‘The Twittering Tree’ — Real-time stress detectie van bossen op basis van het individueel monitoren van bomen

Jonas
von der Crone

‘Twittering Trees’: bomen die vertellen hoe het met hen gaat 

Jonas von der CroneUniversiteit Gent, Laboratorium voor Plantecologie  Met hoogtechnologische plantsensoren is het mogelijk om bomen te laten twitteren over hoe het met hen gaat. Tijdens dit onderzoek werd het belang van deze technologie aangetoond tijdens het groeiseizoen van 2014. Ongeveer 385 miljoen jaar geleden ontstonden de eerste prehistorische bomen op onze aarde. Vandaag is 30% van het totale landoppervlak of 4.03 miljard hectare bedekt met bos, wat meer dan 1300 maal de oppervlakte van België is. Bossen zijn cruciaal voor het leven op aarde en leveren tal van ecosysteemdiensten. Ze voorzien papier en hout, zorgen voor voedsel, slaan koolstof op, zuiveren lucht en water, herbergen een grote biodiversiteit, bieden bescherming, en bieden een habitat voor mens en dier. De lijst lijkt bijna eindeloos en maakt van bomen ware ‘ecosysteem ingenieurs’. Bossen zijn dan ook uitermate belangrijk, niet alleen in ecologische, maar ook in maatschappelijke context. Globale klimaatsverandering is ondertussen een feit. De luchttemperatuur en atmosferische CO2 concentratie stijgen en zullen nog een tijdje blijven toenemen. Er werd aangetoond dat een verhoogd CO2 niveau voor een verbeterde plantengroei kan zorgen, op voorwaarde dat er voldoende water en voedingsstoffen aanwezig zijn. Klimaatsopwarming leidt tot een verlengd groeiseizoen, maar een te sterke opwarming kan nadelig zijn voor onze bossen. Namelijk niet enkel het groeiseizoen voor planten wordt langer, maar ook de levenscyclus van schadelijke insecten, zoals bijvoorbeeld de eikenprocessierups, wordt alsmaar langer. Het resultaat van de klimaatsverandering is dus niet eenduidig, en vele vragen betreffende het geïntegreerde effect op bossen blijven onbeantwoord. Technieken die vandaag ingezet worden in een poging om op deze prangende vragen een antwoord te geven zijn teledetectie, eddy covariantie en visuele vitaliteitscontrole. Ze hebben als gemeenschappelijk doel de gezondheidstoestand van bomen en bossen in een veranderend klimaat te evalueren, maar geen van deze technieken meet rechtstreeks op de boom. En laat het nu net deze dynamische processen zijn, die zich in de boom zelf afspelen, die ons kunnen vertellen hoe bomen, en bij uitbreiding bossen, reageren op hun omgeving en het klimaat. Met hoogtechnologische plantsensoren die rechtstreeks op de boom worden geïnstalleerd is het mogelijk om de boom als het ware te laten vertellen hoe hij zich voelt: hoe goed hij groeit en hoeveel water hij iedere dag drinkt. Variaties in stamdiameter en sapstroom werden in dit onderzoek iedere minuut gemeten en draadloos doorgestuurd naar een server om zo de respons van de boom in real-time te kunnen visualiseren via de software PhytoSense (Phyto-IT). Over welke plantsensoren gaat het precies? Het waterverbruik van de boom werd gemeten met een sapstroomsensor en variaties in boomdiameter werden gemeten met een dendrometer (Appendix A). Inderdaad diametervariatie, want een boom krimpt en zwelt elke dag. Tijdens de dag verliest de boom water via bladtranspiratie of verdamping doorheen de huidmondjes (kleine poriën op het bladoppervlak) en omdat dit water niet snel genoeg kan opgenomen worden via de wortels, zal water uit interne reserves gebruikt worden die zich bevinden in levende cellen van o.a. de stam en de takken. Hierdoor krimpen deze boomorganen. Tijdens de nacht worden de interne reserves opnieuw aangevuld, waardoor de boom zwelt en groeit. De dagelijkse krimp en zwel werd opgevolgd voor beuk en eik tijdens het groeiseizoen 2014 (Appendix B). Het monitoren van deze individuele bomen toonden hun verschillende respons op een gelijk microklimaat aan: zo groeide eik in het begin van het groeiseizoen beter dan beuk, tot op een bepaald punt (A) waar droogte optrad. Tussen 7 juni en 9 juli viel namelijk amper 12 mm neerslag, terwijl tijdens een gemiddelde zomermaand 60 à 70 mm verwacht mag worden. Na de droge periode (10 juli, punt B in Appendix B) viel op korte tijd heel veel neerslag (36.8 mm). Terwijl beuk rustig verder groeide, was dit niet het geval voor eik. Eik stopte met groeien, waarschijnlijk ten gevolge van cavitatie of het breken van de waterkolom door de aanhoudende droge periode.  Dit toont aan dat het rechtstreeks monitoren van individuele bomen noodzakelijk is om het effect van wijzigingen in het klimaat volledig te begrijpen. Via een sapstroomsensor en een dendrometer konden we vertalen hoe beuk en eik zich op elke dag, elk moment, en dit doorheen het volledige groeiseizoen ‘voelden’. Het real-time visualiseren en bestuderen van de dynamiek van krimp, zwel, groei en waterverbruik zijn noodzakelijk om de respons van bomen op een alsmaar meer wijzigend (micro)klimaat beter te kunnen begrijpen. De geavanceerde technologie die we binnen dit onderzoek gebruikt hebben, maakt het mogelijk om bomen te laten ‘twitteren’ over hoe ze zich voelen. Een online netwerk van verschillende Twittering Trees heeft zo het potentieel een unieke tool te vormen waarbij zowel educatie, wetenschap en sensibilisering omtrent klimaatverandering centraal staan.

Download scriptie (26.01 MB)
Universiteit of Hogeschool
Universiteit Gent
Thesis jaar
2015