Mareros and pandilleros in Honduras: the reintegration of youth gang members

Ellen
Van Damme

EEN UITWEG UIT JONGERENBENDES: GOD OF DE DOOD?

 “Hier in Honduras kunnen jongeren slechts voor twee redenen een bende verlaten: door zich te bekeren tot de kerk of doordat ze worden vermoord.”

Honduras ligt geografisch gezien in het midden van Centraal-Amerika en wordt samen met El Salvador en Guatemala ook wel ‘de geweldadige driehoek’ genoemd. Honduras staat bekend als het land met de meeste moorden ter wereld. Niet minder dan 90 per 100.000 inwoners worden ieder jaar vermoord (ter vergelijking, in België gaat het om minder dan 2 per 100.000 inwoners). Veel van dit geweld wordt gewijd aan de jongerenbendes die zowel in Honduras, als El Salvador en Guatemala in grote mate aanwezig zijn.

Maar waarom willen jongeren tot een bende behoren? En eens ze tot een bende behoren, hoe kunnen ze uit deze bende geraken zonder hierbij het leven te moeten laten?

Een bende als surrogaat familie?

Niet minder dan 20% van de jongeren in Honduras gaan niet naar school of heeft geen werk. Er zijn weinig recreatieve mogelijkheden en meer dan de helft van de jongeren groeit op in armoede; 36% moet het zelfs stellen met minder dan $2 per dag. Kinderen moeten dus vaak na schooltijd (of sommigen zelfs tijdens de schooluren) werken, bijvoorbeeld als straatverkoper, om te helpen hun gezin te onderhouden. Dat is toch beter dan deel uit te maken van een bende, denkt u? En wat als je hetzelfde weekloon op slechts een paar uur tijd kan verdienen? Voor kinderen of jongeren is bij een bende gaan vaak geen kwestie van keuze. Een bende lijkt al gauw aantrekkelijk als je weet dat ze jou kunnen steunen op financieel, vriendschappelijk en familiaal vlak. Daarenboven verwerf je als bendelid een bepaalde macht status binnen de samenleving.

Uit een bende stappen is als tekenen voor je eigen doodvonnis?

De redenen om bij een bende te gaan, in een context van armoede, materiële en/of emotionele deprivatie of zelfs verwaarlozing en mishandeling, zijn dus niet moeilijk te rechtvaardigen. Maar hoe zit het dan met de mogelijkheid om uit een bende te stappen? Hangen hier bepaalde voorwaarden aan vast?

Eerst en vooral willen we te weten komen voor welke redenen jonge bendeleden hun bende willen en kunnen verlaten. Daarnaast is het belangrijk te weten te komen welke interventie methoden hierbij het best gebruikt kunnen worden.

Jongeren die in een bende zitten, ontdekken al gauw dat de voordelen vaak niet opwegen tegen de nadelen. Een bende moet worden onderhouden en dit wordt vaak bekostigd door diefstal, afpersing of de verhandeling van wapens en drugs. Daarnaast gaan de jongeren meestal gebukt onder geweld; zowel intern door de eigen bende, bijvoorbeeld bij het inwijdingsritueel, als extern door andere bendes of de politie. Andere redenen om de bende te willen verlaten zijn bij de persoonlijke ontwikkeling van de jongeren zelf terug te vinden. Zo is er het natuurlijke proces van ‘ontgroeiing’, waarbij jongeren ouder worden en andere prioriteiten, zoals bijvoorbeeld een gezin, voorop gaan stellen.

Een lange weg uit het bendeleven: is er een alternatief?

Er blijken dus verschillende redenen te zijn om een bende te willen verlaten, maar zijn er ook evenveel wegen uit het bendeleven? Volgens het voorliggende onderzoek kunnen jongeren slechts op twee manieren een bende verlaten: door zich te bekeren tot God en dagelijks naar de kerk te gaan of door er het leven bij te laten. Om een bende te verlaten moet hoe dan ook toestemming gevraagd worden aan de bendeleider of men moet bescherming zoeken in een instelling of het land verlaten.

Eens een ex-bendelid zijn bende heeft verlaten, kan hij zich re-integreren in de samenleving. Of toch niet? Ex-bendeleden worden geconfronteerd met verschillende vormen van discriminatie, zowel op vlak van tewerkstelling, als op school en in het sociale leven. De discriminatie wordt zelfs erger wanneer een ex-bendelid getatoeëerd is en dus duidelijke kentekenen van zijn vroegere bende met zich meedraagt.

NGOs en andere organisaties proberen ex-bendeleden te steunen in hun re-integratie in de maatschappij. Organisaties werken vaak op een holistische wijze, gebaseerd in de lokale gemeenschap (hoewel hier ook uitzondering op zijn). Binnen deze gemeenschap is het van belang om verschillende actoren, zoals de familie, school en kerk, bij de re-integratie te betrekken. Op psychologisch vlak moet er onder andere gewerkt worden aan het zelfvertrouwen van de jongere. Sommige organisaties houden zich bezig met het verwijderen van tattoes, om de jongeren meer kansen op de arbeidsmarkt te bieden. Maar anderen stellen vast dat: “de samenleving degene is die getattoeëerd is. De sociale tattoe is aanwezig onder de bevolking; want zij geven de jongeren niet de kans om te re-integreren.”

Bibliografie

Bibliography

ADE (2011). Evaluation of the European Commission’s co-operation with Honduras. Rome, Italy: ADE.

Afonso, C., Cardoso, K., Santos, R., Roque, R., & Moura, T. (2012). Youth and urban violence in San Salvador, Rio de Janeiro and Praia: public policies, community-based responses and recommendations. Peace Studies Group.

Agnew, R. (1992). Foundation for a general strain theory of crime and delinquency. Criminology, 30(1), 47-87.

Andrews, D. (1995). The psychology of criminal conduct and effective treatment. In J. McGuire (Ed.), What works: reducing reoffending (pp. 35-62). Chichester, UK: John Wiley & Sons.

Andrews, D. A., & Bonta, J. (2006). The psychology of criminal conduct (4th ed.). New Providence, New Jersey: LexisNexis Group.

Andrews, D. A., & Bonta, J. (2010). The psychology of criminal conduct (5th ed.). New Providence, New Jersey: LexisNexis Group.

Aplícano Cubero, A. (2012). Relato de vida de una expandillera de Honduras. In M. Ávalos Quispal (Ed.), Historias y relatos de vida de pandilleros y ex pandilleros de Guatemala, El Salvador y Honduras: Inicio de diálogo desde su realidad y percepciones (pp. 287-321). Guatemala: Insituto de Estudios Comparados en Ciencias Penales de Guatemala.

Becker, H. (1963). Outsiders: studies in the sociology of deviance. New York: Free Press.

Beyens, K., & Tournel, H. (2010). Mijnwerkers of ontdekkingsreizigers? Het kwalitatieve interview. In T. Decorte & D. Zaitch (Eds.), Kwalitatieve methoden en technieken in de criminologie (pp. 200-232). Leuven: Acco.

Burgess, E. W. (1926). The urban community. Chicago: University of Chicago Press.

Burgess, R. L., & Akers, R. L. (1966). A differential association-reinforcement theory of criminal behavior. Social Problems, 14(2), 128-147.

Cálix, Á. (2010). Honduras: de la crisis política al surgimiento de un nuevo actor social. Nueva Sociedad, 226, 34-51.

CAP (n.d.). Chicago Area Project: Strengthening neighborhoods – helping young people. Retrieved on June 28, 2014, from http://www.chicagoareaproject.org/

Carranza, M. (2006). Del asistencialismo a la incidencia y el cabildeo: las diversas respuestas de la sociedad civil organizada al fenómeno de las pandillas en Honduras. In J. M. Cruz (Ed.), Maras y pandillas en Centroamérica: las respuestas de la sociedad civil organizada (Volumen IV) (pp. 235-328). San Salvador: UCA.

Centinela Económico (2013). Lobo alaba tregua entre maras promovida por obispo Emiliani y embajador Blackwell. Retrieved June 30, 2014, from http://www.centinelaeconomico.com/2013/05/27/lobo-alaba-tregua-entre-ma…

Cloward, R. A., & Ohlin, L. E. (1960). Delinquency and opportunity. In J. E. Jacoby (Ed.), Classics of Criminology (pp. 236-240). Illinois: Waveland Press.

Cohen, A. K. (1955). Delinquent boys: the culture of the gang. Glenceo: The Free Press.

Cruz, J. M. (2010). Central American maras: from youth street gangs to transnational protection rackets. Global Crime, 11(4), 379-398.

Cruz, J. M., & Macías, R. C. (2004). The political culture of democracy in Honduras, 2004. Nashville: Latin American Public Opinion Project (LAPOP), Vanderbilt University.

Decorte, T. (2010). Kwalitatieve data-analyse in het criminologisch onderzoek. In T. Decorte & D. Zaitch (Eds.), Kwalitatieve methoden en technieken in de criminologie (pp. 441-472). Leuven: Acco.

Decorte, T. (2010). Software voor kwalitatieve dataverwerking. In T. Decorte & D. Zaitch (Eds.), Kwalitatieve methoden en technieken in de criminologie (pp. 473-488). Leuven: Acco.

Dowden, C., & Andrews, D. A. (1999). What works in young offender treatment: a meta-analysis. Forum on Corrections Research, 11, 21-24.

Durán Chavarría, D. (2012). Prevención de la violencia juvenil y fortalecimiento del sistema de justicia penal juvenil. San José: ILANUD.

El Heraldo (2012). Lanzan programa Honduras por la vida. Retrieved June 30, 2014, from http://www.elheraldo.hn/csp/mediapool/sites/ElHeraldo/Pais/story.csp?ci…

Floresi, H., Mejía, J., Mejía, J. A., SJ, I. M., & Serrano, O. (2004). Políticas juveniles y rehabilitación de mareros en Honduras. In ERIC, DIRINPRO, NITLAPÁN, IDIES, & IUDOP (Ed.), Maras y pandillas en Centroamérica: vol. III. políticas juveniles y rehabilitación (pp. 187-292). Managua, El Salvador: UCA Publicaciones.

Goethals, J. (2007). Psychologie en delinquentie: een inleiding in de criminologische pscyhologie. Leuven: ACCO.

Gobierno de la República de Honduras (2014). Juan Orlando Hernández – presidente de la república de Honduras: plan de todos para una vida mejor. Retrieved June 30, 2014, from http://www.presidencia.gob.hn/

Hayward, K. (2004). Crime, consumer culture and the urban experience. In K. Hayward (Ed.), City limits: crime, consumer culture and the urban experience (pp. 147-173). London: Grasshouse.

Hirschi, T. (1969). Causes of delinquency. California: University of California Press.

Honduran gangs Salvatrucha and 18 Street announce truce. Retrieved on April 24, 2014, from http://www.bbc.com/news/world-latin-america-22694989

Howell, J. C. (1998). Promising programs for youth gang violence prevention and intervention. In R. Loeber, & D. P. Farrington (Eds.), Serious & violent juvenile offenders (pp. 284-312).

Howland, S. E. (2014). Migra y Maras: the relationship between the proliferation of Central American street gangs and migratory patterns in the northern triangle, Mexico, and the United States. Washington, DC: Georgetown University.

Interpeace (2013). Violentas y violentadas: relaciones de género en las maras Salvatrucha y Barrio 18 del triángulo norte de Centroamérica. Guatemala: Interpeace Regional Office for Latin America.

IUDOP (2010). “Seconds in the Air”: women gang-members and their prisons. San Salvador: UCA.

IUDOP (2012). Encuesta de evaluación del año 2012. San Salvador: Universidad Centroamericana José Simeón Cañas.

J. (2013, November 25). Honduras election results – Juan Orlando Hernández the winner. Retrieved December 6, 2013, from http://www.honduras.com/honduras-election-results-juan-orlando-hernandez-won/

Katz, J. & Jackson-Jacobs, C. (2004). The criminologists’ gang. In C. Summer (Ed.), Blackwell Companion to Criminology (pp. 91-124). London: Blackwell.

Kobrin, S. (1959). The Chicago Area Project – a 25-year assessment. Annals of the American Academy of Political and Social Science, 322, 19-29.

Lemert, E. M. (1951). Social pathology. New York: McGraw-Hill.

Lipsey, M. W. (1995). What do we learn from 400 research studies on the effectiveness of treatment with juvenile delinquents? In J. McGuire (Ed.), What Works: Reducing Reoffending (pp. 63-78). Chichester, UK: John Wiley & Sons.

Lipsey, M. W., & Wilson, D. B. (1998). Effective intervention for serious juvenile offenders: a synthesis of research. In R. Loeber, & D. P. Farrington (Eds.), Serious & Violent Juvenile Offenders (pp. 313-345).

Llanos, M., & Marsteintredet, L. (2010). Ruptura y continuidad: la caída de “Mel” Zelaya en perspectiva comparada. América Latina Hoy, 55, 173-197.

Maesschalck, J. (2010). Methodologische kwaliteit in het kwalitatief criminologisch onderzoek. In T. Decorte & D. Zaitch (Eds.), Kwalitatieve methoden en technieken in de criminologie (pp. 119-145). Leuven: Acco.

Matza, D. (1964). Delinquency and drift. New York: Wiley.

Merino, J. M. (2004). Políticas juveniles y rehabilitación de mareros en Guatemala. In ERIC, DIRINPRO, NITLAPÁN, IDIES, & IUDOP (Ed.), Maras y pandillas en Centroamérica: vol. III. políticas juveniles y rehabilitación (pp. 89-186). Managua, El Salvador: UCA Publicaciones.

Merton, R. K. (1938). Social structure and anomie. American Sociological Review, 3, 672-682.

Moffitt, T. E. (1993). Adolescence-limited and life-course-persistent antisocial behavior: a developmental taxonomy. Psychological Review, 100(4), 674-701.

Mortelmans, D. (2010). Het kwalitatief onderzoeksdesign. In T. Decorte & D. Zaitch (Eds.), Kwalitatieve methoden en technieken in de criminologie (pp. 75-118). Leuven: Acco.

Obama zoekt meer geld in crisis met piepjonge immigranten. (2014, 30 juni). De Standaard. Retrieved July 1, 2014, from http://www.standaard.be/cnt/dmf20140629_01160932

Omar, J. (2013, August 21). Honduras elections 2013 – the campaign officially begins. Retrieved December 6, 2013, from http://www.honduras.com/honduras-elections-2013-the-campaign-officially-begins/

Posada, M. G., & López, M. (1993). El Salvador 1950-1970: latifundios, integración y crisis. Revista de Historia de América, 115, 37-62.

PRB (n.d.). Honduras: highlights. (n.d.). Retrieved November 4, 2013, from Population Reference Bureau website: http://www.prb.org/DataFinder/Geography/Data.aspx?loc=319

Programa Nacional de Prevención, rehabilitación y reinserción social, (2011). Situación de maras y pandillas en Honduras. Tegucigalpa, Honduras.

Proyecto Victoria (2013). Maras y Pandillas: sinónimo de violencia, dolor y muerte. Tegucigalpa: Proyecto Victoria.

Reckless, W. C. (1967). The crime problem. New York: Meredith Publishing Company.

Reed, W. L., & Decker, S. H. (2002). Responding to gangs: evaluation and research. Pennsylvania: Diane Publishing Co.

Reisman, L. (2006). Breaking the vicious cycle: responding to Central American youth gang violence. SAIS Review, 26(2), 147-152.

Rodgers, D., Muggah, R., & Stevenson, C. (2009). Gangs of Central America: causes, costs, and interventions. Geneva: Small Arms Survey, Graduate Institute of International and Development Studies.

Rodríguez Bolaños, J. A., Sanabria, L. (2007). Maras y pandillas, comunidad y policía en Centroamérica. San José: DEMOSCOPÍA S.A.

Rubio, M. (2002). La violencia en honduras y la región del valle de Sula. Washington, D.C.: Deartamento Regional de Operaciones II.

Samayoa, C. V. (2011). Ejecuciones extrajudiciales de jóvenes estigmatizados en Centroamérica: estudio de situación de Guatemala, El Salvador y Honduras, 2009. Guatemala.

Santacruz Giralt, M. L., Concha-Eastman, A. & Homies Unidos (2001). Barrio adentro: la solidaridad violenta de las pandillas. San Salvador: Instituto Universitario de Opinión Pública.

Secretaría de Finanzas (2013). Presupuesto ciudadano. Ejercicio Fiscal 2013. Honduras: Secretaria de Finanzas.

Shaw, C. R. and McKay, H. D. (1969). Juvenile delinquency and urban areas: a study of rates of delinquency in relation to differential characteristics of local communities in American cities. Chicago: The University of Chicago Press.

Siegel, L. J. (2000). Social process theories. In L. J. Siegel (Ed.), Criminology (pp. 220-253). Belmont, California: Wadsworth.

Silverman, D. (2013). Doing qualitative research (5th ed.). Sage.

Sutherland, E. H. (1947). Differential association. In J. E. Jacoby (Ed.), Classics of Criminology (pp. 225-227). Illinois: Waveland Press.

Tannenbaum, F. (1938). Crime and the community. Boston: Ginn.

The World Bank (n.d.). GNI per capita, PPP (current international $) (n.d.). Retrieved December 6, 2013, from The World Bank website: http://data.worldbank.org/indicator/NY.GNP.PCAP.PP.CD

Thornberry, T. P. (1998). Membership in youth gangs and involvement in serious and violent offending. In R. Loeber, & D. P. Farrington (Eds.), Serious & Violent Juvenile Offenders (pp. 147-166).

Thrasher, F. M. (1927). The gang: a study of 1,313 gangs in Chicago. Chicago: The University of Chicago Press.

Thrasher, F. M. (1963). The gang: a study of 1,313 gangs in Chicago. Chicago: The University of Chicago Press.

UNAH-IUDPAS (2013). Observatorio de la violencia: boletín enero-diciembre 2012 (Edición No. 28, Enero 2013). Tegucigalpa: Instituto Universitario de Democracia, Paz y Seguridad.

UNDP (n.d.). Honduras en breve. (n.d.). Retrieved November 4, 2013, from UNDP Honduras website: http://www.hn.undp.org/content/honduras/es/home/countryinfo/

UNESCO (2011). Global education digest 2011: comparing education statistics across the world. Quebec: UNESCO Institute for Statistics.

UNESCO (2012). Global Education digest 2012. Quebec: UNESCO Institute for Statistics.

UNICEF (2003). Censo de niñez en situación de calle: Resultados. Honduras: UNICEF.

UNODC (2011). Global study on homicide 2011. Vienna: United Nations Office on Drugs and Crime.

UNODC (2012). Transnational organized crime in Central America and the Caribbean: a threat assessment. Vienna: United Nations Office on Drugs and Crime.

UNODC (2013). Global study on homicide 2013. Vienna: United Nations Office on Drugs and Crime.

USAID (2012). Snapshot: deconstructing gang structures & operations. Washington, DC: U.S. Agency for International Development.

Vander Laenen, F. (2010). Focusgroepen. In T. Decorte & D. Zaitch (Eds.), Kwalitatieve methoden en technieken in de criminologie (pp. 233-260). Leuven: Acco.

Waldmann, P. (2007). Is there a culture of violence in colombia? Terrorism and Political Violence, 19(4), 593-609.

Weerman, F.M., Maxson, C.L., Esbensen, F., Aldridge, J., Medina, J., & van Gemert, F. (2009). Eurogang program manual background, development, and use of the eurogang instruments in multi-site, multi-method comparative research. Retrieved on March 31, 2014, from http://www.umsl.edu/ccj/eurogang/EurogangManual.pdf

Wells, M. (2013). Teen gang fighting Honduras Maras for extortion profits. InSight Crime. Retrieved on July 28, 2014, from http://www.insightcrime.org/news-briefs/teenage-gang-fighting-honduras-…

Whyte, W. F. (1937). Street corner society. Chicago: University of Chicago Press.

Wood, J. and Alleyne, E. (2010). Street gang theory and research: where are we now and where do we go from here? Aggression and Violent Behavior, 15, 100-111.

Download scriptie (1.36 MB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2014