespatiënten van 19 jaar en ouder dat een 23-valent pneumococcenpolysacharide vaccin heeft ontvangen.
Indicator 3 - Percentage diabetespatiënten van 6 maanden en ouder aan wie in de afgelopen 12 maanden bloedsuiker-beïnvloedende, suikerbevattende medicatie is verstrekt.
Deze indicatoren kunnen helpen om de kwaliteit van zorg voor diabetespatiënten te evalueren en te verbeteren.
De overige 11 aanbevelingen zijn momenteel nog niet (volledig) te bepalen als kwaliteitsindicatoren. Hoewel de benodigde gezondheidsgegevens om deze indicatoren te bepalen meetbaar zijn, zijn ze momenteel niet toegankelijk voor apothekers. De onderzoekers willen met deze nog te definiëren indicatoren het belang van databeschikbaarheid voor apothekers benadrukken en bij de overheid pleiten voor een betere uitwisseling van gegevens tussen verschillende gezondheidszorgberoepen.
De indicatoren zullen door Farmaflux in samenwerking met Data4PHM worden gepresenteerd in de vorm van een barometer. Door deze indicatoren te meten, krijgen apothekers inzicht in het percentage diabetespatiënten waarvoor ze aan de desbetreffende indicator voldoen. Daarnaast worden de resultaten van een individuele apotheek vergeleken met het gemiddelde van andere apotheken. Deze evaluatie maakt het mogelijk om pijnpunten in de zorgverlening te identificeren en gerichte verbeteracties te ondernemen. Het is wel noodzakelijk dat de indicatoren periodiek gemeten worden, zodat een continue kwaliteitsverbetering gegarandeerd kan worden.
Een vaak gehoorde klacht onder apothekers en andere zorgverleners is dat er simpelweg te weinig tijd is om alle taken te vervullen. Dit kan ook als kritiekpunt gelden voor het gebruik van kwaliteitsindicatoren aangezien deze ook tijd en aandacht vergen. Toch moeten de indicatoren niet gezien worden als een bijkomende last, maar juist als een hulpmiddel dat de belangrijkste aspecten van de zorgverlening in kaart brengt en toelaat om prioriteiten te stellen. Apothekers kunnen ervoor kiezen om zich stapsgewijs op bepaalde indicatoren te richten en geleidelijk meer indicatoren mee te nemen in hun werking. Deze gefaseerde aanpak heeft bovendien het voordeel dat duurzame verbeteringen vaker worden gerealiseerd dan wanneer men alles in één keer probeert aan te pakken.
Sinds de invoering van de verplichte externe audit voor apotheken, bestaat het risico dat deze tool verkeerd begrepen wordt als een controle-instrument. In werkelijkheid is deze tool echter ontwikkeld door apothekers voor apothekers, met als doel hen te ondersteunen bij het optimaliseren van hun zorgverlening. We willen dan ook duidelijk stellen dat de indicatoren niet bedoeld zijn als een middel voor controle of bestraffing, maar eerder als een hulpmiddel om de kwaliteit van de zorgverlening te verbeteren.
2011;170(12):1513–9.
management. s.l.: s.n. 2022 [Accessed on October 21, 2023]. Available from: https://www.nice.org.uk/guidance/ng17/resources/type-1-diabetes-in-adul…- management-pdf-1837276469701%0A