"Kinderloze koppels en vermogensplanning anno 2016: wishful thinking?"

Gerlinde
Vanbeckevoort

Inleiding

Een citaat van Mignon McLaughlin vat mijn masterscriptie eigenlijk goed samen:

"De filosofie leert je dat je ze niet kunt meenemen. De belastingen leren je dat je ze ook niet kunt achterlaten."

"Ze", dat zijn je bezittingen, zoals je huis of je geld. Dat je ze niet kunt meenemen geldt natuurlijk voor elk mens. Maar dat je ze ook niet kunt achterlaten wordt heel pijnlijk duidelijk wanneer koppels zonder kinderen bij een notaris langsgaan voor advies in verband met vermogensplanning.

 

Onderzoeksvragen

Mijn masterscriptie is de bekroning van mijn studies Notariaat aan de KU Leuven, die ik als werkstudent gedaan heb in combinatie met mijn job in een notariskantoor. Om na te gaan in welke mate vermogensplanning voor Vlaamse kinderloze echtgenoten anno 2016 nog mogelijk is, ben ik vertrokken vanuit een concreet gesprek dat ik op het kantoor gehad heb.

Marc en Greet zijn een koppel zonder kinderen dat al 40 jaar gehuwd is. Ze wilden weten op welke manier ze de langstlevende van hen beiden zo veel mogelijk konden beschermen bij het eerste overlijden, en dit zo goedkoop mogelijk, want zeiden ze: "we hebben al genoeg belastingen betaald op ons vermogen".

Een tweede vraag die ze mij stelden, was dat de langstlevende echtgenoot zo lang mogelijk van het vermogen kon genieten, en de overgang van het vermogen aan het einde van zijn of haar leven kon regelen, zonder dat de erfgenamen zich blauw zouden betalen.

Beide bekommernissen van Marc en Greet zijn meteen ook mijn twee onderzoeksvragen geworden.

 

Schets van het probleem

Het grote probleem is dat de erfbelasting - dit is sinds 2015 de nieuwe term voor "successierechten" - die "niet-kinderen" moeten betalen, onvoorstelbaar hoog is in Vlaanderen. Het laagste tarief is 45%, het hoogste 65%.

Als Greet als langstlevende echtgenote haar ganse vermogen van bijvoorbeeld € 150.000 via een algemeen legaat in haar testament zou willen nalaten aan haar nichtje, moet dat nichtje maar liefst € 97.500 aan erfbelasting betalen!

 

Onderzoek naar de adviespraktijk in Vlaanderen en Nederland

Omdat het altijd verrijkend is om een blik over de landsgrenzen heen te werpen, heb de geldende rechtsregels in Vlaanderen vergeleken met die in Nederland.

Ik heb een tiental Vlaamse en Nederlandse notarissen geïnterviewd om te peilen naar wat zij adviseren aan kinderloze echtgenoten. De Vlaamse notarissen bevestigden dat er zich toch wel een aantal problemen stellen. De Nederlandse notarissen daarentegen verstonden aanvankelijk niet wat ik bedoelde, omdat er bij hen veel minder nood is aan vermogensplanning voor kinderloze echtgenoten. Hierover zo dadelijk meer.

 

Verschillende planningstechnieken onder de loep

Dat verschillende van de planningstechnieken die ik bespreek brandend actueel zijn bewijzen de recente standpunten van Vlabel (de Vlaamse Belastingdienst) en de vele parlementaire vragen die de laatste jaren over de tarieven van erfbelasting gesteld worden.

Voor kinderloze echtgenoten zijn de civielrechtelijke aspecten, zoals bijvoorbeeld de langstlevende echtgenoot verzorgd achterlaten, minstens zo belangrijk als de fiscale gevolgen van een bepaalde planningstechniek. Daarom heb ik elke techniek zowel civielrechtelijk als fiscaal getoetst.

 

Horizontale planning

Het eerste deel van mijn masterscriptie gaat over "horizontale planning". Hierin vergelijk ik echtgenoten die gehuwd zijn onder een stelsel van scheiding van goederen (waarbij elke echtgenoot enkel zijn eigen vermogen heeft) met echtgenoten die gehuwd zijn onder een gemeenschapsstelsel (beide echtgenoten hebben een eigen vermogen en ook samen een gemeenschappelijk vermogen).

Ik heb vastgesteld dat Vlaamse echtgenoten die onder een gemeenschapsstelsel getrouwd zijn, veel minder mogelijkheden hebben dan zij die gekozen hebben voor een stelsel van scheiding van goederen.

In mijn scriptie toon ik bijvoorbeeld aan dat twee clausules die in een huwelijkscontract kunnen opgenomen worden en die tot een economisch vergelijkbaar resultaat leiden, toch volledig tegengesteld belast worden in Vlaanderen. In Nederland worden deze twee bedingen op dezelfde manier belast.

Ik ben van mening dat economisch gelijke situaties ook gelijk zouden moeten belast of niet belast worden, zoals dit het geval is in Nederland.

Een ander verschil qua fiscale behandeling in Vlaanderen heeft te maken met de soort van goederen die kinderloze echtgenoten hebben: zij die vooral roerende goederen hebben, betalen bij het eerste overlijden veel meer erfbelasting dan echtgenoten bij wie de gezinswoning het voornaamste vermogensbestanddeel is; de verklaring hiervoor is de vrijstelling van erfbelasting op de gezinswoning, die sinds 2007 in voege is in Vlaanderen.

In Nederland geldt er een ruime partervrijstelling in waarde van meer dan € 600.000. Op dit bedrag dient er dus sowieso geen erfbelasting betaald te worden. Ik ben voorstander van een vrijstelling in waarde, omdat dan alle echtgenoten gelijk behandeld worden, ongeacht de samenstelling van hun vermogen.

 

Verticaal luik

Wat het "verticaal luik" van mijn onderzoek betreft, stel ik vast dat bepaalde clausules in een testament de zware erfbelasting voor erfgenamen in niet-rechte lijn wel een beetje kunnen temperen, maar dat er toch nog altijd een hoog bedrag aan erfbelasting dient betaald te worden.

Het enorme verschil dat in Vlaanderen bestaat tussen de tarieven van de schenkbelasting (7% voor een schenking aan iemand in "niet-rechte lijn") en de hierboven reeds genoemde tarieven van de erfbelasting (45% tot 65%), zorgt ervoor dat er een druk om te schenken ontstaat. Naar mijn mening zouden kinderloze echtgenoten niet onder druk mogen gezet worden om hun vermogen reeds bij leven over te dragen, omdat ze meer nog dan echtgenoten met kinderen kwetsbaar zijn, en moeten stilstaan bij de civielrechtelijke gevolgen van een schenking.

 

De oplossing bij onze noorderburen

In Nederland stellen er zich in verband met vermogensplanning voor kinderloze echtgenoten weinig problemen.  Na het bestuderen van het Nederlands fiscaal recht begrijp ik ook waarom: de tarieven van schenk- en erfbelasting zijn daar volledig gelijk. Het maakt dus niet uit of je je vermogen schenkt of laat vererven. Die volledige gelijkschakeling vind ik persoonlijk heel interessant.

Het verschil in Vlaanderen tussen de tarieven van schenk- en erfbelasting lijkt mij niet verantwoord. Minister Turtelboom heeft eens gezegd dat aanvaardbare tarieven ontwijkingsmechanismen overbodig maken. Ik pleit dan ook voor een drastische verlaging van de tarieven van de erfbelasting in zijlijn, naar het voorbeeld van vele Europese landen.

 

 



 

 

 

Download scriptie (988.07 KB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2016
Promotor(en)
Prof. Frank Buyssens
Kernwoorden