Socio-culturele elementen in zombiecinema - of hoe maatschappelijk kwesties de filmindustrie beïnvloeden

Britt
Libot

 

Wie vandaag een blik werpt op de hipste blockbusters en de nieuwste en meest populaire tv-series, kan er niet omheen. Overal rond ons rijzen ze (letterlijk) weer op uit de dood: het lijkt alsof de zombie-cultuur aan een opmars bezig is. Zo denken we meteen aan de kaskraker I Am Legend (2007) en aan World War Z (2013). Maar niet enkel op filmisch vlak worden we bestookt met zombies, ook literair gezien hebben we niet te klagen. Zo hebben we zombieheld Max Brooks die ons World War Z (2007) en The Zombie Survival Guide: Complete Protection from the living dead (2003) heeft aangeleverd. Maar het is niet allemaal kommer en kwel op literair vlak: zo bestaan er ook tientallen humoristische adaptaties van klassiekers zoals Pride and Prejudice and Zombies (2009) van Seth Grahame-Smith. In televisie hebben we het grote succes gezien van AMC’s The Walking Dead, gebaseerd op de stripserie met dezelfde naam. Behalve in film, literatuur en televisie komt het zombiegenre nog in veel andere media voor. Denk maar aan de popcultuur, waar Michael Jackson zombies liet dansen in zijn wereldberoemde videoclip van Thriller. Of aan het gigantische succes van het videospel Resident Evil en iets meer recentere spellen als Left 4 Dead en Dead Rising. Ook het internet lijkt wel ‘geïnfecteerd’ te zijn met deze hippe -doch ietwat morbide- zombiecultuur als we kijken naar alle zombie gerelateerde fansites, blogs en verenigingen.
 Er valt dus niet naast te kijken: de zombie is overal rondom ons te bespeuren. Maar waarom is net de zombie -en bijvoorbeeld niet de weerwolf, de vampier of de heks- het wezen dat ons het meeste angst aanjaagt? Waar staat de zombie symbool voor, waar is zijn mythe ontstaan en hoe komt het dat de film zijn thematiek zo frequent blijft weergeven? En vooral: hoe komt het dat deze thematiek zo eigentijds blijft.
 Met Kyle William Bishop als leidraad zal ik de ontwikkeling van de zombiecinema onderzoeken, te beginnen bij zijn Caraïbische roots en als eindpunt zijn ‘renaissance’ in het begin van de 21ste eeuw. In de Caraïbische traditie zijn zombies manifestaties van de slavernij die we terugvinden in de geschiedenis van de Westerse wereld. De zombie is dus niet, zoals andere monsters à la Frankenstein en Dracula, gebaseerd op literaire originelen, maar het is eerder een figuur dat op basis van mythologie en legenden tot leven is gekomen. Stokoud dus, maar niettemin nog altijd zeer capabel om zeer eigentijdse culturele angsten en onzekerheden weer te geven. Bishop noemt de zombie dan ook -in de linguïstische terminologie van de Saussure en Lacan- een ‘floating signifier’: een vertegenwoordiger voor meerdere en verschillende sociale en psychologische kwesties. Het is duidelijk dat zombiecinema niet langer puur horror of griezelgenot dient te beogen, maar net een symbolisch doel voor ogen heeft: een fictief kader gebruiken om culturele debatten, angsten en hoop aan de man te brengen. Als we naar de zombie in film kijken, krijgen we een soort van vervormd spiegelbeeld te zien. We kijken naar onszelf terwijl we proberen om te gaan met de tegenstrijdige emoties die we ervaren in een wereld die alsmaar meer overheerst wordt door technologie. Deze wereld lijkt alsmaar minder geschikt om om te gaan met lopende conflicten over gender, ras, klasse, sekse, economie en persoonlijke vrijheid vs. publieke orde. Behalve het feit dat zombiecinema momenteel hip en populair is, is het dus vooral een manier om maatschappelijke kwesties op een ludieke manier onder de mensen te brengen. 

 

Download scriptie (573.12 KB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Antwerpen
Thesis jaar
2014