Discriminatie op basis van vakbondslidmaatschap: een correspondentie-onderzoek in Vlaanderen

Niels
Groothaert
  • Stijn
    Baert

Gesyndiceerd: sollicitatie in de prullenbak?

 

Zoals iedereen wel weet is de relatie tussen vakbonden en werkgevers niet altijd even rooskleurig, eerder het tegenovergestelde blijkt waar te zijn. Daarnaast komen vakbonden, ondanks hun belangrijke rol bij het sociaal overleg en hun inzet voor de belangen van de werknemers, vaak negatief in de media. Dit alles kan zich mogelijks afstralen op het individuele vakbondslid, met alle gevolgen van dien. Eén van die mogelijke gevolgen heeft te maken met hoe werkgevers staan tegenover sollicitanten die vakbondsgeaffilieerd zijn.

 

Dit onderwerp is relatief onaangeroerd in de internationale literatuur, dewelke zich veelal beperkt tot discriminatie van de vakbond of vakbondsleden op de werkvloer en niet zozeer in de aanwerving. Uit dit onderzoek blijkt echter dat er ook reeds discriminatie van vakbondsleden in de aanwerving plaatsvindt. Door deze vorm van discriminatie op een directe manier te onderzoeken, namelijk via een correspondentietest, worden de beperkingen van eerdere onderzoeken weggewerkt. Vorige onderzoeken beperkten zich namelijk tot rechtszaken en aanwervingsprocedures. Deze overstijgen nauwelijks de casuïstiek en laten heel wat onopgemerkte gevallen liggen. Een correspondentietest heeft geen last van deze problemen. Daarnaast is het sinds de invoering van artikel 107 Wet van 30 december 2009 ter aanvulling van de wet ter bestrijding van discriminatie bij wet verboden om te discrimineren op basis van syndicale overtuiging. Gezien deze relatief recente wijziging van de wet is dit onderzoek een interessante oefening om te kijken of werkgevers de wetswijziging hebben gerespecteerd.

 

De onderzoekers vroegen zich af of een sollicitant een hogere, lagere of gelijke kans op aanwerving heeft wanneer deze reveleert geaffilieerd te zijn met een vakbond. Ten tweede maakten ze een onderscheid naar specifieke vakbond en vroegen ze zich af of eventuele discriminatie hoger is naargelang men bij een bepaalde vakbond (ACLVB, ACV of ABVV) geaffilieerd is. Als derde vroegen de onderzoekers zich af of eventuele discriminatie met betrekking tot vakbondsaffiliatie hoger is in laaggeschoolde dan wel in hooggeschoolde beroepen. Als laatste werd er ook nog een onderscheid tussen sectoren met een lage en een hoge syndicalisatiegraad gemaakt.

 

De werkwijze bij een correspondentietest houdt het volgende in: om te beginnen worden fictieve CV’s en motivatiebrieven opgesteld die zo goed mogelijk op elkaar geleken. Het enige wezenlijke verschilpunt tussen de CV’s was de te testen discriminatiegrond, in dit geval vakbondsaffiliatie. Zo was er 1 fictieve persoon die lid was van een theatergezelschap en 1 fictieve persoon die lid was van een jongerenvakbond. Er werd gekozen voor een jongerenvakbond aangezien er verondersteld werd dat dit minder argwaan bij de werkgever zou opwekken dan gewoon te vermelden dat men gesyndiceerd is, want zoiets wordt normaal niet vermeld op een CV. Er werd ook nog gevarieerd tussen 2 laaggeschoolde en 2 hooggeschoolde beroepen. Deze CV’s en motivatiebrieven werden vervolgens volgens een bepaald schema uitgestuurd naar bepaalde, reëel openstaande vacatures geplaatst op de website van de VDAB. De callback werd gecodeerd zodat er gekeken kon worden of er een verschil was in reactie op basis van de bestudeerde discriminatiegrond.

 

Er werden twee analyses uitgevoerd. In de ene analyse werd enkel de uitnodiging tot een jobgesprek gezien als positieve callback, in de andere werd daarnaast ook de vraag om terug te bellen of de vraag om meer informatie opgenomen onder positieve callback. De eerste wordt de positieve callback sensu stricto genoemd, de andere positieve callback sensu lato.

 

Beide analyses geven weer dat er effectief discriminatie is van vakbondsleden in de aanwerving. In de analyse betreffende positieve callback sensu stricto blijkt dat een kandidaat die geen vakbondslidmaatschap reveleerde voor de beroepen waarvoor gesolliciteerd werd 30% vaker werd uitgenodigd voor een jobgesprek na een sollicitatie dan een kandidaat die dat wel deed. Daarnaast was er per uitgevoerde sollicitatie (waarvoor minstens 1 kandidaat positief antwoord kreeg) ongeveer 20% kans was op ongelijke behandeling. Verdere opdelingen van de data tonen aan dat discriminatie vooral voorkomt in hooggeschoolde beroepen, in sectoren met een hoge syndicalisatiegraad en naar leden van het ABVV toe. De resultaten van de analyse betreffende positieve callback sensu lato zijn gelijkaardig, maar dan wel iets minder opmerkelijk . Uit het onderzoek blijkt dat er wel degelijk in sommige gevallen discriminatie van vakbondsleden is in de aanwerving. Uit de vergelijking van de twee analyses zou kunnen gesteld worden dat werkgevers sneller geneigd zijn niet-vakbondsgeaffilieerde kandidaten onmiddellijk uit te nodigen op een jobgesprek, terwijl ze vakbondsgeaffilieerde kandidaten liever eerst om wat meer informatie vragen vooraleer ze uit te nodigen voor een gesprek.

Bibliografie

American Rights at work, 2005, “International labor and human rights activists tour U.S.to investigate abuses in workplaces”, URL:

<http://www.americanrightsatwork.org/press-center/2005-press-releases/international-labor-and-human-rights-activists-tour-us-to-investigate-abuses-in-workplaces-20051012-283-344.html>, oktober 2013.

 

Baert, S., Omey, E. en Verhaest, D., 2012, “Arbeidseconomie, Discriminatie: wat is de empirische relevantie?”, Cursusslides, Gent.

 

Balcaen, P., 2013, “De impact van een tewerkstelling bij het leger op verdere aanwervingskansen: een veldexperiment”, Masterproef, Universiteit Gent, 84p.

 

Bentham, K.J., 2002, “Employer Resistance to Union Certification - A Study of Eight Canadian Jurisdictions”, Relations Industrielles – Industrial Relations, Vol. 57, nr. 1, p. 159-187.

 

Bertrand, M. en Mullainathan, S., 2004, “Are Emily and Greg more employable than Lakisha and Jamal? A field experiment on labor market discrimination”, American Economic Review, Vol. 94, p. 991-1013.

 

Block, N. en Roomkin, M., 1981, “Case Processing Time and the Outcome of Representation Elections: Some Empirical Evidence”, University of Illinois Law Review, Vol. 1, nr. 1, p. 75-97.

 

Bovenkerk, F., 1992, “Testing discrimination in natural experiments: a manual for international comparative research on discrimination on the grounds of ‘race’ and ethnic origin”, Geneva: International Labour Office.

 

Bursell, M., 2007, “What’s in a name? A field experiment test for the existence of ethnic discrimination in the hiring process”, Stockholm University Linnaeus Center for Integration Studies, Working paper.

 

Cantrell, R.S., Hendrix, W.H., Leap, T.L. en Taylor, G.S., 1990, “Discrimination Against Prounion Job Applicants”, Industrial Relations, Vol. 29, nr. 3, p. 469-478.

 

Cooke, W.N., 1985a, “Failure to Negotiate First Contracts: Determinants and Policy Implications”, Industrial and Labor Relations Review, Vol. 38, nr. 2, p. 163-178.

 

Cooke, W.N., 1985b, “The Rising Toll of Discrimination Against Union Activists”, Industrial Relations, Vol. 24, nr. 3, p. 421-442.

 

Decuypere, L., 2013, “Correspondentieonderzoek naar de impact van een Facebook-profielfoto op de aanwervingskansen in Vlaanderen met focus op de financiële sector”, Masterproef, Universiteit Gent, 113p.

 

Drydakis, N., 2011, “Women’s Sexual Orientation and Labor Market Outcomes in Greece”, Feminist Economics, Vol. 17, nr. 1, p. 89-117.

 

Dundon, T., 2002, “Employer Opposition and Union Avoidance in the UK”, Industrial Relations Journal, Vol. 33, nr. 3, p. 234-245.

 

Fix, M., Galster, G.C., Struyk, R.J., 1993, “An overview of auditing for discrimination”, Clear and convincing evidence: Measurement of discrimination in America, Washington D.C.: The Urban Institute Press, p. 18-25.

 

Freeman, R.B. en Kleiner, M.M., 1990, “Employer Behavior in the Face of Union Organizing Drives”, Industrial and Labor Relations Review, Vol. 43, nr. 4, p. 351-365.

 

Gall, G., 2004, “British Employer Resistance to Trade Union Recognition”, Human Resource Management Journal, Vol. 14, nr. 2, p. 36-53.

 

Gall, G., 2009, “Closing Down a Means of Collective Voice for Workers - Victimisation of Union Activists in Britain”, Journal of Workplace Rights, Vol. 14, nr. 1, p. 75-95.

 

Gheyle, N., 2012, “Etnische discriminatie op de arbeidsmarkt bij hoogopgeleide schoolverlaters: een veldexperiment”, Masterproef, Universiteit Gent, 86p.

 

Goossens, V., 2013, “De vakbonden zijn meer dan ooit nodig”, URL: <http://trends.knack.be/economie/nieuws/beleid/de-vakbonden-zijn-meer-dan-ooit-nodig/article-4000292825640.htm>, (27/04/2014).

 

Het Laatste Nieuws, 2014, “Descheemaecker: “Vakbonden zijn geïsoleerd van economische realiteit’ ”, URL:

<http://www.hln.be/hln/nl/942/Economie/article/detail/1821633/2014/03/18/Descheemaecker-Vakbonden-zijn-geisoleerd-van-economische-realiteit.dhtml>, (27/04/2014).

 

Humblet, P., Rigaux, M., Janvier, R., Peeters, J., Rauws, W., Van den Langenbergh, K. en Van Regenmortel, A., 2012, “Synopsis van het Belgische Arbeidsrecht”, Intersentia, Antwerpen, vijfde editie, 500 p.

 

Kleiner, M.M., 1984, “Unionism and Employer Discrimination: Analysis of 8(a)(3) Violations”, Industrial Relations, Vol. 23, nr. 2, p.234-243.

 

Jann, B., 2008, “The Blinder-Oaxaca decomposition for linear regression models”, The State Journal, Vol. 8, nr. 4 ,p. 453-479.

 

Kaas, L., Manger, C., 2012, “Ethnic discrimination in Germany's labour market: a field experiment”, German Economic Review, Vol. 13, nr. 1, p. 1-20.

 

Lahey, J.N., Beasley, R.A., 2009, “Computerizing audit studies”, Journal of Economic Behavior & Organization, Vol. 70, p. 508-514.

 

Lawler, J.J. en West. R., 1985, “Impact of Union-Avoidance Strategy in Representation Elections”, Industrial Relations, Vol. 24, nr. 3, p. 406-420.

 

Machin, S. en Wood. S., 2005, “Human Resource Management as a Substitute for Trade Unions in British Workplaces”, Industrial and Labor Relations Review, Vol. 58, nr. 2, p. 201-218.

 

McGinnity, F., Nelson, J., Lunn, P., Quinn, E., 2009, “Discrimination in Recruitment: Evidence from a Field Experiment”, Dublin: The Equality Authority.

  Neefs, E., 2014, “(R)evolutie bij Amerikaanse vakbonden”, De Standaard, (04/01/2014).

 

OECD, 2014, Stat. Extracts: “Trade Union Density”, URL:

<http://stats.oecd.org/Index.aspx?QueryId=20167>, maart 2014.

 

Omey, E., 2012, “Arbeidseconomie, het Sociaal Overleg”, Gent, 56 p.

 

Pager, D., 2007, “The use of field experiments for studies of employment discrimination: contributions, critiques, and directions for the future”, The Annals of the American Academy of Political and Social Science, Vol. 609, p. 104-133.

 

Pager, D. en Shepherd, H., 2008, “The sociology of discrimination: racial discrimination in employment, housing, credit, and consumer markets”, Annual Review of Sociology, Vol. 34, p.181-209.

 

Riach, P.A., Rich, J., 2002, “Field experiments of discrimination in the market place”, The Economic Journal, Vol. 112, p. 480-518.

 

Riach, P.A., Rich, J., 2004, “Deceptive field experiments of discrimination: are they ethical?” Kyklos, Vol. 57, nr. 3, p. 457-470.

 

Roy, D., 1980, “Repression and Incorporation: Fear Stuff, Sweet Stuff and Evil Stuff: Management's Defenses Against Unionization in the South”, Capital and Labour: A Marxist Primer, Glasgow: Fontana, p.395-415.

 

Ruffle, B.J., Shtudiner, Z., 2010, “Are good-looking people more employable?” Monaster Center for Economic Research and Ben-Gurion University of the Negev, discussion paper, nr. 10-06.

 

Saltzman, G.M., 1995, “Job Applicant Screening by a Japanese Transplant: a Union-Avoidance Tactic”, Industrial and Labor Relations Review, Vol. 49, nr. 1, p. 88-104.

 

Stepstone, 2010, “Belg solliciteert via e-mail”, URL: <http://www.stepstone.be/Carriere-Tips/Onderzoeken/belg-solliciteert-via-email.cfm?orderBy=refDate>, 26 maart 2014.

 

Theunissen, G., Ramioul, M., 2004, “Zijspoor of samen onderweg? Sociaal overleg in Vlaamse organisaties”, PASO flits 5, Leuven: PASO.

 

Thomason, T., 1994, “The Effect of Accelerated Certification Procedures on Union Organizing Success in Ontario”, Industrial and Labor Relations Review, Vol. 47, nr. 2, p. 207-226.

 

Van den Broek, D., 2003, “Recruitment Strategies and Union Exclusion in two Australian Call Centers”, Relations Industrielles – Industrial Relations, Vol. 58, nr. 3, p. 515-536.

 

Wei, Z.Z., Hendrix, W.H., Leap, T.L. en Taylor, G.S., 1988, “The NLRB and Pre-Employment Screening”, Labor Law Journal, Vol. 39, nr. 4, p. 208-219.

 

Wood, M., Hales, J., Purdon, S., Sejersen, T., Hayllar, O., 2009, “A test for racial discrimination in recruitment practice in British cities”. DWP Research Reports, nr. 607.

Download scriptie (1.83 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2014