U vraagt zich waarschijnlijk af: “Wat is een architectuurpelgrim?”. Hiervoor moet u eens de foto’s bekijken van uw laatste reis en tellen hoeveel kerken, kastelen en kathedralen er zorgvuldig staan vastgelegd in uw fotoalbum. Begrijp het niet verkeerd, een doorsnee toerist is geen architectuurpelgrim, want deze laatste “wijkt net zoals de bedevaarder graag af van de reisgidsen en plant liever een vakantie in het thema van een bekende architect of stippelt een route uit via de hashtags #sosbrutalism, #archiporn of #abandonedbuildings”. Maar kan deze fanatieke soort de aandacht terug aanwakkeren voor de vaak onbekende en onbeminde kerktorens die uitsteken boven ons vernevelde Vlaamse landschap?
Het probleem is dat onze kerken leeglopen door de groeiende secularisering en een stilaan uitstervende populatie kerkgangers. Een tekort aan priesters, een hoop schandalen en torenhoge restauratiekosten dragen niet bij tot een heropleving van de kerk in Vlaanderen. Het is dus tijd om te werken aan onze kerken! Want hoe snel we het ook zijn vergeten, in deze gebouwen schuilen tal van kwaliteiten. Omdat ze vaak in het centrum van een wijk of dorp zijn gelegen, vervullen ze een waardevolle rol in de maatschappij omwille van hun specifieke typologie, strategische ligging en publieke schaal. Ze herbergen sociale werkplaatsen, gemeenschapscentra en zijn tout court het oriëntatiepunt van een wijk.
De termen gemeenschap, zingeving, religie en kerk kunnen onder één noemer geplaatst worden. Hun etymologie verklaart de essentie van deze abstracte begrippen, namelijk kerk (van het Griekse woord ‘Ekklèsia’, een groep die samenkomt) en religie (van het Latijnse woord ‘Religare’, verbinden). De kerk is in se een mediërende infrastructuur die de verbinding maakt tussen het profane en het sacrale, tussen het individu en de gemeenschap en tussen hemel en aarde. Maar deze betekenissen eroderen stilaan want onze huidige samenleving bevindt zich in een epistemologische crisis, gedreven door de globalisering, individualisering en digitalisering van onze leefwereld. De zoektocht naar waarheden, zingeving en een moreel kader is nog nooit zo groot geweest. Juist op dit kantelpunt zou het kerkgebouw zich kunnen heruitvinden, en uit zijn blinden muren breken.
Met zekerheid kan men stellen dat de kerken op korte termijn niet terug gevuld zullen raken met gelovigen die op zondag de mis volgen. Wel kunnen de zware deuren opengezet worden voor een breder publiek. De sacrale, contemplatieve en architecturale waarden van deze gebouwen zullen niet snel verdwijnen. De kerk zal een heilig object blijven in het Christendom, maar architecten, erfgoed specialisten, kunsthistorici en architectuurfanaten, nu beter bekend als de architectuurpelgrims, hebben deze gebouwen ook heilig verklaart. Het kerkgebouw kan een plek zijn voor zij die geloven in een god, in een moment van stilte of in zijn geschiedenis en architectuur.
Hiervoor zal de kerk als gebouw, religie en instituut zijn mossen en vooroordelen van zich moeten afschrapen en vervangen met een nieuwe aantrekkingskracht en heldere leesbaarheid. Zo een imagokanteling is al eens doorgevoerd geweest. Na de Tweede Wereldoorlog werd de volledige traditie van kerkenbouw op twintig jaar heruitgevonden. De combinatie tussen de nieuwe liturgische voorschriften van het Tweede Vaticaans Concilie, een demografische en stedelijke expansie en het modernisme leidde tot vaak bizarre resultaten in de kerkenbouw. Deze architecturale experimenten zijn nooit geliefd geweest bij het brede publiek omdat ze te radicaal en onherkenbaar werden. Desondanks hebben deze modernistische kerken een enorme waarden in België, al is het maar omdat ze vaak een uitstekend naslagwerk van het modernisme en hun spraakmakende architecten zijn.
Eén van de toppunten uit deze categorie kerken is te vinden in Harelbeke. De Sint-Ritakerk van Léon Stynen is een unicum op zowat elk vlak. Woorden kunnen het in eigen ogen bewonderen ervan niet vervangen. Althans beschreef pastoor Jozef de Smedt deze kerk als volgt: “Dit is een tent waar men God vindt ”.
Een tent van God of een sculptuur van Léon Stynen, in beide gevallen staat deze brutalistische kerk als een buitenaards wezen in een banale woonwijk. Deze betonnen diamant creëert een spanningsveld vol contradicties en verschillende realiteiten. Dit surrealisme typeert ons stedelijk weefsel, en daar mogen we fier op zijn.
Wat is dan de impact van een kerk als monument op zijn omgeving? Hoe combineer je als ontwerper de noden van de lokale bevolking met die van de architectuurpelgrim? Het ontwerp vertrekt vanuit een uitgerold web dat het spanningsveld van de Sint-Ritakerk uitdrukt. De eerste intentie is dat de kerk een kerk zal blijven, en in al zijn eer en glorie zal gerestaureerd worden. Ten tweede kadert een luifel, gedragen door uitvergrote kolommen, de monumentale kerk. De luifel dient als een transitiezone tussen het banale en het sacrale. De laatste intentie is het creëren van een netwerk van architectuur met een zingevende rol. Dit netwerk wordt verstevigd met kluizenaarscellen, compleet ontworpen voor en door de architectuurpelgrim. Het complete ontwerp staat in functie van de Sint-Ritakerk. Alle wegen leiden naar Harelbeke.
Een specifieke casestudie, de Sint-Ritakerk en een anekdotisch karakter, de architectuurpelgrim is een manier geweest om een belangrijke boodschap en nieuwe methode mee te geven. Het gaat hier eigenlijk om het feit dat we ons naoorlogs kerkelijk erfgoed terug moeten herontdekken, her-appreciëren, her-kaderen en herwaarderen. Niet elke kerk leent zich toe tot een herbestemming. Dit is vaak een gevoelige zaak die de ziel uit het gebouw haalt. De thesis gaat opzoek naar de intrinsieke kwaliteiten en waarden van een kerkgebouw. Het is dus kwestie deze te gaan herwaarderen in plaats van herbestemmen, ze terug op de kaart te zetten zodat hun toekomst monumentaal blijft. Ze zouden een verhaal van de 21ste eeuw moeten vertellen. Een verhaal dat iedereen kan lezen.
Boek
ABEN, R.; DE WIT, S., The Enclosed Garden. History and Development of the Hortus Conclusus and its Reintroduction into the Present-day Urban Landscape (Rotterdam: 010 Publishers, 1999)
AURELI VITTORIO, P.; GIUDICI, M.S.; Students Architectural Association, Rituals and Walls. The architecture of Sacred Spaces (Londen: AA Publications, 2016)
BEKAERT, G., In een of ander huis. Kerkbouw op een keerpunt (Tielt: Lannoo, 1967)
BEKAERT, G: DE MEYER, R., Léon Stynen. Een architect (Antwerpen: deSingel, 1990)
BOSSUYT, F.; VIAENE, D.; De roede van Harelbeke, Tijdingen. 19de jaargang nr. 1 (Kuurne: Bruce Almey, 2016)
DE BOTTON, A., Religie voor Atheïsten (Londen: Hamish Hamilton, 2012)
DEHAENE, M.; DE CAUTER, L., Heterotopia and the city. Public Space in Postcivil Society (Londen: Routledge, 2008)
HARARI, Y. N., 21 lessen voor de 21ste eeuw (Londen: Jonathan Cape, 2018)
JOORIS, A. (red); GUNST, P (red); ADRIAENSSENS, I., Erfgoedzorg in de 21ste eeuw. Kritische beschouwingen (Brussel: Koning Boudewijnstichting, 2000)
KOOLHAAS, R.; OTEROS-PAILOS, J., Preservation is overtaking us (New York: GSAPP BOOKS, 2014)
LAUREYS, D., Léon Stynen. A Life of Architecture 1899-1990 (Kontich: BAI NV, 2019)
MEIJER, R.; WIERENGA, P., Herkerken. De toekomst van geloofsgemeenschappen (Amersfoort: Vuurbaak, 2020)
STEMP, R., De symboliek van kerken en kathedralen. Vorm en betekenis van de christelijke beeldentaal (Alphen aan de Rijn: Atrium, 2012)
VAN CLEEMPOEL, K.; PLEVOETS, B., Adaptive reuse of the built heritage (Oxfordshire: Routledge, 2019)
Hoofdstuk in boek
FOUCAULT, M., ‘of other spaces (1967)’, in: DEHAENE, M.; DE CAUTER, L., Heterotopia and the city. Public Space in Postcivil Society (Londen: Routledge, 2008). 13-29.
VAN DE VOORDE, S., ‘4: André Paduart: Baanbrekende Schaalconstructies’, in: Beton in de Belgische Architectuur (Researchgate, 2008), 62-68
Artikel in tijdschrift
STERKEN, S.; FRÖHLICH, N., ‘Herbestemmen is maatwerk’, A+, Adaptive Re-use (2018) 270, 52-55
Publicaties, Exposities
Onroerend erfgoed, Beheersplan Parochiekerk Sint-Rita, opgemaakt door DEMEYERE J & A BVBA, Arch. Alex Demeyere, 2018
Vlaams Architectuur Instituut, Expositie: Léon Stynen. Architect, (DeSingel, Antwerpen, 2018)
Archief
Kerkarchief, Gentstestraat 20, Harelbeke, geconsulteerd op 5 februari 2021 Stadsarchief, Gentstestraat 20, Harelbeke, geconsulteerd op 5 februari 2021
Architectuurarchief Provincie Antwerpen, Volledige archief van Léon Stynen bevindt zich in Vlaams Architectuur Instituut, omtrent de Sint-Ritakerk: 4 archiefdozen (623, 624, 625, 626) en map met originele plannen, geconsulteerd op 12 maart 2021
Internet
http://www.herbestemmingkerken.be/pages/default.aspx , geraadpleegd op 5 november 2020 https://www.kerknet.be/parochie-oudenaarde/artikel-informatie/restaurat…, geraadpleegd op 4 mei 2021 https://beeldbank.kortrijk.be/index.php/image watch/, geraadpleegd op 21 januari 2021 https://nl.wikipedia.org/wiki/Harelbeke, geraadpleegd op 10 oktober 2020
https://openchurches.eu/nl, geraadpleegd op 18 november 2020
https://www.sosbrutalism.org/cms/15931433, geraadpleegd op 7 april 2021
https://en.wikipedia.org/wiki/Saint-Pierre,_Firminy, geraadpleegd op 13 mei 2021
www.sampol.be/mijn-gemeente, geraadpleegd op 12 november 2020 https://www.innovatiesteunpunt.be/nl/inspiratie/yot-gaat-voor-herwaarde…, geraadpleegd op 4 mei 2021 https://www.yot.be/nl/home/5, geraadpleegd op 4 mei 2021