Criminaliteitsberichtgeving over allochtonen in de media : een kwalitatieve inhoudsanalyse van twee Vlaamse kranten

Fatma
Taspinar

Allochtoon staat tot criminaliteit zoals Vlaming staat tot baksteen?
Van realistisch nieuws tot nieuws als de realiteit
 

U hebt niks tegen vreemdelingen. Ook niet tegen allochtonen, asielzoekers of genaturaliseerde Belgen. Maar wat is dat toch met al die kutmarokkaantjes, brutale Oost-Europeanen en herrieschoppende moslims waar u iedere dag over hoort in de media? Zijn ze echt zo agressief of vertekenen de media ons beeld van de werkelijkheid? Wees gerust, u bent geen racist. Het zijn vragen die iedere rechtgeaarde Vlaming zich geregeld stelt.

Nieuwsmedia schotelen ons iedere dag beelden van de werkelijkheid voor. Met sommige domeinen van het dagelijkse leven komen we echter niet vaak in contact. Dan zijn we aangewezen op de media als enige bron van informatie. Criminaliteit, hoewel een bekend fenomeen, is één van die domeinen. Mensen komen er zelden rechtstreeks mee in contact. En ook over allochtonen weten we minder dan we denken. Toch krijgen we iedere dag informatie over criminaliteit en over allochtonen en over de combinatie van de twee. Politiek correct is het niet, maar veel mensen beginnen het dan te denken: allochtonen zijn vaker betrokken bij criminaliteit. Maar in hoeverre is dat een juiste conclusie? Plegen allochtonen effectief meer criminaliteit of is de berichtgeving door de media vertekend door de manier waarop ze berichten?

De manier waarop de media berichten over allochtonen was reeds vaak voer voor discussie. Aan de ene kant zijn er mensen die beweren dat allochtonen meer betrokken zijn bij criminaliteit en daarom zo veelvuldig het (slecht) nieuws halen. Aan de andere kant wordt beweerd dat allochtonen sneller en negatiever in het nieuws komen als ze een delict hebben gepleegd en dat we daardoor het idee krijgen dat ze crimineler zijn. Aangezien de criminaliteitscijfers in België geen onderscheid maken naar nationaliteit, kan niet achterhaald worden of allochtonen meer criminaliteit plegen. De manier waarop media het verhaal van de allochtone dader brengen daarentegen, vormt wel het beeld dat we hebben van etnische minderheden. Taalgebruik en veralgemeningen vormen daarbij de belangrijkste strategieën die journalisten vaak onbewust gebruiken.

 Van faits-divers tot nieuwsbericht
Voor het nieuws over een bepaalde gebeurtenis de oren van de burgers bereikt is er reeds een lang en intensief proces van nieuwsproductie aan voorafgegaan. Dat proces, van gebeurtenis tot nieuwsitem, blijft voor het publiek grotendeels verborgen. Wat mensen ’s ochtends in hun krant lezen, is enkel het verslag van de journalist. Hij brengt  het nieuws bovendien vanuit een bepaalde invalshoek.

Stel bijvoorbeeld dat er een brutale overval gepleegd is op een bank, dan kan de journalist dat verhaal op verschillende manieren brengen. Hij kan focussen op het verhaal van de bange slachtoffers die uren vastgezeten hebben, vrezend voor hun leven. Hij kan de aandacht vestigen op de buit en de economische gevolgen voor de bank. Maar hij kan ook kiezen om gedetailleerd het gedrag en de persoon van de dader te belichten. Het is met andere woorden de invalshoek van de journalist die bepaald op welke manier het publiek het verhaal te horen zal krijgen. En net dat is het moment waarop mensen zich een bepaald beeld beginnen te vormen.

Van ‘brutale Marokkaan’ tot ‘jonge dader’
Ook de media erkennen de kwetsbare positie van etnische minderheden. Daarvan getuigen de aanbevelingen voor journalisten over de manier waarop bericht dient te worden over allochtonen. Deze aanbevelingen stippen vooral aan dat journalisten voorzichtig moeten berichten over etnische minderheden. Zo kan bijvoorbeeld de vermelding van de nationaliteit weggelaten worden waar die niet relevant is. Een ‘brutale dader’ is vanzelfsprekend niet hetzelfde als een ‘brutale Marokkaan’. Journalisten passen ook maar beter op met veralgemeningen en stigmatiserende informatie. Zo kan u zich wel voorstellen dat ‘een groep amokmakende allochtonen’ een ander effect hebben op de lezer dan ‘een opgehitste massa’. De manier van benoemen en het taalgebruik maken dus vaak het verschil. Vijftien jaar na datum blijken deze aanbevelingen echter onder het stof te liggen. De etniciteit van de daders wordt nog al te vaak vermeld, ook waar dat niet ‘relevant’ lijkt. En de Marokkanen van weleer werden gewoon vervangen door Oost-Europeanen. En als de journalist voorzichtig wil zijn, gebruikt hij gewoon de term ‘allochtoon’, ooit symbool van politieke correctheid, nu een verholen verwijzing naar een nationaliteit naar keuze.

Van Adam tot Achmed
12 april 2006: Joe Van Holsbeeck wordt neergestoken in een drukbevolkt station. De daders zijn van Noord-Afrikaanse origine, wordt in eerste instantie gedacht. Misverstand? Of diepgeworteld mechanisme?  

Download scriptie (825.93 KB)
Universiteit of Hogeschool
KU Leuven
Thesis jaar
2008