Suppressed desire: Ook in België voelen LGB-asielzoekers zich onveilig

Zoë
Fransen

Suppressed desire: Ook in België voelen LGB-asielzoekers zich onveilig

 

Stel je voor: je bent een Palestijnse, El Salvadoraanse of Gambiaanse man. En je valt op mannen. Dan zou je weleens een leven kunnen hebben waarin je je verlangens om je seksuele identiteit publiekelijk uit te drukken, voortdurend moet onderdrukken. Je zou er dan voor kunnen kiezen om zoveel mogelijk onder de radar te blijven, om zoveel mogelijk moeite te doen om beschouwd te worden als ‘normaal’. Tot je dit deel van jouw identiteit niet langer verborgen kan houden en het onvermijdelijke gebeurt: je wordt betrapt. Om verdere fysieke bedreigingen, mentaal geweld of stigmatisering te vermijden, neem je de gedwongen beslissing om -al dan niet halsoverkop- te vluchten. Naar België bijvoorbeeld.

Van zodra je je aanmeldt aan het CGVS (Commissariaat Generaal voor Vluchtelingen en Staatlozen) start jouw asielprocedure en word je gelabeld onder de term ‘LGB-asielzoeker’. Maar wat dan? Betekent deze asielaanvraag dat alle miserie achter de rug is? Wordt de veiligheid waar je al zo lang naar verlangt vanaf dat moment gegarandeerd?

 

LGB-asielzoekers: een dubbele minderheidspositie

 

De afgelopen tien jaar vroeg één op 25 asielzoekers in België bescherming aan omwille van zijn of haar seksuele geaardheid. Slechts 1/3de hiervan kreeg bescherming. Zij kregen vaak als argumentatie: we geloven niet dat jij écht homoseksueel bent. Homoseksuele asielzoekers staan hierdoor onder druk om geloofd te worden door open te zijn over de seksuele identiteit en deze publiekelijk uit te drukken. Tegelijkertijd houdt een groot deel van het prille leven in België het verblijf in een opvangcentrum in. Verscheidene culturen met diverse ideeën, normen, waarden en overtuigingen dienen samen te leven.

Ik ging in gesprek met een kleine twintigtal mannelijke homoseksuele asielzoekers. Ik analyseerde hoe LGB-asielzoekers omgaan met drie essentiële trajecten (seksuele identiteitstraject, juridische migratietraject en integratietraject) die deze groep verplicht moet ondergaan tijdens de vlucht en het leven in België om erkend te worden als vluchteling. Hoe ga je om met deze verschillende paradoxale verwachtingen? En is dit in elke situatie hetzelfde? Welke waarden van je thuisland behoud je nog en wat neem je over van de Belgische samenleving? Hoe ga je om met een soortgelijk onderdrukt verlangen als in het thuisland? Kan je hieruit geraken en hoe is dit (on)mogelijk?

 

België als safe haven voor holebi’s: een illusie?

 

Er wordt gepretendeerd dat het geloofwaardigheidsonderzoek in alle objectiviteit plaatsvindt. Maar onderzoek hiernaar wijst uit hoe moeilijk dit is. In mijn onderzoek achterhaalde ik verschillende paradoxen. Als eerste bestaat er de verwachting dat LGB-asielzoekers aantonen op welke manier ze in gevaar waren in het thuisland. Asielzoekers moeten bewijzen hoe ze gedwongen werden om de seksuele geaardheid te onderdrukken. Tegelijkertijd wordt verwacht dat asielzoekers uitvoerig over de emoties en seksuele ervaringen kunnen praten. De homofobie dient dus niet geïnternaliseerd te zijn.

Ook wordt genegeerd dat het zelf-acceptatieproces niet eindigt eenmaal je in België aankomt.

Maar ook de moeilijkheid om je aan te passen aan de verwachting om open te zijn over de seksualiteit wordt genegeerd. Het onveiligheidsgevoel in opvangcentra wordt niet in vraag gesteld, terwijl LGB-asielzoekers geconfronteerd worden met homofobe (re)acties. Het leven in opvangcentra wordt als onveilig omschreven aangezien er een zogenaamde heteroseksuele conformiteitsdruk ervaren wordt. Deze ervaringen bemoeilijken het geloof in België als een veilige LGB-omgeving.

Er kan dus gesteld worden dat er doorheen alle fasen van de vlucht, ook tijdens het verblijf in België, een onderdrukt verlangen is.

Hoop doet leven: hoe LGB-asielzoekers agencies creëren

 

Toch slagen veel LGB-asielzoekers erin om zich door de juridische procedure en het onaangename verblijf in een opvangcentra te wringen. Drie agencies werden geïdentificeerd. Een minderheid slaagt erin om te assimileren en de heteronormatieve seksualiteitsdruk te negeren. Zij schamen zich in geen enkele situatie om de seksualiteit publiekelijk uit te drukken. Een tweede groep dreigt te marginaliseren door zichzelf te doden. De grootste groep wil er echter alles aan doen om de vlucht te overleven en geloofd te worden tijdens de procedure. Ze zijn bang en getraumatiseerd door deze tegenstrijdige verwachtingen, maar gaan toch op zoek naar hulp om hun doel te bereiken en bescherming te krijgen. Steun zoeken bij lotgenoten en experten (zogenaamde significant others), zoeken naar een veilige mircro-omgeving en bewust een andere normatieve omgeving vinden, zoals deelname aan de Gay Pride, helpen hierbij.

Beredeneerde keuzes maken

We mogen dus gerust kritisch staan ten opzichte van de asielprocedure en hoe er wordt omgegaan met LGB-asielzoekers in opvangcentra. Want het leven als LGB-asielzoeker gaat niet alleen om geloofd worden door overheidsinstanties.  Het gaat ook om het maken van beredeneerde keuzes: welke aspecten van de seksualiteit worden geaccepteerd en in welke omstandigheden? Wanneer druk je de seksualiteit publiekelijk uit en wanneer voelt dit onveilig?

Als jij toevallig geboren was in Palestina, El Salvador of Gambia en je viel op mensen van hetzelfde geslacht, dan zou je vooral hopen dat de beoordelaar jouw verhaal als uitgangspunt neemt, dat er ondertussen specifieke aandacht is voor de bescherming van LGB-asielzoekers in opvangcentra én dat er safe havens blijven bestaan waar je naartoe kan als de druk van de procedure en de homo-onveilige omgeving in opvangcentra je even te veel worden.

 

Download scriptie (1.64 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2020
Promotor(en)
Professor Bart Van de Putte