Walvissen vs. de mensheid

Shauni
Bernau

Walvis in de zee met stormachtige achtergrond

Wie was er als kind niet geïntrigeerd door dolfijnen en orka’s? Wie kijkt er niet vol verwondering naar een gigantische blauwe vinvis? Deze koningen van de zee krijgen echter al decennialang verschillende bedreigingen te verduren. Vele wetenschappers, belangenorganisaties en beleidsmakers lijken het hier over eens: walvissen doden is barbaars. Toch worden ze nog steeds gevangen en gegeten in landen als Japan en Noorwegen, ook al zijn er ontelbare regels die dit verbieden. Dan volgt logischerwijze de vraag: hoe kan dit nog steeds gebeuren?

 

Walvissen in de klimaatmars?

Waarom zouden we walvissen beschermen? Voor dierenliefhebbers is het antwoord eenvoudig: het zijn intelligente dieren, die pijn en emoties voelen, net als mensen. Er is geen enkele manier om ze op een humane wijze te vangen en te doden. Walvisvangst is al te vaak een gruwelijke aangelegenheid waarbij de dieren soms een urenlange doodsstrijd leveren en het water bloedrood kleurt.

“Beeld je in dat een paard twee of drie explosieve speren in zijn lichaam geschoten krijgt en daarmee een vleeswagen door de straten van Londen moet trekken, terwijl zijn bloed in de goot vloeit. Op die manier krijgen we een idee van de manier waarop walvissen worden geslacht. De slachters zelf geven toe dat als walvissen konden schreeuwen, de hele industrie zou worden stopgezet omdat niemand dit zou kunnen aanhoren.” – vrij vertaald naar Sir David Attenborough

Er is echter ook een meer doorslaggevende reden om deze dieren te beschermen: walvissen kunnen een rol spelen in de strijd tegen klimaatverandering. Ze slaan immers tonnen koolstof op in hun lichaam. Wanneer ze sterven, zinken ze naar de bodem en verdwijnen deze enorme hoeveelheden koolstof voor honderden jaren uit de atmosfeer. Bovendien ontdekten wetenschappers dat er op plaatsen waar er zich veel walvissen bevinden, het water rijk is aan een bepaald soort plankton dat ook koolstof opslaat. Met de klimaatverandering in het achterhoofd is het dus een interessante piste om populaties van walvissen terug te herstellen naar hun glorieperiode.

 

Een zee van regels

Reeds decennialang proberen landen regels te maken om walvisachtigen (walvissen, dolfijnen en bruinvissen) te beschermen. Talrijke verdragen en conventies, waaronder als meest markante het Walvisverdrag, verbieden het vangen van deze dieren. Elk verdrag dat iets of wat met biodiversiteit te maken heeft, lijkt hier iets over te willen zeggen. Dit is ook broodnodig, gezien walvissen nog al te vaak het slachtoffer worden van walvisvangst, bijvangst en klimaatverandering.

Toch worden we eens in de zoveel tijd nog opgeschrikt door een nieuwsartikel dat walvisvangst aan de kaak stelt en horen we dat de Japanner al eens een stukje walvis lust. Hoe kan het dat dit toch nog gebeurt als er al zoveel regels zijn?

 

Blaft wel, maar bijt niet

Al de belangrijkste internationale en Europese verdragen en conventies met betrekking tot biodiversiteit en walvisachtigen werden onderzocht op hun juridische sterktes en zwaktes. In elk verdrag bleek er wel iets te vinden dat er voor zorgt dat die mooie theoretische regels in praktijk eigenlijk heel wat minder bijtkracht hebben. De trieste winnaar hier is het Walvisverdrag, dat sinds de jaren tachtig commerciële walvisvangst verbiedt. In praktijk wordt dit verbod echter aan flarden geschoten door landen zoals Japan. Japan probeerde het verbod te omzeilen door te beweren dat zij alleen nog walvissen vangen voor wetenschappelijke doeleinden, wat wel is toegestaan door het Walvisverdrag. Australië merkte echter op dat er wel nog verdacht veel walvisvlees in de winkelrekken lag. Hierop volgde een rechtszaak voor het Internationaal Gerechtshof, waarbij dit Hof stelde dat Japan moest stoppen met haar zogenaamde ‘wetenschappelijke walvisvangst’. Na deze uitspraak ging Japan echter doodleuk verder met het vangen van walvissen, en het Walvisverdrag stond erbij en keek ernaar. De Internationale Walviscommissie, opgericht door het Walvisverdrag, kan immers geen staten straffen die zich niet aan de regels houden.

 

Hoe kunnen we beter doen?

Op dit moment bestaat er reeds enorm veel regelgeving die op de ene of de andere manier iets zegt over de juridische bescherming van walvisachtigen. Er zitten echter nog vele gaten in deze regelgeving. Gelukkig zijn er manieren om de huidige regels in praktijk sterker te maken. Zo kunnen internationale organisaties strenger toezien op de naleving van de regels, kunnen landen nauwer samenwerken en kunnen wetenschappers zoveel mogelijk betrokken worden bij het maken van de regels.

Om op wetgevend vlak iets te bereiken mogen we echter het sociale en culturele veld niet uit het oog verliezen. Juristen die palaveren over wetgeving, dat is natuurlijk makkelijk. Om op juridisch vlak echter iets te veranderen moet er eerst verandering komen in de manier waarop we over dieren denken. Beleidsmakers overtuigen? Dat begint bij ons.

Download scriptie (1.65 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2022
Promotor(en)
Prof. dr. An Cliquet