Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de

Scholen van verandering: de vernieuwing van schoolgebouwen door een verkenning van het ontwikkelingspotentieel op onderbenutte Vlaamse schoolterreinen

Universiteit Gent
2024
Toon
Van de Voorde
  • Julie
    Vandermersch
Vlaanderen telt ongeveer 20.000 schoolgebouwen, waarvan meer dan de helft vóór 1970 is gebouwd. Deze gebouwen zijn, ondanks hun belangrijke rol, nauwelijks vernieuwd, wat heeft geleid tot verouderde infrastructuur. Deze masterproef onderzoekt een alternatieve financieringsmethode vanwege lange wachttijden voor overheidssubsidies. Scholen werken hierbij samen met investeerders en projectontwikkelaars om commerciële en residentiële functies op hun terrein toe te voegen, als onderdeel van een duurzaam verdichtingsproject. De huurinkomsten kunnen vervolgens worden geïnvesteerd in de vernieuwing van de schoolgebouwen. Dit model stelt scholen in staat hun infrastructuur te vernieuwen zonder afhankelijk te zijn van overheidssubsidies, waardoor de druk op publieke middelen afneemt.
Meer lezen

Bridging The Gap Between Urban Planning and Development - Generating Value by Shifting Risk and Reward

Universiteit Gent
2024
Wouter
Coucke
De master thesis onderzoekt de complexe interactie tussen stedenbouwkundigen en projectontwikkelaars bij het vormgeven van de gebouwde omgeving, gekenmerkt door een dynamisch samenspel van visie, onderhandeling en uitvoering tussen deze disciplines. Hoewel zowel ontwikkelaars als stedenbouwkundigen waarde hechten aan professionele samenwerking en erkennen dat dit leidt tot kwalitatief betere projecten en snellere goedkeuringen, wijzen de afgenomen interviews op het bestaan van een grote kloof, gekenmerkt door wederzijds wantrouwen, uiteenlopende doelstellingen en een uiteenlopend discours. Ontwikkelaars geven prioriteit aan winst en rendabiliteit, wat vaak botst met de lange termijnwaarde, de sociale impact en het gemeenschappelijk welzijn, waar stedenbouwkundigen zich op richten. Verschillende opvattingen over eigendomsrechten, een aanvaardbare vergoeding voor de genomen risico's, en verschillende visies omtrent de aanpak van het verdichtingsvraagstuk en de realisatie van betaalbare woningen, verergeren de kloof verder.

Vastgoedontwikkeling is een risicovolle, complexe, multidisciplinaire en kapitaalintensieve onderneming die de interactie en afstemming van verschillende belanghebbenden en een actief risicobeheer vereist. Wanneer risico's correct zijn geïdentificeerd, geanalyseerd en geëvalueerd, kunnen ze worden beheerst door deze te vermijden, te elimineren, te verminderen, te delen, over te dragen en uiteindelijk het restrisico te accepteren. Hoewel risicobeheer een complexe is, is het zeker niet uitsluitend een rationele benadering. Ervaring speelt ook een rol, en de risicoperceptie van ontwikkelaars wordt onder meer beïnvloed door de verwachtingen van consultants, financiële instellingen en investeerders.

Vanuit een stedenbouwkundig perspectief zijn de maatschappelijke risico's breder en de relevante tijdshorizon veel langer dan de doorlooptijd van het ontwikkelingsproces. Het vermogen van een projectontwikkelaar om risico's te delen of zelfs over te dragen aan een andere partij hangt grotendeels af van de professionaliteit en onderhandelingskracht van die andere partij. Hoewel ervaringen met publiek-private samenwerkingen niet eenduidig zijn, bieden ze wel het potentieel om ontwikkelingsrisico's te delen en de nodige publieke capaciteit en competenties op te bouwen om risico's te begrijpen en zelfs te beheren.

Het bereiken van een evenwicht tussen private ambities en maatschappelijke impact is een cruciaal element van stedenbouw en ontwerp. Dit evenwicht wordt vaak aangeduid als de 'kwaliteit' of 'waarde' van het project. Er bestaan echter verschillende waardebegrippen en deze worden in de masterthesis onderzocht. Ruilwaarde verwijst naar de waarde van een goed of dienst in handel, vaak uitgedrukt in geld. De focus op ruilwaarde geeft vaak voorrang aan monetair gewin onder het kapitalisme, waardoor bredere sociale en culturele waarden, die een belangrijke rol spelen in stedelijke ontwikkeling, mogelijks worden verwaarloosd. De conceptie van stedelijke ruimte wordt beïnvloed door dominante visies op sociale en culturele gebruikswaarde en veel minder door persoonlijke emotionele waarden. Het heersende regime, waarvan de stedenbouwkundigen de vertegenwoordigers zijn, controleert de productie van sociale ruimte door middel van de conceptie ervan , en dit kan botsen met de puur economische focus op ruilwaarde, vaak aangenomen door projectontwikkelaars.

Effectieve kwaliteitsborging in ruimtelijke ontwikkeling vereist duidelijke discussies tussen ontwikkelaars en autoriteiten over de onderliggende aannames, ambities en strategieën om een goed projectresultaat te bereiken. Om stedelijke kwaliteit te evalueren, is een genuanceerde en veelzijdige benadering noodzakelijk. Kwaliteitskamers, opgericht in allerlei vormen om projectkwaliteit te evalueren en te waarborgen, missen formele autoriteit en een coherente aanpak, en de toepassing ervan wordt niet dooer iedereen positief beoordeeld. Het is daarom aangewezen om de noodzaak en de werking van deze kwaliteitskamers te evalueren en desnoods te herzien.

De algemene uitkomst van de interviews is een falen van een effectief ruimtelijk beleid in Vlaanderen. De centrale Vlaamse overheid wordt als zwak en afwezig beschouwd, terwijl kleinere lokale overheden onderbemand en niet toegerust zijn om complexe vergunningsaanvragen aan te pakken. De 'laissez-faire'-aanpak kan historisch worden gesitueerd, maar heeft geleid tot een ongekende verstedelijking, aangejaagd door kansen voor grondeigenaren om speculatieve waarde te creëren en te behouden door het verkrijgen van vergunningen. Dit gedrag wordt vaak toegeschreven aan projectontwikkelaars, maar hun werkterrein is verschoven naar de herontwikkeling van bestaande locaties en gebouwen.

Het debat over ruimtelijke ordening richt zich hoofdzakelijk op het verlenen van vergunningen, met een zeer sterke nadruk op formaliteiten. Het vergunningsproces is ook overmatig gereguleerd en de nadruk op juridische formaliteiten heeft geleid tot een verlies aan strategische visie, terwijl belangrijke planningsuitdagingen blijven bestaan. Het ontbreken van duidelijke ontwikkelingskaders creëert bovendien onzekerheid, wat efficiënte en innovatieve stedelijke ontwikkeling belemmert.

De Vlaamse overheid moet opnieuw de controle verwerven over planning en programmering door middel van een synergetische aanpak aan te nemen waarbij beslissingen meer centraal worden genomen en middelen worden gebundeld, en waarbij stedelijke ontwikkelingskaders op subregionaal niveau worden vastgelegd. Zodra het ontwikkelingskader is bepaald, is het een stevig werkinstrument voor zowel stedenbouwkundigen als ontwikkelaars. De betrokkenheid van provincies op dit tussenniveau, of een andere subregionale instantie, moet verder worden onderzocht. Bovendien moeten een aantal dubbelzinnige ruimtelijke concepten worden herzien door ze te beoordelen vanuit hun collectieve gebruikswaarde en de grenzen met puur emotionele waarde, zodat ze bruikbare concepten worden in plannings- en vergunningsprocedures.

De vergunningsprocedure dient grondig herzien te worden, onder andere om de mogelijkheden van lichtvaardige beroepen op basis van persoonlijke emotionele waarden of zakelijke motieven te beperken, en om de mogelijkheid om de hele vergunningsbeoordeling compleet over te doen in de adminsitratieve beroepsprocedure, zonder daarmee rekening te houden met voorafgaande afspraken en overwegingen, af te schaffen. De rol en reikwijdte van de zogenaamde Kwaliteitskamers moet worden gestructureerd en geïntegreerd in het vergunningsproces, o.a. door de mogelijkheden van ontwikkelingskosten en ontwikkelingsakkoorden uit te breiden. Een fundamentele vraag in dit alles is wat de rol van de stedenbouwkundige in dit alles is.

Tenslotte heeft de analyse van de case study aangetoond dat Upgrade Estate in staat is relaties op te bouwen met zijn stakeholders en een product te ontwikkelen dat voldoet aan de behoeften van zijn huurders en investeerders, gebaseerd op grondig marktonderzoek. De behoefte aan het product, de marketingaanpak en, tot op zekere hoogte, de architecturale vorm van de Loop 5-gebouwen creëren een gevoel van collectiviteit dat Upgrade Estate in staat stelt zijn operatie te financieren op basis van naamsbekendheid en reputatie, wat het resultaat is van een zeer sterke relatie met zijn investeerders, een stabiel maar relatief laag financieel rendement, het nemen van sociale en maatschappelijke verantwoordelijkheid, een uitstekende corporate marketingmachine en een bewezen staat van dienst. De financiering van het project gebeurt via een innovatief financieringssysteem dat aan de aandacht van de de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) ontsnapt lijkt te zijn. Om de risico's voor de eindinvesteerders te beperken, zou de FSMA dit soort structuren dringend moeten herzien, met name met betrekking tot deugdelijk bestuur, marktconforme waardering en transparantie.
Meer lezen

Hedendaagse transformaties van 19e-eeuwse Antwerpse burgerhuizen tot meergezinswoningen

Universiteit Antwerpen
2024
Nele
Ritzen
Purpose - This thesis determines how to preserve and adapt built heritage while simultaneously adding density to the urban fabric of historic cities. Densifying already-existing houses could be an effective alternative for urban sprawl, which is unsustainable and puts cultural heritage at risk by causing heritage assets to become fragmented and deteriorated. The main goal is to investigate the current strategies used to densify townhouses from the 19th century in Zuidwijk, Antwerp.

Methodology - By creating a database on the historic and current situation of these 19th-century townhouses in Zuidwijk, tendencies regarding their residential use and densification are analysed. Additionally, a qualitative categorization of various adaption strategies for the same townhouses is created by examining building permits that are accessible through archived and on-site research.

Findings - This study shows that Zuidwijk is experiencing a trend of single-family townhouses being adapted into multiple-family residences. This adaptation can occur through a variety of strategies. Selecting the appropriate typology for a given building is crucial within the adaptation process, as it determines the potential of the existing townhouse and the objectives to be achieved through the adaptation. This thesis aims to serve as a basis for conducting more in-depth research into the phenomenon of adapting historic residences into multiple-family units, exploring its range of opportunities.

Research limitations - Identified research limitations include a small case study sample, mainly analysed without on-site visits and assessed from an architectural and heritage perspective. Further research and more detailed data regarding criteria such as policy and sustainability, should be considered in the future.
Meer lezen

Effects of soil compaction in nature management and restoration

KU Leuven
2023
Merel
Vandermeeren
In natuurgebieden wordt steeds vaker met zware machines gemaaid, maar dit zorgt voor bodemverdichting. Daardoor verhogen de concentraties nutriënten en toxische elementen in de bodem, verandert de samenstelling van het bodemmicrobioom en treedt er plantensterfte op. Elk van deze effecten kan een negatieve invloed hebben op planten, waardoor handmatig maaien te verkiezen is boven maaien met zware machines.
Meer lezen

Diversiteit in Sociale Huisvesting: typologische innovatie als antwoord op stijgende demografische diversiteit. (case: Sint-Bernadette tuinwijk)

Universiteit Gent
2021
Emmelien
Van Rooy
Deze masterproef onderzoekt mogelijke ontwerpscenario’s voor de vervangbouw van de sociale Sint-Bernadette tuinwijk te Gent. Daarbij werd de focus gelegd op verdichting van de wijk, zowel naar woning- als inwonersaantal, binnen de schaal en het karakter van de tuinwijk als stedelijk model.
Meer lezen

Randvoorwaarden: Betaalbaar wonen in Leuven

KU Leuven
2020
Nand
Baeten
Onderzoek naar betaalbaar wonen in Leuven.
Er wordt een strategie naar voor geschoven die het verkoopsmomentum in goed omsloten verkavelingswijken aangrijpt als unieke opportuniteit om de stadsrand te herdenken. Via een incrementele aanpak willen we deze wijken zo opnieuw laten evolueren naar veerkrachtige, aantrekkelijke en betaalbare leefomgeving voor jonge gezinnen.
Meer lezen

Bouwblok als casco, Ontwerpend onderzoek naar ‘betaalbaar en anders’ wonen & werken

KU Leuven
2020
Pieter-Jan
Vandenwijngaert
Dit ontwerpend onderzoek koppelt de ‘noodzakelijke zoektocht naar betaalbaar en anders wonen’ uitdrukkelijk aan het verweven van lokale bedrijvigheid in de stadskern. De stad als ‘een plek van consumptie zonder productie’ vormt een fundamentele uitdaging voor komende generaties. Het verweven van lokale bedrijvigheid in de stad wordt aangesproken als een vehikel om ‘anders en betaalbaar’ te gaan leven in de stad.

Het onderzoek is een zoektocht naar veerkrachtige structuren die inspelen op de stedelijke dynamiek en als kader fungeren om wonen en werken te organiseren. Naast deze structuren wordt ook een mechanisme voor een veerkrachtige transformatie van het stedelijk bouwblok voorgesteld om een structureel en duurzaam antwoord te bieden op verdichting in de binnenstad.
Meer lezen

Ruimte-educatie

KU Leuven
2020
Lien
De Saegher
Winnaar Klasseprijs
Ruimte-educatie, draagvlakverbreding voor het verdichtingsdiscours door educatie in het onderwijs
Meer lezen

Design and modelling of a modular robotic system to improve weed management in raised bed organic farming

Universiteit Gent
2020
Rembrandt
Perneel
Genomineerde shortlist mtech+prijs
Genomineerde shortlist Eosprijs
Dit werk presenteert het ontwerpproces van een modulair robotsysteem ter verbetering van onkruidbeheer in biologische beddenteelt. Het resultaat is een lichtgewicht robotvoertuig met een configureerbare werktuigeenheid. Dit platform is in staat onkruid mechanisch te verwijderen bij het ontkiemen.
Meer lezen

Kleine verbindingen - een open visie voor Borgerhout intra muros

Universiteit Antwerpen
2020
Kate, Pieterjan
Kerkhofs, Maes
‘Kleine verbindingen’ toont een strategie als antwoord op ruimtelijke, sociaal-economische en ecologische uitdagingen van de stad in de 21ste eeuw. Om een potentiële postcorona stadsvlucht tegen te gaan, is het cruciaal om aan te tonen dat meer kwalitatieve open ruimte kan samengaan met de verdichting van de stads- en dorpskernen. Het onderzoeksgebied bevindt zich in het dense Borgerhout intra muros (Antwerpen).
Meer lezen

Bindweefsel. Ruimte voor verbinding tussen de ingesnoerde vallei en de micropolitane rand.

KU Leuven
2019
Lore
Hoppenbrouwers
Een ontwerpend onderzoek over de transformatie van een stedelijke rand aan een ecologische structuur. Op verschillende schalen wordt de ruimtelijke relatie tussen menselijke weefsels en een riviervallei bestudeerd en in vraag gesteld.
Meer lezen

Dorpstedelijkheid: op zoek naar duurzaam, landelijk wonen

Universiteit Antwerpen
2019
Arne
De Backer
  • Louise
    Boone
Deze masterproef architectuur is een ontwerpend onderzoek rond het thema 'dorpstedelijkheid'. Een academisch onderbouwd concept wordt tekstueel en visueel toegepast in verschillende contexten in Vlaanderen. Het resultaat is een haalbaar ideaalbeeld dat het evenwicht houdt tussen identiteit en innovatie.
Meer lezen

The role of socially sustainable transitional spaces in dense housing projects

Universiteit Hasselt
2018
Naomi
Neelen
De thesis onderzoekt hoe dense woningbouw sociaal duurzaam kan zijn, hoe dit dus kan bijdragen tot de sociale interactie tussen bewoners en hun welzijn. Dit wordt onderzocht aan de hand van de Centrale Werkplaatsen in Kessel-Lo.
Meer lezen

Grondgebonden wonen als duurzame verdichtingsvorm voor de Antwerpse stadsregio

Vrije Universiteit Brussel
2018
Julie
Leysen
Is grondgebonden wonen nog mogelijk en kan het aanzien worden als een duurzame woonvorm om de Antwerpse stadsregio te verdichten zonder bijkomend ruimtebeslag? Deze studie analyseert de bestaande woonsituatie en verdichtingsprincipes om via concreet ontwerpend onderzoek de haalbaarheid ervan af te toetsen aan de noden van de toekomst. Tot slot geeft dit werk een aanzet tot de uitwerking van een draagkrachtige beleidsvisie.
Meer lezen

DODENSTEDEN: van grondconsumerend ritueel tot actuele typologie

Universiteit Hasselt
2018
Jakob
Ghijsebrechts
Vanuit historisch en architectuur theoretisch onderzoek wordt in deze masterscriptie het huidig grond consumerende ruimtelijk model van de begraafplaats in vraag gesteld. ‘Dodensteden’ is een theoretische, grafische en ontwerpmatige zoektocht naar een actueel relevant typologisch model voor de het ritueel van de dood in de eenentwintigste eeuw. Als synthese van dit onderzoek wordt een concreet ontwerp van een nieuw begraafplaats uitgewerkt waar de rituelen van de dood en carnaval, sereniteit en feest samen komen in het verlengde van de stedelijke publieke ruimte van Maastricht.
Meer lezen

Onzichtbare torens: bemiddelen in een turbulent historisch kader

Universiteit Gent
2017
Hannah
De Vidts
  • Jan
    Spitaels
In de Masterproef Onzichtbare Torens – Bemiddelen in een turbulent historisch kader, wordt aan de hand van een ontwerpend proces op zoek gegaan naar kwaliteiten van de stedelijke centrumtoren als een mogelijk verdichtingsmodel.
Het neemt de woontoren in de stad als uitgangspunt in een repliek op een heersende tendens, waarin bouwhoogte al te vaak wordt gereduceerd tot een louter kwantitatieve parameter. Het onderzoek wil uitdrukkelijk aantonen en overtuigen dat een onzichtbare stadstoren zijn dienst verleent aan het stedelijk landschap waarboven hij uittorent.
Meer lezen

Tegeltuinen in een stedelijke omgeving: Kenmerken, functies en diensten

KU Leuven
2017
Thomas
Franz
Deze scriptie onderzoekt het ecologisch belang van klimplanten in steden. Gevelgroen kan toegepast worden in sterk verstedelijkte gebieden, zelfs op plaatsen waar er geen plaats voor stadsbomen, bv. in nauwe straten en heeft voordelen voor de mens en zijn omgeving. Ons onderzoek focust zich op het (fijn)stofvangend en koelend vermogen van grondgebonden gevelgroen in een stedelijke omgeving.
Meer lezen

Het Gewestelijk RUP stationsomgeving Gent Sint-Pieters

Universiteit Gent
2017
Cleo
Goetelen
Deze thesis gaat over de planningsprocedure van de stationsomgeving Gent Sint-Pieters. Er wordt een overzicht gegeven van gans het project door interviews af te nemen met expert. Ook worden oplossingen voorgesteld uit de literatuur en die worden getoetst met deze case.
Meer lezen

Vastgoedruilmodel voor residentiële projectontwikkeling

Universiteit Antwerpen
2016
Laurent
Dragonetti
  • Alexander
    De Cuyper
De auteurs ontwikkelden een model om met een perseelsoverschrijdende aanpak verouderde woningen om te ruilen tot nieuwe energiezuinige appartementen. In de marktanalyse wordt een aantal maatschappelijke trends onderzocht die de bestaansrede van het ruilmodel staven alsook wordt onderzocht welk type gezinnen, woningen en locaties in de stad mogelijks in aanmerking komen om dergelijk ruilprincipe rendabel te maken. Vervolgens worden een aantal juridische scenario's uitgewerkt om het ruilprincipe mogelijk te maken alsook wordt er gezocht naar een doorgedreven fiscale optimalisatie. Finaal wordt aan de hand van uitgewerkte projectcasussen de financiële haalbaarheid van het model onderzocht en worden de meest bepalende parameters afgeleid door middel van een sensitiviteitsanalyse. Met dit vastgoedruilmodel hopen de auteurs een antwoord te bieden op de hedendaagse maatschappelijke uitdagingen en tot een win-winsituatie te komen voor particuliere eigenaars en projectontwikkelaars ten einde een nieuwe stedelijk dynamiek op gang te brengen.
Meer lezen

Collectief wonen in Vlaanderen en Brussel

KU Leuven
2015
Ruben
Hoet
Collectief wonen in Vlaanderen en BrusselCollectief wonen is niet populair in België. In 2012 liet onze minister van Ruimtelijke Ordening Philippe Muyters zich nog ontvallen dat hij cohousing een goede vorm van verdichting vindt, “Maar er specifieke zones voor bepalen, zou de vrije keuze beknotten.”Deze uitspraak duidt op twee heersende tendensen.Ten eerste geeft de overheid vooralsnog niet veel blijk van interesse als het over collectief wonen gaat.
Meer lezen

Dirty Antwerp. Re-engineering flows, editing the 20th century belt

KU Leuven
2015
Carmen Maercke
& Caterina Rosso
  • Caterina
    Rosso
Dirty AntwerpA transition to a more qualitative way of life is made possible by technological solutions and behavioural changes, but an effective change is possible only if they are led by a transformation of the physical characteristics of the city through urban design (Frey, 1999).Zoals Hildebrand Frey schrijft in ‘Designing the city: towards a more sustainable form’ (1999) kan de overgang naar een meer kwalitatieve manier van leven mogelijk gemaakt worden door technologie, verandering van gedrag, maar voornamelijk door het ontwerpen van onze stedelijke omgeving.
Meer lezen

Gaza©Jordan: Introduction and exploration of a spatial frame for Gaza camp, its community and context

KU Leuven
2014
Valentine Gruwez, Tom Lanclus,
Jasper Aerts en Charlotte Dhollander
  • Jasper
    Aerts
  • Charlotte
    Dhollander
  • Tom
    Lanclus
DESIGN IN EEN PALESTIJNS VLUCHTELINGENKAMP? We zien het allemaal dagelijks in de media: verwoeste woningen, vernielde steden, doodsbange vluchtelingen, … De laatste maanden laait het Israëlisch-Palestijnse conflict weer in alle felheid op. Een angstaanjagende déjà-vu die de wereld shockeert. Weldra echter, zal ook dit weer oud nieuws zijn en gaat het leven gewoon verder. Helaas, voor de 300.000 nieuwe Palestijnse vluchtelingen is dit geen optie. De problematiek van vluchtelingen, gedwongen hun thuis te verlaten voor een kamp, is er één van alle tijden, op alle continenten.
Meer lezen

Renovaties van sociale hoogbouw in België. Van modernistisch naar hedendaags wooncomfort

Universiteit Gent
2013
Alexandra
Hoet
  Renovaties van sociale hoogbouw in BelgiëVan modernistisch naar hedendaags wooncomfort  Alexandra Hoet     Grote wooneenheden zijn na de tweede wereldoorlog overal in Europa ingezet als strategie om tegemoet te komen aan de grote woningnood. Het nieuwe industriële bouwen kon snel in goede huisvesting voorzien voor grote aantallen. Collectief gebruik van nieuwe technieken konden er bijvoorbeeld voor zorgen dat stromend water en centrale verwarming konden geïntegreerd worden, terwijl dit nog niet rendabel was voor de individuele woningen.
Meer lezen