Hoe maken we Vlaanderen weerbaar tegen droogte?

Sebastien
Van Eupen

Door de klimaatcrisis neemt het droogteprobleem in Vlaanderen toe. Deze thesis verkent ruimtelijke droogtestrategieën en onderzoekt verschillende beleidslijnen, stakeholders en academische inzichten om potentiële ruimtelijke droogtebestrijdingsstrategieën te ontwikkelen voor verschillende plekken in de Kempen. Want een groot deel van de weg naar een klimaatweerbaar Vlaanderen ligt bij het herinrichten en anders omgaan met onze ruimte, op het platteland en in de stad.

De intensere droogteperiodes die in de toekomst steeds langere periodes zullen beslaan, vragen om een aanpak waarbij meer neerslag wordt vastgehouden in het landschap tijdens regenrijke periodes. Nature-based¬ solutions spelen hierbij een sleutelrol.  Diverse locatie-specifieke strategieën zijn dan van vitaal belang om de voorwaarden te creëren zodat hemelwater niet rechtstreeks naar de waterlopen vloeit, maar tijd heeft om te infiltreren. Deze benadering staat haaks tegenover de aanpak in het verleden. Historisch zijn landschappen in Vlaanderen ingericht om water zo snel mogelijk naar de zee af te voeren. Het waterbeleid was dan ook voornamelijk gefocust rond omgaan met teveel water. Vandaag komt beleid rond te weinig water steeds meer op de voorgrond.

In juli 2022 is het Weerbaar Waterlandrapport gepubliceerd. Gezien de timing van het academiejaar, zijn de inzichten van dit rapport niet ingebed in deze thesis. Desalniettemin worden er in dit rapport en in deze thesis gelijkaardige conclusies naar voor gebracht. Het Weerbaar Waterland-rapport stelt dat de mogelijkheid van het valleisysteem om water op te vangen moet worden gemaximaliseerd. Hierbij zouden kleine en grote landschapselementen het waterbufferend vermogen van hoger gelegen gebieden moeten bevorderen, anderzijds zorgt het herstellen van natuurlijke overstromingsgebieden, wetlands voor de spreiding van het overstromingsrisico en wordt de bergingscapaciteit van de grootste rivieren tot de meest fijnmazige beekjes gemaximaliseerd.  

Het droogtebeleid in Vlaanderen moet nog een lange weg afleggen om de voorwaarden te ontplooien die enige resistentie waarborgen tegen toekomstige droogte-uitdagingen. Toch tekenen zich veelbelovende beleidstendensen af. Het huidige droogtebeleid in Vlaanderen wordt gekenmerkt door een stapsgewijze aanpak met o.a. pilootprojecten van de Bleu Deal, maar een radicale regionale planningsaanpak op perspectief van het rivierbekken dringt zich aan om Vlaanderen effectief weerbaar te maken tegen de toekomstige droogte-uitdagingen.

Het centrale deel van deze thesis poogt dan ook om dit in praktijk toe te passen. De focus ligt op het stroomgebied van de Nete, in het bijzonder enkele locaties langs de rivier de Kleine Nete. Deze droogtegevoelige regio heeft door haar geografie en bodemkenmerken een groot potentieel voor het ontwikkelen van ruimtelijke oplossingen om de infiltratie en retentie van hemelwater te verbeteren. Dit is ook van cruciaal belang voor het verhogen van de influx van regenwater naar grondwaterreservoirs, die een belangrijke rol spelen in het veiligstellen van de watervoorziening van Vlaanderen.

Concreet behandelde deze thesis drie landschappelijk verschillende casegebieden: hoger gelegen landbouwgrond (A, fig.1), een beboste Kempense zandduin (B, fig.1) en nat lagergelegen landbouwgebied (C, fig.1).

afbeelding 10

Op hoger gelegen zandgronden kan infiltratie en het vasthouden van regen water worden verbeterd via bufferzones van hagen en bomen loodrecht op de helling aan te leggen. Beperking van de afstromend regenwater met houtkanten langs landbouwpercelen bevordert de infiltratie van neerslag, wat bijdraagt tot een lager droogterisico en een hogere landbouwproductiviteit. De reductie van afspoelend regenwater resulteert ook in verminderde overstromingsrisico’s voor lagergelegen gebieden. Daarom kan het aanpakken van de afstromend regenwater met behulp van houtkanten een win-winsituatie opleveren voor droogte en wateroverlast.

Het Kempense landschap wordt gekenmerkt door met naaldbomen bedekte zandige heuvelruggen. Enerzijds kunnen deze heuvelruggen door hun zandige bodemtextuur dienst doen als infiltratiebekkens, anderzijds wordt hun potentieel voor infiltratie vermindert door het aanwezige naaldbos. Naaldbomen zorgen ervoor dat minder water kan infiltreren naar de grondwaterlagen in vergelijking met loofbos of heidegebied. Gezien de Europese biodiversiteitsdoelen, zou het opportuun kunnen zijn om deze naaldbomen stapsgewijs om te vormen naar loofbos en (nat) heidegebied.

Historisch gezien was het Kempische landschap niet erg geschikt voor landbouw omdat de zandgrond op hoger gelegen gebieden gevoelig is voor droogte, en de poreuze bodemtextuur natte omstandigheden in de valleien veroorzaakte (zie Ferrariskaart, figuur 2). Het watersysteem van de Kempen onderging dan ook  ingrijpende veranderingen om de landbouw efficiënter te maken door o.a. waterrijke gebieden te draineren.

afbeelding 13

Een voorbeeld hiervan zijn de landbouwpercelen tussen de Kleine Nete en het natuurgebied De Zegge (figuur 3). Deze praktijken resulteren in een situaties waarbij de grondwaterstanden in het natuurgebied van De Zegge structureel te laag staan, waardoor het habitatrichtlijngebied De Zegge steeds verder degradeert (figuur 4).

afbeelding 14

afbeelding 15

Er zijn dan ook enkele argumenten die kunnen worden aangevoerd om het landbouwgebied tussen de Kleine Nete en De Zegge om te vormen tot natte natuurgebieden: (1) de huidige Natura 2000-doelstellingen kunnen verder worden ontwikkeld; (2) van oudsher was dit gebied een wetlandgebied (Ferraris, figuur 5). Dit wijst erop dat het herstel van het wetland zou kunnen passen in de morfologie van het valleisysteem; (3) het waterretentie- en infiltratiepotentieel zou aanzienlijk verbeteren; (4) overstromingsrisico’s voor lagere regio’s zouden kunnen worden verminderd.

afbeelding 16

Landbouw beslaat 46% van het oppervlak in Vlaanderen. Naast ontharding, opvang van regenwater in de bebouwde omgeving en efficiënt watergebruik, zal dit landbouwoppervlak cruciaal zijn om ruimtelijke droogtestrategieën te implementeren die meer water vasthouden en infiltreren. Landschapstransformaties die ruimte bieden aan water zullen rekening moeten houden met de belangen van de landbouw. Toch zou, gezien de klimaatuitdagingen en dus de droogteproblematiek, een business-as-usual scenario voor de landbouw niet haalbaar zijn als men een droogtebeleid zou ontplooien dat Vlaanderen effectief weerbaar maakt tegen droogte.

Download scriptie (63.85 MB)
Universiteit of Hogeschool
Vrije Universiteit Brussel
Thesis jaar
2022
Promotor(en)
Kobe Boussauw en Nishtman Karimi