Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de

Exitheffingen bij outbound zetelverplaatsingen van vennootschappen binnen de Europese Unie vanuit Belgisch en Europees perspectief

Vrije Universiteit Brussel
2016
Eva
Conix
Exitheffingen op niet-gerealiseerde meerwaarden worden beschouwd als beperkingen van het principe van vrijheid van vestiging. Deze heffing kan gerechtvaardigd worden door een evenwichtige verdeling van de heffingsbevoegdheid, overeenkomstig het fiscaal territorialiteitsbeginsel verbonden met de temporele component. Hiernaast kunnen lidstaten bijkomende voorwaarden stellen waardoor de verenigbaarheid met de vrijheid van vestiging onzeker is.
Meer lezen

Regionalisering van het huurrecht

Universiteit Gent
2016
Sarah
Willems
Vlaanderen is sinds 2014 bevoegd voor het woninghuurrecht. De kans om het woninghuurrecht te moderniseren. Zal Vlaanderen zijn ambities terzake waarmaken?
Meer lezen

Plea bargaining in het Belgisch strafprocesrecht

Universiteit Hasselt
2016
Wouter
Maes
Toelichting van de nieuwe procedure tot voorafgaande erkenning tot schuld (VES) in België en in verhouding tot plea bargaining in het common law, meer bepaald in Engeland en Wales.
Meer lezen

Getolkte gesprekken met minderjarigen in strafrechtelijke context in Italië. Een vergelijkende studie van de belangrijkste uitdagingen voor tolken en de aanbevelingen en wensen voor de toekomst.

KU Leuven
2016
Laura
Vermeylen
Wat zijn volgens tolken de belangrijkste uitdagingen tijdens getolkte verhoren van minderjarigen en hoe kan daar in de toekomst op ingespeeld worden? Het CO-Minor-IN/QUEST-project verspreidde een enquête in verschillende Europese landen. De data van die enquête bieden een antwoord op de onderzoeksvraag en zo kunnen er aanbevelingen geformuleerd worden.
Meer lezen

De erkenning in België van buitenlandse akten/vonnissen in verband met de zorg aan kinderen door middel van de kafala

Universiteit Gent
2016
Yasmine
Haelemeersch
Deze masterproef handelt over de erkenning en de kwalificatie van een Maghrebijnse kafala-akte in de Belgische rechtsorde en de (on)mogelijkheid tot omzetting ervan in een Belgische adoptie.
Meer lezen

Economics of Education: a fieldwork study in the Altai Republic

Universiteit Gent
2016
eva
bubb
A fieldwork study on the economic survival of Russian teachers
Meer lezen

Un Cas Etrange de Réparation. Onderzoek van een corruptiezaak in de Belgische overheidsadministratie in het Interbellum

Universiteit Gent
2016
Michiel
Scheerlinck
Onderzoek van een corruptiezaak binnen de Belgische overheid in de jaren 1920, met empirische beschrijving van alle aspecten.
Meer lezen

"Vele lewens van Adamastor", de mythische figuur Adamastor (Os Lusiadas) in drie Zuid-Afrikaanse romans

Universiteit Gent
2016
Laura
Engels
Deze scriptie exploreert de mythevorming van Adamastor en zijn racistische achtergrond. Daarna wordt onderzocht hoe Zuid-Afrikaanse auteurs deze figuur heroveren en opnieuw introduceren in de literatuur van de twintigste en eenentwintigste eeuw. De hoofdvraag is of deze figuur hierdoor een veranderende ideologische invulling krijgt.
Meer lezen

De brand in de Innovation: Het Inno-effect op de Belgische samenleving

KU Leuven
2016
Siegfried
Evens
Deze masterproef handelt over één van de grootste na-oorlogse rampen van België: de brand in de Innovation. 251 mensen lieten er het leven. Er wordt onderzocht wat de impact van de brand op de Belgische maatschappij was en op welke manier deze Belgische casus een bijdrage kan zijn voor het nieuwe, interdisciplinaire onderzoeksdomein van de Disaster Studies.
Meer lezen

De schenking over verschillende generaties heen: het Napoleontisch wantrouwen voorbijgestreefd?

KU Leuven
2016
Michelle
Aerts
Sinds 1804 leven we in België met een regel die 'erfstellingen over de hand' verbiedt (d.i. het schenken van een goed onder de verplichting om het goed te bewaren en om het bij overlijden door te geven aan een andere persoon). Meer dan twee eeuwen later stelt zich de vraag of dit verbod nog wel actueel is. Deze scriptie onderzoekt daarom de bestaansredenen van het verbod op 'erfstellingen over de hand' en vergelijkt daarbij grondig met het Franse en Zuid-Afrikaanse recht. Als conclusie stelt de scriptie dat een verbod op 'erfstellingen over de hand' vandaag niet meer pertinent is in het licht van het toenemend belang van vermogensplanning.
Meer lezen

Alternatieve geschillenbeslechting van consumentengeschillen

Universiteit Gent
2016
Laura
Traest
Deze scriptie onderzoekt hoe de (procedurele en materiële) rechten van de consument beschermd worden in ADR-procedures en spoort mogelijke lacunes in de regelgeving op.
Meer lezen

Markttoegang als toetssteen voor het Hof van Justitie van de Europese Unie: een vooruitgang na Keck & Mithouard? Analyse van het begrip ‘maatregelen van gelijke werking’ in het licht van de recente rechtspraak na Keck & Mithouard.

Universiteit Gent
2016
Charlotte
Roete
Deze thesis toont aan, door middel van een analyse van rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie, dat het Hof geëvolueerd is van een formalistische invulling van de Keck-criteria, over een functionele invulling, naar een criterium van markttoegang.
Meer lezen

Eat your best, look your best: Evolutionaire (de)motivatie voor de consumptie van milieuvriendelijke voedseltrends.

Universiteit Gent
2016
Jolien
Vandenbroele
Hoewel er tegenwoordig een ruim assortiment is aan nieuwe en duurzame alternatieven voor vleesconsumptie, blijkt dit bij de consument (nog) niet altijd aan te slaan. Deze scriptie gaat dieper in op onderliggende motieven voor het voorzichtig zijn met onbekend voedsel: food neophobia en onze drijfveer om ziektes te vermijden.
Meer lezen

Artikel 2279 Burgerlijk Wetboek en de nieuwe Pandwet

KU Leuven
2016
Julie
De Meester
De masterscriptie onderzoekt wat de invloed is van de nieuwe Pandwet op de traditionele werking van artikel 2279 Burgerlijk Wetboek.
Meer lezen

Crisismanagement en de ramp in Fukushima: de invloed van het ‘Nuclear Village’

KU Leuven
2016
Kelly
Knapen
Crisis Management and the Fukushima Daiichi Nuclear disaster
The influence of the Nuclear Village
Kelly Knapen


The triple meltdown in the Fukushima daiichi nuclear power plant on the 11th of March 2011 has been coined the second worst nuclear disaster since Tsjernobyl. It created a shockwave through the world. Concerns about the safety of this energy source rose to new heights. Voices arose to completely step away from nuclear energy altogether. In Japan this became very apparent. The government experienced massive waves of criticism. Mainly on the way they handled the crisis. This dissertation looked deeper into the crisis management regarding the Fukushima Daiichi nuclear disaster and investigated whether this was effective or not. Secondly this research concentrated on the reasons behind the failures of the crisis management, mainly concentrating on the influence of the Nuclear Village and what effect this had on the crisis management itself.
To achieve this, this dissertation first looked deeper into the legal framework surrounding crisis management in Japan to investigate whether two important aspects of crisis management were covered namely those of preparation and prevention. Secondly it used the reports of the ‘Fukushima Nuclear Accident Independent Investigation Commission’ of the National Diet of Japan and ‘The Independent Investigation committee on the Fukushima Nuclear Accident’ to look deeper into the immediate crisis respons and looked whether the three important elements of communication, cooperation and leadership were present. Lastly, by using the theory of George Stigler on ‘Regulatory Capture’ and the more concrete studie on the ‘Nuclear Village’ of Kainuma (開沼) and Kingston, this dissertation formed its conclusion on the reason behind the problems regarding crisis management in Japan and its effectiveness.
Out of this research it became apparent that there were serious problems concerning the crisis management of the Fukushima nuclear accident. It became clear that nuclear safety was not ensured. The government did not learn the necessary lessons from the two severe incidents that occurred before the disaster in Fukushima, which should have served as a wake-up call. During the crisis at the Fukushima Daiichi nuclear power plant, the main players in crisis management distrusted each other, which lead to a general lack of cooperation, communication and leadership. Although this was a period of crisis, where no one acts perfectly according to plan, this research made clear that the influence of TEPCO on the different players was a major factor in the failure of the crisis management concerning the nuclear disaster at the Fukushima Daiichi nuclear power plant.
This crisis eventually led to a structural reform of crisis management in Japan. This can certainly be called a big step forward. However regarding the nature of the Nuclear Village, as a deeply-enrooted system, a reform alone may not be enough. On this part more research is definitely needed.

Meer lezen

Artikel 60 binnen OCMW Aalst, een goedlopende trein of een bij te sleutelen parcours?!

Odisee
2016
Karolien
Devos
In dit onderzoek werd artikel 60 op mesoniveau, binnen het OCMW van Aalst, onderzocht. Dit met als doel een zo duidelijk mogelijk beeld te krijgen over hoe deze tewerkstelling loopt en waar er eventueel marge is voor verbetering.

Mijn onderzoeksopzet bestond enerzijds uit een interview met de beleidsmensen, met de ambtenaren die verantwoordelijk zijn voor deze sociale tewerkstelling. Anderzijds uit een focusgesprek met ervaringsdeskundigen, met mensen die of een sociale tewerkstelling positief hebben beëindigd of nog steeds aan het werk zijn als artikel 60.

Aan de hand van mijn ervaring en mijn onderzoeksopzet heb ik mijn veranderingsdoelen opgemaakt. Gezien de ervaringsdeskundigen artikel 60 als een positieve ervaring beschouwden denk ik dat men eerst en vooral moet proberen meer tewerkstelling plaatsen te creëren. Meer plaatsen geeft ook meer kansen dus meer kwetsbare mensen die men zo kan helpen naar werkervaring of zelfs naar een doorstroom naar de reguliere arbeidsmarkt. Hiervoor zal de begeleiding anders moeten worden aangepakt en zal ook de bijhorende subsidiëring moeten herbekeken worden. Zowel op mesoniveau binnen het OCMW te Aalst als op macroniveau en dus op Vlaams, gezien dit recent is overgeheveld van Federaal naar Vlaams.

Een tweede veranderingsdoel, wat ik zou willen gerealiseerd zien, is het verbeteren van de sfeer op de werkvloer ten opzichte van de mensen in artikel 60. Het welbevinden op het werk draagt volgens mij ook bij naar enerzijds je goed voelen in je vel maar anderzijds ook het goed presteren op het werk zelf. Voor mensen in sociale tewerkstelling denk ik dat de motivatie om op zoek te gaan naar een job na artikel 60 groter zal zijn als men een positieve ervaring heeft mogen ervaren.

Ook na begeleiding moet volgens mij beter. In het focusgesprek gaf elke deelnemer aan dat men in het spreekwoordelijke zwarte gat valt na artikel 60. Ook hier zouden we door in te zetten op betere, intensievere begeleiding, de doorstroom naar de reguliere markt kunnen bevorderen.

Ik ben dit eerst en vooral juridisch gaan bekijken, wetgeving versus toepassingen die men hanteert in het OCMW te Aalst. Daaruit bleek onder andere dat een flexibel werktraject, bijvoorbeeld deeltijds werken, wettelijk wel kan. Iets wat mogelijk zou moeten zijn voor iedereen in deze hectische maatschappij, zeker voor kwetsbare mensen die geen (groot) sociaal opvangnet hebben. Ook het loon voor de artikels 60 bepaalt men zelf als OCMW. Naar privé werkgevers toe factureert men 740 euro, openbare instanties die mensen tewerk stelt in artikel 60 betalen niets. Ook het feit dat men enkel leefloon gerechtigden in artikel 60 toelaat, is specifiek voor Aalst en zou dus ook anders kunnen. Er is dus een duidelijk verschil tussen wat er wetmatig mag en wat er in Aalst wordt toegepast. De reden hiervoor ligt meestal bij de subsidiëring die men hiervoor krijgt.

In een tweede invalshoek heb ik de psychosociale bril opgezet. Daar bleek, door de analyse van verschillende theorieën met betrekking tot het welbevinden en het hebben van een job, dat er wel effectief gevolgen kunnen zijn door het al dan niet hebben van een job. Zeker naar kwetsbare mensen toe moeten we hiermee rekening houden, zij hebben misschien bepaalde werkattitudes niet meegekregen van thuis. Doordat ze niet aan het werk zijn, worden ze uitgesloten uit de maatschappij. Men verliest zijn status en heeft niet het gevoel ergens bij te horen, ergens deel vanuit te maken. Aan het werk zijn zal hen dus empoweren, zal hun psychosociaal welzijn erop verbeteren.

Een laatste invalshoek is de hulpverlening. Doordat onze maatschappij volop in transitie is, dient de hulpverlening herbekeken te worden. Sleutelwoord bij hulpverlening is empoweren. Niet enkel doen wat wetmatig moet maar mensen helpen hun doelen te laten stellen en deze te verwezenlijken. De houding van de hulpverlener moet op voet van gelijkwaardigheid zijn en met een onvoorwaardelijke positieve houding ten opzichte van de cliënt met als doel zijn eigenwaarde te versterken.

Ik breng aan de hand van mijn onderzoeksopzet en theoretische staving vijf veranderingsstrategieën naar voor. Eerst en vooral moet artikel 60 voor iedereen kunnen en niet enkel voor mensen met een leefloon. Zo sluiten we mensen uit die ook zouden geholpen zijn door op deze manier aan het werk te kunnen. Ik denk bijvoorbeeld van een vrouw op leeftijd die van haar man is gescheiden en jaren voor de kinderen heeft gezorgd. Iemand van een iets oudere leeftijd, met een ‘black hole’ in haar CV van enkele jaren, zal niet makkelijk werk vinden.

Een tweede veranderingsstrategie is de mogelijkheid naar een flexibeler traject. Zeker nu we langer zullen moeten werken, is dit geen overbodige luxe. Zoals we ook in Finland zien, werkt zo’n systeem. Meer en meer mensen nemen ook hier ouderschapsverlof, tijdskrediet of loopbaanonderbreking om voor hun gezin of voor zichzelf te kunnen zorgen. Ook en zelfs vooral kwetsbare mensen die weinig of geen ervaring hebben en vaak niet beschikken over een sociaal opvangnet, zouden dit dus zeker moeten kunnen doen. Meer mensen zullen slagen in hun te presteren dagen in de opgegeven referteperiode en mensen gaan ook meer gemotiveerd zijn aan het werk te blijven in deze drukke geluksmaatschpapij.

Een derde strategie is de begeleiding van de mensen op de werkvloer die met mensen in artikel 60 moeten werken. Het stigmatiseren van deze groep tegen gaan door preventief de mensen op de werkvloer zelf grondig te informeren en hen te duiden wat de intentie is. Zo kunnen we taboes en vooroordelen wegwerken en eventuele pesterijen voorkomen. Een ‘workbuddy’, een gezinswetenschapper die niet alleen de mensen in sociale tewerkstelling maar ook de collega’s hierin begeleidt.

Een vierde strategie is het herbekijken van de kosten die men factureert aan privé firma’s. Zij krijgen een factuur van 740 euro per maand voor een werknemer, openbare instanties en vzw’s niet. Men hanteert dit omdat dit de kost is die het OCMW zelf zou moeten bijleggen, die men dus niet krijgt via subsidieringen. Op macroniveau zouden we dus moeten inzetten in het herbekijken van deze subsidieringen om deze gelijk te stellen. Maar ook OCMW Aalst zou zelf de beslissing kunnen nemen dit niet als grondvoorwaarde te hanteren. Zo creëren we meer tewerkstellingsplaatsen en vergroten we ook de doorstroom.

Een laatste voorstel naar verandering is de betere (na)begeleiding. Mensen in de laatste weken goed toeleiden naar het einde van hun tewerkstelling en al klaarstomen naar solliciteren op de reguliere arbeidsmarkt. Ook een betere samenwerking met onder andere VDAB is opportuun zijn. Ook hier is een rol weggelegd die perfect zou zijn voor een gezinswetenschapper.

Referentielijst:

Adriaens, C. L. (2013). Praktisch handboek voor OCMW-recht. 612 Loopbaan met zorg. (2015). Betekenis van werk. Betekenis van werk.

Tine Van Regenmortel, K. H. (2013. Het concept ‘empowerende academische werkplaats’. Een innovatieve vorm van samenwerken aan werkzame kennis. Tijdschrift voor Welzijnswerk, 36-48 Van Regenmortel, S. (2015, april). Sociaal werk moet anders in de nieuwe samenleving. Entry-media

Vlieger, S. D. (2008, Juni). Schuld en schaamte: een vergelijkende studie tussen werkenden en werklozen. Gent: Universiteit Gent.

Vries, S. D. (2010). Basismethodiek psychosociale hulpverlening. In S. D. Vries, Basismethodiek psychosociale hulpverlening (p. 425). Hoten, Nederland: Bohn Stafleu van Loghum.
Meer lezen

Psychopathie binnen de strafrechtspleging: de eeuwige vraag naar (on)toerekeningsvatbaarheid. Pijnpunten binnen de forensische psychiatrie en een blik op de Belgische wetgeving.

Universiteit Gent
2016
Femke
Franco
  • Farah
    Focquaert
Het doel van mijn thesisonderzoek bestond erin het stigma uit de wereld te helpen dat psychopaten zware criminelen zijn zonder enig spijt- of genadegevoel. Aan de hand van metajuridisch onderzoek heb ik geprobeerd om aan te tonen dat psychopathie een geestesziekte is. Het gevolg hiervan is dat er toch enkele argumenten zijn die kunnen pleiten voor de ontoerekeningsvatbaarheid van deze personen hoewel dit maatschappelijk nog steeds als een taboe beschouwd wordt.
Meer lezen

De toepassing van de verruimde minnelijke schikking bij fiscale fraude: een verkennend onderzoek

Universiteit Gent
2016
Maxim
Verbeeck
Het betreft een kwalitatief onderzoek naar de criteria die magistraten hanteren om op een voorstel tot verruimde minnelijke schikking in te gaan bij fiscale fraude.
Meer lezen

Domeingoederen: actualia inzake openbaar en privaat domein

Universiteit Gent
2016
Thomas
Poppe
Bespreking van de actuele ontwikkelingen op het vlak van de leer van het domeingoederenrecht.
Meer lezen

Voorwaarts en niet vergeten. Hendrik Conscience en de unionistische erfenis van 1848.

Universiteit Antwerpen
2016
Leonardus
van Hest
In mijn scriptie heb ik een poging tot revisie ondernomen van de negatieve hedendaagse receptie van Hendrik Conscience. Door analyse van twee minder bekende historische romans van zijn hand trachtte ik, in weerwil van de huidige dominante perceptie van Conscience, aan te tonen dat de verguisde schrijver met zijn literatuur consequent werkte aan een unionistisch project. Synthese van geschied- en literatuurwetenschap was daarbij een voornaam streven.
Meer lezen

De collectieve vordering: een nuttig instrument voor de slachtoffers van onrechtmatige bedingen?

Universiteit Gent
2016
Céline
van Aalst
De scriptie bespreekt de collectieve vordering (class action) die werd ingevoerd in het Wetboek Economisch Recht en dit specifiek in de context van de onrechtmatige bedingen in hetzelfde wetboek. Er worden concrete gevallen behandeld en ten slotte worden er criteria ontwikkeld aan de hand waarvan het nut van de collectieve vordering ten opzichte van de klassieke proceduremogelijkheden concreet per situatie kan worden geëvalueerd.
Meer lezen

Herstel voor nabestaanden van slachtoffers van levensdelicten. Kwalitatief onderzoek naar factoren die een rol (kunnen) spelen bij secundaire victimisatie.

Universiteit Gent
2016
Yinthe
Feys
Alhoewel nabestaanden van slachtoffers van levensdelicten (moord en doodslag) ook slachtoffers zijn, krijgen zij vaak niet de aandacht die zij verdienen. In dit onderzoek werd dan ook getracht om, via kwalitatieve interviews, in kaart te brengen hoe dergelijke nabestaanden hun slachtofferschap ervaren. Hierbij werd nagegaan of er, naast een primaire victimisatie (de directe gevolgen van het misdrijf), ook sprake is van een secundaire victimisatie (ten gevolge van de houding van allerlei actoren waarmee de desbetreffende personen in contact komen).
Meer lezen

De (on)feilbare strafrechtspleging. Een rechtsvergelijkend onderzoek naar de controlemechanismen in België en Nederland ter preventie en aanpak van gerechtelijke dwalingen

KU Leuven
2016
Hendrik
Natens
Deze masterscriptie biedt een overzicht en vergelijking van de controlemechanismen ter preventie en aanpak van gerechtelijke dwalingen en België en Nederland
Meer lezen

Een plek voor subtiele taal. Een pleidooi voor de toepassing van Charles Taylors constitutieve taalopvatting in de filosofie.

Universiteit Antwerpen
2016
Martha
Claeys
In de filosofie komen vaak thema's aan bod die uitgaan van een menselijke betrokkenheid: denk aan morele kwesties, rechtvaardigheid, vrijheid, pijn of liefde. Welke taal gebruikt de filosoof om het over deze thema's te hebben, en waarom is die gerechtvaardigd? Ik argumenteer dat er in de filosofie nood is aan een subtiele taal, een begrip dat ik ontleen aan Charles Taylor. Subtiele taal is de uitgelezen taal om vanuit een betrokken menselijk standpunt na te denken over wat voor begrippen als rechtvaardigheid, vrijheid, pijn of liefde voor de mens betekenen.
Meer lezen

Psychosociale risico's: Pestgedrag bij werknemers op het werk: huidige situatie en vooruitblik op de toekomst

Hogeschool Gent
2016
Thijs
Orbie
Analyse van pestgedrag bij werknemers op het werk, met een prospectie op de huidige stand en een vooruitblik op de toekomst vanaf 2014
Meer lezen

De Drugbehandelingskamer 2.0: het "Brugge Model"

VIVES Hogeschool
2016
Lenny
De Vos
Een bespreking van drugbehandelingskamers als alternatieve correctionale afhandeling van drugsgerelateerde misdrijven. Een vergelijking van de situatie in Gent en Brugge.
Meer lezen

Backendontwikkeling van beheersoftware voor Realdolmen Education in .NET met EF Code First, Repository Pattern en Autofac

Odisee
2016
Nora
Kamoen
Beschrijving en uitwerking van verschillende technologieën voor het ontwikkelen van een modulaire backend en deze gerechtvaardigd aan de hand van vergelijkingen. Gebruikte technologieën zijn het Entity Framework Code First, het Repository Pattern en Dependency Injection aan de hand van Autofac. Er wordt vertrokken vanuit de basisprincipes van het domain driven design.
Meer lezen

Vergelijkende levenscyclusanalyse van hennep en katoenvezel voor toepassingen in de Chinese textielindustrie.

KU Leuven
2015
Hannes
Van Eynde
Hennep, of Cannabis sativa, is potentieel een van de meest onbegrepen planten in de huidige samenleving. Terwijl C. sativa vandaag de dag nog vooral bekend is om het iconische handvormige blad, vaak geassocieerd met de drug marihuana, was het vroeger een van de belangrijkste gewassen in West-Europa. De verwarring tussen hennep en marihuana is gerechtvaardigd, aangezien beide rassen zijn die tot dezelfde soort behoren.
Meer lezen

The People's Faith. Religious Identities and Peasant Communities in the Ronse Deanery (1650-1725)

Universiteit Gent
2015
Roman
Roobroeck
Gek van God? Geloof en identiteit op het vroegmoderne platteland“Religie is het opium van het volk.” Er bestaat een grote kans dat dit wereldberoemde citaat van Karl Marx u bekend in de oren klinkt. De grondlegger van het marxisme beschreef religie als een onderdrukkend mechanisme, in het leven geroepen door de mens zelf om zijn uitdagende en vaak miserabele leven gemakkelijker te doorspartelen.
Meer lezen

Een vergelijkende studie tussen georganiseerde misdaad en terroristische groeperingen op vlak van organisatie en financiering

Universiteit Gent
2015
Nicolas
Gosselin
Een vergelijkende studie tussen georganiseerde misdaad en terroristische groeperingen op vlak van organisatie en financieringWe leven in een dynamische geglobaliseerde wereld waarin criminaliteit, al dan niet grensoverschrijdend, deel van uitmaakt. Twee grensoverschrijdende criminaliteitsvormen, namelijk georganiseerde misdaad en terrorisme, bestaan al sinds mensenheugenis en komen hierbij dagelijks in beeld. In deze masterproef bekijken we georganiseerde criminaliteit en terrorisme en vergelijken we ze om te zien waar de twee overeenstemmen en juist verschillen.
Meer lezen