LESBEHONEST: HOE ZIT DAT MET DIE FICTIEVE LESBIENNES IN VLAANDEREN?

Rani
Liekens

‘Ik heb echt niets tegen holebi’s, maar is het nu echt nodig dat ze in elk programma op televisie opgedrongen worden?’ Een vraag die de laatste tijd regelmatig te lezen is in reacties op artikels die verschijnen op sociale media. De vraag roept meteen een andere vraag op: worden holebi’s effectief in elk programma opgedrongen aan de kijkers? Ik kan het antwoord in ieder geval al meegeven wat lesbiennes betreft: neen, lesbiennes worden niet opgedrongen, ze worden helaas ook niet als ‘normaal’ weergegeven en ze komen al zeker niet in elk programma aan bod. 

 

(E)QUALITY IS KING

Wereldwijd is naar schatting één op tien homo, lesbisch of biseksueel, of in het kort: holebi. Heel concreet wil dit zeggen dat er in elke klas, in elke trein, in elke bus minstens één holebi aanwezig is, aldus Çavaria, een organisatie die opkomt voor holebi’s en transgenders. Deze onzichtbare minderheidsgroep wordt nog steeds niet door iedereen als normaal gezien. Nog al te vaak is er te lezen of te zien dat holebi’s slachtoffer zijn geworden van homofoob geweld. Steunpunt Gelijke Kansen geeft dit weer in cijfers: negen op de tien holebi’s heeft ooit te maken gehad met verbaal of psychisch geweld, één op drie met fysiek geweld en één op vijf met materieel geweld. Media spelen een belangrijke rol in het correct en realistisch weergeven van deze minderheidsgroepen. De vraag is echter of dit ook gebeurt. 

 

Vier. Dat is het aantal Vlaamse fictiereeksen met een lesbienne als hoofdpersonage de voorbije 15 jaar.

image 109

Charlotte als Sam Beckers                              ©Vier

 

Aangezien kwantiteit niet alles is, koos ik ervoor om te kijken naar de kwaliteit door een narratieve inhoudsanalyse uit te voeren. Door de reeksen verschillende keren te bekijken en afzonderlijk te focussen op het gedrag, het uiterlijk, de tekst, de relaties met andere mensen en de omgeving van de lesbiennes, was het mogelijk om eventuele bestaande stereotypen te herkennen en te kijken of lesbiennes in de reeksen als normaal werden gezien. Helaas: de manier waarop ze worden afgebeeld gaat er de laatste jaren op achteruit. De personages worden steeds negatiever en steeds meer stereotiep afgebeeld. 

 

GOED BEGONNEN, HALF GEWONNEN

Lynn Van Royen, Joke De Bruyn, Charlotte Anne Bongaerts en Leen Roels kregen elk afzonderlijk de kans om duidelijkheid te scheppen over de manier waarop zij het personage wilden neerzetten, of zij hier al dan niet inspraak in hadden, en op welke manier het lesbische personage tot stand kwam. Zij hebben allemaal deze kans gegrepen, wat zorgde voor nieuwe inzichten. Bepaalde interpretaties werden genuanceerd, terwijl anderen net kracht werden bijgezet. Deze interviews hebben het onderzoek een niveau hoger getild. 

 

Wanneer we de reeksen elk afzonderlijk bekijken, zien we dat 15 jaar geleden de spreekwoordelijke lans gebroken werd. In Kinderen van Dewindt kwamen bij Lies Dewindt positieve stereotypen aan bod, waarbij de focus lag op lesbisch zijn en haar coming out. Dit stond de normalisering van lesbiennes deels in de weg. 

image 113

Joke als Lies Dewindt                                           ©Eén   

 

Er werd echter wel geprobeerd om zo weinig mogelijk rekening te houden met het feit dat het personage lesbisch was. Dat was voor Joke De Bruyn, vanaf september te zien in VTM-reeks Gina en Chantal, slechts een klein deel van de persoonlijkheid van Lies Dewindt. Het moet gezegd dat het nodig was om in 2005 even te focussen op de struggles die een coming out met zich meebrengt, om vervolgens op een heel normale manier met de geaardheid om te gaan. 

 

In 2014 werd Marsman uitgezonden. Marsman is de enige reeks van de vier waarbij geen enkel stereotype naar boven komt, en waarbij het lesbische personage op een heel normale manier aan bod komt. 

 

image 116

Lynn (rechts) als Femke Marsman                  ©Eén

 

De focus ligt niet op het lesbisch zijn, en zelfs een coming out is in deze reeks niet nodig. Lynn Van Royen, bekend van onder andere De Luizenmoeder, Beau Séjour, en Tabula Rasa, zegt dat er met de geaardheid ook helemaal geen rekening werd gehouden tijdens het maken van de reeks. Dat werd als iets heel normaal gezien, wat het volgens haar ook is, en wat zich vertaalt in het uiteindelijke genormaliseerde resultaat.

 

THE ONLY WAY IS DOWN

De volgende twee reeksen zetten jammer genoeg deze positieve tendens niet verder. Zowel Gent-West, als Professor T. maken gretig gebruik van negatieve stereotypen om de lesbische personages vorm te geven. Opvallend hierbij is dat lesbische personages de voorbije jaren alleen nog maar voorkomen in misdaadreeksen. Door de aard van het genre, komen de personages automatisch donkerder, stoerder, en mannelijker over. 

 

Charlotte Anne Bongaerts, Sam Beckers in Gent-West, geeft aan dat het belangrijk is in het achterhoofd te houden dat Gent-West een Australisch format is. De reeks werd oorspronkelijk gemaakt in Australië, maar werd in België opnieuw gemaakt met een Vlaamse cast. Inhoudelijk werd er volgens haar strikt op toegezien dat er niets veranderde aan het script. Hierdoor kon bepaalde toonaangevende beeldvorming uit andere landen worden overgenomen. Een aanvullend onderzoek kan hier waarschijnlijk uitsluitsel over geven. 

 

Wat Professor T. betreft zegt Leen Roels, Saskia Vogels in de reeks, zelfs dat het scenario oorspronkelijk nog negatiever stereotiep was. Ze heeft naar eigen zeggen samen met de regisseur geprobeerd om het negatieve wat af te vlakken en het personage verschillende lagen te geven. Het is echter niet gelukt om de negatieve stereotypen volledig weg te werken. 

image 117

Leen als Saskia Vogels                                        ©Eén

 

Nieuw onderzoek moet uitwijzen of er effectief een link is tussen het genre en de negatieve stereotypering.

 

HOOP DOET LEVEN?

Ondanks die negatieve evolutie is er wel hoop voor een positievere en normalere representatie van lesbiennes in Vlaamse fictiereeksen in de toekomst. De vier actrices geven aan dat ze het belangrijk vinden dat lesbiennes worden genormaliseerd. Van Royen geeft zelfs aan dat ze hoopt ooit nog eens een reeks te kunnen maken waarbij ze bijdraagt aan die normalisering van lesbiennes. De actrices zorgen met andere woorden voor een positieve noot in dit, jammer genoeg, niet zo positieve verhaal. 

Download scriptie (1.09 MB)
Universiteit of Hogeschool
Vrije Universiteit Brussel
Thesis jaar
2019
Promotor(en)
Joke Bauwens