Papier hier (of niet)!

Jessy
Baeken

Is het je ooit voorgekomen dat je iets leuk vindt, alleen maar om daarna te ontdekken dat er een onverwachte kant aan zit? Soms kan dat wel eens gebeuren, zeker in de modesector! Textielmateriaal kan wel eens verrassen, maar wat doe je er dan mee als gebruiker, toeschouwer of als medewerker van een museum?

image-20231001235124-1

Belgische mode, een toffe illusie!

 Het werken in een modemuseum kan wel eens een avontuur zijn. Je mag kledingstukken bestuderen, meewerken aan tentoonstellingen, denkpuzzels maken over de toekomst van zo’n objecten, onder andere. en dat is uiteindelijk heel motiverend, zeker in België. Sinds de jaren tachtig heeft dit land de nieuwe toekomst van de hedendaagse mode mee helpen bepalen. Een van deze ontwerpers die aan het begin hiervan stond is Martin Margiela (°1957). Met zijn Frans Modehuis Maison Martin Margiela werd deze eigenzinnige modeontwerper (die zich steevast nooit liet zien) een van de meest bekende, en beruchte, namen van de Franse modescéne.

Modieuze anonimiteit

De Belgen in Parijs – dank u, Antwerpse Zes – hebben meegeholpen aan het ontwikkelen van de modestijlen en -grillen die iedereen vandaag kent. Als u van recyclage, illusies, speelsheid en subtiele excentriciteit houdt, dan is Maison Martin Margiela zeker iets voor jouw. Geen sterallures, maar wel unieke ontwerpen. Maar hoe krijgt het modehuis dit dan allemaal voor elkaar? Welke materialen vraagt dit dan wel niet? Bij elke andere ontwerper zou de vraag zo gemakkelijk kunnen zijn als “het is gemaakt van katoen, of misschien is het zijde,” maar niet bij Margiela. Dit is leuk voor de koper of toeschouwer… maar voor de persoon die de opberging en bewaring van zoiets bepaald in een museum? Het is een ware theoretische zoektocht. Want hoe ga je iets kunnen opstellen of bewaren als je niet weet wat het is?

Wacht, is dat een paspop?                                     

Op het eerste zicht zou je denken van wel, maar het studieobject (voor het gemak “Object X” genoemd) is een kledingstuk bestaande uit een linnen top met daarover een jas van patroonpapier. Maar wacht… Dat is helemaal geen patroonpapier! Bij nader onderzoek blijkt het een synthetisch weefsel te zijn genaamd Tyvek®. Wat moet ik hier nu mee doen als modeonderzoeker? Waarom is dit object nu zo? En waarom is het eigenlijk geen papier? Het is niet alsof de hedendaagse mode geen gekkere dingen heeft gedaan – ik kijk naar jouw vleesjurk, Lady Gaga.

Een dag uit het leven van een modeconservator-curator

Voor de conservator in een modemuseum – dit is de persoon die objecten onderzoekt om te bepalen of er nood is aan bewaring of behandeling –, en de curator – deze helpt, onder andere, met de tentoonstellingen – is er nooit een saai moment. Sinds de twintigste eeuw hebben wij een enorme explosie gekend aan textielontwikkeling. Mocht je het willen geloven, we hebben zelfs geprobeerd van melk een stof te maken. Ontwerpers en hun modehuizen, zoals Maison Martin Margiela, hebben in de tweede helft van de twintigste eeuw hier gretig gebruik van gemaakt. Het resultaat? In het geval van Margiela in 1997-98: een weggelopen paspop. Dit is een prachtige fantasie, maar stelt natuurlijk wel de curator-conservator voor een uitdaging. Linnen? Makkelijk. We hebben linnen al sinds de tijd van het oude Egypte (ongeveer 5000 jaar voor Christus), dus we weten waar dit stof van houdt, en waar het zeker niet van houdt. Papier? We weten hoe papier werkt, maar waarom zouden we daar zelfs kleding uit willen maken? Wacht… we maken ook legitiem outfits hiervan? Maar dat materiaal van Margiela is Tyvek®, wat heeft dat te maken met papier? En zo krijg je opeens een heleboel vragen op je bord.

Papier versus Tyvek®

Uiteindelijk, om je werk als curator-conservator goed te doen, ga je het textiel onderzoeken. Dit zowel op historisch vlak, als op de studie van waarvan het gemaakt is (materiaal-technisch). Dit onderzoek heeft dat gedaan voor zowel papier, als Tyvek®. Er moet uiteindelijk een reden zijn waarom er niet gewoon papier is gebruikt. Dit betekent dat je het materiaal in al zijn facetten onderzoekt. Waar komt het vandaan? Waar is het uitgemaakt, noem maar op, je onderzoekt het. En bij mode is het zeker belangrijk om ook het verhaal van de modeontwerper te bestuderen. Niet iedereen kan natuurlijk zo’n ontwerp creëren. En dat is wat dit onderzoek inhoudt. Het is een bestudering van Martin Margiela’s verhaal, en de onderlinge geschiedenis – en verschillen – tussen papier en Tyvek®. Hiermee kan de curator-conservator dan uiteindelijk het beste het modeobject begrijpen: voor een tentoonstelling, voor de bewaring in het depot, of voor pedagogische redenen zelfs. Tegelijkertijd geeft een goed materiaal-technisch onderzoek van zowel Tyvek®, als papier een idee van waar het materiaal op reageert. We willen uiteindelijk onze geschiedenis, en onze modeobjecten, zo lang en zo goed mogelijk bewaren.

Het is niet één verhaal, maar meerdere verhalen

Het onderzoek kan uiteindelijk vergeleken worden met een universum. Centraal daarin staat dan “Object X.” Het is verrassend hoe uit een zo’n kledingstuk zoveel vragen kunnen voortkomen. Maar, dit is juist hetgeen waarmee een modemuseummedewerker geconfronteerd wordt. België heeft uiteindelijk ook een rijke, jonge modegeschiedenis die leuk is om te bestuderen en te verspreiden. Dit onderzoek geeft een glimp weer van hoe de studie van een modeobject, vanuit het standpunt van de curator-conservator, tot stand komt. Een kledingstuk is uiteindelijk nooit zomaar dat. Vergelijk het met een familie-erfstuk, misschien je oma’s mooie trouwjurk, die wil je toch ook zo lang mogelijk mooi houden en bewaren? Simpel gezegd is dit de basis van een curator-conservator – wij willen gewoon onze modeobjecten delen met de wereld! Dus om een modeobject op te stellen is er zeker ook kennis nodig van het textiel.

Oké, maar waarom precies dit textiel dan?

Het de uitdaging van het bestuderen van een twintigste-eeuwse modeobject. Materialen zijn veranderd, en wij hebben ook nog niet alle antwoorden hoe we deze zolang mogelijk kunnen bewaren. We hebben gewoon nog geen zicht op het hoe of waarom. Maar, dit is nu juist het waarom van dit onderzoek: het bewaren van de (mode)toekomst door het verleden te begrijpen!

Download scriptie (13.28 MB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2023
Promotor(en)
Prof.Dr. Lieve Watteeuw