Orde in de theaterzaal!

Steff
Nellis

De theatrale rechtbank

Rechtszaken zijn populairder dan ooit. Grootse strafzaken worden gemediatiseerd via live streaming en de populaire media loodsen rechtbanken de huiskamers binnen aan de hand van reality-tv. Ook een stijgend aantal theater- en performancekunstenaars stampt rechtbanken uit de grond en probeert een ruimte te creëren voor een esthetische variant op justitie. Maar hoe gaat de vertaalslag van rechtszaal naar scène in zijn werk?

Wie een blik werpt op de programmatiebrochures van cultuurhuizen en theaterfestivals ontkent niet dat de theatrale rechtbank 'in' is. De verbinding tussen theater en rechtspraktijk is zo oud als hun gedeelde oorsprong: het ontstaan van de democratie in de Griekse stadstaten. Wanneer de democratie ontspringt, komt een eerste vorm van rechtspraak op gang. Met grote sprongen in de geschiedenis zien we dat de theatrale en gerechtelijke ruimtes altijd verbonden blijven. Zo vinden rechtspraak en theater elkaar in de Romeinse amfitheaters, die zowel worden gebruikt voor publieke terechtstellingen als het naspelen van veld- en zeeslagen. Ook in de middeleeuwen is het theatrale spektakel vermengd met andere vormen van ‘vermaak’ waaronder publieke terechtstellingen van ketters en heksen. De institutionalisering van beide disciplines in de zestiende en zeventiende eeuw zorgt voor een verlies aan fysieke nabijheid maar in gedachten blijven theater en rechtspraktijk verbonden.

Het theater is dan ook van oudsher een plaats voor oordeelvorming. Het is in dat opzicht niet verwonderlijk dat het ook vandaag nog teruggrijpt naar justitie. Hoewel de opkomst van directere, journalistieke media vanaf de late negentiende eeuw haar functie doet wankelen, blijven theatrale processen populair. Immers leunt theater als vorm het dichtst aan bij het gerechtelijk format.

Gerechtelijke (re)constructies 

Een eerste manier waarop de vertaalslag van rechtszaal naar scène vandaag nog gebeurt, is het heropvoeren van historische processen. Verschillende hedendaagse stukken vertrekken van spraakmakende processen uit de geschiedenis. Vaak gaat dit gepaard met documentaire technieken waarbij citaten uit tekstuele of audiovisuele bronnen worden gebruikt op toneel: acteurs spelen de rechtszaak in een artistieke ruimte na. Toch gaat het nooit om een exacte kopie: de werkelijkheid wordt met precisie benaderd maar de realiteit wordt eerder gepresenteerd dan gerepresenteerd zodat het publiek er een oordeel over kan vellen.

De Zwitserse regisseur Milo Rau maakte in 2009 The Last Days of the Ceausescus, een reconstructie van het beruchte proces tegen Nicolae Ceausescu, de Roemeense politicus die in 1989 samen met zijn vrouw werd terechtgesteld. De enige beelden die van het proces bestaan, tonen het koppel vanuit één specifieke hoek. Door deze beelden frame per frame om te zetten in een voorstelling stelt Rau de feiten in vraag.  

Ceausescu5 801x340px

Een utopisch proces tegen de Dood

Naast dergelijke documentaire voorstellingen, trekt het theater ook nieuwe, utopische rechtbanken op. Deze alternatieve rechtbanken richten zich niet langer op het verleden om lessen te trekken voor het heden, maar op de actualiteit, de toekomst of de verbeelding. Deze processen trachten te experimenteren met ideale of poëtische rechtvaardigheid. Aan de hand van allerlei vormen van interactie met het publiek worden ethische discussies uit de buitenwereld in het theater behandeld.

In Oostende werd op Theater Aan Zee in 2018 bijvoorbeeld een proces tegen de dood aangespannen door kunstenaars Eva Knibbe en Bart van de Woestijne. Ze beriepen zich hiervoor op een artikel uit de Europese grondwet, “Eenieder heeft recht op leven”. Hiertegen zondigt de dood natuurlijk. Rechtszaak tegen de dood vond plaats in de kamer van Koophandel in het Oostendse Vredegerecht, strafrechtelijke procedures werden precies gevolgd, bekende magistraten, onder wie Walter van Steenbrugge, maakten deel uit van het gerechtelijk apparaat, reële verklaringen van getuigen en deskundigen werden tijdens de zitting gehoord en het hof werd bijgestaan door een vooraf ontboden jury van twaalf. De makers probeerden een soort ritueel te installeren: aan de hand van het gerechtelijk medium maakten ze van het theater een reflexieve ruimte die niet alleen dient voor het politieke, maar ook voor het ethisch-morele, sociale of algemeen-menselijke.

c3cc7711-8fcb-11e8-abcc-02b7b76bf47f

Politieke stellingname: de natuur in de rechtszaal 

Kunstenaars en activisten kaarten steeds vaker actuele, politieke agendapunten zoals de klimaatzaak aan in rechtszaak-performances. Zowel vormelijk als inhoudelijk beroepen kunstenaars zich voor dit soort rechtszaak-performances op de werkelijkheid buiten het theater door samen te werken met activisten, wetenschappers, juristen, filosofen, journalisten en uiteraard ook de toeschouwer zelf. De realiteit komt steeds directer in de fictieve wereld binnen en installeert een dubbelzinnig spel tussen objectiviteit en subjectiviteit. Het is niet verwonderlijk dat de vraag rijst in welke mate deze fictieve tribunalen nog verschillen van enkele van de iconische internationale gerechtshoven uit de recente geschiedenis zoals de Neurenberg Processen, of permanente tribunalen zoals het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.

Activistische theatermakers benaderen actuele noden daarbij proactief, in tegenstelling tot het reguliere rechtssysteem dat reactief tewerk gaat, door de toeschouwer hoogst persoonlijk in aanraking te brengen met zijn verantwoordelijkheid. De Portugees-Belgische Maria Lucia Cruz Correia zet in Voice of Nature: The Trial (2019) bijvoorbeeld specifiek in op belichaamde kennis door de toeschouwer met de vervuilde natuur in contact te brengen door haar en haar vervuiler letterlijk binnen te brengen in de rechtszaal aan de hand van olie, aarde, groenten en zelfs dode dieren. Theatermakers Rebekka de Wit en Anoek Nuyens buigen zich eveneens over het klimaat. In De Zaak Shell (2018-2020) dromen zij over een nieuw rechtssysteem dat het milieu beschermt. Ze werken samen met  Milieudefensie, dat een rechtszaak aanspant tegen oliegigant Shell. Zoals in de reële zaak, onderzoeken de maaksters in het theater wie verantwoordelijk is voor klimaatvervuiling. Het project is uniek omdat de samenwerking met Milieudefensie de grens tussen realiteit en fictie verder vervaagt: sprokkelt het theater mensen voor fictieve oefeningen of stellen burgers zich daadwerkelijk burgerlijke partij?

Bovenstaande voorbeelden tonen drie manieren waarop het theater de principes van het rechtssysteem inzet. Dit soort gerechtstheater kan werken als een soort proeflaboratorium voor de samenleving. Misschien vormen de juridische strategieën die de artistieke praktijk toepast wel een inspiratiebron voor de huidige crisis binnen het officieel gerechtelijk systeem. Of kan het theater niet buiten haar utopische functie als de ruimte voor veilige, niet bindende bemiddeling? En waarin schuilt dan de specifieke kracht van de utopie?

img 0790

Download scriptie (1.12 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Antwerpen
Thesis jaar
2019
Promotor(en)
Kurt Vanhoutte