Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de

De invloed van de Ice Bucket Challenge op de steun aan ALS-patiënten bij jongvolwassenen: een toepassing van het Prototype Willingness Model.

Universiteit Antwerpen
2016
Charlotte
Van Ballart
De ALS Ice Bucket Challenge was een succesvolle campagne die een impact heeft gehad op het maatschappelijke bewustzijn en de steun aan ALS-patiënten. Deze studie paste het Prototype Willingness Model toe om te kunnen onderzoeken hoe en wanneer de blootstelling aan online video’s van de ALS Ice Bucket Challenge een invloed heeft gehad op de bereidheid om ALS-patiënten te steunen bij jongvolwassenen.
Meer lezen

OKAN jongeren in de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België - Het overbruggen van taal, leeftijd en cultuur

Vrije Universiteit Brussel
2016
Joke
Vanderschoot
Musea kunnen een grote bijdrage leveren aan de integratie in België van OKAN jongeren ofwel anderstalige nieuwkomer. Een museumbezoek op maat in de Koninklijke Musea voor Schone kunsten van Brussel is ontwikkeld om te beantwoorden aan de noden van deze jongeren.
Meer lezen

Het effect van oude tv-programma’s op de mate van de televisiebeleving. Een experiment bij personen met een lichte vorm van dementie

KU Leuven
2016
Kristien
De Schepper
Het aantal personen met dementie zal de komende jaren exponentieel toenemen. Ongeveer 35% van hen komt in een woonzorgcentrum terecht en verblijft daar tot aan het overlijden. In woonzorgcentra worden regelmatig activiteiten georganiseerd, maar er wordt ook vaak teruggegrepen naar de tv om de bewoners bezig te houden. Er is reeds onderzoek gebeurd naar de capaciteit van personen met dementie om naar tv te kijken. Daarnaast werd meermaals aangetoond dat oude voorwerpen, oude muziek,... personen met dementie kunnen helpen met het ophalen van herinneringen en dat dit een positieve invloed kan hebben op hun levenskwaliteit. In dit onderzoek werd getracht het huidige onderzoek een andere richting in te sturen en na te gaan wat het effect is van oude tv-programma’s op de televisiebeleving van personen met een lichte vorm dementie.
Er werd een experiment uitgevoerd bij twaalf personen met een lichte vorm van dementie, verspreid over drie Leuvense woonzorgcentra. Televisiebeleving werd gemeten aan de hand van de aandacht en emoties (commentaar geven op de inhoud, lachen, glimlachen en reageren op muziek) tijdens het kijken. Er werd een vergelijking gemaakt van de aandacht en emoties tijdens een oud- en tijdens een recent tv-programma.
Personen met dementie bleken significant meer zonder afleiding te kijken naar een oud tv-programma dan naar een recent tv-programma. Bovendien werd er significant meer commentaar gegeven op de inhoud en lachten de proefpersonen significant meer tijdens een oud- dan tijdens een recent tv-programma.
De resultaten tonen aan dat oude televisiecontent een positieve invloed kan hebben op personen met dementie. Dit onderzoek was slechts een eerste stap in de goede richting. Toekomstige onderzoekers kunnen dit experiment op grotere schaal uitvoeren. Een volgende stap is dat het tonen van oude tv-programma’s geïntegreerd wordt in de dagelijkse zorg binnen woonzorgcentra.
Meer lezen

Moet er nog dialect zijn?

Vrije Universiteit Brussel
2016
Natascha
Derese
Onderzoek naar het dialectverlies in Vlaams-Brabant en de beweegredenen om dialect al dan niet achterwege te laten.
Meer lezen

Artikel 60 binnen OCMW Aalst, een goedlopende trein of een bij te sleutelen parcours?!

Odisee
2016
Karolien
Devos
In dit onderzoek werd artikel 60 op mesoniveau, binnen het OCMW van Aalst, onderzocht. Dit met als doel een zo duidelijk mogelijk beeld te krijgen over hoe deze tewerkstelling loopt en waar er eventueel marge is voor verbetering.

Mijn onderzoeksopzet bestond enerzijds uit een interview met de beleidsmensen, met de ambtenaren die verantwoordelijk zijn voor deze sociale tewerkstelling. Anderzijds uit een focusgesprek met ervaringsdeskundigen, met mensen die of een sociale tewerkstelling positief hebben beëindigd of nog steeds aan het werk zijn als artikel 60.

Aan de hand van mijn ervaring en mijn onderzoeksopzet heb ik mijn veranderingsdoelen opgemaakt. Gezien de ervaringsdeskundigen artikel 60 als een positieve ervaring beschouwden denk ik dat men eerst en vooral moet proberen meer tewerkstelling plaatsen te creëren. Meer plaatsen geeft ook meer kansen dus meer kwetsbare mensen die men zo kan helpen naar werkervaring of zelfs naar een doorstroom naar de reguliere arbeidsmarkt. Hiervoor zal de begeleiding anders moeten worden aangepakt en zal ook de bijhorende subsidiëring moeten herbekeken worden. Zowel op mesoniveau binnen het OCMW te Aalst als op macroniveau en dus op Vlaams, gezien dit recent is overgeheveld van Federaal naar Vlaams.

Een tweede veranderingsdoel, wat ik zou willen gerealiseerd zien, is het verbeteren van de sfeer op de werkvloer ten opzichte van de mensen in artikel 60. Het welbevinden op het werk draagt volgens mij ook bij naar enerzijds je goed voelen in je vel maar anderzijds ook het goed presteren op het werk zelf. Voor mensen in sociale tewerkstelling denk ik dat de motivatie om op zoek te gaan naar een job na artikel 60 groter zal zijn als men een positieve ervaring heeft mogen ervaren.

Ook na begeleiding moet volgens mij beter. In het focusgesprek gaf elke deelnemer aan dat men in het spreekwoordelijke zwarte gat valt na artikel 60. Ook hier zouden we door in te zetten op betere, intensievere begeleiding, de doorstroom naar de reguliere markt kunnen bevorderen.

Ik ben dit eerst en vooral juridisch gaan bekijken, wetgeving versus toepassingen die men hanteert in het OCMW te Aalst. Daaruit bleek onder andere dat een flexibel werktraject, bijvoorbeeld deeltijds werken, wettelijk wel kan. Iets wat mogelijk zou moeten zijn voor iedereen in deze hectische maatschappij, zeker voor kwetsbare mensen die geen (groot) sociaal opvangnet hebben. Ook het loon voor de artikels 60 bepaalt men zelf als OCMW. Naar privé werkgevers toe factureert men 740 euro, openbare instanties die mensen tewerk stelt in artikel 60 betalen niets. Ook het feit dat men enkel leefloon gerechtigden in artikel 60 toelaat, is specifiek voor Aalst en zou dus ook anders kunnen. Er is dus een duidelijk verschil tussen wat er wetmatig mag en wat er in Aalst wordt toegepast. De reden hiervoor ligt meestal bij de subsidiëring die men hiervoor krijgt.

In een tweede invalshoek heb ik de psychosociale bril opgezet. Daar bleek, door de analyse van verschillende theorieën met betrekking tot het welbevinden en het hebben van een job, dat er wel effectief gevolgen kunnen zijn door het al dan niet hebben van een job. Zeker naar kwetsbare mensen toe moeten we hiermee rekening houden, zij hebben misschien bepaalde werkattitudes niet meegekregen van thuis. Doordat ze niet aan het werk zijn, worden ze uitgesloten uit de maatschappij. Men verliest zijn status en heeft niet het gevoel ergens bij te horen, ergens deel vanuit te maken. Aan het werk zijn zal hen dus empoweren, zal hun psychosociaal welzijn erop verbeteren.

Een laatste invalshoek is de hulpverlening. Doordat onze maatschappij volop in transitie is, dient de hulpverlening herbekeken te worden. Sleutelwoord bij hulpverlening is empoweren. Niet enkel doen wat wetmatig moet maar mensen helpen hun doelen te laten stellen en deze te verwezenlijken. De houding van de hulpverlener moet op voet van gelijkwaardigheid zijn en met een onvoorwaardelijke positieve houding ten opzichte van de cliënt met als doel zijn eigenwaarde te versterken.

Ik breng aan de hand van mijn onderzoeksopzet en theoretische staving vijf veranderingsstrategieën naar voor. Eerst en vooral moet artikel 60 voor iedereen kunnen en niet enkel voor mensen met een leefloon. Zo sluiten we mensen uit die ook zouden geholpen zijn door op deze manier aan het werk te kunnen. Ik denk bijvoorbeeld van een vrouw op leeftijd die van haar man is gescheiden en jaren voor de kinderen heeft gezorgd. Iemand van een iets oudere leeftijd, met een ‘black hole’ in haar CV van enkele jaren, zal niet makkelijk werk vinden.

Een tweede veranderingsstrategie is de mogelijkheid naar een flexibeler traject. Zeker nu we langer zullen moeten werken, is dit geen overbodige luxe. Zoals we ook in Finland zien, werkt zo’n systeem. Meer en meer mensen nemen ook hier ouderschapsverlof, tijdskrediet of loopbaanonderbreking om voor hun gezin of voor zichzelf te kunnen zorgen. Ook en zelfs vooral kwetsbare mensen die weinig of geen ervaring hebben en vaak niet beschikken over een sociaal opvangnet, zouden dit dus zeker moeten kunnen doen. Meer mensen zullen slagen in hun te presteren dagen in de opgegeven referteperiode en mensen gaan ook meer gemotiveerd zijn aan het werk te blijven in deze drukke geluksmaatschpapij.

Een derde strategie is de begeleiding van de mensen op de werkvloer die met mensen in artikel 60 moeten werken. Het stigmatiseren van deze groep tegen gaan door preventief de mensen op de werkvloer zelf grondig te informeren en hen te duiden wat de intentie is. Zo kunnen we taboes en vooroordelen wegwerken en eventuele pesterijen voorkomen. Een ‘workbuddy’, een gezinswetenschapper die niet alleen de mensen in sociale tewerkstelling maar ook de collega’s hierin begeleidt.

Een vierde strategie is het herbekijken van de kosten die men factureert aan privé firma’s. Zij krijgen een factuur van 740 euro per maand voor een werknemer, openbare instanties en vzw’s niet. Men hanteert dit omdat dit de kost is die het OCMW zelf zou moeten bijleggen, die men dus niet krijgt via subsidieringen. Op macroniveau zouden we dus moeten inzetten in het herbekijken van deze subsidieringen om deze gelijk te stellen. Maar ook OCMW Aalst zou zelf de beslissing kunnen nemen dit niet als grondvoorwaarde te hanteren. Zo creëren we meer tewerkstellingsplaatsen en vergroten we ook de doorstroom.

Een laatste voorstel naar verandering is de betere (na)begeleiding. Mensen in de laatste weken goed toeleiden naar het einde van hun tewerkstelling en al klaarstomen naar solliciteren op de reguliere arbeidsmarkt. Ook een betere samenwerking met onder andere VDAB is opportuun zijn. Ook hier is een rol weggelegd die perfect zou zijn voor een gezinswetenschapper.

Referentielijst:

Adriaens, C. L. (2013). Praktisch handboek voor OCMW-recht. 612 Loopbaan met zorg. (2015). Betekenis van werk. Betekenis van werk.

Tine Van Regenmortel, K. H. (2013. Het concept ‘empowerende academische werkplaats’. Een innovatieve vorm van samenwerken aan werkzame kennis. Tijdschrift voor Welzijnswerk, 36-48 Van Regenmortel, S. (2015, april). Sociaal werk moet anders in de nieuwe samenleving. Entry-media

Vlieger, S. D. (2008, Juni). Schuld en schaamte: een vergelijkende studie tussen werkenden en werklozen. Gent: Universiteit Gent.

Vries, S. D. (2010). Basismethodiek psychosociale hulpverlening. In S. D. Vries, Basismethodiek psychosociale hulpverlening (p. 425). Hoten, Nederland: Bohn Stafleu van Loghum.
Meer lezen

Literaire competentie in Suriname. Hoe kunnen we in een traject van zes lessen, het leesplezier van Surinaamse jongeren van 12 tot 14 jaar met een zeer beperkte literaire competentie vergroten en hun literaire competentie verbeteren?

Karel De Grote Hogeschool
2016
Laura
Hellinckx
Tijdens mijn buitenlandse stage in Suriname ging ik samen met een aantal jongeren met een beperkte literaire competentie aan de slag om hun literaire competentie te verbeteren aan de hand van een lessenreeks met aangepaste werkbundel.
Meer lezen

Correlatie tussen echo-endoscopische bevindingen en chirurgische bevindingen voor soliede pancreasletsels wat betreft operabiliteit en anatomopathologisch rapport.

Universiteit Gent
2016
Nesrin
Diren
Onderzoek naar het nut van echo-endoscopie binnen de aanpak van pancreaskanker.
Meer lezen

Het leven zoals het niet is: porno

KU Leuven
2016
Hanne
Kelchtermans
Onderzoek naar de impact van internetpornografie op instrumentele attitudes en bereidheid tot casual seks bij Vlaamse adolescenten.
Meer lezen

Het effect van verkeersintensiteit op sociaal contact in Kessel-Lo, Leuven

KU Leuven
2016
Anton
Esser
De hoeveelheid verkeer die door een woonstraat passeert heeft een invloed op de relaties tussen buren. In straten met verschillende verkeersvolumes werden de relaties tussen buren onderzocht voor een deelgemeente van Leuven, Kessel-Lo.
Meer lezen

Ervaringen van alleenstaande pleegouders in Vlaanderen: pleegzorg als uitdrukking van een electieve biografie

Universiteit Gent
2016
Emma
Degroote
In dit exploratief kwalitatief onderzoek worden alleenstaande pleegouders via diepte-interviews gevraagd naar hun ervaringen als alleenstaande pleegouder, naar de rol die ze binnen het pleeggezin opnemen en hoe ze omgaan met de uitdagingen die het alleenstaand pleegouderschap stelt.
Meer lezen

Bijzondere brussen, bijzondere aandacht. Een onderzoek naar effectiviteit van psycho-educatie aan broers en zussen bij ADHD, met toevoeging van Teigetje.

Thomas More Hogeschool
2016
Rebecca
De Cuyper
Het doel van dit onderzoek was om het nut van psycho-educatie aan brussen over ADHD na te gaan. In dit onderzoek werd gewerkt met zelf samengesteld educatief materiaal bestaande uit een voorleesboek, een werkboek, praatplaten en een vragenlijst. Resultaten van dit onderzoek toonden aan dat broers en zussen, van kinderen met de diagnose ADHD, meer kennis hebben over ADHD na het krijgen van psycho-educatie.
Meer lezen

Attitudes van verpleegkundigen bij palliatieve sedatie en euthanasie

Hogeschool Gent
2016
Valérie
D'Haese
Mijn BP gaat over de attitudes van verpleegkundigen t.o.v. palliatieve sedatie en euthanasie. Allereerst leg ik het verschil uit tussen palliatieve sedatie en euthanasie en nadien licht ik verschillende attitudes van verpleegkundigen toe, bv. de attitude omtrent de diepte van de sedatie etc.
Meer lezen

Geluk: Een explorerend onderzoek naar methodieken over geluk in de basisschool

VIVES Hogeschool
2016
Lisa
Pareyn
Meer en meer leerlingen uiten signalen dat ze ongelukkig zijn. Dit zette ons ertoe aan om methodieken over geluk te verzamelen. Eén onderzoeksvraag staat centraal: “Welke methodieken kunnen een goede basis vormen, voor het ontwikkelen van lessen rond geluk voor kleuters en lagere schoolkinderen?”. Ons finaal doel is het formuleren van adviezen met betrekking tot de implementatie van methodieken rond geluk.
Meer lezen

Vergelijkende studie naar de actieve woordenschat van kinderen van kleuterjuffen en kinderen van niet-leerkrachten

Thomas More Hogeschool
2016
Gitte
Truijen
Tijdens hun opleiding worden kleuterjuffen klaargestoomd om de algemene ontwikkeling van kleuters te bevorderen. Om na te gaan of kleuterjuffen ook de taalontwikkeling van hun eigen kinderen bevorderen, werd een vergelijkende studie uitgevoerd naar de actieve woordenschat van kinderen van kleuterjuffen en de actieve woordenschat van kinderen van niet-leekrachten.
Meer lezen

Wat is de noodzaak aan psychologische bijstand voor de familie na een cardio arrest reanimatie van de patiënt op de afdeling hartbewaking in het Ziekenhuis Oost-Limburg?

Hogeschool PXL
2016
Stijn
Peeters
  • An
    Coenen
De vooruitgang van de geneeskunde zorgt ervoor dat steeds meer gereanimeerde patiënten overleven en opgenomen worden in het ziekenhuis. Terwijl de patiënt alle nodige zorgen krijgt, blijft de familie vaak in de kou staan. De vraag of zij nood hebben aan psychologische begeleiding dringt zich op.
Meer lezen

Is de nieuwe Vlaamse wet een verbetering of een hinderpaal tegenover de vorige wet op vlak van vermogensplanning van onroerende goederen?

AP Hogeschool Antwerpen
2016
Tanisha
Dillis
Sinds 1 januari 2015 zijn de Vlaamse Successierechten opgenomen in de Vlaamse Codex Fiscaliteit. Dit brengt ingrijpende wijzigingen met zich mee. De bachelorproef geeft een overzicht van deze wijzigingen alsook de verschillen met de oude wet.
Meer lezen

Karteren van landschapsdiensten door middel van de PGIS-methode toegepast in Lier

Universiteit Gent
2016
Annelies
Broeckx
Mensen gebruiken het landschap om zich heen voor verschillende doeleinden. Deze thesis brengt deze gebruiken van het landschap in kaart aan de hand van interviews met lokale bewoners.
Meer lezen

Vergelijkende studie tussen de WAIS-IV-NL, de NLV en de Raven SPM. Een correlatie-onderzoek bij een niet-klinische populatie.

VIVES Hogeschool
2016
Matthias
Mievis
In de psychiatrie wil men tijdsefficiënt werken waardoor men wil kijken in welke mate men een kortere intelligentietest kan afnemen, en in welke maat een NLV of een Raven SPM een correcte maat van de intelligentie weergeeft. In dit scriptie heeft men een correlatie-onderzoek opgezet waarbij men dit heeft getoetst.
Meer lezen

The use of progestins in transgender youth: Clinical and hormonal effects

Universiteit Gent
2016
Lloyd
Tack
De master thesis ‘The use of progestins in transgender youth: Clinical and hormonal effects’ onderzocht of progestagenen een alternatief zijn voor gonadotropin releasing hormone analogues (GnRHa), welke meest gebruikt worden om de puberteit te onderdrukken in transgender jongeren. GnRHa zijn duur en worden in België niet terugbetaald, waardoor er nood is aan een goedkoper, maar effectief alternatief, zodat alle transgender jongeren een geschikte behandeling kunnen krijgen. De thesis onderzocht de effecten van pro- en anti-androgene progestagenen in jongeren met gevorderde pubertaire ontwikkeling.
Meer lezen

Moeders over stiefmoederschap: de mythe voorbij?

Universiteit Gent
2016
Charlotte
Maene
Vanuit de mythe van de boze stiefmoeder wordt de rol van de stiefmoeder vaker geproblematiseerd dan de betrokkenheid van stiefvaders. Enerzijds lijken mensen te verwachten dat stiefmoeders goed zorgen voor hun stiefkinderen en is men wantrouwig of dit zal gebeuren. Anderzijds worden stiefmoeders weinig geraadpleegd met betrekking tot de opvoeding van hun stiefkinderen. Deze studie brengt in kaart hoe moeders denken over stiefmoederschap en toont aan dat er verschillende strategieën zijn om taken binnen het nieuw samengesteld gezin te verdelen.
Meer lezen

Cross-sectional and longitudinal study of the radiological characteristics of the intervertebral disc. Evolution in function of age. Influence of repetitive micro trauma. Influence of (macro) trauma.

Universiteit Gent
2016
Charlotte
Van Langenhove
Retrospectief onderzoek naar de karakteristieken van de discus en de aanliggende wervellichamen, zowel cervicaal als lumbaal.
Meer lezen

Seksualiteit en intimiteit in woonzorgcentra: kwalitatief onderzoek en de ontwikkeling van een vorming

Odisee
2016
Nele
Six
Via een literatuurstudie wordt nagegaan wat er geweten is over seksualiteit en intimiteit van bewoners in woonzorgcentra. Nadien worden 10 personeelsleden uit de verzorgende en verpleegkundige discipline geïnterviewd over hun ervaringen hiermee. Tot slot wordt een vorming uitgeschreven voor personeelsleden in woonzorgcentra.
Meer lezen

Diabetes bij adolescenten: een dubbele uitdaging

Odisee
2016
Sandra
Martens
Diabetes type 1 is een chronische aandoening die niet te behandelen is met een eenvoudig pilletje. Er komt heel wat meer bij kijken. De laatste jaren zijn er al heel wat nieuwe technologieën op de markt gekomen en fabrikanten zoeken nog dagelijks naar verbeteringen. Maar ondanks deze evolutie blijft een consequente diabetesopvolging voor jongeren vaak niet evident. In deze bachelorproef wordt duidelijk beschreven wat diabetes is en welke impact deze aandoening heeft op het leven van een adolescent.
Meer lezen

De politieke verbondenheid en de verloningsstructuur van directors in de VS

KU Leuven
2016
Jeffrey
Brits
De verloning van directors is een complex gegeven dat afhangt van tal van factoren, waaronder de leeftijd van de director, de sector waarin het bedrijf actief is enzovoort. Eerder onderzoek gaat in op aspecten zoals het effect van geslacht, verschillende verloningsstructuren, het agency probleem en tal van andere onderwerpen. Mijn onderzoek, dat werd uitgevoerd op basis van de verloning en politieke voorkeur van Amerikaanse directors, wijst er echter op dat de politieke voorkeur ook een invloed heeft op de verloning van de directors in kwestie. Meer bepaald zijn er aanwijzingen dat directors met een uitsproken democratische voorkeur een meer risicovolle verloningsportefeuille aanhouden en bij gevolg ook een hoger potentieel inkomen hebben dan hun republikeinse tegenhangers.
Meer lezen

De verzwakking van het preteritum in het Nederlands: een diachroon onderzoek

KU Leuven
2016
Isabeau
De Smet
Deze thesis onderzocht hoeveel van de origineel sterke werkwoorden doorheen de geschiedenis van het Nederlands verzwakt zijn en welke factoren daar een invloed op uitoefenden. De verzwakking van de werkwoorden in het Nederlands werd vergeleken met die in het Duits en het Engels.
Meer lezen

Seksuele ontwikkeling bij jongeren in Vlaanderen: Het verband tussen puberale timing en seksuele timing longitudinaal verklaard

Universiteit Gent
2016
Lisa
Devoogdt
We vonden bij 295 Vlaamse jongeren dat een vroege puberale timing ook een vroegere eerste leeftijd van zelfseks en een vroegere seksuele carrière voorspelt. Er werden mediatie-effecten en indirecte verbanden gevonden via subjectieve puberale timing en permissieve seksuele attitudes. In deze verbanden werden er ook verschillen gevonden tussen jongens en meisjes.
Meer lezen

Longitudinal follow-up of children with Cerebral Palsy after Single-Event Multilevel Surgery

KU Leuven
2016
Lise
Loyens
  • Evie
    Moonemans
  • Anja
    Van Campenhout
  • Lynn
    Bar-on
Deze retrospectieve studie gaat het effect na van Single-Event multilevel surgery (SEMLS) bij kinderen met CP op lange termijn (5-8 jaar follow-up) en gaat na welke factoren de uitkomst van SEMLS kunnen voorspellen.
Meer lezen

Longitudinal follow-up of children with Cerebral Palsy after Single-Event Multilevel Surgery

KU Leuven
2016
Evie
Moonemans
  • Lise
    Loyens
  • Anja
    Van Campenhout
  • Lynn
    Bar-on
Deze retrospectieve studie gaat het effect na van Single-Event multilevel surgery (SEMLS) bij kinderen met CP op lange termijn (5-8 jaar follow-up) en gaat na welke factoren de uitkomst van SEMLS kunnen voorspellen.
Meer lezen

Het effect van leiderschapsstijl op welzijn: de modererende invloed van de gendercompositie van de dyade leidinggevende-ondergeschikte.

Universiteit Gent
2016
Chiara
San Giorgi
Opzet: Het doel van deze studie is de bestaande literatuur omtrent de relatie tussen leiderschap en het welzijn van de onderschikte aan te vullen. Onderzoek naar het modererend effect van het al of niet gelijk zijn van het geslacht van de leidinggevende en de ondergeschikte op de relatie tussen leiderschapsstijl en welzijn ontbreekt nagenoeg.
Methode en participanten: Gegevens van een representatieve steekproef van 3659 doctorandi verbonden aan de verschillende Vlaamse universiteiten werden verzameld aan de hand van een cross-sectionele, online vragenlijst. De CLIO werd gebruikt om transformationeel-, transactioneel-, laissez-faire- en autocratisch leiderschap in kaart te brengen. Welzijn werd in kaart gebracht aan de hand van de GHQ-12. Leeftijd, geslacht en burgerlijke staat werden opgenomen als controlevariabelen.
Resultaten: Hiërarchische logistische regressie analyse toont een marginaal significant positief verband tussen transformationeel leiderschap en welzijn en een significant positief verband tussen transactioneel leiderschap en welzijn. Laissez-faire- en autocratisch leiderschap hangen beiden negatief significant samen met het welzijn van de ondergeschikte. De interactie-effecten tussen de vier leiderschapsstijlen en de gendercompositie van de dyade leidinggevende-ondergeschikte op de relatie tussen leiderschapsstijl en welzijn zijn niet significant.
Conclusie: De resultaten suggereren dat leidinggevenden geen rekening hoeven te houden met de gendercompositie van de dyade leidinggevende-ondergeschikte wanneer ze bezorgd zijn om het welzijn van hun medewerkers. De specifieke leiderschapsstijl die ze hanteren is wel van belang.
Meer lezen

De beleving van alcoholgebruik bij 65-plussers: een onderzoek naar mogelijke motieven om hun drinkgedrag te veranderen

Vrije Universiteit Brussel
2016
Lise
Van Mol
Tien 65-plussers spraken over wat hen motiveert én verhindert om te minderen met overmatig alcoholgebruik (minstens 10 standaardglazen alcohol per week).
Meer lezen