Mindfulness bij jonge kinderen: Hoe gaan ze om met hun emoties?

UC Leuven-Limburg
2020
Tatjana
Rens
Jonge kinderen hebben het moeilijk om op een positieve manier om te gaan met hun emoties. Mindfulness kan hen hierbij helpen waarbij er stap voor stap gewerkt wordt. Eerst gaan kinderen zich bewust worden van hun ademhaling en zintuigen om zo over te gaan naar het lichaamsbewustzijn en het omgaan met hun emoties.
Meer lezen

Remember - Re-membering

Odisee
2020
Nadia
Cogge
  • John
    Deheegher
  • Etienne
    Moons
  • Rudy
    Baert
'Remember - re-membering'
Soms gaat het nooit voorbij
Het belang van herinneringseducatie bij de intergenerationele overdracht van de gevolgen van de twee Belgische wereldoorlogen.
Meer lezen

De positieve leraar: welke positieve handelingen kunnen jonge, startende leerkrachten stellen bij storend gedrag in de eerste graad secundair onderwijs?

UC Leuven-Limburg
2020
Femke
Nijs
  • Hanneke
    Maessen
  • Tijl
    van Daal
  • Tessa
    Schepers
Welke positieve handelingen kunnen jonge,
startende leerkrachten stellen bij storend gedrag
in de eerste graad secundair onderwijs? Een praktijkonderzoek in binnen- en buitenland.
Meer lezen

Schrijf-vaardig. Kan de toekomstige leraar nog schrijven?

Hogeschool PXL
2020
Sarah
Bousson
Studenten moeten doorheen hun opleiding veel schrijven. Toch blijkt uit meerdere onderzoeken dat veel studenten moeite hebben om zakelijke teksten te maken. Het secundair onderwijs heeft mee de verantwoordelijkheid om hun leerlingen voldoende schrijfvaardig te maken voor het hoger onderwijs, maar hoe goed kunnen student-leraren zelf schrijven? En hoe kunnen toekomstige leraren het schrijven toch onder de knie krijgen met het doeboek 'Schrijf-vaardig'?

Op die vragen en meer zoekt de bachelorproef 'Schrijf-vaardig. Hoe goed kan de toekomstige leraar schrijven?' antwoorden.
Meer lezen

Sociale media inzetten in tijden van crisis

UC Leuven-Limburg
2020
Margo
Theunis
Sociale media bieden een meerwaarde in tijden van crisis, specifiek voor crisiscommunicatie. Hoe deze optimaal ingezet kunnen worden, wordt uitgelegd in de scriptie toegepast op het stagebedrijf.
Meer lezen

The effectiveness of High Dose Spinal Cord Stimulation on disability: a longitudinal analysis

Universiteit Hasselt
2020
Lisa
Goudman
In deze thesis hebben we het effect van neurostimulatie op dagelijkse activiteiten bekeken, bij patiënten die gefaalde rugchirurgie ondergingen. Deze vorm van therapie bleek een positieve invloed uit te oefenen op het uitvoeren van dagelijkse activiteiten bij deze populatie. Ondanks een groot aantal ontbrekende gegevens, werd deze conclusie op basis van een sensitiviteitsanalyse plausibel bevonden.
Meer lezen

Briefarchief

LUCA School of Arts
2020
Joachim
Mares
Aan de hand van een reeks brieven krijgt de lezer inzicht in bepaalde denkprocessen en ervaringen van een jonge beeldenmaker. Er wordt gereflecteerd over opvoeding, kunstonderwijs en politiek.
Meer lezen

Realia in Hella S. Haases Oeroeg - Een onderzoek naar vertaalstrategieën in de Duitse en Poolse versie van de roman

KU Leuven
2020
Karolina
Kwapisiewicz
De novelle Oeroeg van Hella S. Haasse telt vele realia of cultuurgebonden termen. In deze meesterproef worden de vertaalstrategieën in twee Duitse en één Poolse vertaling geanalyseerd.
Meer lezen

Genderverschillen aan de uitstroomzijde van de politieke arena

Universiteit Gent
2020
Maartje
Du Pont
Hoe verschillen mannen en vrouwen bij het verlaten van de Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers? Zijn er verschillen tussen de lengte van de ambtstermijn? Hebben mannen en vrouwen andere motieven om de politiek te verlaten en zijn er verschillen tussen partijen?
Meer lezen

Een studie van remigratiemotieven van tweede en derde generatie hoogopgeleide Belgen met Turkse roots

Universiteit Gent
2020
Elif
Lootens
Het migratiedebat verhit in West-Europa sinds de laatste decennia van de twintigste eeuw de gemoederen. Het debat is vooral gericht op instroom en integratie. Daarbij is emigratie een onderbelicht aspect. Zo is er weinig onderzoek gedaan naar de remigratie van migranten naar het land van herkomst.

Bij remigratie is het opleidingsniveau een relevante factor. Anders dan soms vermoed wordt, zijn het niet kansarme, laaggeschoolde jongeren die remigreren, maar eerder hoogopgeleide jonge migranten. Omdat net zij in Turkije een gedegen opleiding, meertaligheid en nuttige beroepservaring kunnen inbrengen als troef op de arbeidsmarkt.

Deze hoogopgeleiden ervaren in West-Europa beperkte vooruitzichten op zowel sociaal, persoonlijk als professioneel gebied. Hoogopgeleiden met Turkse roots hebben het gevoel dat zij in Turkije hun kansen beter kunnen benutten en zijn daardoor eerder geneigd te vertrekken.

Daarnaast wijzen onderzoekers erop dat de uitstroom van jonge hoogopgeleiden in tijden van vergrijzing en de daarmee samenhangende schaarstes op de arbeidsmarkt, nadelig kan zijn voor West-Europese economieën. Het vertrek van hoogopgeleide Turken is een ‘braindrain’ en een ‘verlies van menselijk kapitaal’. Dit veroorzaakt een onevenwicht tussen hoog- en laagopgeleiden migranten in Europa.

Wat opvalt is dat ondanks hun studies en diploma, deze hoogopgeleiden geconfronteerd worden met discriminatie op de arbeidsmarkt. Deze pessimistische toekomstperspectieven in Belgie voeden de drang tot remigratie. Etnische minderheden scoren beduident lager op vlak van jobtevredenheid. Volgens Vandevenne & Lenaers (2007) geeft ongeveer 64% van de hoogopgeleide etnische minderheden in Vlaanderen aan minder kans te hebben om door te stromen naar hogere functies en 61% meent zich door zijn afkomst extra te moeten bewijzen.

Hierbij komen we tot de integratieparadox die als een pushfactor meespeelt voor remigratie: hoogopgeleide Belgische Turken komen meer in aanraking met autochtonen, waardoor ze hun eigen posities op de arbeidsmarkt vergelijken en bijgevolg een ‘relatieve deprivatie’ ervaren waardoor hun eigen jobtevredenheid afneemt. Deze hooggeschoolden met een migratieachtergrond hebben immers vaak een baan onder hun opleidingsniveau, ervaren meer moeite om werk te vinden en krijgen minder promotiekansen. Hoogopgeleide en ondernemende migranten ervaren deze discriminatie intenser en zijn daarom sterker geneigd om elders het geluk te zoeken.

Bovendien hebben deze hoogopgeleiden de perceptie, met hun verworven competenties, betere jobkansen en doorgroeimogelijkheden te kunnen krijgen in Turkije. Vrouwen bevinden zich in een extra benadeelde positie doordat ze dubbel gediscrimineerd worden: naast het behoren tot een etnische minderheid, behoren ze ook tot de symbolische minderheid op vlak van gender. Hierdoor zou de wil om te migreren bij vrouwen eveneens hoger liggen, in de hoop op een gunstiger positie in het land van herkomst.

Uit resultaten van het onderzoek dat uitgevoerd werd bij kandidaat remigranten in België en effectieve remigranten in Turkije is er een duidelijke discrepantie te vinden in hun motivaties. Uit het onderzoek blijkt dat de economische factoren minder belangrijk geacht worden als drijfveer bij de hoogopgeleide aspirant-remigranten dan bij de effectieve remigranten, omdat ze min of meer tevreden zijn met hun huidige arbeidsmarktpositie in België. Bij aspirant-remigranten draait het vooral rond maatschappelijke beweegredenen. Ten eerste zijn er gevoelens van frustratie doordat de participanten zich aanvankelijk als deel van de Belgische samenleving beschouwen, maar anderzijds continu geconfronteerd worden met hun ‘anders’ zijn en steeds het gevoel kregen niet volledig aanvaard te worden als deel van de Belgische samenleving. De negatieve beeldvorming over etnische minderheden en moslims in de media lijkt hierin een katalysator te zijn.

Een tweede, opvallend resultaat, is dat de angst voor assimilatiedruk en het risico op verlies van de Turkse cultuur bij hun kinderen een veel gebruikt argument vormt om te overwegen om naar Turkije te verhuizen.

Het ervaren van een identiteitsconflict maakt de aantrekkingskracht van Turkije als toevluchtsoord bovendien groter. Remigratie biedt de mogelijkheid om voortaan tot de meerderheid te behoren. Door remigratie heft de remigrant zijn minderheidsstatus op.

Asprianten blijven in België tot zich een krachtige combinatie van negatieve en positieve acute gebeurtenissen voordoet die een kentering in hun leven te weeg brengt. Acute pushfactoren zoals ontslag, gemiste promotiekansen of een relatiebreuk stimuleren de aspirant-remigrant om de remigratiewens om te zetten in concrete plannen. Van zodra acute pullfactoren zich aandienen, zoals een aantrekkelijke werkaanbieding of een huwelijk, wordt het voornemen waargemaakt.

Bij de effectieve regimgranten zien we wel jobgerelateerde motieven zoals de ongunstige posities op de Belgische arbeidsmarkt en de ruimere carrièremogelijkheden in het land van origine. Het was voor hen niet evident om een job te vinden op het niveau van hun behaalde diploma, en ze maakten zich zorgen over hun loopbaanperspectieven. Daarenboven uiten deze hoogopgeleide participanten die op de sociale ladder willen opklimmen een gevoel van onbehagen. Vandaar dat deze groep zich niet langer uitsluitend op de Belgische arbeidsmarkt focuste en na ontslag of gefnuikte carrièrekansen tot het besef kwam dat ze beschikt over een alternatief, namelijk de arbeidsmarkt in Turkije. Na het maken van een kostenbatenanalyse verkoos deze groep te verhuizen naar Turkije, omdat zij daar een beter perspectief op werk en carrière zage. Een aantrekkelijke jobaanbieding in Turkije zorgde er uiteindelijk voor dat men daadwerkelijk de stap onderneemt.

Meer lezen