Dagelijks komen mensen in aanraking met ontelbaar veel adviezen over voeding en de invloed hiervan op hun gezondheid. We worden ermee overstelpt via diverse kanalen zoals kranten, websites, nieuwsberichten, sociale media, experten en zelfverklaarde experten. Iedereen heeft wel een mening over voeding en gezondheid, want iedereen is ervaringsdeskundige van zijn eigen voedingspatroon. De kans is dus groot dat je soms de bomen niet meer door het bos ziet in deze wildgroei aan informatie en adviezen. Om het mensen makkelijker te maken een gezond voedingspatroon na te streven, brengen heel wat organisaties al jaren visueel materiaal uit. Denk maar aan de alomtegenwoordige Voedingsdriehoek. Maar hoe zagen deze voorlichtingsmodellen er voor de Voedingsdriehoek nu eigenlijk uit?
We go way back
De geschiedenis van de Vlaamse voedingsvoorlichting laat zien dat onze relatie met voeding steeds in beweging is. Van simpele adviezen om deficiëntieziekten te bestrijden tot complexe modellen die gezondheid, duurzaamheid en maatschappelijke trends combineren. Voedingsadviezen moeten blijven evolueren. Het verhaal van de Voedingsdriehoek bewijst dat voeding niet alleen over gezondheid gaat, maar ook over politiek, industrie en duurzaamheid.
We worden overstelpt met voedingsadviezen. Je moet bijvoorbeeld als sporter voldoende eiwitten eten. Van koolhydraten zijn we meestal bang. Mag ik nog noten eten? Want daar zit toch veel vet in? De aanbevelingen van nu richten zich voornamelijk op voedingsmiddelen zoals groenten, rood vlees of peulvruchten in plaats van op voedingstoffen als vitaminen, eiwitten of koolhydraten. Dit heeft te maken met de evolutie van de voedingswetenschap.
We worden overstelpt met voedingsadviezen. Je moet bijvoorbeeld als sporter voldoende eiwitten eten. Van koolhydraten zijn we meestal bang. Mag ik nog noten eten, want daar zit toch veel vet in? De aanbevelingen van nu richten zich voornamelijk op voedingsmiddelen zoals groenten, rood vlees of peulvruchten in plaats van op voedingstoffen als vitaminen, eiwitten of koolhydraten. Dit heeft te maken met de evolutie van de voedingswetenschap.
Vrouwen achter het fornuis
Voedingsonderzoek staat als wetenschap nog maar in zijn kinderschoenen. Men spreekt pas van echt voedingsonderzoek sinds de tweede helft van de 19e eeuw en het begin van de 20e eeuw, na enkele experimenten in de 18e eeuw rond aandoeningen zoals scheurbuik. Met het ontstaan van onderzoek naar voeding ontstaan ook de eerste adviezen voor een optimaal eetpatroon. Deze adviezen zijn echter nog niet de mooie kleurrijke figuren zoals we ze vandaag de dag kennen. Het zijn dan vooral kleine boekjes die als doel hebben om tekorten aan vitaminen en andere stoffen te vermijden.
Hierbij speelt ook de opkomst van de huishoudscholen een belangrijke rol, waar meisjes werden opgeleid tot de ideale huisvrouw. Je kan het al raden, het was de taak van de huisvrouw om het gezin te voorzien van een gezonde maaltijd met aandacht voor soberheid. Want in die tijd wisten ze al dat een overdaad aan voeding negatieve gevolgen kon hebben.
Ook tijdens de wereldoorlogen werden ontelbare voedingsadviezen verspreid, maar nu met de focus op voedselschaarste. Voor het eerst dook een visueel voorlichtingsmodel op. Dit eerste model werd uitgegeven in de Verenigde Staten om mensen te helpen er een gezond voedingspatroon op na te houden in tijden van schaarste en rantsoenering. Nederland liet zich inspireren door de VS en ontwierp de Schijf van Vijf. Ook in België was dit model bekend, aangezien de Belgische overheid in die tijd zelf geen eigen model of duidelijke voedingsrichtlijnen uitbracht.
In Vlaanderen wilden verschillende instanties de bevolking helpen een gezond voedingspatroon na te streven, bijvoorbeeld onder de vorm van kookboekjes. Verschillende instanties met elk een eigen visie, wat maakte dat vaak tegenstrijdige informatie werd verspreid.
Het is gebeurd
België creëerde voor het eerst een echt model in 1967 in de vorm van een Klavertje Vier. Elk blaadje vertegenwoordigde een basisgroep met voedingsmiddelen die rijk zijn aan bepaalde essentiële voedingsstoffen die we dagelijks nodig hebben. Zo benadrukte de groep eiwitproducten met vlees, vis, eieren en peulvruchten dat ze rijk zijn aan eiwitten, B-vitamines en ijzer. Een gezond voedingspatroon moest daarom bestaan uit voedingsmiddelen uit elke groep. Dit is een voorbeeld van de reductionistische benadering van voeding, een concept dat ook vandaag nog vaak wordt toegepast.
In de daaropvolgende jaren veranderde de wereld in snel tempo en daarmee ook het voedingspatroon. Vrouwen gingen steeds vaker buitenshuis werken, door globalisering kwamen we meer in aanraking met exotische voedingswaren en de voedingsindustrie groeide fors. Na periodes van voedselschaarste brak een tijdperk van overvloed aan.
Het belangrijkste gevolg hiervan was de opkomst van welvaartsziekten zoals obesitas, diabetes type 2 en hart- en vaatziekten. Het Klavertje Vier bleek al snel te simplistisch en voldeed niet meer aan de behoeften. Er was nood aan een model dat beter kon helpen bij het voorkomen van deze ziektes.
In 1997 introduceerde Vlaanderen de allereerste Voedingsdriehoek. De driehoek toonde hoe een gevarieerd eetpatroon eruit zou moeten zien, waarbij elke laag de hoeveelheid aangaf waarin voedingsmiddelen geconsumeerd moesten worden. De Voedingsdriehoek hield jarenlang stand, maar verscheen in verschillende vormen door toevoegingen of wijzigingen in de lay-out. In 2004 werd de Actieve Voedingsdriehoek geïntroduceerd door de toevoeging van een beweeglaag, die fysieke activiteit promootte als onderdeel van een gezonde levensstijl. België was hierin vernieuwend, want nooit eerder maakte beweging deel uit van een voedingsmodel.
Een grote verandering kwam er in 2017 met het uitbrengen van een volledig nieuwe driehoek. Opeens stond de driehoek ondersteboven en kwam er meer aandacht voor duurzaamheid en plantaardige voeding. Deze nieuwe aanpak veroorzaakte echter controverse, vooral vanuit de vleesindustrie, die ontevreden reageerde op de lagere positie van vlees in de driehoek.
Modellen over voeding ondergingen de afgelopen eeuw duidelijke veranderingen. Sinds het ontstaan van voedingsonderzoek is voedingsvoorlichting geëvolueerd van eenvoudige brochures en boekjes, om deficiëntieziektes te voorkomen, tot kleurrijke modellen om welvaartziektes te vermijden. Waar eerst de focus lag op aparte voedingsstoffen, kijken we nu meer holistisch naar hele voedingsmiddelen en de totale levensstijl. Ook is er vandaag de dag meer aandacht voor andere factoren zoals vegetarisme en duurzaamheid. Na jaren van tegenstrijdige informatie vanuit verschillende hoeken, biedt de overheid nu duidelijke richtlijnen in de vorm van een visueel eenvoudig model. Dit model is bedoeld als anker in de stroom aan informatie over voeding.