Sinds de vluchtelingencrisis van 2015 hebben miljoenen mensen hun toevlucht gezocht in de Europese Unie (EU). Ook vandaag blijven mensen uit conflictgebieden zoals Syrië, Palestina en Sudan hun land ontvluchten op zoek naar veiligheid.
Eenmaal ze erkend zijn als vluchteling in een EU-land, krijgen ze wel bescherming, maar blijven ze beperkt in hun vrijheid om zich binnen de EU te vestigen. Dit veroorzaakt grote problemen als ze bijvoorbeeld naar een ander land willen verhuizen om werk te vinden, familie te bezoeken, of zich beter te integreren. Dit artikel onderzoekt waarom dit een probleem is en hoe een mogelijke oplossing eruit zou kunnen zien.
Het Vluchtelingenverdrag van 1951, gecreëerd na de Tweede Wereldoorlog, heeft tot doel vluchtelingen een veilig onderkomen en bescherming te bieden. Een erkende vluchteling is iemand die asiel heeft gekregen in een land omdat hij of zij gevaar loopt in het thuisland. Dit kan zijn vanwege oorlog, politieke overtuigingen, etniciteit of religie. Eenmaal erkend, krijgt de vluchteling bescherming en bepaalde rechten, zoals toegang tot sociale zekerheid en gezondheidszorg, maar deze rechten gelden enkel in het land waar de asielaanvraag is goedgekeurd. In dit artikel wordt er met de term “vluchteling” steeds “erkende vluchteling” bedoeld.
Asielzoekers moeten volgens de Europese regels bij aankomst in de EU asiel aanvragen in het eerste land waar ze binnenkomen, en mogen zich niet zomaar in een ander EU-land vestigen. Zelfs nadat hun vluchtelingenstatus is erkend, kunnen ze niet vrij naar een ander EU-land verhuizen, ook niet voor betere werkmogelijkheden. Dit recht om zich vrij te verplaatsen binnen de EU, een fundamenteel recht voor EU-burgers, is voor vluchtelingen niet van toepassing. Een Syrische vluchteling die bijvoorbeeld in Griekenland erkend werd, kan niet zomaar naar Duitsland gaan om werk te zoeken, ook al heeft hij of zij daar familie.
Dit betekent dat vluchtelingen vaak vastzitten in landen die mogelijk niet de beste kansen bieden voor integratie. Velen van hen proberen dan toch illegaal naar een ander EU-land te gaan, bijvoorbeeld naar Zweden, waar ze denken betere kansen te hebben. Zodra ze aankomen, moeten ze weer door een bureaucratisch proces en kunnen ze opnieuw worden teruggestuurd naar het eerste land waar ze waren aangekomen. Dit systeem, dat onder de zogenaamde Dublinverordening valt, veroorzaakt frustratie bij zowel vluchtelingen als EU-lidstaten.
Volgens het Europese Migratiepact kunnen erkende vluchtelingen niet zomaar naar een ander EU-land verhuizen, en ze behouden hun vluchtelingenstatus niet als ze dat wel doen. Ze mogen net als toeristen maximaal 90 dagen in een ander land verblijven.
Willen ze langer blijven, dan moeten ze een verblijfsvergunning aanvragen als derdelander (niet-EU-burger) voor werk, studie of gezinshereniging. Hierbij verliezen ze echter hun vluchtelingenstatus en vallen ze onder de strengere regels voor niet-EU-burgers, wat het proces lang en ingewikkeld maakt.
Het probleem van beperkte bewegingsvrijheid voor vluchtelingen raakt een bredere discussie binnen de EU: het evenwicht tussen solidariteit en economische zelfredzaamheid. Het oorspronkelijke idee van vluchtelingenbescherming is gebaseerd op solidariteit: landen helpen mensen die vluchten voor vervolging. Er is echter ook een ander model dat vooral kijkt naar economische zelfredzaamheid, waarbij personen die zich in een land willen vestigen moeten aantonen dat ze in hun eigen levensonderhoud kunnen voorzien, zoals dit geldt voor derdelandsonderdanen en EU-burgers. Derdelandsonderdanen zijn geen staatsburger van een lidstaat van de EU en komen uit een land dat geen deel uitmaakt van de EU. Vaak verblijven ze legaal in de EU voor redenen zoals werk of studie.
De vraag is of dit ook zou moeten gelden voor erkende vluchtelingen. Moet iemand die net zijn land heeft moeten ontvluchten en alles kwijt is, meteen economisch zelfstandig zijn? Voor vluchtelingen is dit vaak een onmogelijke opgave. Ze hebben bescherming en tijd nodig om hun leven opnieuw op te bouwen. Het is complex, want landen willen voorkomen dat hun sociale zekerheidsstelsels overbelast raken, maar vluchtelingen moeten ook de kans krijgen om deel te nemen aan de samenleving zonder dat ze meteen aan strikte economische eisen hoeven te voldoen.
Een mogelijke oplossing zou kunnen zijn om erkende vluchtelingen meer bewegingsvrijheid te geven, vergelijkbaar met derdelandsonderdanen. Deze niet-EU-burgers hebben beperkte mobiliteitsrechten en kunnen onder bepaalde voorwaarden in verschillende EU-landen wonen en werken. Als vluchtelingen zulke rechten zouden krijgen, zouden ze meer kans hebben om werk te vinden, zich bij familie te voegen, of zich te vestigen in een land waarvan ze de taal spreken en waar betere integratiemogelijkheden zijn.
Dit zou niet alleen de vluchtelingen helpen, maar ook de EU-lidstaten. De druk op landen zoals Griekenland en Italië, waar veel vluchtelingen aankomen, zou afnemen. Tegelijkertijd zouden landen zoals Duitsland en Nederland, die vaak een grotere vraag naar arbeidskrachten hebben, profiteren van erkende vluchtelingen die op zoek zijn naar werk.
Onder het huidige systeem verliezen erkende vluchtelingen echter hun status als ze zich in een ander EU-land willen vestigen. Ze moeten dan een verblijfsvergunning aanvragen, waarbij strengere eisen, zoals economische zelfstandigheid, gelden. Dit is vaak onrealistisch voor mensen die alles hebben verloren en afhankelijk zijn van steun. In plaats van hen als economische migranten te behandelen, zou een systeem waarin vluchtelingen meer bewegingsvrijheid krijgen zonder al te veel bureaucratische obstakels hun integratie kunnen bevorderen.
De vraag naar vrij verkeer voor erkende vluchtelingen binnen de EU is complex. Hoewel hun bescherming essentieel is, moeten lidstaten ook de socio-economische impact overwegen. Het huidige systeem beperkt echter hun integratiekansen. Een flexibeler beleid dat meer bewegingsvrijheid biedt zonder strikte economische eisen, zou zowel vluchtelingen als EU-lidstaten ten goede komen. Het is tijd voor de EU om het asielsysteem te herzien en erkende vluchtelingen meer kansen te geven.
BALLESTEROS, M., KELLY, G., MEURENS, N. en PEREGO, A., “Obstacles to the right of free movement and residence for EU citizens and their families: Comparative Analysis”, 2016, PE 571.375.
BAUWENS, M., "Mensenrechten en migratie", Ethiek 2022-23, Universiteit Antwerpen.
BOONS, J., GOLDSTRAW, H., GHIMIS, A.F. en DIETRICH, D., “EU Blue Card Scheme: The Impact of Inconsistent Implementation”, Fragomen 2024, www.fragomen.com/insights/eu-blue-card-scheme-the-impact-of-inconsisten….
BRUIN, R., KOK, S.G. en TERLAUW, A., Dublin: interstatelijk vertrouwen is een fictie, Justitiële verkenningen, 2015, afl. 41, nr. 3, 71-89.
CHOLEWINSKI, R., Overview of Social and Economic Rights of Refugees and Asylum Seekers in Europe: International Obligations – Education and Employment, Centre for European Law and Integration Faculty of Law, University of Leicester, United Kingdom, 2004, 24 p.
COSTELLO, C., FOSTER, M. en MCADAM, J., Oxford Handbook of International Refugee Law, Oxford: Oxford University Press, 2021, 1344p.
DE LANGE, T., MINDERHOUD, P. (eds.), The Students & Researchers Directive Central Themes, Problem Issues and Implementation in Selected Member States, Nijmegen, Wolf Productions 2020, 207 p.
DE LANGE, T., GROENENDIJK, K. “The EU’s legal migration acquis: Patching up the patchwork”, European Policy Centre, 2021, 1-32.
DELPERO, C., “EU governments settle on rules for how non-EU citizens could move around Europe”, Europe Street 2023, www.thelocal.com/20231125/eu-governments-agree-on-rules-for-how-non-eu-citizens-could-move-around-europe.
DE SOMER, M. and NEIDHARDT, A., “EU responses to Ukrainian arrivals – not (yet) a blueprint”, European Policy Centre 2022.
ELHAYAT, I., “UNHCR’S KEY CALLS TO THE EUROPEAN UNION: UNHCR Recommendations to the European Union, Resettlement Needs, Complementary Pathways, Key Priorities for 2024”, UNHCR 2023, https://www.unhcr.org/sites/default/files/2023-08/recommendations-to-the-eu-on-resettlement-complementary-pathways-for-2024.pdf.
European Commission, Press statement by President von der Leyen on the New Pact on Migration and Asylum, 2020, https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/nl/statement_20_1727.
European Commission, “Member States’ notifications of the temporary reintroduction of border control at internal borders”, 2022, https://home-affairs.ec.europa.eu/policies/schengenborders-and-visa/schengen-area/temporary-reintroduction-bordercontrol_en.
European Commission, Directorate-General for Education, Youth, Sport and Culture “Education and Training Monitor”, Publications Office 2018, 3-113.
European Council on Refugees and Exiles, "Protected across borders: mutual recognition of asylum decisions in the EU. ECRE's assessment of legal provisions and practice on mutual recognition, and its recommendations for reforms to create a status valid "throughout the Union", Policy note n°3, 2016, 1-4.
European Council on Refugees and Exiles, “Unravelling Travelling: Travel documents for beneficiaries of international protection”, Asylum Information Database, 2016, 1-12, AIDA-Brief-Travel-Documents.pdf (ecre.org).
European Council on Refugees and Exiles, “ECRE Information Note on the Directive 2011/95/EU of the European Parliament and of the Council of 13 December 2011 on standards for the qualification of third-country nationals or stateless persons as beneficiaries of international protection, for a uniform status for refugees or for persons eligible for subsidiary protection, and for the content of the protection granted (recast)”, 2016, https://ecre.org/wp-content/uploads/2016/07/ECRE-Information-Note-on-the-Qualification-Directive-recast_October-2013.pdf.
European Migration Network, “Secondary movements of beneficiaries of international protection. EMN Inform”, 2022, Brussel.
European Migration Network, “Ad-Hoc Query on the Practice of EU Member States being a Party to European Agreement on Transfer of Responsibility for Refugees”, 2012, Brussel.
European Migration Network, “Access to services for beneficiaries of temporary protection - EMN Inform”, 2022, Brussel.
European Union and Norway, Annual Report on Migration and Asylum 2022 Statistical Annex, Luxembourg, Publications Office of the European Union, 2023, 46p.
Eurostat statistics explained, Migrant integration statistics - active citizenship, 2023, https://ec.europa.eu/eurostat/statistics-explained/index.php?title=Migr….
GANTY, S., L'intégration des citoyens européens et des ressortissants de pays tiers en droit de l'Union européenne, Critique d'une intégration chosie, Brussel, Bruylant, 2021, 1048p.
GUILD, E., “Who Wants To Be an EU Citizen” in MANTU, S. and MINDERHOUD, P. (eds.), EU Citizenship and Free Movement Rights Taking Supranational Citizenship Seriously, Leiden, Bril Nijhoff 2020, vol. 47, 17-35.
HATHAWAY, J.C., "Refugees and Asylum." in Foundations of International Migration Law, OPESKIN, B., PERRUCHOUD, R. en REDPATH-CROSS, J., Cambridge: Cambridge University Press, 2012, 177-204.
HATHAWAY, J.C., “Special Feature: Eighth Colloquium on Challenges in International Refugee Law: Introduction”, Michigan Journal of International Law 2018, 39, 1-5.
HATHAWAY, J.C., "The Architecture of the UN Refugee Convention and Protocol" in COSTELLO, C., FOSTER, M. en MCADAM, J., Oxford Handbook of International Refugee Law,Oxford: Oxford University Press, 2021, 171-185.
HYLTEN-CAVALIUS, K., EU Citizenship at the Edges of Freedom of Movement, Oxford, Hart Publishing, 2020, 1e ed., 248p.
“Instroom van vluchtelingen uit Oekraïne”, Europese Raad/ Raad van de Europese Unie, www.consilium.europa.eu/nl/policies/eu-migration-policy/refugee-inflow-… (consultatie 6 februari 2024).
JESSE, M. The Civic Citizenship of Europe. The Legal Potential for Immigrant Integration in the EU, Belgium and the United Kingdom, Leiden, Brill Nijhoff, 2016, 408p.
KASSOTI, E. and IDRIZ, N. (eds.), The Principle of Solidarity: International and EU Law Perspectives, Global Europe: Legal and Policy Issues of the EU’s External Action, Den Haag, T.M.C. Asser Press 2023, 1e ed., 309p.
MANTU, S. and MINDERHOUD, P. (eds.) EU Citizenship and Free Movement Rights Taking Supranational Citizenship Seriously, Leiden, Bril Nijhoff 2020, vol. 47, 438p.
MASTROIANNI, L., “Chapter 10 Solidarity in EU Immigration and Asylum Law: A Corpus Linguistic Analysis” in KASSOTI, E., and IDRIZ, N. (eds.) The Principle of Solidarity: International and EU Law Perspectives, Global Europe: Legal and Policy Issues of the EU’s External Action, Den Haag, T.M.C. Asser Press 2023, 1e ed., 181-208.
MELIN, P. and VANKOVA, Z., “The Recast Proposals of the Single Permit and Long-Term Residence Directives. A Step forward for the Social Security Rights of Third-Country Nationals, in VERSCHUEREN, H., ARAGUINZ, A., BEDNAROWICZ, B., QUENÉ, M. en VANHEULE, D. (eds.), Pioneering social Europe: Liber amicorum, Brugge, die Keure, 2023, 287-296.
“Migratie- en asielpact”, Europese Raad/ Raad van de Europese Unie, 2024, www.consilium.europa.eu/nl/policies/eu-migration-policy/eu-migration-asylum-reform-pact/ (consultatie 6 februari 2024).
NEIDHARDT, A., “Beyond relocations and secondary movements: Enhancing intra-EU mobility for refugees”, Kiel, Kiel Institute for the World Economy 2023.
OPESKIN, B., PERRUCHOUD, R. en REDPATH-CROSS, J., Foundations of International Migration Law, Cambridge: Cambridge University Press, 2012, 467p.
Organisation for Economic Co-operation and Development, “What we know about the skills and early labour market outcomes of refugees from Ukraine”, 2023, www.oecd.org/ukraine-hub/policy-responses/what-we-know-about-the-skills-and-early-labour-market-outcomes-of-refugees-from-ukraine-c7e694aa/.
PAZ, M., “THE INCOMPLETE RIGHT TO FREEDOM OF MOVEMENT”, AJIL Unbound 2017, vol. 111, 514-518.
PEERS, S., EU Justice and Home Affairs Law, Volume I: EU Immigration and Asylum Law, Oxford, Oxford University Press, 2016, 4e ed., 656p.
PETR, M., “Establishment and Provision of Services of Third Country Nationals in the EU”, European Studies 2019, vol. 6, nr. 1, 193-204.
SHARPE, M. “The 1951 Refugee Convention's Contingent Rights Framework and Article 26 of the ICCPR: A Fundamental Incompatibility?”, Refuge: Canada’s Journal on Refugees 2014, vol. 30, nr. 2, 5-13.
SLOT, P.J. en STRAETMANS, G., “Harmonisatie van wetgeving in de EG”, TPR 2003, 691-839.
STOEBER, H., “Higher education for Third Country National and Refugee integration in Southern Europe: TandEM - Towards Empowered Migrant Youth in Southern Europe”, IOM 2019, https://eua.eu/resources/publications/848:higher-education-for-third-co….
UN Refugee Agency, Albert Einstein German Academic Refugee Initiative, “The Other One Per Cent - Refugee Students in Higher Education: DAFI annual report 2017”, UNHCR 2018, www.unhcr.org/us/media/other-one-percent-refugee-students-higher-education-dafi-annual-report-2017.
Ursula von der Leyen, “2022 State of the Union Address by President von der Leyen”, , 2022, https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/ov/SPEECH_22_5493.
VANHEULE, D., “A RIGHT OF MOBILITY FOR PERSONS GRANTED INTERNATIONAL PROTECTION IN THE EU?” in VERSCHUEREN, H., ARAGUINZ, A., BEDNAROWICZ, B., QUENÉ, M. en VANHEULE, D. (eds.), Pioneering social Europe: Liber amicorum, Brugge, die Keure, 2023, 305-313.
VANKOVA, Z., “Refugee Labour Mobility to the EU: A Tool Contributing to Fairer Sharing of Responsibilities in the Context of Forced Displacement”, Refugee Survey Quarterly 2024, afl. 43, 53-73.
VERSCHUEREN, H., “Employment and social security rights of third-country nationals under the EU labour migration directives”, European Journal of Social Security, vol. 20, afl. 2, 100-115.
VERSCHUEREN, H., “Free Movement of EU Citizens Including for the Poor?”, MJ 2015, afl. 1, 10- 34.
VERSCHUEREN, H., ARAGUINZ, A., BEDNAROWICZ, B., QUENÉ, M., and VANHEULE, D. (eds.), Pioneering social Europe: Liber amicorum, Brugge, die Keure, 2023, 410 p.
VONK, G., “Universal citizenship: an antidote to increasingly harsh social exclusions of wayfarer migrants?” in VERSCHUEREN, H., ARAGUINZ, A., BEDNAROWICZ, B., QUENÉ, M., and VANHEULE, D. (eds.), Pioneering social Europe: Liber amicorum, Brugge, die Keure, 2023, 19-24.
“Work permits”, Your Europe, https://europa.eu/youreurope/citizens/work/work-abroad/work-permits/ind… (consultatie 16 april 2023).
Verdrag van 4 november 1950 tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, BS 19 augustus 1955, err. BS 29 juni 1961.
Internationaal verdrag van 28 juli 1951 betreffende de status van vluchtelingen, BS 4 oktober 1953, 409.
Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele rechten van 16 december 1966, United Nations Treaty Series, vol. 993, 3.
Protocol betreffende de status van vluchtelingen van 31 januari 1967, New York, United Nations Treaty Series, vol. 660, 267.
Agreement of 12 June 1964 on the stay of refugees within the meaning of the 1951 Convention relating to the status of refugees.
European Agreement on Transfer of Responsibility for Refugees, 16 December 1980, European Treaty Series, n°107.
Handvest van 12 december 2007 van de grondrechten van de Europese Unie, Pb.C. 83, 30 maart 2010.
Geconsolideerde versie van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, Pb.C. 7 juni 2016, afl. 202, 47-390.
Overeenkomst ter uitvoering van het te Schengen gesloten akkoord van 14 juni 1985 tussen de regeringen van de staten van de Benelux Economische Unie, de Bondsrepubliek Duitsland en de Franse Republiek, betreffende de geleidelijke afschaffing van de controles aan de gemeenschappelijke grenzen, OJ L 239, 22 september 2000, 19–62.
Verord. Raad nr. (EG) 1030/2002, 13 juni 2002 betreffende de invoering van een uniform model voor verblijfstitels voor onderdanen van derde landen, Pb. L. 5 juni 2002, afl. 157, 1-7.
Verord. EP en Raad nr. (EU) 2016/399, 9 maart 2016 betreffende een Uniecode voor de overschrijding van de grenzen door personen (Schengengrenscode), Pb. L. 23 maart 2016, afl. 77, 1-52.
Verord. EP en Raad nr. (EU) 604/2013, 26 juni 2013 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een verzoek om internationale bescherming dat door een onderdaan van een derde land of een staatloze bij een van de lidstaten wordt ingediend, Pb.L. 29 juni 2013, afl. 180, 31-59.
Besluit nr. 565/2014/EU van EP en Raad 15 mei 2014 tot instelling van een vereenvoudigde regeling voor de controle van personen aan de buitengrenzen, gebaseerd op de eenzijdige erkenning door Bulgarije, Kroatië, Cyprus en Roemenië van bepaalde documenten als gelijkwaardig met hun nationale visa voor de doorreis over hun grondgebied of een voorgenomen verblijf op hun grondgebied van ten hoogste 90 dagen binnen een periode van 180 dagen en tot intrekking van de Beschikkingen nr. 895/2006/EG en nr. 582/2008/EG, Pb. L.27 mei 2015, afl. 157, 23-30.
Verord. EP en Raad nr. (EU) 2018/1806, 14 november 2018 tot vaststelling van de lijst van derde landen waarvan de onderdanen bij overschrijding van de buitengrenzen in het bezit moeten zijn van een visum en de lijst van derde landen waarvan de onderdanen van die plicht zijn vrijgesteld, Pb. L. 28 november 2018, 39-58.
Uitvoeringsbesluit (EU) 2022/382 van de Raad van 4 maart 2022 tot vaststelling van het bestaan van een massale toestroom van ontheemden uit Oekraïne in de zin van artikel 5 van Richtlijn 2001/55/EG, en tot invoering van tijdelijke bescherming naar aanleiding daarvan, Pb. L .71, 4 maart 2022.
Richtl. Raad nr. (EG) 2001/55, 20 juli 2001 betreffende minimumnormen voor het verlenen van tijdelijke bescherming in geval van massale toestroom van ontheemden en maatregelen ter bevordering van een evenwicht tussen de inspanning van de lidstaten voor de opvang en het dragen van de consequenties van de opvang van deze personen, Pb. L. 212, 7 augustus 2001.
Richtl. Raad, nr. (EG) 2003/86, 22 september 2003 inzake het recht op gezinshereniging, Pb.L. 3 oktober 2003, afl. 251, 12-18.
Richtl. Raad nr. (EG) 2003/109, 25 november 2003 betreffende de status van langdurig ingezeten onderdanen van derde landen, Pb. L. 23 januari 2004, afl. 16, 44-53.
Richtl. EP en Raad nr. (EG) 2004/38, 29 april 2004 betreffende het recht van vrij verkeer en verblijf op het grondgebied van de lidstaten voor de burgers van de Unie en hun familieleden, tot wijziging van Verord. (EEG) nr. 1612/68 en tot intrekking van de Richtl. 64/221/EEG, 68/360/EEG, 72/194/EEG, 73/148/EEG, 75/34/EEG, 75/35/EEG, 90/364/EEG, 90/365/EEG en 93/96/EEG, Pb. L. 29 juni 2004, afl. 229, 35-48.
Richtl. EP en Raad nr. (EG) 2008/115/EG, 16 december 2008 over gemeenschappelijke normen en procedures in de lidstaten voor de terugkeer van onderdanen van derde landen die illegaal op hun grondgebied verblijven, Pb. L. 24 december 2008, afl. 348, 98-107.
Richtl. EP en Raad nr. (EU) 2011/51, 11 mei 2011 tot wijziging van Richtlijn 2003/109/EG van de Raad teneinde haar werkingssfeer uit te breiden tot personen die internationale bescherming genieten, Pb. L. 19 mei 2011, afl. 132, 1-4.
Richtl. EP en Raad nr. (EU) 2011/95, 13 december 2011 inzake normen voor de erkenning van onderdanen van derde landen of staatlozen als personen die internationale bescherming genieten, voor een uniforme status voor vluchtelingen of voor personen die in aanmerking komen voor subsidiaire bescherming, en voor de inhoud van de verleende bescherming, Pb. L. 20 december 2011, afl. 337, 9-26.
Richtl. EP en Raad nr. (EU) 2011/98/EU, 13 december 2011 betreffende één enkele aanvraagprocedure voor een gecombineerde vergunning voor onderdanen van derde landen om te verblijven en te werken op het grondgebied van een lidstaat, alsmede inzake een gemeenschappelijk pakket rechten voor werknemers uit derde landen die legaal in een lidstaat verblijven, Pb. L. 23 december 2011, afl. 343 1-9.
Richtl. EP en Raad nr. (EU) 2013/32, 26 juni 2013 betreffende gemeenschappelijke procedures voor de toekenning en intrekking van de internationale bescherming; Pb. L. 29 juni 2014, afl. 180, 60-95.
Richtl. EP en Raad nr. (EU) 2014/36/EU, 26 februari 2014 betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van onderdanen van derde landen met het oog op tewerkstelling als seizoenarbeider, Pb. L. 28 maart 2014, afl. 94, 375–390.
Richtl. EP en Raad nr. (EU) 2014/66, 15 mei 2014 betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van onderdanen van derde landen in het kader van een overplaatsing binnen een onderneming, Pb. L. 157 27 mei 2014, afl. 157, 1–22
Richtl. EP en Raad, nr. (EU) 2016/801, 11 mei 2016 betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van derdelanders met het oog op onderzoek, studie, stages, vrijwilligerswerk, scholierenuitwisseling, educatieve projecten of au-pairactiviteiten (herschikking), Pb. L. 21 mei 2016, afl. 132, 21-57.
Richtl. EP en Raad nr. (EU) 2021/1883, 20 oktober 2021 betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van onderdanen van derde landen met het oog op een hooggekwalificeerde baan, en tot intrekking van Richtl. 2009/50/EG van de Raad, Pb. L. 28 oktober 2021, afl. 382, 1-38.
KB 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, BS 27 oktober 1981, 13740.
Council of Europe, Explanatory Report to the European Agreement on Transfer of Responsibility for Refugees, 16 December 1980, European Treaty Series, n°107, https://rm.coe.int/16800c96f1.
Voorstel (Comm.) voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad inzake normen voor de erkenning van onderdanen van derde landen of staatlozen als personen die internationale bescherming genieten, voor een uniforme status voor vluchtelingen of voor personen die in aanmerking komen voor subsidiaire bescherming, en voor de inhoud van de verleende bescherming, alsook tot wijziging van Richtlijn 2003/109/EG van de Raad van 25 november 2003 betreffende de status van langdurig ingezeten onderdanen van derde landen, 21 oktober 2009, COM(2009) 551 final.
Voorstel (Comm.) voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad betreffende de voorwaarden voor toegang en verblijf van onderdanen van derde landen met het oog op onderzoek, studie, scholierenuitwisseling, bezoldigde en onbezoldigde stages, vrijwilligerswerk of au-pairactiviteiten, 25 maart 2013, COM (2013)151 final-2013/0081 (COD).
Evaluation (Comm.) of the application of the recast Qualification Directive (2011/95/EU) Final report”, Luxembourg: Publications Office of the European Union, 2019, https://op.europa.eu/s/zHXB.
Verslag (EP) over de tenuitvoerlegging van de Dublin III-verordening (2019/2206(INI)), Commissie burgerlijke vrijheden, justitie en binnenlandse zaken, 2 december 2020, A9-0245/2020.
Voorstel (Comm.) voor een uitvoeringsbesluit van de Raad tot vaststelling van het bestaan van een massale toestroom van ontheemden uit Oekraïne in de zin van artikel 5 van Richtlijn 2001/55/EG van de Raad van 20 juli 2001, en tot invoering van tijdelijke bescherming naar aanleiding daarvan, 2 maart 2022, COM/2022/91 final.
Proposal (EP and Council) for a Regulation on asylum and migration management and amending Regulation nr. (EU) 2021/1147 and Regulation nr. (EU) 2021/1060, 9 februari 2024, 2020/0279(COD) 6365/24.
Proposal for a Regulation of the European Parliament and of the Council on standards for the qualification of third-country nationals or stateless persons as beneficiaries of international protection, for a uniform status for refugees or for persons eligible for subsidiary protection and for the content of the protection granted and amending Council Directive 2003/109/EC of 25 November 2003 concerning the status of third-country nationals who are long-term resident, 9 februari 2024, COM(2016) 466 FINAL 6367/24.
Council of Europe, Chart of signatures and ratifications of Treaty 107, (consultatie op 15/02/2024), https://coe.int/en/web/conventions/full-list?module=signatures-by-treaty&treatynum=107/.
HvJ 3 juli 1974, nr. C-9/74, ECLI:EU:C:1974:74.
HvJ 17 juni 1981, nr. C-113/80, ECLI:EU:C:1981.
HvJ 4 november 1982, nr. C-249/81, ECLI:EU:C:1982:402.
HvJ 5 februari 1991, nr. C-363/89, ECLI:EU:C:1991:41.
HvJ 8 juni 1999, nr. C-337/97, ECLI:EU:C:1999:284.
EHRM, 7 maart 2000, nr. 43844/98 T.I. v. United Kingdom.
HvJ 20 september 2001, nr.C-184/99, ECLI:EU:C:2001:458.
EHRM 4 december 2003, nr. 39272/98, M.C. v. Bulgarije.
HvJ 7 september 2004, nr. C-456/02, ECLI:EU:C:2004:488.
HvJ 5 oktober 2004, nr. C-442/02, ECLI:EU:C:2004:586.
HvJ 18 november 2008, nr. C-158/07, ECLI:EU:C:2008:630.
HvJ 6 oktober 2009, nr. C-123/08, ECLI:EU:C:2009:616.
HvJ 17 november 2011, nr. C-430/10, ECLI:EU:C:2011:749.
HvJ 21 december 2011, nrs. C‑411/10 en C‑493/10, ECLI:EU:C:2011:865.
HvJ 24 april 2012, nr. C-571/10, ECLI:EU:C:2012:233.
HvJ 4 oktober 2012, nr. C-249/11, ECLI:EU:C:2012:608.
HvJ 19 september 2013, nr. C-140/12, ECLI:EU:C:2013:565.
HvJ 19 juni 2014, nr. C-507/12, ECLI:EU:C:2014:2007.
HvJ 11 november 2014, nr. C-333/13, ECLI:EU:C:2014:2358.
HvJ 18 december 2014, Advies 2/13, ECLI:EU:C:2014:2454, §168.
HvJ 4 juni 2015, nr. C-579/13, ECLI:EU:C:2015:369
HvJ 15 september 2015, nr.C-67/14, ECLI:EU:C:2015:597.
HvJ 25 februari 2016, nr. C-299/14, ECLI:EU:C:2016:114.
HvJ 1 maart 2016, nrs. C-443/14 en C-444/14, ECLI:EU:C:2018:713.
HvJ 15 december 2016, nr. C-401/15, ECLI:EU:C:2016:955.
HvJ 10 mei 2017, nr. C-133/15, ECLI:EU:C:2017:354.
HvJ 14 november 2017, nr. C-165/16, ECLI:EU:C:2017:862.
HvJ 20 december 2017, nr. C-442/16, ECLI:EU:C:2017:1004.
HvJ 7 april 2018, nr. C-316/16 en C-424/16, ECLI:EU:C:2018:256.
HvJ 27 juni 2018, nr. C-246/17, ECLI:EU:C:2018:499.
HvJ 21 november 2018, nr. C-713/17, ECLI:EU:C:2018:929.
HvJ 12 maart 2019, C-221/17, ECLI:EU:C:2019:189.
HvJ (Grote k.) 19 maart 2019, nr. C-297/17, ECLI:EU:C:2019:219.
HvJ 19 september 2019, nr. C-544/18, ECLI:EU:C:2019:761.
HvJ 13 november 2019, nrs. C-540/17 en C-541/17, ECLI:EU:C:2019:964.
HvJ 26 april 2022, nrs. C‑368/20 en C‑369/20, ECLI:EU:C:2022:298.
HvJ (Besch.) 30 november 2022, nr. C-153/21, ECLI:EU:C:2022:957.
Bundesverwaltungsgericht 17 juni 2014, 10 C 7.13, ECLI:DE:BVerwG:2014:170614U10C7.13.0.
Conseil d’état (FR) 18 juni 2018, 2de – 7de verenigde kamers, nr. 415335.
High Court of Ireland 17 februari 2020, HZ (Iran) v. the International Protection Appeals Tribunal and the Minister for Justice and Equality, nr. 673 J.R, 146.
Oberverwaltungsgericht Northrhine-Westphalia, 21 januari 2021, 11 A 2982/20.A en 11 A 1564/20.A.
Oberverwaltungsgericht Nordhrein-Westfalen (OVG NRW) 21 juli 2021, 11 A 2982/20.A.
Verwaltungsgericht, 7 september 2021, 1 C 3.21.
RvS (NL) 28 juli 2021, 202006295/1/V3, ECLI:NL:RVS:2021:1627 en 202005934/1V3 (ECLI:NL:RVS:2021:1626).
Verwaltungsgerichtshof 8 november 2021, A 4 S 2850/21.
Oberverwaltungsgericht Bremen,16 november 2021, 1 LB 371/21.
Oberverwaltungsgericht Berlin-Brandenburg 23 november 2021, 3 B 53.19, 3 B 54.19 en 3 B 55.19.
Raad voor Vreemdelingenbetwistingen 14 januari 2022, nr. 266.695.
Oberverwaltungsgericht Mecklenburg-Vorpommern 19 januari 2022, 4 LB 68/17.
Verwaltungsgerichtshof Baden-Wuerttemberg, 27 januari 2022, A 4 S 2443/21.
Verwaltungsgericht Osnabrück, 14 februari 2022, 5 A 512/20.
Oberverwaltungsgericht Saarland 15 februari 2022, 2 A 46/21.A.
Verwaltungsgericht Stuttgart, 18 februari 2022, A 7 3174/21.
Verwaltungsgericht Minden, 2 maart 2022, 1 K 194/21.A.
Oberverwaltungsgericht Sachsen 14 maart 2022, 4 A 341/20.A.
Oberverwaltungsgericht Sachsen 15 maart 2022, 4 A 506/19.A.
Bundesverwaltungsgericht 7 september 2022, 1 C 26.21, ECLI:DE:BVerwG:2022:070922B1C26.21.0
Bundesverwaltungsgericht 7 september 2022, 1 C 28.21, ECLI:DE:BVerwG:2022:070922B1C28.21.0.