Informeel leren in het formele volwassenenonderwijs. Exploratief onderzoek naar de ervaringen van laaggeschoolde deelnemers.

Jeltsen
Peeters

Jeltsen Peeters

Veroordeeld tot levenslang… achter de schoolbanken?

 

Zeg eens, wat heb jij geleerd?

 

Levenslang leren. Waarschijnlijk heb je er al wel eens van gehoord of het mogelijks al aan den lijve ondervonden. Een bijscholingscursus hier, een cursus Spaans daar. Door iedereen een leven lang te laten leren, hoopt Europa de meest “concurrerende en dynamische kenniseconomie van de wereld” te worden (Europese Commissie, 2000). De vraag is alleen hoe we een leven lang zullen leren. Worden we verplicht levenslang achter de schoolbanken te kruipen? Wellicht niet. Onder levenslang leren verstaat Europa immers meer dan alleen het leren op school om een diploma te behalen (= formeel leren). Je kan immers ook leren in een cursus dat niet tot een erkend diploma leidt zoals bijvoorbeeld je gitaarlessen (= niet – formeel leren). Meer nog, je hebt helemaal geen cursus nodig om te leren. We leren allemaal de hele dag door. Deze derde vorm van levenslang leren noemt men informeel leren.

 

De kans is groot dat je bij onze vraag aan het begin terug dacht aan je schoolloopbaan. Waarschijnlijk dacht je niet aan het recept uit SOS Piet 4 dat je gisteren leerde koken of aan wat je mogelijks van dit artikel zou leren. Verwonderlijk is dit niet echt. Het informeel leren is zo natuurlijk dat we het haast niet meer herkennen (Jarvis, 2008; Livingstone, 2007). Bovendien wordt dit leren niet expliciet beloond. Het zal je werkgever wellicht koud laten dat er een Piet Huysentruyt in je schuilt. Wel zal hij je schoolloopbaan onder de loep nemen. In onze huidige maatschappij ligt de nadruk immers op formeel leren. Een diploma is de weg naar een job. Deze nadruk op formeel leren en de hiermee gepaard gaande economische motieven wordt ook wel eens de neo – liberale focus genoemd (Jarvis, 2008). Is deze eenzijdige focus echter gerechtvaardigd?

 

We kunnen niet niet leren (Bolhuis, 2009). Meer zelfs, we stoppen niet met informeel leren eens we achter de schoolbanken zitten. Informeel en formeel leren kunnen elkaar versterken, maar ook tegen werken (Schugurensky, 2000). Zo kunnen we in de lessen leren dat we in een democratische samenleving leven, maar daarnaast erg autoritaire lesgevers hebben die geen enkele vorm van inspraak dulden. Je leert formeel (de lessen) iets heel anders dan wat je informeel leert (je ervaring). Om te bekijken hoe dit informeel leren in het onderwijs plaats vindt, namen we diepgaande interviews af van (alle) 15 studenten uit een opleiding van het volwassenenonderwijs. Ook al kunnen zij onmogelijk alle studenten vertegenwoordigen, toch kwamen we tot een aantal opvallende vaststellingen. Benieuwd?

 

Ook voor onze studenten was het niet evident het eigen informeel leren te herkennen. Het vraagt enig reflectiewerk en de bereidheid informeel leren als leren te beschouwen. Eens de studenten hun eigen leren herkenden, bleken ze er enthousiast over. Vaak wist men niet dat men zoveel geleerd had.

 

“Nee. Nee, helemaal niet. Nee, nu pas eigenlijk. Nu pas besef ik dat. Nee, dat had ik echt niet. Maar ik heb gewoon precies veel meer geleerd daar in school dan dat ik zelf besef nu.”

 

Je kan op drie manieren informeel leren (Schugurensky, 2000). Studenten leerden bijvoorbeeld sociale vaardigheden zoals respect en luistervaardigheid zonder dat ze dit beseften op het moment zelf (= socialisatie). Ze leerden dit niet uit de boeken, maar door bijvoorbeeld feedback van elkaar.  Daarnaast leerden studenten zaken waar ze zich wel bewust van waren, maar waar ze niet de intentie toe hadden (= incidenteel of toevallig leren). Vooral spontane situaties en verhalen van anderen waren een rijke bron om van te leren. Ten derde waren er studenten die heel bewust op zoek gingen om iets te leren (= intentioneel leren). Zo werden een aantal studenten aangetrokken door een thema uit de les en gingen ze erover lezen en leren in hun vrije tijd. Zoiets deden ze voor de opleiding overigens bijna nooit.

 

Waarvan leer je nu informeel in de klas? De contacten met anderen zorgen voor de meeste leersituaties. Studenten leren heel spontaan van elkaar. Ze observeren elkaar, leren dingen aan, vertellen verhalen waarvan anderen leren… In een gesprek zegt bijvoorbeeld de jongste student dat ze alleen thuis is en niet weet hoe ze soep moet koken. De oudere studenten vertellen vervolgens maar wat graag hoe je de lekkerste soep op tafel krijgt. Spontaan dingen aan elkaar kunnen aanleren waardoor anderen informeel van je leren, is erg voldoeninggevend. Het zorgt bovendien voor een erkenning van wat je eerder informeel leerde.

 

“Dat geeft mij zo een sterker gevoel van ‘Ik kan dat, ik heb hier mensen iets aangeleerd.’. En dan voel je je ook wel een beetje positiever.”

 

Een andere manier waarop studenten informeel leren, is het verborgen curriculum. De lessen waarin je leert over democratie bijvoorbeeld, is het formeel curriculum. De boodschap die de school (onbewust) uitzendt via de autoritaire lesgevers, is het verborgen curriculum. Uit onderzoek blijkt dat bepaalde elementen zoals waarden, attitudes, inzichten,… soms zelfs effectiever informeel aan te leren zijn via het verborgen curriculum (Wade & Regehr, 2006). Ook onze studenten bleken hiervan te leren.

 

We weten nu wat informeel leren is. Heeft het ook een nut? Volgens ons onderzoek wel. Daar waar informeel en formeel hetzelfde geleerd wordt, leidt het tot succesvollere leerprestaties. Informeel leren helpt de missie van het volwassenenonderwijs (Vlaams Parlement, 2007) te verwezenlijken. Ook op maatschappelijk niveau zorgt het informeel leren van deze opleiding voor heel wat voordelen. Misschien wel de voornaamste implicatie is de vaststelling dat de laagopgeleide moeders onder de studenten de vicieuze cirkel van intergenerationele lage scholing doorbreken. Ze leren zelf informeel dat leren leuk is, leren hun kinderen dit (informeel) aan en stimuleren hen meer dan ooit te voren om hun best te doen op school.

 

Het informeel leren was meestal persoonlijk waardevol. Men besefte dat men meer leerde dan men dacht en men maakte bovendien kennis met een bijkomende mogelijkheid tot leren. Het gaat overigens eerder om kwaliteit dan kwantiteit. Vaak op het eerste zicht kleine, bijna verwaarloosbare informeel geleerde dingen kunnen voor studenten een enorme waarde hebben. We kunnen het zelf niet beter verwoorden:

 

“Ja, maar je moet die ‘grenzen verleggen’ zien als iets heel klein,hé. Het is niet dat ik ineens ga bungee springen en zo van die dingen, hé. Nee. Echt zo, dat is heel klein voor mij.”

We tonen in ons onderzoek het belang van de aandacht voor informeel leren in het onderwijs. We geven een aantal praktische tips. Maak informeel leren zichtbaar, hanteer het verborgen curriculum bewust en werk samen met het sociaal cultureel werk waar zich reeds expertise over informeel leren bevindt.

 

Informeel leren heeft op zich enorme mogelijkheden. We spreken je bij deze dan ook vrij van ‘levenslang leren achter de schoolbanken’.

Bibliografie

Bolhuis, S. (2009). Leren en veranderen. Bussum: Uitgeverij Coutinho

 

Europese Commissie (2000). A memorandum on lifelong learning [Elektronische versie]. Brussel: Europese Commissie

 

Jarvis, P. (2008). Active citizenship in a late modern age. (Democracy, lifelong learning and the learning society. Vol3) Oxon: Routledge

Livingstone, D.W. (2007). Informal learning: conceptual distinctions and preliminary findings. In

Bekerman, Z., Burbules, N.C.,& Silberman – Keller, D. (Red.), Learning in places. The informal education reader. (pp. 203-228). New York: Peter Lang Publishing

Schugurensky, D. (2000). The forms of informal learning: towards a conceptualization of the field [Electronic version]. NALL Working Paper, 19,  Toronto: The research network for New Approaches to Lifelong Learning

Vlaams Parlement (2007). Decreet betreffende het volwassenenonderwijs [Elektronische versie]. Brussel: Vlaams Parlement

 

Wade, G.,& Regehr, G. (2006). What we don’t know we are teaching. Unveiling the hidden curriculum [Electronic version]. Clinical orthopaedics and related research. 449, 20-27.

Download scriptie (589.82 KB)
Universiteit of Hogeschool
Vrije Universiteit Brussel
Thesis jaar
2010