Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de

Mutirão | Collective Autoconstruction in São Paulo

KU Leuven
2016
Loranne
Colla
  • Clementien
    Peeters
  • Caroline
    Preud'homme
Mutirão is een omstreden Braziliaanse term die verschillende vormen van coöperatieve hulp en collectieve initiatieven beschrijft. Hoewel het oorspronkelijk voornamelijk verwees naar collectieve landbouwpraktijken beslaat de term intussen een brede waaier aan gemeenschapspraktijken, met coöperatieve bouwprojecten als de meest opmerkelijke. Precies deze vorm van mutirão vormt het onderwerp van dit onderzoeks- en ontwerpproject. Het tracht enerzijds de omstreden geschiedenis van collectieve autoconstructie in São Paulo nader te belichten, en anderzijds een toekomstperspectief te verbeelden vanuit een extensieve veldwerkervaring en nauwe samenwerking in lopende mutirão projecten.
Meer lezen

Op zoek naar je innerlijk kompas. Een onderzoek naar de relatie tussen ouderlijke autonomieondersteuning en identiteits- ontwikkeling.

Universiteit Gent
2016
Emilie
Colon
Jongeren worden de dag van vandaag steeds meer overladen door allerlei keuzes. Hoe kunnen opvoedingsfiguren jongeren bijstaan in hun zoektocht naar wat ze echt belangrijk vinden?
Meer lezen

De rol van de Gentse moskeeën in deradicalisering en ‘disengagement’: de vreedzame imam als wapen in de strijd tegen radicalisering?

Vrije Universiteit Brussel
2016
Saïd
Chioua Lekhli
Het doel van deze thesis is het verkennen van de rol die imams kunnen spelen in disengagement en deradicalisering en hun eigen visies hierop. Hiervoor werd gebruikt gemaakt van een literatuuronderzoek, een analyse van beleidsdocumenten en diepte-interviews met imams van de moskeeën in Gent. Er wordt beargumenteerd dat imams een waarde kunnen hebben in disengagement en deradicalisering.
Meer lezen

De integratie van Enterprise Risk Management en het strategisch proces: Een casestudie in Katoen Natie.

KU Leuven
2016
Sofie
Bijnens
  • Charlotte
    Antoons
Deze masterproef tracht een antwoord te formuleren op de vraag hoe Enterprise Risk Management (ERM) het strategisch proces van een specifieke onderneming kan ondersteunen. We hebben in één onderneming onderzocht welke strategische risico’s van belang zijn, hoe hiermee wordt omgegaan en op welke manier de inzichten die ERM biedt worden gebruikt om de strategie te ondersteunen.
Meer lezen

De integratie van Enterprise Risk Management en het strategisch proces: een casestudy in Katoen Natie

KU Leuven
2016
Charlotte
Antoons
  • Sofie
    Bijnens
Deze masterproef tracht een antwoord te formuleren op de vraag hoe Enterprise Risk
Management (ERM) het strategisch proces van een specifieke onderneming kan ondersteunen.
We hebben in één onderneming onderzocht welke strategische risico’s van belang zijn, hoe
hiermee wordt omgegaan en op welke manier de inzichten die ERM biedt worden gebruikt om de
strategie te ondersteunen.
Meer lezen

Eat your best, look your best: Evolutionaire (de)motivatie voor de consumptie van milieuvriendelijke voedseltrends.

Universiteit Gent
2016
Jolien
Vandenbroele
Hoewel er tegenwoordig een ruim assortiment is aan nieuwe en duurzame alternatieven voor vleesconsumptie, blijkt dit bij de consument (nog) niet altijd aan te slaan. Deze scriptie gaat dieper in op onderliggende motieven voor het voorzichtig zijn met onbekend voedsel: food neophobia en onze drijfveer om ziektes te vermijden.
Meer lezen

Oncologische voetzorg: Een onderzoek naar de noden binnen het onderwijs- en werkveld van schoonheids- en voetverzorgers

Arteveldehogeschool Gent
2016
Karolien
Bellekens
  • Laura
    Vandeputte
  • Joyce
    Drieghe
  • Ellen
    De Troyer
Wij hebben onderzocht wat kanker is en welke invloeden een kankerbehandeling op het lichaam, huid en nagels kan hebben. De wetgeving omtrent oncologische voetzorgverlening en waar wordt de basis meegegeven. Onze scriptie bestaat uit een onderzoek en hieruit hebben wij een pocketboek gemaakt.
Meer lezen

Doorbreek de cirkel: de rol van de hulpverlening bij intrafamiliaal geweld in Gent

Hogeschool Gent
2016
Yelien
Parewyck
In mijn scriptie ga ik op zoek naar een definitie voor intrafamiliaal geweld, de tendensen en wat de rol van de hulpverlening is bij deze complexe problematiek. Ik bekijk daarin specifiek de rol van de hulpverlening in Gent.
Meer lezen

Seksueel geweld tegen vrouwen in gewapende conflicten: een onderzoek naar de oorzaken van straffeloosheid

KU Leuven
2016
Làzarie
Eeckeloo
Seksueel geweld in oorlogstijd komt op grote schaal voor. Toch worden daders daarvoor zelden gestraft. Hoe komt dat? Zijn vrouwen wettelijk voldoende beschermd tegen seksueel geweld? En kan die bescherming voldoende afgedwongen worden?
Meer lezen

Maurice Joostens en het Bokserprotocol. Marionet op het diplomatieke theater?

KU Leuven
2016
Gert
Huskens
In dit onderzoek staat centraal in welke mate en op welke manier Belgisch diplomaat Maurice Joostens een invloed uitoefende op het Belgische buitenlandse beleid tijdens de Conferentie van Peking die plaatsvond na afloop van de Bokseropstand.
Meer lezen

Transgender and gender-nonconforming persons and sexual risk: a critical review of 10 years of literature from a feminist intersectional perspective

Universiteit Gent
2016
Judith
Van Schuylenbergh
Seksueel risicogedrag en de prevalentie van HIV en andere SOA blijken zeer hoog te zijn onder transgender en gender-nonconforme personen. Een feministisch perspectief dat focust op intersectionaliteit (kruispuntdenken) wordt gehanteerd om de huidige literatuur rond dit onderwerp kritisch door te lichten. Centraal hierin staan discriminatie en stigmatisering van transpersonen.
Meer lezen

Crisismanagement en de ramp in Fukushima: de invloed van het ‘Nuclear Village’

KU Leuven
2016
Kelly
Knapen
Crisis Management and the Fukushima Daiichi Nuclear disaster
The influence of the Nuclear Village
Kelly Knapen


The triple meltdown in the Fukushima daiichi nuclear power plant on the 11th of March 2011 has been coined the second worst nuclear disaster since Tsjernobyl. It created a shockwave through the world. Concerns about the safety of this energy source rose to new heights. Voices arose to completely step away from nuclear energy altogether. In Japan this became very apparent. The government experienced massive waves of criticism. Mainly on the way they handled the crisis. This dissertation looked deeper into the crisis management regarding the Fukushima Daiichi nuclear disaster and investigated whether this was effective or not. Secondly this research concentrated on the reasons behind the failures of the crisis management, mainly concentrating on the influence of the Nuclear Village and what effect this had on the crisis management itself.
To achieve this, this dissertation first looked deeper into the legal framework surrounding crisis management in Japan to investigate whether two important aspects of crisis management were covered namely those of preparation and prevention. Secondly it used the reports of the ‘Fukushima Nuclear Accident Independent Investigation Commission’ of the National Diet of Japan and ‘The Independent Investigation committee on the Fukushima Nuclear Accident’ to look deeper into the immediate crisis respons and looked whether the three important elements of communication, cooperation and leadership were present. Lastly, by using the theory of George Stigler on ‘Regulatory Capture’ and the more concrete studie on the ‘Nuclear Village’ of Kainuma (開沼) and Kingston, this dissertation formed its conclusion on the reason behind the problems regarding crisis management in Japan and its effectiveness.
Out of this research it became apparent that there were serious problems concerning the crisis management of the Fukushima nuclear accident. It became clear that nuclear safety was not ensured. The government did not learn the necessary lessons from the two severe incidents that occurred before the disaster in Fukushima, which should have served as a wake-up call. During the crisis at the Fukushima Daiichi nuclear power plant, the main players in crisis management distrusted each other, which lead to a general lack of cooperation, communication and leadership. Although this was a period of crisis, where no one acts perfectly according to plan, this research made clear that the influence of TEPCO on the different players was a major factor in the failure of the crisis management concerning the nuclear disaster at the Fukushima Daiichi nuclear power plant.
This crisis eventually led to a structural reform of crisis management in Japan. This can certainly be called a big step forward. However regarding the nature of the Nuclear Village, as a deeply-enrooted system, a reform alone may not be enough. On this part more research is definitely needed.

Meer lezen

Artikel 60 binnen OCMW Aalst, een goedlopende trein of een bij te sleutelen parcours?!

Odisee
2016
Karolien
Devos
In dit onderzoek werd artikel 60 op mesoniveau, binnen het OCMW van Aalst, onderzocht. Dit met als doel een zo duidelijk mogelijk beeld te krijgen over hoe deze tewerkstelling loopt en waar er eventueel marge is voor verbetering.

Mijn onderzoeksopzet bestond enerzijds uit een interview met de beleidsmensen, met de ambtenaren die verantwoordelijk zijn voor deze sociale tewerkstelling. Anderzijds uit een focusgesprek met ervaringsdeskundigen, met mensen die of een sociale tewerkstelling positief hebben beëindigd of nog steeds aan het werk zijn als artikel 60.

Aan de hand van mijn ervaring en mijn onderzoeksopzet heb ik mijn veranderingsdoelen opgemaakt. Gezien de ervaringsdeskundigen artikel 60 als een positieve ervaring beschouwden denk ik dat men eerst en vooral moet proberen meer tewerkstelling plaatsen te creëren. Meer plaatsen geeft ook meer kansen dus meer kwetsbare mensen die men zo kan helpen naar werkervaring of zelfs naar een doorstroom naar de reguliere arbeidsmarkt. Hiervoor zal de begeleiding anders moeten worden aangepakt en zal ook de bijhorende subsidiëring moeten herbekeken worden. Zowel op mesoniveau binnen het OCMW te Aalst als op macroniveau en dus op Vlaams, gezien dit recent is overgeheveld van Federaal naar Vlaams.

Een tweede veranderingsdoel, wat ik zou willen gerealiseerd zien, is het verbeteren van de sfeer op de werkvloer ten opzichte van de mensen in artikel 60. Het welbevinden op het werk draagt volgens mij ook bij naar enerzijds je goed voelen in je vel maar anderzijds ook het goed presteren op het werk zelf. Voor mensen in sociale tewerkstelling denk ik dat de motivatie om op zoek te gaan naar een job na artikel 60 groter zal zijn als men een positieve ervaring heeft mogen ervaren.

Ook na begeleiding moet volgens mij beter. In het focusgesprek gaf elke deelnemer aan dat men in het spreekwoordelijke zwarte gat valt na artikel 60. Ook hier zouden we door in te zetten op betere, intensievere begeleiding, de doorstroom naar de reguliere markt kunnen bevorderen.

Ik ben dit eerst en vooral juridisch gaan bekijken, wetgeving versus toepassingen die men hanteert in het OCMW te Aalst. Daaruit bleek onder andere dat een flexibel werktraject, bijvoorbeeld deeltijds werken, wettelijk wel kan. Iets wat mogelijk zou moeten zijn voor iedereen in deze hectische maatschappij, zeker voor kwetsbare mensen die geen (groot) sociaal opvangnet hebben. Ook het loon voor de artikels 60 bepaalt men zelf als OCMW. Naar privé werkgevers toe factureert men 740 euro, openbare instanties die mensen tewerk stelt in artikel 60 betalen niets. Ook het feit dat men enkel leefloon gerechtigden in artikel 60 toelaat, is specifiek voor Aalst en zou dus ook anders kunnen. Er is dus een duidelijk verschil tussen wat er wetmatig mag en wat er in Aalst wordt toegepast. De reden hiervoor ligt meestal bij de subsidiëring die men hiervoor krijgt.

In een tweede invalshoek heb ik de psychosociale bril opgezet. Daar bleek, door de analyse van verschillende theorieën met betrekking tot het welbevinden en het hebben van een job, dat er wel effectief gevolgen kunnen zijn door het al dan niet hebben van een job. Zeker naar kwetsbare mensen toe moeten we hiermee rekening houden, zij hebben misschien bepaalde werkattitudes niet meegekregen van thuis. Doordat ze niet aan het werk zijn, worden ze uitgesloten uit de maatschappij. Men verliest zijn status en heeft niet het gevoel ergens bij te horen, ergens deel vanuit te maken. Aan het werk zijn zal hen dus empoweren, zal hun psychosociaal welzijn erop verbeteren.

Een laatste invalshoek is de hulpverlening. Doordat onze maatschappij volop in transitie is, dient de hulpverlening herbekeken te worden. Sleutelwoord bij hulpverlening is empoweren. Niet enkel doen wat wetmatig moet maar mensen helpen hun doelen te laten stellen en deze te verwezenlijken. De houding van de hulpverlener moet op voet van gelijkwaardigheid zijn en met een onvoorwaardelijke positieve houding ten opzichte van de cliënt met als doel zijn eigenwaarde te versterken.

Ik breng aan de hand van mijn onderzoeksopzet en theoretische staving vijf veranderingsstrategieën naar voor. Eerst en vooral moet artikel 60 voor iedereen kunnen en niet enkel voor mensen met een leefloon. Zo sluiten we mensen uit die ook zouden geholpen zijn door op deze manier aan het werk te kunnen. Ik denk bijvoorbeeld van een vrouw op leeftijd die van haar man is gescheiden en jaren voor de kinderen heeft gezorgd. Iemand van een iets oudere leeftijd, met een ‘black hole’ in haar CV van enkele jaren, zal niet makkelijk werk vinden.

Een tweede veranderingsstrategie is de mogelijkheid naar een flexibeler traject. Zeker nu we langer zullen moeten werken, is dit geen overbodige luxe. Zoals we ook in Finland zien, werkt zo’n systeem. Meer en meer mensen nemen ook hier ouderschapsverlof, tijdskrediet of loopbaanonderbreking om voor hun gezin of voor zichzelf te kunnen zorgen. Ook en zelfs vooral kwetsbare mensen die weinig of geen ervaring hebben en vaak niet beschikken over een sociaal opvangnet, zouden dit dus zeker moeten kunnen doen. Meer mensen zullen slagen in hun te presteren dagen in de opgegeven referteperiode en mensen gaan ook meer gemotiveerd zijn aan het werk te blijven in deze drukke geluksmaatschpapij.

Een derde strategie is de begeleiding van de mensen op de werkvloer die met mensen in artikel 60 moeten werken. Het stigmatiseren van deze groep tegen gaan door preventief de mensen op de werkvloer zelf grondig te informeren en hen te duiden wat de intentie is. Zo kunnen we taboes en vooroordelen wegwerken en eventuele pesterijen voorkomen. Een ‘workbuddy’, een gezinswetenschapper die niet alleen de mensen in sociale tewerkstelling maar ook de collega’s hierin begeleidt.

Een vierde strategie is het herbekijken van de kosten die men factureert aan privé firma’s. Zij krijgen een factuur van 740 euro per maand voor een werknemer, openbare instanties en vzw’s niet. Men hanteert dit omdat dit de kost is die het OCMW zelf zou moeten bijleggen, die men dus niet krijgt via subsidieringen. Op macroniveau zouden we dus moeten inzetten in het herbekijken van deze subsidieringen om deze gelijk te stellen. Maar ook OCMW Aalst zou zelf de beslissing kunnen nemen dit niet als grondvoorwaarde te hanteren. Zo creëren we meer tewerkstellingsplaatsen en vergroten we ook de doorstroom.

Een laatste voorstel naar verandering is de betere (na)begeleiding. Mensen in de laatste weken goed toeleiden naar het einde van hun tewerkstelling en al klaarstomen naar solliciteren op de reguliere arbeidsmarkt. Ook een betere samenwerking met onder andere VDAB is opportuun zijn. Ook hier is een rol weggelegd die perfect zou zijn voor een gezinswetenschapper.

Referentielijst:

Adriaens, C. L. (2013). Praktisch handboek voor OCMW-recht. 612 Loopbaan met zorg. (2015). Betekenis van werk. Betekenis van werk.

Tine Van Regenmortel, K. H. (2013. Het concept ‘empowerende academische werkplaats’. Een innovatieve vorm van samenwerken aan werkzame kennis. Tijdschrift voor Welzijnswerk, 36-48 Van Regenmortel, S. (2015, april). Sociaal werk moet anders in de nieuwe samenleving. Entry-media

Vlieger, S. D. (2008, Juni). Schuld en schaamte: een vergelijkende studie tussen werkenden en werklozen. Gent: Universiteit Gent.

Vries, S. D. (2010). Basismethodiek psychosociale hulpverlening. In S. D. Vries, Basismethodiek psychosociale hulpverlening (p. 425). Hoten, Nederland: Bohn Stafleu van Loghum.
Meer lezen

De waarde van interculturele communicatieve competenties bij de hulpverlening aan cliënten met ASS

Arteveldehogeschool Gent
2016
Karen
Vanherck
We maken de denkoefening om Autismespectrumstoornis (ASS) als een aparte cultuur te benaderen. Kunnen hulpverleners dan hun interculturele communicatieve competenties inzetten om de communicatie met hun cliënt met ASS te verbeteren?
Meer lezen

Vladimir Poetin door de westerse bril

KU Leuven
2016
Alexia
Papadis
Een kwalitatieve analyse van de invloed van interculturele verschillen in non-verbale communicatie op de perceptie van Vladimir Poetin in het Westen.
Meer lezen

Dringend hulp nodig? Vraag raad aan een toegankelijke en betrouwbare collega!

Universiteit Antwerpen
2016
Hanne
Verbraeken
Literatuur omtrent het leren van werknemers, biedt meer en meer bevestiging voor het feit dat hulpzoekgedrag een positieve invloed kan hebben op de prestaties van werknemers én dat het een sociaal proces is. Verschillende onderzoekers stellen echter dat nog te weinig geweten is over de relationele kenmerken die hulpzoekgedrag faciliteren. Met deze studie dragen we bij tot dit tekort. We onderzoeken immers het effect van een aantal relationele kenmerken op het hulpzoekgedrag van werknemers in hun netwerk. Uit voorgaand onderzoek blijkt dat ‘zicht hebben op kennis van’, ‘vertrouwen hebben in’ en ‘toegang hebben tot’ een mogelijke hulpbieder een positieve invloed hebben op de frequentie van het hulpzoekgedrag. Daarnaast zou het hiërarchische verschil tussen hulpzoeker en –bieder een effect hebben op de hoeveelheid hulpzoekgedrag. Daarenboven suggereert de literatuur om naast de frequentie ook de kwaliteit van de geboden hulp te monitoren. Ook op dit vraagstuk bieden we met deze studie een antwoord. We gaan na of er een positief effect is van de relationele kenmerken op de kwaliteit van de geboden hulp. De methodologie die we hierbij hanteren, is gebaseerd op de principes van de sociale netwerk analyse. We verzamelden sociale netwerk data via vragenlijsten bij 85 zorgverleners van één woonzorgcentrum. We testten de beide modellen vijf keer, op organisatie- en afdelingsniveau. Resultaten tonen aan dat collega’s inderdaad veel hulp vragen aan elkaar, maar niet zomaar bij de eerste de beste. Uit de studie blijkt immers dat de perceptie van de respondenten op ‘vertrouwen hebben in’ en ‘toegang hebben tot’ een mogelijke hulpbieder zowel de frequentie als ook de kwaliteit van het hulpzoekgedrag bevorderen. Hulp van iemand waarvan de respondent ‘weet wat hij weet’ en van iemand in een ‘hogere positie’ levert daarnaast ook meer kwaliteit op. Als werkgever investeren in werkrelaties tussen collega’s blijkt dus de moeite waard.
Meer lezen

Psychopathie binnen de strafrechtspleging: de eeuwige vraag naar (on)toerekeningsvatbaarheid. Pijnpunten binnen de forensische psychiatrie en een blik op de Belgische wetgeving.

Universiteit Gent
2016
Femke
Franco
  • Farah
    Focquaert
Het doel van mijn thesisonderzoek bestond erin het stigma uit de wereld te helpen dat psychopaten zware criminelen zijn zonder enig spijt- of genadegevoel. Aan de hand van metajuridisch onderzoek heb ik geprobeerd om aan te tonen dat psychopathie een geestesziekte is. Het gevolg hiervan is dat er toch enkele argumenten zijn die kunnen pleiten voor de ontoerekeningsvatbaarheid van deze personen hoewel dit maatschappelijk nog steeds als een taboe beschouwd wordt.
Meer lezen

Handelingsonzekerheid bij maatschappelijk werkers in het omgaan met radicalisering binnen het onderwijs. ‘Handvaten voor CLB-medewerkers’

Karel De Grote Hogeschool
2016
Hannah
Verhaegen
Wat maakt CLB-medewerkers onzeker in het omgaan met radicalisering en wat kan hen zekerder maken in de toekomst?
Meer lezen

Ambassadeur Jean de Péricard in Brussel (1616-1621). Een studie van de Frans-Habsburgse betrekkingen ten tijde van de aartshertogen Albrecht en Isabella.

Universiteit Gent
2016
Kevin
Dekoster
In mijn scriptie bestudeerde ik de evolutie van de diplomatieke relaties tussen Frankrijk en het aartshertogelijke regime in de Zuidelijke Nederlanden in de periode 1616-1621. Mijn voornaamste informatiebron bestond uit de correspondentie van de in Brussel residerende Franse ambassadeur Jean de Péricard.
Meer lezen

Neo-Imperialisme in Rusland: nationale ideologie of retorische strategie

KU Leuven
2016
Eva
Claessen
Na de annexatie van de Krim begonnen veel internationale media te verwijzen naar Rusland als een expansionistische agressor. Deze thesis onderzoekt of Rusland werkelijk de ambitie heeft om zijn terrein uit te breiden of dat haar huidige optreden in Oekraïne eerder een defensieve reactie was op het protest van Euromaidan en de installering van een prowesters regime in Oekraïne.
Meer lezen

Selectie van een bodem fosfortest geschikt voor de bepaling van de kritische drempelwaarde voor gewasrespons bij dalende P-beschikbaarheid

KU Leuven
2016
Toon
van Dael
Op basis van bodemstalen van langetermijnsproefvelden uit West-Europa en een potproef op Vlaamse landbouwbodems, werd bepaald welke bodem fosfortest het best kan voorspellen wat het kritische bodemfosforgehalte is waaronder de gewasopbrengst zal dalen. De voorlopige conclusie is dat de Olsen-extractie en de ammoniumlactaat-extractie dit het beste voorspellen.
Meer lezen

Het bijzondere dyslexiebeest. De theorie en praktijk van psycho-educatie aan lagere schoolkinderen met dyslexie

Thomas More Hogeschool
2016
Liesy
Nelissen
Deze scriptie belicht de verschillende doelen, werkvormen en methodes, betrokken partijen, bestanddelen en lacunes van psycho-educatie aan lagere schoolkinderen met dyslexie. Daarnaast gaat de scriptie in op de benodigde aspecten van een voorlichtingsfilm voor deze doelgroep
Meer lezen

Diabetes bij adolescenten: een dubbele uitdaging

Odisee
2016
Sandra
Martens
Diabetes type 1 is een chronische aandoening die niet te behandelen is met een eenvoudig pilletje. Er komt heel wat meer bij kijken. De laatste jaren zijn er al heel wat nieuwe technologieën op de markt gekomen en fabrikanten zoeken nog dagelijks naar verbeteringen. Maar ondanks deze evolutie blijft een consequente diabetesopvolging voor jongeren vaak niet evident. In deze bachelorproef wordt duidelijk beschreven wat diabetes is en welke impact deze aandoening heeft op het leven van een adolescent.
Meer lezen

Seksuele ontwikkeling bij jongeren in Vlaanderen: Het verband tussen puberale timing en seksuele timing longitudinaal verklaard

Universiteit Gent
2016
Lisa
Devoogdt
We vonden bij 295 Vlaamse jongeren dat een vroege puberale timing ook een vroegere eerste leeftijd van zelfseks en een vroegere seksuele carrière voorspelt. Er werden mediatie-effecten en indirecte verbanden gevonden via subjectieve puberale timing en permissieve seksuele attitudes. In deze verbanden werden er ook verschillen gevonden tussen jongens en meisjes.
Meer lezen

Prototype of a Mobile Public Transport Travel Assistant

Universiteit Hasselt
2016
Arne
Nys
Proof-of-concept van een mobiele app die je stap voor stap begeleidt tijdens het nemen van openbaar vervoer, en alternatieven biedt in geval van vertraging of andere verstoringen.
Meer lezen

Balancing Body and Mind: Importance of a balanced body and mind in eating behaviour

KU Leuven
2016
Herlinde
Aerts
Onderzoek naar de relatie tussen body-mind practice, intuïtief eetgedrag, body awareness en body responsiveness.
Meer lezen

Haal de leerkracht van zijn eiland: collegiale visitatie bij leerkrachten secundair onderwijs in Vlaanderen

Universiteit Antwerpen
2016
Bram
Van Cauteren
Van elkaars lespraktijk leren door elkaar te observeren en werkpunten voor elkaar te formuleren is een krachtig leerconcept. Het heeft positieve effecten op de professionalisering van de leerkracht, maar toch gebeurt het te weinig.
Meer lezen

Spelend leren in Noorwegen, een vergelijkende studie naar de rol van de kleuterleraar in Noorwegen en Vlaanderen

Arteveldehogeschool Gent
2016
Margaux
Stoffels
  • Lauranse
    Robberecht
  • Julie
    Deman
Op welke manier verschilt de rol van een kleuterleraar bij spelend leren in Noorwegen van Vlaanderen? Begin 2016 kregen wij de kans om naar het prachtige Stavanger in Noorwegen op Erasmus te gaan, waar outdoor education een centrale rol speelt. Al snel merkten we daar grote verschillen met Vlaanderen. De rol van een kleuterleraar in Noorwegen heeft daar een andere invulling en dit wilden wij graag onderzoeken. Een begrip dat we vaak horen in Vlaanderen is “al spelend leren”, tijdens ons verblijf in Noorwegen kreeg dit begrip voor ons een heel andere betekenis. Het leek ons interessant om te onderzoeken waarom dit zo verschillend is in beide landen, omdat ze er allebei op hun eigen manier naar proberen te streven. Op welke manieren doet de kleuterleraar dit en welke impact heeft dit op het spelen en het leren van de kinderen zelf?

Meer lezen

ubwayAPPS: Localisation on underground public transportation systems by using mobile air pressure sensors

Universiteit Hasselt
2016
Kris
Van Erum
In deze thesis werd het SubwayAPPS algoritme geïntroduceerd. Dit algoritme laat gebruikers toe hun locatie te bepalen tijdens een metrorit door enkel gebruik te maken van een luchtdruksensor in een smartphone.
Meer lezen

Mens sana in corpore sano: over gezondheid en schooluitkomsten

Universiteit Gent
2016
Matteo
Claeskens
  • Thomas
    Leyssens
  • Arno
    Maeckelberghe
In deze paper wordt op basis van internationale wetenschappelijke literatuur nagegaan of de vermoede
relatie van gezondheid en schoolresultaten bestaat. Meer bepaald, of bepaalde gezondheidskenmerken een impact hebben op schooluitkomsten.
Meer lezen