Antwerpen, veroordeeld door de klimaatverandering?

Céline
Van Havere

Anno 2018 is het niet meer te ontkennen dat het klimaat veranderingen ondergaat. De aanhoudende droogte tijdens de zomermaanden doet vele steden en gemeenten kreunen onder de hitte en het tekort aan water. De onweersbuien die volgen op dergelijke droge periodes voelen vaak aan als een welgekomen verkoeling maar brengen helaas soms nog meer problemen: overstromingen.

Onder invloed van de klimaatverandering zullen in de toekomst dergelijke lange periodes van droogte in de zomermaanden geen uitzondering meer zijn. Deze droge periodes zullen bovendien afgewisseld worden met neerslagperiodes met verhoogde neerslagintensiteiten. Die zomeronweders zijn problematisch voor steden: ze moeten leren omgaan met meer en grotere wateroverlast.

Naast de wateroverlast staan steden nog voor een tweede uitdaging. De vele verharding in stedelijke context zorgt voor opslag van warmte en doet de temperatuur nog extra toenemen bovenop de temperatuurtoename door de klimaatverandering. Dit hitte eiland effect heeft opnieuw als gevolg dat er verhoogde neerslagintensiteiten te verwachten zijn. Ten gevolge van deze fenomenen gaat de leefbaarheid in de stad achteruit en kennen steden een aantal grote uitdagingen om de gevolgen van klimaatverandering te beperken.

Om de impact van de klimaatverandering na te gaan op stedelijke overstromingen is een studie uitgevoerd die specifiek voor de stad Antwerpen focust op de problematiek van toenemende wateroverlast ten gevolge van de zomeronweders. Concreet is voor het westelijk deel van de binnenstad nagegaan welke gebieden vandaag al kwetsbaar zijn voor wateroverlast en welke gebieden het in de toekomst tegen 2100 nog zwaarder te verduren krijgen.

imageimage

Hoe het klimaat er in 2100 zal uitzien is afhankelijk van onder andere de broeikasgassen in de atmosfeer. Omwille van de grote onzekerheid op de toekomstige uitstoot aan broeikasgassen is gewerkt met zogenaamde klimaatscenario’s. Het huidige klimaat is enerzijds vergeleken met een Business As Usual (BAU) scenario inzake uitstoot van broeikasgassen. Dit scenario beschouwt neerslaggebeurtenissen met erg hoge piekintensiteiten en wordt daarom hoog zomer scenario genoemd. Anderzijds is een eerder gemiddeld scenario beschouwd met gemiddelde piekafvoeren, het midden scenario. Beide scenario’s hebben een gelijke kans op voorkomen. 

De studie maakte enerzijds gebruik van de neerslaggegevens te Ukkel, die typisch als referentie worden gebruikt voor ons land, en anderzijds de neerslagmetingen voor het studiegebied van de stad Antwerpen zelf. Simulaties van deze neerslagdata in een hydraulisch model van het rioleringsnetwerk van de stad Antwerpen lieten toe inzicht te krijgen in de kwetsbaarheid voor overstromingen. Overstromingen vanuit de Schelde zijn in de studie niet in beschouwing genomen. 

Door middel van drie verschillende visualisatiemethodes is de impact van de klimaatverandering geanalyseerd. Eerst is nagegaan wat de verandering is in de voorkomingsfrequentie van de neerslaggebeurtenissen waarvoor overstroming optreedt in het rioleringsnetwerk van de stad. De resultaten tonen dat voor het midden scenario deze voorkomingsfrequentie met een factor 4 tot 5 toeneemt. Een kritische neerslaggebeurtenis zal met andere woorden in dit scenario 4 tot 5 keer sneller voorkomen. In het hoog zomer scenario loopt deze factor op tot 10. Een kritische neerslaggebeurtenis die overstroming veroorzaakt kan tegen 2100 dus tot 10 keer zo vaak voorkomen dan vandaag het geval is. Deze resultaten zijn daarna vertaald naar overstromingskaarten die gedetailleerd de precieze overstromingslocaties in kaart brengen. De kaarten geven aan dat er vandaag al drie gebieden zijn die bij hevige zomeronweders te kampen krijgen met wateroverlast: een gebied aan de Brederodewijk in Antwerpen-Zuid, een gebied in de buurt van het Eilandje ter hoogte van Park Spoor Noord in Antwerpen-Noord en een gebied naast het stadspark. Bij het midden scenario tegen 2100 zal de grootte van deze overstromingsgebieden niet zozeer veranderen maar zal de stad wel te maken krijgen met hogere waterstanden. In vergelijking met het huidige klimaat zal een neerslaggebeurtenis met dezelfde voorkomingsfrequentie zorgen voor een toename van de waterstanden met een 20tal cm. 

Bij het hoog zomer scenario zullen de huidige kwetsbare gebieden zich verder uitspreiden doorheen de stad. Voor hevige onweersbuien die zich gemiddeld maar 1 keer om de 25 tot 100 jaar voordoen zal zelfs het hele gebied kwetsbaar worden voor wateroverlast. In vergelijking met het huidige klimaat zal er een globale toename zijn van de waterdieptes van bijna een halve meter met plaatselijk waterstanden tot zelfs 1 m.

imageimage

Naast de verandering in kwetsbare gebieden is nagegaan hoe het klimaat van Antwerpen verschilt tegenover de rest van Vlaanderen. Meer bepaald is nagegaan wat de invloed is van het hitte eiland effect op de wateroverlast in de stad.

Vergelijking van de neerslagdata van Ukkel en Antwerpen liet toe te besluiten dat een neerslaggebeurtenis die gemiddeld gezien in Vlaanderen om de 20 jaar voorkomt in de stad Antwerpen gemiddeld gezien ongeveer om de 5 jaar voorkomt. Het hitte eiland effect heeft dus als gevolg dat kritische neerslaggebeurtenissen sneller zullen voorkomen. De overstromingsresultaten geven aan dat de bijkomende wateroverlast als gevolg daarvan kan oplopen tot 20 tot 30 cm verhoging van de waterdieptes. Ook de uitgestrektheid van de overstromingsgebieden zal, onder invloed van uitzonderlijke neerslaggebeurtenissen en zeker in het hoog zomer scenario, toenemen tegenover een situatie zonder het hitte eiland effect.

imageimage

De invloed van de klimaatverandering is vandaag al aanwezig en zal zich de komende jaren enkel nog sterker laten voelen. Beleidsmakers staan een grote uitdaging te wachten om duurzame beslissingen en maatregelen te nemen die onder elk klimaatscenario bescherming bieden. De maatregelen zijn immers nodig om de stad, haar inwoners en haar erfgoed te beschermen. De toekomst zal moeten uitwijzen naar welk klimaatscenario uiteindelijk geëvolueerd wordt.

Download scriptie (32.39 MB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2018
Promotor(en)
Prof. dr. ir. Patrick Willems