Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de

Crisismanagement en de ramp in Fukushima: de invloed van het ‘Nuclear Village’

KU Leuven
2016
Kelly
Knapen
Crisis Management and the Fukushima Daiichi Nuclear disaster
The influence of the Nuclear Village
Kelly Knapen


The triple meltdown in the Fukushima daiichi nuclear power plant on the 11th of March 2011 has been coined the second worst nuclear disaster since Tsjernobyl. It created a shockwave through the world. Concerns about the safety of this energy source rose to new heights. Voices arose to completely step away from nuclear energy altogether. In Japan this became very apparent. The government experienced massive waves of criticism. Mainly on the way they handled the crisis. This dissertation looked deeper into the crisis management regarding the Fukushima Daiichi nuclear disaster and investigated whether this was effective or not. Secondly this research concentrated on the reasons behind the failures of the crisis management, mainly concentrating on the influence of the Nuclear Village and what effect this had on the crisis management itself.
To achieve this, this dissertation first looked deeper into the legal framework surrounding crisis management in Japan to investigate whether two important aspects of crisis management were covered namely those of preparation and prevention. Secondly it used the reports of the ‘Fukushima Nuclear Accident Independent Investigation Commission’ of the National Diet of Japan and ‘The Independent Investigation committee on the Fukushima Nuclear Accident’ to look deeper into the immediate crisis respons and looked whether the three important elements of communication, cooperation and leadership were present. Lastly, by using the theory of George Stigler on ‘Regulatory Capture’ and the more concrete studie on the ‘Nuclear Village’ of Kainuma (開沼) and Kingston, this dissertation formed its conclusion on the reason behind the problems regarding crisis management in Japan and its effectiveness.
Out of this research it became apparent that there were serious problems concerning the crisis management of the Fukushima nuclear accident. It became clear that nuclear safety was not ensured. The government did not learn the necessary lessons from the two severe incidents that occurred before the disaster in Fukushima, which should have served as a wake-up call. During the crisis at the Fukushima Daiichi nuclear power plant, the main players in crisis management distrusted each other, which lead to a general lack of cooperation, communication and leadership. Although this was a period of crisis, where no one acts perfectly according to plan, this research made clear that the influence of TEPCO on the different players was a major factor in the failure of the crisis management concerning the nuclear disaster at the Fukushima Daiichi nuclear power plant.
This crisis eventually led to a structural reform of crisis management in Japan. This can certainly be called a big step forward. However regarding the nature of the Nuclear Village, as a deeply-enrooted system, a reform alone may not be enough. On this part more research is definitely needed.

Meer lezen

De onderconsumptie van groenten in kaart gebracht - Uitvoering van een interventie bij zwangere vrouwen

Odisee
2016
Jessica
Berden
  • Odile
    Debeck
Hoe groot is de kloof tussen de aanbeveling van groenten en de werkelijke inname? Wat bepaalt hoeveel groenten iemand eet en hoe kan dit beïnvloed worden? We voerden een campagne uit bij zwangere vrouwen om de aanbeveling en werkelijkheid dichter bij elkaar te brengen.
Meer lezen

Artikel 60 binnen OCMW Aalst, een goedlopende trein of een bij te sleutelen parcours?!

Odisee
2016
Karolien
Devos
In dit onderzoek werd artikel 60 op mesoniveau, binnen het OCMW van Aalst, onderzocht. Dit met als doel een zo duidelijk mogelijk beeld te krijgen over hoe deze tewerkstelling loopt en waar er eventueel marge is voor verbetering.

Mijn onderzoeksopzet bestond enerzijds uit een interview met de beleidsmensen, met de ambtenaren die verantwoordelijk zijn voor deze sociale tewerkstelling. Anderzijds uit een focusgesprek met ervaringsdeskundigen, met mensen die of een sociale tewerkstelling positief hebben beëindigd of nog steeds aan het werk zijn als artikel 60.

Aan de hand van mijn ervaring en mijn onderzoeksopzet heb ik mijn veranderingsdoelen opgemaakt. Gezien de ervaringsdeskundigen artikel 60 als een positieve ervaring beschouwden denk ik dat men eerst en vooral moet proberen meer tewerkstelling plaatsen te creëren. Meer plaatsen geeft ook meer kansen dus meer kwetsbare mensen die men zo kan helpen naar werkervaring of zelfs naar een doorstroom naar de reguliere arbeidsmarkt. Hiervoor zal de begeleiding anders moeten worden aangepakt en zal ook de bijhorende subsidiëring moeten herbekeken worden. Zowel op mesoniveau binnen het OCMW te Aalst als op macroniveau en dus op Vlaams, gezien dit recent is overgeheveld van Federaal naar Vlaams.

Een tweede veranderingsdoel, wat ik zou willen gerealiseerd zien, is het verbeteren van de sfeer op de werkvloer ten opzichte van de mensen in artikel 60. Het welbevinden op het werk draagt volgens mij ook bij naar enerzijds je goed voelen in je vel maar anderzijds ook het goed presteren op het werk zelf. Voor mensen in sociale tewerkstelling denk ik dat de motivatie om op zoek te gaan naar een job na artikel 60 groter zal zijn als men een positieve ervaring heeft mogen ervaren.

Ook na begeleiding moet volgens mij beter. In het focusgesprek gaf elke deelnemer aan dat men in het spreekwoordelijke zwarte gat valt na artikel 60. Ook hier zouden we door in te zetten op betere, intensievere begeleiding, de doorstroom naar de reguliere markt kunnen bevorderen.

Ik ben dit eerst en vooral juridisch gaan bekijken, wetgeving versus toepassingen die men hanteert in het OCMW te Aalst. Daaruit bleek onder andere dat een flexibel werktraject, bijvoorbeeld deeltijds werken, wettelijk wel kan. Iets wat mogelijk zou moeten zijn voor iedereen in deze hectische maatschappij, zeker voor kwetsbare mensen die geen (groot) sociaal opvangnet hebben. Ook het loon voor de artikels 60 bepaalt men zelf als OCMW. Naar privé werkgevers toe factureert men 740 euro, openbare instanties die mensen tewerk stelt in artikel 60 betalen niets. Ook het feit dat men enkel leefloon gerechtigden in artikel 60 toelaat, is specifiek voor Aalst en zou dus ook anders kunnen. Er is dus een duidelijk verschil tussen wat er wetmatig mag en wat er in Aalst wordt toegepast. De reden hiervoor ligt meestal bij de subsidiëring die men hiervoor krijgt.

In een tweede invalshoek heb ik de psychosociale bril opgezet. Daar bleek, door de analyse van verschillende theorieën met betrekking tot het welbevinden en het hebben van een job, dat er wel effectief gevolgen kunnen zijn door het al dan niet hebben van een job. Zeker naar kwetsbare mensen toe moeten we hiermee rekening houden, zij hebben misschien bepaalde werkattitudes niet meegekregen van thuis. Doordat ze niet aan het werk zijn, worden ze uitgesloten uit de maatschappij. Men verliest zijn status en heeft niet het gevoel ergens bij te horen, ergens deel vanuit te maken. Aan het werk zijn zal hen dus empoweren, zal hun psychosociaal welzijn erop verbeteren.

Een laatste invalshoek is de hulpverlening. Doordat onze maatschappij volop in transitie is, dient de hulpverlening herbekeken te worden. Sleutelwoord bij hulpverlening is empoweren. Niet enkel doen wat wetmatig moet maar mensen helpen hun doelen te laten stellen en deze te verwezenlijken. De houding van de hulpverlener moet op voet van gelijkwaardigheid zijn en met een onvoorwaardelijke positieve houding ten opzichte van de cliënt met als doel zijn eigenwaarde te versterken.

Ik breng aan de hand van mijn onderzoeksopzet en theoretische staving vijf veranderingsstrategieën naar voor. Eerst en vooral moet artikel 60 voor iedereen kunnen en niet enkel voor mensen met een leefloon. Zo sluiten we mensen uit die ook zouden geholpen zijn door op deze manier aan het werk te kunnen. Ik denk bijvoorbeeld van een vrouw op leeftijd die van haar man is gescheiden en jaren voor de kinderen heeft gezorgd. Iemand van een iets oudere leeftijd, met een ‘black hole’ in haar CV van enkele jaren, zal niet makkelijk werk vinden.

Een tweede veranderingsstrategie is de mogelijkheid naar een flexibeler traject. Zeker nu we langer zullen moeten werken, is dit geen overbodige luxe. Zoals we ook in Finland zien, werkt zo’n systeem. Meer en meer mensen nemen ook hier ouderschapsverlof, tijdskrediet of loopbaanonderbreking om voor hun gezin of voor zichzelf te kunnen zorgen. Ook en zelfs vooral kwetsbare mensen die weinig of geen ervaring hebben en vaak niet beschikken over een sociaal opvangnet, zouden dit dus zeker moeten kunnen doen. Meer mensen zullen slagen in hun te presteren dagen in de opgegeven referteperiode en mensen gaan ook meer gemotiveerd zijn aan het werk te blijven in deze drukke geluksmaatschpapij.

Een derde strategie is de begeleiding van de mensen op de werkvloer die met mensen in artikel 60 moeten werken. Het stigmatiseren van deze groep tegen gaan door preventief de mensen op de werkvloer zelf grondig te informeren en hen te duiden wat de intentie is. Zo kunnen we taboes en vooroordelen wegwerken en eventuele pesterijen voorkomen. Een ‘workbuddy’, een gezinswetenschapper die niet alleen de mensen in sociale tewerkstelling maar ook de collega’s hierin begeleidt.

Een vierde strategie is het herbekijken van de kosten die men factureert aan privé firma’s. Zij krijgen een factuur van 740 euro per maand voor een werknemer, openbare instanties en vzw’s niet. Men hanteert dit omdat dit de kost is die het OCMW zelf zou moeten bijleggen, die men dus niet krijgt via subsidieringen. Op macroniveau zouden we dus moeten inzetten in het herbekijken van deze subsidieringen om deze gelijk te stellen. Maar ook OCMW Aalst zou zelf de beslissing kunnen nemen dit niet als grondvoorwaarde te hanteren. Zo creëren we meer tewerkstellingsplaatsen en vergroten we ook de doorstroom.

Een laatste voorstel naar verandering is de betere (na)begeleiding. Mensen in de laatste weken goed toeleiden naar het einde van hun tewerkstelling en al klaarstomen naar solliciteren op de reguliere arbeidsmarkt. Ook een betere samenwerking met onder andere VDAB is opportuun zijn. Ook hier is een rol weggelegd die perfect zou zijn voor een gezinswetenschapper.

Referentielijst:

Adriaens, C. L. (2013). Praktisch handboek voor OCMW-recht. 612 Loopbaan met zorg. (2015). Betekenis van werk. Betekenis van werk.

Tine Van Regenmortel, K. H. (2013. Het concept ‘empowerende academische werkplaats’. Een innovatieve vorm van samenwerken aan werkzame kennis. Tijdschrift voor Welzijnswerk, 36-48 Van Regenmortel, S. (2015, april). Sociaal werk moet anders in de nieuwe samenleving. Entry-media

Vlieger, S. D. (2008, Juni). Schuld en schaamte: een vergelijkende studie tussen werkenden en werklozen. Gent: Universiteit Gent.

Vries, S. D. (2010). Basismethodiek psychosociale hulpverlening. In S. D. Vries, Basismethodiek psychosociale hulpverlening (p. 425). Hoten, Nederland: Bohn Stafleu van Loghum.
Meer lezen

De comfortroom in de GGZ: de ervaringen en beleving van jongeren

Universiteit Gent
2016
Jotte
Willem
In dit masterproefonderzoek werden de ervaringen en beleving van jongeren die opgenomen zijn in een psychiatrische setting onderzocht. De comfortroom is een prettig ingerichte kamer, waar de jongeren tot rust kunnen komen voor of na een crisis.
Meer lezen

Een mogelijke schakel: de gevangenisbeambte als gatekeeper in de preventie van suïcide achter de tralies.

Vrije Universiteit Brussel
2016
Cindy
Reyniers
De scriptie is een vergelijkende studie tussen België en het Verenigd Koninkrijk naar de preventie van suïcide tijdens detentie. De bijdrage van de gevangenisbeambte aan deze preventie wordt in concreto onder de loep genomen. Hierbij worden tal van spanningsvelden belicht die zich in deze specifieke context aanbieden. De werking van het suïcidepreventiebeleid van beide landen worden geanalyseerd, evenals er wordt nagegaan welke vertaling dit kent (cognietief-emotioneel) op de beambte.
Meer lezen

Het ideale aantal katten: een moraalwetenschappelijke analyse

Universiteit Gent
2016
Rutger
Lazou
Deze masterproef biedt een kritische, moraalfilosofische analyse van de overpopulatie van de kat. Ze onderzoekt wat het ideale aantal katten is in een populatie.
Meer lezen

Vladimir Poetin door de westerse bril

KU Leuven
2016
Alexia
Papadis
Een kwalitatieve analyse van de invloed van interculturele verschillen in non-verbale communicatie op de perceptie van Vladimir Poetin in het Westen.
Meer lezen

Het leven zoals het niet is: porno

KU Leuven
2016
Hanne
Kelchtermans
Onderzoek naar de impact van internetpornografie op instrumentele attitudes en bereidheid tot casual seks bij Vlaamse adolescenten.
Meer lezen

Presidential term limit compliance: Policies of the United Nations and African Union in Burkina Faso and Burundi

KU Leuven
2016
Laura
Ritter
This explorative research examines the policies of the United Nations and African Union in making African presidents comply with constitutionally guaranteed term limits.
Meer lezen

Het rechtsbegrip bij H.L.A. Hart

KU Leuven
2016
Nina
Roox
Deze masterscriptie handelt over het rechtsbegrip bij rechtsfilosoof H.L.A. Hart in al zijn aspecten.
Meer lezen

Metafysica in een tijdperk van fysica

Universiteit Antwerpen
2016
Dirk
van der Wulp
De vraagstelling die in deze masterproef centraal staat is: wat is een actuele invulling/definitie van het begrip 'metafysica'? Er wordt een brede invulling/definitie van dit begrip verdedigd.
Meer lezen

Analyse van de probitfunctie voor de effecten van overdruk op de mens - Het Vlaamse 40 mbar overdrukcriterium

KU Leuven
2016
Jeroen
Debroey
In Vlaanderen wordt de kans op overlijden ten gevolge van de overdruk afkomstig van een explosie uitgedrukt door middel van een probitfunctie. In deze scriptie wordt de herkomst van de Vlaamse probitfunctie doorgelicht en vergeleken met alternatieve opvattingen en technieken. Uit dit onderzoek besluit de auteur dat de huidige Vlaamse probitfunctie anno 2016 te conservatief is. Hij ontwikkelt daarom een geactualiseerde probitfunctie, ten einde de Vlaamse probitfunctie opnieuw af te lijnen met moderne bouwfysische omstandigheden.
Meer lezen

Attitudes van verpleegkundigen bij palliatieve sedatie en euthanasie

Hogeschool Gent
2016
Valérie
D'Haese
Mijn BP gaat over de attitudes van verpleegkundigen t.o.v. palliatieve sedatie en euthanasie. Allereerst leg ik het verschil uit tussen palliatieve sedatie en euthanasie en nadien licht ik verschillende attitudes van verpleegkundigen toe, bv. de attitude omtrent de diepte van de sedatie etc.
Meer lezen

Geluk: Een explorerend onderzoek naar methodieken over geluk in de basisschool

VIVES Hogeschool
2016
Lisa
Pareyn
Meer en meer leerlingen uiten signalen dat ze ongelukkig zijn. Dit zette ons ertoe aan om methodieken over geluk te verzamelen. Eén onderzoeksvraag staat centraal: “Welke methodieken kunnen een goede basis vormen, voor het ontwikkelen van lessen rond geluk voor kleuters en lagere schoolkinderen?”. Ons finaal doel is het formuleren van adviezen met betrekking tot de implementatie van methodieken rond geluk.
Meer lezen

De toepassing van de verruimde minnelijke schikking bij fiscale fraude: een verkennend onderzoek

Universiteit Gent
2016
Maxim
Verbeeck
Het betreft een kwalitatief onderzoek naar de criteria die magistraten hanteren om op een voorstel tot verruimde minnelijke schikking in te gaan bij fiscale fraude.
Meer lezen

Triage van syncope op de spoedgevallendienst

UC Leuven-Limburg
2016
sander
keunen
  • Laura
    hombroux
  • Nathalie gregoire
In deze scriptie wordt onderzocht of het mogelijk is om doormiddel van een simpele tool de triage van syncopes op een spoedgevallendienst correcter te doen verlopen en op die manier de outcome van de patient te verbeteren.
Meer lezen

Neo-Imperialisme in Rusland: nationale ideologie of retorische strategie

KU Leuven
2016
Eva
Claessen
Na de annexatie van de Krim begonnen veel internationale media te verwijzen naar Rusland als een expansionistische agressor. Deze thesis onderzoekt of Rusland werkelijk de ambitie heeft om zijn terrein uit te breiden of dat haar huidige optreden in Oekraïne eerder een defensieve reactie was op het protest van Euromaidan en de installering van een prowesters regime in Oekraïne.
Meer lezen

An optical tracking system for the integration of input devices into head-mounted virtual reality environments using commodity hardware

Universiteit Hasselt
2016
Glenn
Bergmans
Het doel van deze thesis is het leveren van een trackingsysteem dat de gebruiker toelaat zijn invoerapparaat te tracken terwijl deze een head-mounted virtual reality display gebruikt.
De meeste huidige trackingsystemen maken gebruik van dure hardware, zijn beperkt tot één specifiek apparaat of kunnen de hoge framerate vereist voor virtual reality niet bijhouden.
Het trackingsysteem ontwikkeld in deze thesis tracht dit op te lossen met een infrarood stereo trackingsysteem gebruik makend van consumentenhardware, waarmee de gebruikers hun invoerapparaat terug kunnen vinden zonder de immersie te breken.
Meer lezen

Kapitaalvermindering in natura - onbekend is onbemind?

KU Leuven
2016
Thomas
Vandercruysse
Er zijn zowel fiscale als familiale redenen te bedenken om onroerend goed dat zich in het vermogen van een vennootschap bevindt aan dat vennootschapsvermogen te onttrekken. Ofwel kiest men voor de liquidatie van de vennootschap, ofwel kiest men voor een onttrekking tijdens het “leven” van de vennootschap. Dit kan op diverse mogelijkheden: verkoop, ruil, inbreng in een andere vennootschap, inbetalinggeving en als een kapitaalvermindering in natura. Het is deze laatste manier die in deze meesterproef onder de loep wordt genomen. Is deze vorm van uitbreng van onroerend goed terecht zo onbekend en schuilen hier interessante mogelijkheden voor de vennoten?
Meer lezen

Afstammingsrechtelijke gevolgen van de juridische geslachtsverandering in rechtsvergelijkend perspectief

Universiteit Gent
2016
Eline
Souffriau
Mijn masterproef behandelt de bestaande problematiek betreffende het Belgische afstammingsrecht voor transgenders (art. 62bis, § 8 BW) en probeert via rechtsvergelijkende analyse een oplossing te bieden voor de bestaande problemen.
Meer lezen

Het effect van overnames op skill upgrading

Universiteit Gent
2016
Laure
Coppens
Dit onderzoek gaat aan de hand van vier scholingscategorieën na of er een wijziging is in het scholingsniveau bij werknemers in targetbedrijven na een overname. Er is een subtiel skill upgradend effect te zien. Daarnaast worden hierin Belgische overnames ook vergeleken met buitenlandse overnames.
Meer lezen

Esthetiek versus welzijn: impact van fokpraktijken op het welzijn van de Duitse Herder

Hogeschool Gent
2016
Aurélie
Palandri
In deze scriptie probeert men het impact van de fokpraktijken, de rasstandaarden en de gesloten stamboeken op het welzijn van de rashonden aan te tonen. Er worden zes belangrijke aandoeningen bij de Duitse herder besproken die het welzijn van dit ras serieus kan aantasten.
Meer lezen

Klein en weerbarstig: waarom België, Luxemburg en Oostenrijk de automatische uitwisseling van informatie tussen belastingdiensten aanvankelijk weigerden

Universiteit Gent
2016
Bram
Vanhevel
België, Luxemburg en Oostenrijk hebben lange tijd geweigerd deel te nemen aan Europese initiatieven tot onderlinge uitwisseling van bankgegevens voor belastingdoeleinden. Bestaande theorie probeert dit te verklaren door te wijzen op het feit dat kleine landen geen baat hebben bij fiscale coöperatie. Deze scriptie probeert aan de hand van een Qualitative Comparative Analysis te verduidelijken waarom enkel deze kleine EU-lidstaten zich verzet hebben terwijl alle anderen wel hun fiat gaven.
Meer lezen

De emotionele expo’s van Antwerpen en Gent: 1885-1930 Emotionele reacties van bezoekers en stedelingen op een wereldexpositie

Universiteit Antwerpen
2016
Bram
De Maeyer
Wereldtentoonstellingen vormden in het verleden dikwijls het onderwerp van historisch onderzoek. De politieke en economische impact van deze massa-evenementen zijn reeds uitvoerig behandeld. De ervaringen van bezoekers worden echter terloops aangehaald om het historisch verhaal wat te kruiden. Deze scriptie brengt hier verandering in door het metier van emotionele geschiedenis toe te passen op expo's. Welke emoties riepen deze wereldexpo's op bij bezoekers en stedelingen? Treden er veranderingen op doorheen de verschillende edities? Deze scriptie focust zich op enkele Belgische expo's georganiseerd tussen 1885 en 1930.
Meer lezen

Ontwerp van een trillingsdempende fietsnaaf

Universiteit Gent
2016
Korneel
De Viaene
De thesis omvat een onderzoek naar trillingen die ontstaan tijdens het fietsen over hobbelige wegen. Er wordt op zoek gegaan naar manieren om deze trillingen te dempen teneinde het fietsplezier van de wielertoerist te verbeteren. Het resultaat is een trillingsdempende fietsnaaf die werd geprototypet en getest.
Meer lezen

Georges Lorand (1860-1918): Een transnationale progressieve liberaal.

Vrije Universiteit Brussel
2016
Nathan
Lauwers
Deze 'intellectuele biografie' bestudeert het leven van Georges Lorand, een figuur die iets of wat in de vergetelheid is geraakt. Deze scriptie bestudeert het liberaal progressieve netwerk van Georges Lorand alsook de transnationale netwerken op het einde van de 19de eeuw.
Meer lezen

Voorwaarts en niet vergeten. Hendrik Conscience en de unionistische erfenis van 1848.

Universiteit Antwerpen
2016
Leonardus
van Hest
In mijn scriptie heb ik een poging tot revisie ondernomen van de negatieve hedendaagse receptie van Hendrik Conscience. Door analyse van twee minder bekende historische romans van zijn hand trachtte ik, in weerwil van de huidige dominante perceptie van Conscience, aan te tonen dat de verguisde schrijver met zijn literatuur consequent werkte aan een unionistisch project. Synthese van geschied- en literatuurwetenschap was daarbij een voornaam streven.
Meer lezen

Het bijzondere dyslexiebeest. De theorie en praktijk van psycho-educatie aan lagere schoolkinderen met dyslexie

Thomas More Hogeschool
2016
Liesy
Nelissen
Deze scriptie belicht de verschillende doelen, werkvormen en methodes, betrokken partijen, bestanddelen en lacunes van psycho-educatie aan lagere schoolkinderen met dyslexie. Daarnaast gaat de scriptie in op de benodigde aspecten van een voorlichtingsfilm voor deze doelgroep
Meer lezen

César Franck (1822-1890): Messe à trois voix en la majeur, opus 12

AP Hogeschool Antwerpen
2016
Mattijs
Louwye
De vocale muziek neemt bij César Franck (1822-1890) een grote plaats in en één van de belangrijkste vocale werken is het onderwerp van deze scriptie. In tegenstelling tot zijn Six Pièces d’orgue – waar boeken vol van zijn geschreven – is weinig eenduidige informatie over zijn Messe à trois voix te vinden. Het doel was om na research een reconstructie van deze mis te maken en volgens historische waarden een zo getrouw mogelijke uitvoering te laten weerklinken.
Meer lezen

Arbeid onttrekken uit Veralgemeende Gibbs-ensembles door middel van Bragg-spectroscopie

Universiteit Antwerpen
2016
Wouter
Verstraelen
We bestuderen hoe, naar analogie met klassieke objecten als stoommachines, arbeid kan worden onttrokken uit zogeheten integreerbare kwantumsystemen. De specifieke opzet maakt gebruik van de techniek Bragg-spectroscopie, waarmee de toestanden van deeltjes kunnen worden gewijzigd door een ingenieus samenspel van laserlicht.
Meer lezen