
Van Wesemael Luca
(designed by Freepik)
Een extra glas water. Een snuifje zout meer. Voor de meeste mensen lijkt dat onschuldig, maar voor patiënten met hartfalen kan dat het verschil betekenen tussen een nieuwe opname of een rustig leven thuis. Tijdens mijn stage cardiologie in UZ Leuven ontdekte ik dat de regels rond vocht en zout niet het grootste probleem zijn. Het zijn de misverstanden, tegenstrijdige adviezen en onduidelijke uitleg die patiënten in de war brengen. Dit probleem vroeg om een antwoord, en dat werd de kern van mijn bachelorproef.
Wat is hartfalen?
Hartfalen betekent niet dat het hart plots stopt met kloppen, maar wel dat de hartspier verzwakt is en minder krachtig bloed kan pompen doorheen het lichaam. Daardoor krijgen organen en spieren minder zuurstof en stapelt vocht zich op in de longen, benen of buik. Patiënten merken dit vaak aan kortademigheid, gezwollen enkels of vermoeidheid bij de kleinste inspanning zoals de trap oplopen. Dit zorgt ervoor dat het lichaam uit balans wordt gebracht. Een correcte vocht- en zoutinname speelt hierbij een belangrijke rol aangezien te veel drinken of zout eten het hart extra belast en klachten verergert.
“Mag ik nu anderhalve of twee liter drinken?”
Tijdens mijn stages op de afdeling cardiologie in het UZ Leuven hoorde ik steeds dezelfde vragen terugkomen. “Patiënten met hartfalen waren vaak in de war. Het ene ziekenhuis zei dit, het andere dat. Soms gaven zelfs verschillende afdelingen binnen hetzelfde ziekenhuis tegenstrijdige educatie. Dat zorgde voor onzekerheid en verlies van vertrouwen bij patiënten.”
Die onduidelijkheid is niet zonder risico. Te weinig vochtopname kan leiden tot uitdroging en nierproblemen, terwijl te veel zout of vocht het hart extra belast. Bovendien verhoogt het de kans op heropnames in het ziekenhuis, terwijl onderzoek net aantoont dat goede educatie door verpleegkundigen het aantal heropnames met een kwart kan verminderen. (Tian et al., 2024)
(designed by Freepik)
Een groot maatschappelijk probleem
In België leven naar schatting meer dan 230.000 mensen met hartfalen. Het is één van de belangrijkste oorzaken van ziekenhuisopnames bij 65-plussers. Elke opname kost de gezondheidszorg veel geld, maar vooral: de levenskwaliteit van patiënten gaat telkens een stukje verloren. Angst, onzekerheid en verlies van zelfstandigheid zijn vaak het gevolg.
Ik vond het opvallend dat er geen uniforme richtlijnen bestaan voor verpleegkundigen om patiënten te educeren over hun hartfalen. Zorgverleners geven vaak verschillende boodschappen, omdat ze zelf niet altijd de laatste updates kennen. Dat zorgt niet alleen voor verwarring bij patiënten, maar ook voor frustratie bij ons, verpleegkundigen, die consequent willen informeren.
Van observatie naar onderzoek
Die vaststellingen brachten me op het idee voor het onderwerp van mijn bachelorproef. Met de vraag: “Wat zijn de meest effectieve educatiestrategieën voor verpleegkundigen om het vocht- en natriumbeleid aan patiënten met hartfalen uit te leggen?” ging ik op zoek naar een antwoord dat verpleegkundigen de weg wijst naar duidelijke richtlijnen en consistente educatie.
Ik startte met een systematische literatuurstudie van meer dan 5.000 wetenschappelijke artikels, waarvan ik zes kwalitatief sterke studies selecteerde. Daarnaast sprak ik met hartfalenverpleegkundigen, diëtisten en artsen in het Imeldaziekenhuis Bonheiden en UZ Leuven. Hun inzichten hielpen mij de kloof bloot te leggen tussen theorie en praktijk.
"Ik zag verwarring bij patiënten en frustratie bij collega’s. Dat wilde ik aanpakken."
Wat werkt volgens de wetenschap én de praktijk?
Uit mijn onderzoek kwamen drie methoden naar voren die opvallend effectief zijn. Deze methoden werden onderzocht door Zakerimoghadam et al. (2024), Mohammadi et al. (2021) en Kroustalli et al. (2021) en geven met duidelijke resultaten aan dat de juiste educatie het verschil maakt.
De teach-back methode
Patiënten krijgen informatie omtrent hun hartfalen van een zorgverlener. Daarna moeten ze deze informatie herhalen in hun eigen woorden. Zo weet je meteen of de boodschap is overgekomen. Studies tonen aan dat dit leidt tot een vermindering van symptomen met 20-30%.
Multimedia-educatie
Korte animatiefilmpjes, interactieve quizzen of schema’s maken droge adviezen tastbaar. Door deze educatie daalden angstgevoelens met bijna 30% en steeg de levenskwaliteit met bijna 20%.
De constructivistische methode
Patiënten komen samen in groep. Daar bouwen ze stap voor stap, onder begeleiding, nieuwe kennis op vanuit wat ze al weten. Ze gaan in gesprek met zowel elkaar als de zorgverleners. Het vraagt meer tijd, maar deze aanpak leidde tot maar liefst 64% minder heropnames.
Een blik op de toekomst
Digitale hulpmiddelen, van educatieve apps tot AI-modellen zoals ChatGPT, tonen potentieel om patiënten in de toekomst te ondersteunen in hun zelfzorg. Momenteel zijn er nog enkele valkuilen. Ouderen haken af door technische drempels. Niet elke patiënt heeft toegang tot digitale middelen of de vaardigheid hiermee te werken. Ook zijn er ethische vragen rond betrouwbaarheid en privacy.
Ik geloof dat technologie waardevol kan zijn, maar enkel in combinatie met menselijke begeleiding. De kern blijft dat zorg persoonlijk en afgestemd moet zijn op de patiënt.
Het belang van kwaliteitscriteria
Correcte educatie heeft niet alleen effect op therapietrouw, maar op alle dimensies van zorgkwaliteit:
Afgestemde educatie versterkt dus niet alleen de therapietrouw, maar verbetert de kwaliteit van zorg.
Waarom dit onderzoek ertoe doet
Door educatie te verbeteren, kunnen we veel leed voorkomen. Goede uitleg verlaagt niet alleen het aantal heropnames, maar maakt het dagelijks leven draaglijker: minder klachten, meer energie en meer tevredenheid.
"Elke opname kost de gezondheidszorg veel geld, maar vooral: ze kost patiënten telkens een stukje levenskwaliteit."
De kracht van eenvoudige woorden
De boodschap van mijn onderzoek is duidelijk: duidelijke, interactieve en patiëntgerichte educatie kan het verschil maken tussen achteruitgang en vooruitgang bij patiënten met hartfalen. Het vraagt tijd en aandacht, maar die investering betaalt zich dubbel en dik terug.
Of zoals ik het zelf graag samenvat: “Soms is de beste zorg geen extra medicatie, maar gewoon de juiste uitleg, op de juiste manier gegeven.”
(designed by Freepik)
Baldewijns, K., Brunner-La Rocca, H. P., de Maesschalck, L., Devillé, A., & Boyne, J. (2019). Unravelling heart failure nurses' education: Content comparison of heart failure nurses' education in three European Society of Cardiology states and the Heart Failure Association heart failure curriculum. European Journal of Cardiovascular Nursing, 18(8), 711–719. https://doi.org/10.1177/1474515119863179
De Boer, D., Delnoij, D., & Rademakers, J. (2013). The importance of patient-centered care for various patient groups. Patient Education and Counseling, 90(3), 405–410. https://doi.org/10.1016/j.pec.2011.10.002
Garcia, M., Alonso, J., & Prieto, L. (2008). Validation of the Minnesota Living with Heart Failure Questionnaire in ambulatory patients with heart failure. Revista Española de Cardiología (English Edition), 61(6), 611–618. https://doi.org/10.1016/S1885-5857(08)60123-1
Huang, Y., & Palesh, O. (2023). Video-based educational interventions for patients with chronic illnesses: Systematic review. Journal of Medical Internet Research, 25, e41092. https://doi.org/10.2196/41092
Imeldaziekenhuis. (z.d.). Leven met hartfalen [Brochure]. https://www.imelda.be/sites/default/files/2024-04/Leven%20met%20hartfalen.pdf
Kato, N. P., Nagatomo, Y., Kawai, F., Kitai, T., & Mizuno, A. (2024). Fluid restriction for patients with heart failure: Current evidence and future perspectives. Journal of Personalized Medicine, 14(7), 741. https://doi.org/10.3390/jpm14070741
King, R. C., Samaan, J. S., Yeo, Y. H., Mody, B., Lombardo, D. M., & Ghashghaei, R. (2024). Appropriateness of ChatGPT in answering heart failure related questions. Heart, Lung and Circulation, 33(4), 429–435. https://doi.org/10.1016/j.hlc.2024.03.005
Kroustalli, E., Papadopoulos, H. C., Vasileiadis, I., Kalokairinou, A., Kiokas, S., Karatzanos, E., & Nanas, S. (2021). A constructivist approach to teaching patients with heart failure: Results from an intervention study. European Journal of Cardiovascular Nursing, 20(1), 71–79. https://doi.org/10.1093/eurjcn/zvaa003
Li, Y., Fu, B., & Qian, X. (2015). Liberal versus restricted fluid administration in heart failure patients: A systematic review and meta-analysis of randomized trials. International Heart Journal, 56(3), 277–282. https://doi.org/10.1536/ihj.14-288
MediQuality. (2024). Hartfalen: therapeutische educatie verlaagt het aantal nieuwe ziekenhuisopnames. https://www.mediquality.net/be-nl/medical/article/25826250/hartfalen-therapeutische-educatie-verlaagt-het-aantal-nieuwe-ziekenhuisopnames
Mohammadi, F., Sadeghi Jahromi, M., Bijani, M., Karimi, S., & Dehghan, A. (2021). Investigating the effect of multimedia education in combination with teach-back method on quality of life and cardiac anxiety in patients with heart failure: A randomized clinical trial. BMC Cardiovascular Disorders, 21, 439. https://doi.org/10.1186/s12872-021-02357-z
Mullens, W., Damman, K., Dhont, S., Banerjee, D., Bayes-Genis, A., Cannata, A., ... & Filippatos, G. (2024). Dietary sodium and fluid intake in heart failure: A clinical consensus statement of the Heart Failure Association of the ESC. European Journal of Heart Failure, 26(1), 3–20. https://doi.org/10.1002/ejhf.3244
Tian, C., Zhang, J., Rong, J., Ma, W., & Yang, H. (2024). Impact of nurse-led education on the prognosis of heart failure patients: A systematic review and meta-analysis. International Nursing Review, 71(1), 23–32. https://doi.org/10.1111/inr.12852
Universitair Ziekenhuis Leuven. (2023). Hartfalen: Leven met een ziek hart [Brochure]. https://www.uzleuven.be/nl/brochure/hartfalen-leven-met-een-ziek-hart
Garcia, M., Alonso, J., & Prieto, L. (2008). Validation of the Minnesota Living with Heart Failure Questionnaire in ambulatory patients with heart failure. Revista Española de Cardiología (English Edition), 61(6), 611-618. https://doi.org/10.1016/S1885-5857(08)60123-1
Zakerimoghadam, M., Ghazanfari, Z., & Mohammadi, E. (2024). Effects of education based on teach-back methods on self-care and quality of life of the patients with heart failure: A systematic review. BMC Cardiovascular Disorders, 24, 126. https://doi.org/10.1186/s12872-024-04264-5
Zisis, G., Carrington, M. J., Oldenburg, B., Whitmore, K., Lay, M., Huynh, Q., ... & Marwick, T. H. (2021). An m-Health intervention to improve education, self-management, and outcomes in patients admitted for acute decompensated heart failure: Barriers to effective implementation. European Heart Journal – Digital Health, 2(3), 477–488. https://doi.org/10.1093/ehjdh/ztab085
Zorginstituut Nederland. (2022). Sociaal-economische gezondheidsverschillen in relatie tot producten en adviezen van het Zorginstituut. https://www.zorginstituutnederland.nl/publicaties/rapport/2022/05/31/sociaal-economische-gezondheidsverschillen