Restauratie en Conservatie van cellulose-esters

Marieke
Verboven

 

Restauratie en Conservatie van cellulose esters
 
 
Steeds meer kunstenaars maken gebruik van allerhande kunststoffen, waardoor we als restaurateur vaker met deze materialen in contact komen. Literatuur betreffende de conservatie van kunststoffen is uiterst miniem en vele onderzoeksprojecten staan nog in hun kinderschoenen. In talrijke depots van musea beginnen vele kunstwerken uit kunststof echter tekenen van verval te vertonen of zijn ze al volledig verdwenen. Er bestaat dus een duidelijke noodzaak aan informatie om dergelijke problemen aan te pakken.
De kunststofproblematiek is echter zó uitgebreid, dat een afbakening van dit onderwerp zich opdringt.
 
De groep van kunststoffen die ik bespreek in mijn thesis, zijn de cellulose-esters. Aangezien zij de eerste semi-synthetische kunststoffen zijn, vertegenwoordigen ze historisch de meest belangrijke, maar spijtig genoeg ook meest agressieve groep.
De bekendste voorbeelden van deze belangrijke groep van de éérste semi-synthetische kunststoffen zijn cellulosenitraat (beter bekend onder de naam celluloid) en cellulose-acetaat.
Bij deze kunststoffen zijn vele problemen vastgesteld op gebied van veroudering. Bij veroudering scheiden deze kunststoffen zuren uit. Deze zuren, waaronder nitraatzuur (bij cellulosenitraat) en azijnzuur (bij cellulose-acetaat), kunnen andere kunstobjecten, die zich in de nabijheid bevinden, aantasten en zelfs volledig vernietigen.
 
Het is dus zéér belangrijk om deze kunststoffen te kunnen identificeren en te voorzien van een geschikte opslagmethode. De identificatie van transparante kunststoffen enkel en alleen op het zicht is haast onmogelijk. Hierdoor is men genoodzaakt zich te richten tot labo’s met gespecialiseerde analytische instrumenten. Aangezien niet iedereen hier toegang toe heeft zijn er ook subjectieve identificatietests uitgevoerd, welke een identificatie kunnen garanderen.
 
Naast de preventieve conservering zit men ook op het gebied van restauratie met vele vragen. Hoe hecht men een transparant sheet van cellulose-acetaat?
Met deze problematiek werd ik geconfronteerd, door mijn stage aan het S.M.A.K. in Gent met de restauratie van het kunstwerk “A Ghent abbiamo aperto una finestra” (In Gent heb ik een raam geopend) van Carla Accardi.
De restauratie en conservatie van het kunstwerk van Carla Accardi ‘A Ghent abbiamo aperto una finestra’ stelt zich als voorbeeld doorheen de ganse thesis van hoe er in de praktijk gewerkt kan worden.
Het kunstobject ziet eruit als een kamerscherm dat bestaat uit 4 panelen. De constructie is opgebouwd uit een houten skelet, waarop langs de voorzijde kunststoffolie, meer specifiek cellulose-acetaat, is bevestigd. De kunststoffolie is langs de achterzijde beschilderd met grijze verfstreken. De kunstenares heeft de kunststoffolie gebruikt als drager voor het schilderij. Echter is deze transparante folie gescheurd.
Om terug een hechting te verzekeren tussen de vele scheuren in deze transparante kunststoffolie was een volledig begrijpen nodig van de chemische en fysische eigenschappen van deze kunststof. Nadien is er een innovatief onderzoek opgestart waarbij er tests zijn uitgevoerd, gaande van de meest voor de hand liggende oplossingen zoals het verlijmen tot het sealen en hechten met enkel en alleen een solvent.
 
Om te weten te komen hoe deze restauratie tot een esthetisch en bijna onzichtbaar resultaat is gekomen zal men deze thesis tot zich moeten nemen. Het is een belangrijk en zeer volledig document geworden met nog nooit geziene oplossingen en illustraties over de niet te vergeten pioniersgroep onder de kunststoffen, namelijk de cellulose-esters.

Download scriptie (16.75 MB)
Universiteit of Hogeschool
Andere
Thesis jaar
2008