collectieve verantwoordelijkheid in het onderwijssysteem

WILLY
VERMORGEN

997 WOORDEN + 17 woorden uit tekening bijlage

 COLLECTIEVE VERANTWOORDELIJKHEID IN HET ONDERWIJSSYSTEEM Het Decreet over de Rechtspositie van het Personeel besteedt aandacht aan het begrip ‘aansprakelijkheid en het Decreet over de Vlaamse Kwalificatiestructuur neemt het begrip ‘verantwoordelijkheid’ als niveaudescriptor op om het niveau van de kwalificatie te bepalen.  Een leraar is juridisch aansprakelijk voor de leerlingen en individueel verantwoordelijk voor de uitvoering van het leerproces. De leraar als lid van de school is collectief verantwoordelijk voor de organisatie van de school, het kwalitatief niveau van de school en het welbevinden van de leerlingen. Ook de school draagt als organisatie collectieve verantwoordelijkheid. ‘Ouders, schoolbestuur, inspectie of ministerie kunnen een school ter verantwoording roepen voor het verschaffen van kennis en de opleiding tot de arbeidsmarkt.’(Versloot A.M. 1984).  Verantwoordelijkheid is één van deze niveaudescriptoren naast kennis, vaardigheden, context en autonomie. Om het kwalificatieniveau te bepalen worden deze descriptoren afgetoetst aan het beroepscompetentieprofiel. Drie opmerkingen. Ten eerste worden de descriptoren niet omschreven door concreet vastgelegde wettelijk objectieve criteria. Ten tweede dient een kwalificatie de kloof tussen arbeid en onderwijs te dichten. De leerstofonderdelen uit de algemene vorming zijn functioneel voor de ontwikkeling van de competenties. Ten derde slaat de verantwoordelijkheid  op de ervaren beroepsbeoefenaar en wordt bij de vertaling naar de kwalificatie geen rekening gehouden met het collectieve. Onderzoek wees uit dat collectieve verantwoordelijkheid leidt naar een meer efficiënt en effectief onderwijs betreffende de beroepsuitoefening, verhoogde samenwerking tussen personeelsleden met betrekking tot het leerproces, de vrijwillige bijdrage voor bijkomende taken en het scheppen van extra inspanningen om het leren te verbeteren. Collectieve verantwoordelijkheid maakt een essentieel deel uit  het leerproces en levert een bijdrage aan het toezicht op de kwaliteit van het onderwijs, het bereiken van de pedagogische doelstellingen en de verhoging van de leerresultaten en leerwinst).  Een school is een materiële plaats om te leren (een ‘schoolgebouw’), om opgeleid te worden (‘scholing’), om levenservaring op te doen (‘de school des levens’), en om een gemeenschappelijke kijk op de wereld te ontwikkelen (‘een filosofische school’). Vanuit deze positie ontwikkelt de school drie maatschappelijke functies: jongeren vormen tot burger (enculturatie in een socio-politieke democratie), de persoonlijkheid van jongeren ontwikkelen (ethische waarden ontwikkelen en kritisch zijn) en jongeren voorbereiden tot de arbeidsmarkt (competenties bijbrengen). Het is de enige gedisciplineerde formeel georganiseerde leeromgeving in de gemeenschap waarbinnen onderwijs wordt gegeven. De school ontwikkelt hiertoe een leerproces volgens wel bepaalde regels en normen. De leden worden verantwoordelijk gehouden voor de uitvoering van het leerproces en dienen voor het eindresultaat verantwoording af te leggen. De school is collectief verantwoordelijk voor haar beleid en het beheer van deze functies. Beheren houdt in dat de school deze functies coördineert tot een gestructureerd geheel en integreert in een kwalitatief leerproces. Het beheren is controleren en evalueren van de uitvoering van de opdrachten met het oog op het behalen van het vereiste kwaliteitsniveau van de school. Beheer vereist naast het samen-werking en samenhorigheid, analyse en studie van de leeromgeving, innovatieve vakwerk-groepen, evaluatie en correctie van het kwaliteitsniveau van de school binnen een morele leefomgeving. Deze morele context en het welbevinden leggen het af tegen de rates, de rangschikkingen en de onderzoekscijfers. Personeelsleden leveren dan ook verwoede inspanningen om door middel van schriftelijke bewijsvoering, leidend tot planlast, een verantwoording te geven voor hun leerproces. Leerlingen haken hierbij af, blijven zitten of komen terecht in de waterval, omdat zij onvoldoende capaciteit hebben om de vooropgestelde technisch gedirigeerde leerresultaten te behalen in een leeromgeving, die geen rekening houdt met hun welbevinden, hun wensen en hun behoeften. ‘ … men moet inzien dat hoge normen van belang zijn om de leerlingen een grotere kans te geven op succes, maar men moet er tevens op hameren dat die normen moeten worden vastgesteld in de context van de doelstellingen, de visie en het vermogen van de school.’ (Senge Peter, 2001, p.: 242). In de eerste plaats het vermogen van de leerlingen.                                    Onderwijzen is een socio-moreel fenomeen gekenmerkt door een technische basis en een waardegeladen pedagogisch project. Om deze technische basis te realiseren streeft de school naar efficiëntie en effectiviteit in een bureaucratisch georganiseerd beheer. Om het pedagogisch project te realiseren schept de school een democratische emancipatorische leeromgeving, waarin alle participanten zich welbevinden.  De school heeft de maatschappelijke taak de democratische waarden over te dragen van generatie op generatie en jongeren leren omgaan met democratische principes. ‘Het overdragen van de principes van de maatschappelijke en politieke democratie is de grondslag van onze gewaardeerde beschaafde maatschappij en staat centraal in de morele verantwoordelijkheid van de school ten opzichte van die maatschappij.’ (Senge Peter, 2000, p.: 241)  Een school is de toegangspoort tot de kennismaatschappij, de technologische evolutie en het vrij wetenschappelijk onderzoek in een geglobaliseerde wereld. Deze poort moet ook openstaan voor kansarme leerlingen.   Leraars moeten een gunstige leeromgeving scheppen om de competenties over te brengen en moeten de kunst en de wetenschap van het lesgeven beheersen.  De gunstige leeromgeving wordt bepaald door vijf aan elkaar gerelateerde elementen die collectieve verantwoordelijk-heid structureren: ethische leefomgeving, ethisch verantwoorde opleiding van leraars, ethische samenwerking, ethisch leiderschap en ethische onderneming. (zie bijlage) Uit onderzoek (Aubusson e.a., 2009) blijkt dat collectieve verantwoordelijkheid positief is gecorreleerd met de coherentie tussen het leerproces en de schooldoelstellingen binnen een context van de ethische leefomgeving, engagement zich richtend tot bijzondere uitdagingen en problemen met betrekking tot lesgeven en het leren. De resultaten leren ons dat organisatorische kenmerken binnen een school de ontwikkeling van collectieve verantwoordelijkheid positief stimuleren. De resultaten geven aanleiding tot het herformuleren van de wijze waarop de overheid de hervorming van het onderwijssysteem moet doorvoeren. Deskundigheid, collectieve actie, intellectuele en morele leefomgeving, vertrouwen tussen de teamleden en ethisch leiderschap zijn de echte elementen van de schoolcultuur en de onderwijshervorming.     De school is een professionele ethische onderneming, binnen een socio-culturele, morele en micropolitieke leefomgeving, die streeft naar kwalitatief onderwijs door middel van een kwalitatief leerproces. Dit leerproces vergt deskundige en didactische geschoolde leraars, die op een ethisch verantwoorde wijze zijn opgeleid. Collectieve verantwoordelijkheid in een morele leeromgeving vereist een pedagogisch ethisch leiderschap van de directie in de school en van de leerkracht in de klas.     Bijlage: factoren collectieve verantwoordelijkheid     Ethisch verantwoorde             opleiding leraars      Ethisch      Collectieve Ethische leiderschap                     verantwoordelijkheid onderneming     Ethische Ethischeleeromgeving samenwerking      

Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2013
Thema('s)