Jongeren groeien op met internet en sociale media maar leren zij ook kritisch omgaan met online politieke informatie? Een aandachtspunt voor het Vlaamse onderwijs.

Stefanie
Tuerlinckx

Ervan uitgaand dat een goede burger een goed geïnformeerde burger is die juiste van verkeerde informatie kan onderscheiden, moet iedereen fake news kunnen herkennen. Zijn jongeren, de burgers en kiezers van vandaag en vooral van morgen, ook bereid én voorbereid om met zo’n risico’s om te gaan? En hoe kan het onderwijs hen hierin begeleiden?

Robin Worrall via Unsplash

Stond u al eens stil bij de hoeveelheid politieke informatie die jongeren zien tijdens al die uren scrollen door sociale media? Staan ze er überhaupt zelf bij stil of laat het hen volledig koud, zelfs in de aanloop naar de verkiezingen? En klopt die informatie?

De belangrijke relatie tussen sociale media, onderwijs en democratie

Het is in het belang van onze democratie dat wij, jongere en oudere burgers, weerbaar zijn tegen de risico’s van sociale media. De term fake news kent u vast wel maar ook filterbubbels zijn alomtegenwoordig. Mensen selecteren de informatie die ze wel en niet willen zien en zijn bijgevolg minder geïnformeerd. Wil u uw keuze in het stemhokje baseren op correcte informatie, dan bent u hier dus best tegen bestand.

Verantwoordelijk omgaan met sociale media is iets wat jongeren kunnen leren op school. Dit past binnen het kader van burgerschap, kritisch denken en mediawijsheid, drie zogenaamde sleutelcompetenties oftewel essentiële vaardigheden die we terugvinden in de hervormingsplannen van het Vlaamse onderwijs. Eind mei 2019 moest echter een lichting van intussen afgestudeerde zesdejaars voor het eerst hun stem uitbrengen tijdens de federale, regionale en Europese verkiezingen. Waren zij hierop voorbereid? Laten zij zich voor hun keuze niet misleiden door mogelijk foute informatie op sociale media? In welke mate hebben Vlaamse jongeren aan het einde van hun middelbare schoolcarrière geleerd om kritisch om te gaan met sociale media?  

"Het zal dan wel kloppen."

Het onderzoek wilde nagaan of aso-leerlingen in grotere mate kritisch hebben leren omgaan met sociale media dan bso-leerlingen. Ook belangrijk hierbij was de vraag of jongeren wel gemotiveerd zijn om dit te leren en wat hen daartoe zou aanzetten. Daarom werd tijdens de zes focusgroepen bij 17- tot 19-jarigen uit het zesde jaar secundair katholiek onderwijs ook gevraagd naar de politieke interesse, het politiek vertrouwen en de politieke participatie. Hieruit is de voornaamste conclusie dat de mate van interesse, vertrouwen en participatie afhangen van individu tot individu. De ouders, de studierichting enzovoort hebben hier waarschijnlijk meer invloed op dan de onderverdeling aso/bso.

Een tweede vaststelling is dat bso-leerlingen niet noodzakelijk meer vertrouwen hebben in sociale media dan aso-leerlingen. Dit spreekt eerder onderzoek tegen en bleek uit de focusgroepen ook eerder persoonsgebonden. De kennis, vaardigheden en attitudes betreffende kritisch omgaan met online politieke informatie zijn vervolgens voldoende noch onvoldoende te noemen. Enerzijds geven sommigen aan dat twijfelachtige berichten wel zullen kloppen als ze op verschillende media verschijnen. Maar wat als nieuwsmedia elkaars berichten kopiëren? Anderzijds vertellen ze dat ze meerdere bronnen raadplegen wanneer ze een bericht niet meteen geloven, wat een goede reflex is. Ook zijn de meesten kritisch over politici en politieke partijen op sociale media. “Ze willen een goed beeld van zichzelf creëren voor de mensen die hen volgen op sociale media. Anders gaan ze ook geen mensen hebben die in hen geloven of op hen zullen stemmen of hen aanmoedigen om te blijven doen wat ze doen. Die informatie moet je dus met een grote korrel zout nemen”, stelde een leerling vast.

Uit wat de aso-leerlingen vertellen over mediawijsheid op school, blijkt dat zij er praktischer mee aan de slag gaan dan de bso-leerlingen. Het is niet zo dat bso-leerlingen dit niet meekrijgen op school maar er is wel een verschil in kwantiteit en aanpak.

Mediawijsheid in het onderwijs: een gemiste kans...

De belangrijkste vaststelling van het onderzoek lag elders, namelijk bij het onderwijs. De leerlingen uit het aso gaven opvallend meer voorbeelden dan de bso-leerlingen van lessen en cursussen over sociale media en bronnencontrole. Uit wat de aso-leerlingen vertellen over mediawijsheid op school, blijkt dat zij er praktischer mee aan de slag gaan dan de bso-leerlingen. Het is niet zo dat bso-leerlingen dit niet meekrijgen op school maar er is wel een verschil in kwantiteit en aanpak.

Mediawijsheid komt neer op kritisch en bewust omgaan met media, waaronder dus sociale media. Dit kregen de leerlingen uit het aso mee in de lessen Geschiedenis waarin ze leerden om bronnen te bestuderen op hun betrouwbaarheid, bijvoorbeeld door te kijken naar de auteur. Ook leerden ze bronnen vergelijken. Tijdens de lessen Statistiek bij Wiskunde leerden ze dan weer kritisch kijken naar cijfers. Cijfers kunnen immers op verschillende manieren geïnterpreteerd worden door verschillende mensen of strekkingen. De aso-leerlingen vertelden daarnaast nog over voorbeelden uit de lessen Nederlands, Godsdienst en Cultuurwetenschappen. Op die manier komt mediawijsheid inderdaad in verschillende vakken aan bod. Alleen konden de bso-leerlingen daar dus niet van meespreken terwijl zij ongetwijfeld evenveel potentieel hebben om kritische, mediawijze burgers te worden.

... maar het is nog niet te laat.

De bso-leerlingen kregen minder kansen om te leren hoe ze verkeerde informatie kunnen herkennen en dat ze zich best informeren aan de hand van meerdere bronnen. Vandaar mijn tips voor het Vlaamse onderwijs: voorkom die verschillen tussen toekomstige burgers. Doe dit aan de hand van de plannen die op tafel liggen maar maak geen onderscheid tussen leerlingen. Of hun schoolcarrière nu gericht is op hoger onderwijs of op de arbeidsmarkt, vorm hen tot goede burgers. Deze vaardigheden zijn inderdaad essentieel. Maak er daarom werk van om dit aan iedere leerling mee te geven. Een inspanning voor de mediawijsheid van alle Vlaamse jongeren is een bijdrage aan de democratie.

Download scriptie (925.7 KB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2019
Promotor(en)
Ellen Claes