Welke wijsheidstanden worden niet verwijderd door de MKA chirurg?

Lieselotte
De Bruyn

Voor deze scriptie wordt vertrokken van een eerder ongewoon uitgangspunt.  Er wordt geen onderzoek gedaan naar ingrepen die de MKA chirurg (mond- kaak- en aangezichtschirurg) wél uitvoert, de focus ligt integendeel op die gevallen waarin de MKA chirurg beslist om een ingreep niét uit te voeren, namelijk om een of meerdere wijsheidstanden niét te verwijderen.

We stellen immers vast dat, ondanks de aanwezigheid van indicaties die pleiten voor verwijdering en zelfs wanneer de patiënt verwezen werd door de tandarts, de MKA chirurg in een aantal gevallen toch niet overgaat tot verwijdering van de wijsheidstanden.

Problematiek

De algemene problematiek van wijsheidstanden is gekend.  Wijsheidstanden breken door ergens tussen de leeftijd van 17 en 26 jaar. Het zijn de laatste tanden om door te breken en er is in de mond vaak onvoldoende ruimte voor deze tanden. Ze breken dan ook vaak niet of slechts gedeeltelijk door het tandvlees. Hierdoor ontstaan er vaak complicaties, van chronische tandpijn over aantasting van naburige tanden tot ernstige infecties en zelfs cysten en tumoren.  Vandaar dat het verwijderen van wijsheidstanden een van de door de MKA chirurg vaak uitgevoerde operaties is.

De ingreep zelf leidt zelden tot complicaties maar omdat de ingreep zo vaak uitgevoerd wordt is het aantal complicaties in absolute cijfers toch aanzienlijk. Het is dus uitermate belangrijk om het risico op complicaties na de ingreep zo laag mogelijk te houden. De MKA chirurg moet een weloverwogen afweging maken tussen de risico’s verbonden aan wijsheidstanden die niet goed doorbreken en het risico dat een ingreep tot (ernstige) complicaties zal leiden.

De MKA chirurg kan beroep doen op uitgebreide literatuur over redenen waarom wijsheidstanden verwijderd (dienen te) worden.  Maar er bestaat weinig of geen literatuur over redenen waarom wijsheidstanden niet verwijderd worden.

Het doel van deze scriptie is het identificeren en kwantificeren van deze redenen.  Daarvoor werd onderzoek gedaan naar alle patiënten (1682 patiënten, 818 mannen en 864 vrouwen), die tussen 1 januari en 31 december 2016 in het UZ Leuven op consultatie kwamen voor (advies over) verwijdering van de wijsheidstanden. De jongste patiënt was 12 jaar en de oudste 87 jaar, de gemiddelde leeftijd was 31 jaar. De voorgeschiedenis van de patiënt, de panoramische radiografie en de consultatie- en operatieverslagen werden onderzocht. Elke aanwezige wijsheidstand werd beoordeeld.

Op basis hiervan werd een lijst met acht mogelijke redenen voor weigering van het verwijderen van de wijsheidstanden opgesteld.

Acht redenen om wijsheidstanden niet te verwijderen

De eerste reden was het risico op mogelijke schade aan naburige anatomische structuren zoals de zenuw van de onderkaak, bloedvaten, buurtanden en de sinus.

De tweede groep van patiënten waarbij beslist werd om niet tot verwijdering van een of meer wijsheidstanden over te gaan waren te oud of in te slechte gezondheid om nog geopereerd te worden. Dit waren patiënten met bloedstollingszieken, die botversterkers nemen, behandeld werden met chemotherapie, zwangere patiënten of andere ernstige gezondheidsproblemen.

De derde reden om de wijsheidstanden te behouden was wanneer er vastgesteld werd dat de patiënt die om verwijdering vroeg voldoende ruimte in zijn mond had voor normale doorbraak van de wijsheidstanden.

Een vierde reden was wanneer deze tanden deel uitmaakten van een brug om verloren gegane tanden te vervangen.

De vijfde groep waren patiënten waarbij de wijsheidstanden niet mochten verwijderen worden om orthodontische redenen. Wanneer er al andere tanden verwijderd waren bijvoorbeeld.

De zesde reden om de tanden niet te verwijderen was wanneer de vraag kwam van patiënten met goed doorgebroken wijsheidstanden die hun functie als derde kies waarnamen.

Een zevende belangrijke groep waren de patiënten boven de 30 jaar. Boven de 30 jaar werd er niet tot verwijdering van de wijsheidstanden overgegaan als het om doorgebroken ziektevrije wijsheidstanden ging, ook al waren deze niet functioneel (werden ze niet gebruikt om te kauwen bvb. omdat ze scheef stonden), of om wijsheidstanden die nog volledig in het bot zaten.

De achtste en laatste reden waarom wijsheidstanden niet verwijderd werden was de wil van de patiënt. Sommige patiënten weigerden tegen medisch advies in, andere patiënten annuleerden hun afspraak, kwamen niet opdagen voor de ingreep of maakten geen afspraak na eerdere complicaties.

Samenvattend kwamen we tot de conclusie dat op een totaal van 1682 patiënten bij 2/3de alle aanwezige wijsheidstanden verwijderd werden. Hierbij dient opgemerkt dat patiënten meestal niet spontaan naar de MKA-arts kwamen, maar verwezen werden. Bij ongeveer 550 patiënten werden een of meer wijsheidstanden niet verwijderd. Meestal gaf de behandelende MKA een of twee redenen op voor het niet verwijderen van wijsheidstand, maar soms ook drie en zelfs vier redenen.

Top drie contra-indicaties

De belangrijkste redenen om wijsheidstanden niet te verwijderen was wanneer de wijsheidstanden goed waren doorgebroken en als derde kies gebruikt werden om te kauwen.

De tweede belangrijkste reden was de wil van de patiënt. Dit kan verklaard worden door angst en twijfels bij de patiënt, afspraken die vergeten werden of meerdere keren verplaatst. Ook waren er soms milde complicaties of vertraagde wondheling na het verwijderen van het eerste deel van de wijsheidstanden. Andere redenen waren van medische aard zoals een luchtweginfectie of ziekenhuisopname. Ook sociale en economische parameters speelden een rol. Als laatste koos de patiënt er soms voor om de ingreep in een ander ziekenhuis te laten uitvoeren.

De top drie werd afgesloten door patiënten met een de leeftijd boven de 30 jaar met asymptomatische wijsheidstanden. Leeftijd is een belangrijke contra-indicatie omdat het risico op complicaties toeneemt met de leeftijd. Deze patiënten hebben een hogere densiteit van het kaakbot, hierdoor is het moeilijk te manipuleren tijdens de operatie. Ook de wondheling gaat trager en de wortels zijn volledig afgevormd, daarom is er meer risico op infectie en breuk van de wortels. Wanneer de wortels gekromd zitten rond de zenuw of laag tegen de rand van de onderkaak, is er risico op schade aan de zenuw of zelfs een breuk van de onderkaak.

En tot slot dienen we vast te stellen dat de wijsheidstand in de rechter onderkaak het vaakst niet verwijderd werd. Of hier een specifieke reden voor is dient uitgemaakt te worden door nader onderzoek.

imageimage

Download scriptie (19.66 MB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2018
Promotor(en)
Prof. Dr. C. Politis
Thema('s)