Wachttijden in het ziekenhuis, neen bedankt!

Jolien
Verlijsen

 

Wachttijden in het ziekenhuis, neen bedankt! 

 

De volgende twee situaties klinken waarschijnlijk maar al te bekend in de oren. Je kind is gevallen en je besluit om naar spoed te gaan. Je brengt de komende uren in de wachtzaal door, afvragend waar de naam ‘spoeddienst’ vandaan komt.

Of je bevindt je in de wachtkamer van een afdeling in het ziekenhuis en je bekijkt een tijdschrift dat bijna uit elkaar valt omdat het al zoveel maal gelezen werd. Elke keer wanneer de deur van de consultatieruimte van de arts open gaat, kijken alle wachtenden elkaar aan met een hoopvolle blik en slaakt de persoon wiens naam wordt afgeroepen een zucht van blijdschap.





(Bron: Graham Jackson, 2017)

 

 

Een goede, vlotte doorstroming van patiënten doorheen het ziekenhuis wordt in de praktijk immers zelden gerealiseerd. Dit is wat ziekenhuizen wensen te bewerkstelligen en waar patiënten naar verlangen, maar dat is verre van de realiteit. Waar schuilt dan juist het probleem en hoe kan dit opgelost worden?

 



Wachttijden werden vroeger steeds toegeschreven aan een tekort aan middelen. Na het bestuderen hiervan bleek dat het in veel gevallen niet gaat om een probleem met de middelen, maar wel een probleem met het beheren van de patiëntenstromen in het ziekenhuis. Met een kwalitatief verkennend onderzoek werd er nagegaan of er in ziekenhuizen in Vlaanderen reeds aan stroommanagement, of het beheren van patiëntenstromen, gedaan wordt.

 



Er zijn vandaag de dag verschillende problemen en knelpunten die de doorstroming van patiënten in het ziekenhuis vertragen en belemmeren. Dit creëert een aantal negatieve gevolgen voor het ziekenhuis en de patiënt, zoals lange wachttijden, lange doorstroomtijden en een daarmee gepaard gaande stijging van de verblijfsduur, een laag niveau van productiviteit, alsook een daling van de tevredenheid van patiënten en personeel. De belangrijkste problemen situeerden zich in de bestudeerde ziekenhuizen bij de opname en het ontslag van de patiënt. Ook blijkt dat de opstelling van de afdelingen en de manier waarop het ziekenhuis gebouwd is een bepalende rol hebben in de doorstroming. De spoeddienst, het operatiekwartier en intensieve zorgen kwamen als grote knelpunten naar voor.

 



Er werd ook gekeken naar de manier waarop ziekenhuizen deze problematiek proberen te verminderen of elimineren en zodoende een efficiënte en effectieve doorstroming proberen te verwezenlijken. Het is gebleken dat een goed opname- en ontslagbeleid van cruciaal belang is voor het beheren van de patiëntenstromen. Zo gaat men bijvoorbeeld de ligduur van patiënten actief bekijken en opvolgen om de doorstroomtijden zo kort mogelijk te houden. Het adequaat managen van de bedden aan de hand van bed management systemen vormt ook een belangrijk instrument. Daarnaast speelt het in kaart brengen van de patiëntenstromen en het gebruik van zorgpaden een belangrijke rol voor het verwerven van inzicht in patiëntenstromen en het beheren ervan. Uiteraard dient er ook een goede samenwerking te zijn tussen de verscheidene diensten en afdelingen om een vlotte doorstroming te bekomen.



Ziekenhuizen kunnen iemand aanstellen die instaat voor het beheren van de diverse patiëntenstromen. Uit de bevindingen van de studie blijkt dat dit niet in elk ziekenhuis het geval was. Met dit onderzoek werd er getracht duidelijkheid te scheppen over de rol en benaming van deze functie. De persoon die verantwoordelijk is voor het beheer van patiëntenstromen zorgt voor het managen van bedden en de coördinatie van het traject dat een patiënt aflegt en beschikt over de bevoegdheid om eindbeslissingen te nemen. Er is geen eenduidige benaming voor deze functie.

 

Uit het onderzoek kan afgeleid worden dat er in Vlaamse ziekenhuizen aan stroommanagement gedaan wordt. De toenemende aandacht voor de verantwoorde ligdagen en het bekijken van de patiëntenstromen vanuit het oogpunt van de patiënt, doet vermoeden dat deze managementstrategie zich in de toekomst meer en meer zal ontwikkelen binnen de Vlaamse ziekenhuizen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Download scriptie (883.7 KB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2017
Promotor(en)
Prof.dr.Paul Gemmel