Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de

Sociaal Werk? - Een filosofische zoektocht naar de (on)mogelijkheid van hedendaagse hulpverlening

VIVES Hogeschool
2016
Jonas
Vanbrabant
In mijn scriptie ga ik uit van 'de mens' in de rol van hulpverlener of -vrager binnen de maatschappelijke context. Ik onderscheid drie mensbeelden; economisch, biologisch en relationeel. De dominantie van de twee eerstgenoemde op de laatste is daarbij een hindernis voor hedendaagse hulpverlening.
Meer lezen

De invloed van persoonlijkheid op de ontwikkeling van kinderen en jongeren met autismespectrumstoornis

Universiteit Gent
2016
Jitske
Clarysse
De samenhang tussen persoonlijkheid en symptomen bij kinderen en jongeren met autismespectrumstoornis werd gemeten aan de hand van vragenlijstonderzoek over een periode van drie jaar.
Meer lezen

Kan men bloemen kweken in de hel? De Belgische kunsthandel tijdens de Eerste Wereldoorlog

KU Leuven
2016
Alexia
Coussement
De studie gaat na hoe de Belgische kunsthandel zich tijdens de Eerste Wereldoorlog handhaafde. De verschillende oorzaken voor de heropleving van de kunsthandel worden hierbij stelselmatig toegelicht.
Meer lezen

Transgender and gender-nonconforming persons and sexual risk: a critical review of 10 years of literature from a feminist intersectional perspective

Universiteit Gent
2016
Judith
Van Schuylenbergh
Seksueel risicogedrag en de prevalentie van HIV en andere SOA blijken zeer hoog te zijn onder transgender en gender-nonconforme personen. Een feministisch perspectief dat focust op intersectionaliteit (kruispuntdenken) wordt gehanteerd om de huidige literatuur rond dit onderwerp kritisch door te lichten. Centraal hierin staan discriminatie en stigmatisering van transpersonen.
Meer lezen

Artikel 60 binnen OCMW Aalst, een goedlopende trein of een bij te sleutelen parcours?!

Odisee
2016
Karolien
Devos
In dit onderzoek werd artikel 60 op mesoniveau, binnen het OCMW van Aalst, onderzocht. Dit met als doel een zo duidelijk mogelijk beeld te krijgen over hoe deze tewerkstelling loopt en waar er eventueel marge is voor verbetering.

Mijn onderzoeksopzet bestond enerzijds uit een interview met de beleidsmensen, met de ambtenaren die verantwoordelijk zijn voor deze sociale tewerkstelling. Anderzijds uit een focusgesprek met ervaringsdeskundigen, met mensen die of een sociale tewerkstelling positief hebben beëindigd of nog steeds aan het werk zijn als artikel 60.

Aan de hand van mijn ervaring en mijn onderzoeksopzet heb ik mijn veranderingsdoelen opgemaakt. Gezien de ervaringsdeskundigen artikel 60 als een positieve ervaring beschouwden denk ik dat men eerst en vooral moet proberen meer tewerkstelling plaatsen te creëren. Meer plaatsen geeft ook meer kansen dus meer kwetsbare mensen die men zo kan helpen naar werkervaring of zelfs naar een doorstroom naar de reguliere arbeidsmarkt. Hiervoor zal de begeleiding anders moeten worden aangepakt en zal ook de bijhorende subsidiëring moeten herbekeken worden. Zowel op mesoniveau binnen het OCMW te Aalst als op macroniveau en dus op Vlaams, gezien dit recent is overgeheveld van Federaal naar Vlaams.

Een tweede veranderingsdoel, wat ik zou willen gerealiseerd zien, is het verbeteren van de sfeer op de werkvloer ten opzichte van de mensen in artikel 60. Het welbevinden op het werk draagt volgens mij ook bij naar enerzijds je goed voelen in je vel maar anderzijds ook het goed presteren op het werk zelf. Voor mensen in sociale tewerkstelling denk ik dat de motivatie om op zoek te gaan naar een job na artikel 60 groter zal zijn als men een positieve ervaring heeft mogen ervaren.

Ook na begeleiding moet volgens mij beter. In het focusgesprek gaf elke deelnemer aan dat men in het spreekwoordelijke zwarte gat valt na artikel 60. Ook hier zouden we door in te zetten op betere, intensievere begeleiding, de doorstroom naar de reguliere markt kunnen bevorderen.

Ik ben dit eerst en vooral juridisch gaan bekijken, wetgeving versus toepassingen die men hanteert in het OCMW te Aalst. Daaruit bleek onder andere dat een flexibel werktraject, bijvoorbeeld deeltijds werken, wettelijk wel kan. Iets wat mogelijk zou moeten zijn voor iedereen in deze hectische maatschappij, zeker voor kwetsbare mensen die geen (groot) sociaal opvangnet hebben. Ook het loon voor de artikels 60 bepaalt men zelf als OCMW. Naar privé werkgevers toe factureert men 740 euro, openbare instanties die mensen tewerk stelt in artikel 60 betalen niets. Ook het feit dat men enkel leefloon gerechtigden in artikel 60 toelaat, is specifiek voor Aalst en zou dus ook anders kunnen. Er is dus een duidelijk verschil tussen wat er wetmatig mag en wat er in Aalst wordt toegepast. De reden hiervoor ligt meestal bij de subsidiëring die men hiervoor krijgt.

In een tweede invalshoek heb ik de psychosociale bril opgezet. Daar bleek, door de analyse van verschillende theorieën met betrekking tot het welbevinden en het hebben van een job, dat er wel effectief gevolgen kunnen zijn door het al dan niet hebben van een job. Zeker naar kwetsbare mensen toe moeten we hiermee rekening houden, zij hebben misschien bepaalde werkattitudes niet meegekregen van thuis. Doordat ze niet aan het werk zijn, worden ze uitgesloten uit de maatschappij. Men verliest zijn status en heeft niet het gevoel ergens bij te horen, ergens deel vanuit te maken. Aan het werk zijn zal hen dus empoweren, zal hun psychosociaal welzijn erop verbeteren.

Een laatste invalshoek is de hulpverlening. Doordat onze maatschappij volop in transitie is, dient de hulpverlening herbekeken te worden. Sleutelwoord bij hulpverlening is empoweren. Niet enkel doen wat wetmatig moet maar mensen helpen hun doelen te laten stellen en deze te verwezenlijken. De houding van de hulpverlener moet op voet van gelijkwaardigheid zijn en met een onvoorwaardelijke positieve houding ten opzichte van de cliënt met als doel zijn eigenwaarde te versterken.

Ik breng aan de hand van mijn onderzoeksopzet en theoretische staving vijf veranderingsstrategieën naar voor. Eerst en vooral moet artikel 60 voor iedereen kunnen en niet enkel voor mensen met een leefloon. Zo sluiten we mensen uit die ook zouden geholpen zijn door op deze manier aan het werk te kunnen. Ik denk bijvoorbeeld van een vrouw op leeftijd die van haar man is gescheiden en jaren voor de kinderen heeft gezorgd. Iemand van een iets oudere leeftijd, met een ‘black hole’ in haar CV van enkele jaren, zal niet makkelijk werk vinden.

Een tweede veranderingsstrategie is de mogelijkheid naar een flexibeler traject. Zeker nu we langer zullen moeten werken, is dit geen overbodige luxe. Zoals we ook in Finland zien, werkt zo’n systeem. Meer en meer mensen nemen ook hier ouderschapsverlof, tijdskrediet of loopbaanonderbreking om voor hun gezin of voor zichzelf te kunnen zorgen. Ook en zelfs vooral kwetsbare mensen die weinig of geen ervaring hebben en vaak niet beschikken over een sociaal opvangnet, zouden dit dus zeker moeten kunnen doen. Meer mensen zullen slagen in hun te presteren dagen in de opgegeven referteperiode en mensen gaan ook meer gemotiveerd zijn aan het werk te blijven in deze drukke geluksmaatschpapij.

Een derde strategie is de begeleiding van de mensen op de werkvloer die met mensen in artikel 60 moeten werken. Het stigmatiseren van deze groep tegen gaan door preventief de mensen op de werkvloer zelf grondig te informeren en hen te duiden wat de intentie is. Zo kunnen we taboes en vooroordelen wegwerken en eventuele pesterijen voorkomen. Een ‘workbuddy’, een gezinswetenschapper die niet alleen de mensen in sociale tewerkstelling maar ook de collega’s hierin begeleidt.

Een vierde strategie is het herbekijken van de kosten die men factureert aan privé firma’s. Zij krijgen een factuur van 740 euro per maand voor een werknemer, openbare instanties en vzw’s niet. Men hanteert dit omdat dit de kost is die het OCMW zelf zou moeten bijleggen, die men dus niet krijgt via subsidieringen. Op macroniveau zouden we dus moeten inzetten in het herbekijken van deze subsidieringen om deze gelijk te stellen. Maar ook OCMW Aalst zou zelf de beslissing kunnen nemen dit niet als grondvoorwaarde te hanteren. Zo creëren we meer tewerkstellingsplaatsen en vergroten we ook de doorstroom.

Een laatste voorstel naar verandering is de betere (na)begeleiding. Mensen in de laatste weken goed toeleiden naar het einde van hun tewerkstelling en al klaarstomen naar solliciteren op de reguliere arbeidsmarkt. Ook een betere samenwerking met onder andere VDAB is opportuun zijn. Ook hier is een rol weggelegd die perfect zou zijn voor een gezinswetenschapper.

Referentielijst:

Adriaens, C. L. (2013). Praktisch handboek voor OCMW-recht. 612 Loopbaan met zorg. (2015). Betekenis van werk. Betekenis van werk.

Tine Van Regenmortel, K. H. (2013. Het concept ‘empowerende academische werkplaats’. Een innovatieve vorm van samenwerken aan werkzame kennis. Tijdschrift voor Welzijnswerk, 36-48 Van Regenmortel, S. (2015, april). Sociaal werk moet anders in de nieuwe samenleving. Entry-media

Vlieger, S. D. (2008, Juni). Schuld en schaamte: een vergelijkende studie tussen werkenden en werklozen. Gent: Universiteit Gent.

Vries, S. D. (2010). Basismethodiek psychosociale hulpverlening. In S. D. Vries, Basismethodiek psychosociale hulpverlening (p. 425). Hoten, Nederland: Bohn Stafleu van Loghum.
Meer lezen

Dringend hulp nodig? Vraag raad aan een toegankelijke en betrouwbare collega!

Universiteit Antwerpen
2016
Hanne
Verbraeken
Literatuur omtrent het leren van werknemers, biedt meer en meer bevestiging voor het feit dat hulpzoekgedrag een positieve invloed kan hebben op de prestaties van werknemers én dat het een sociaal proces is. Verschillende onderzoekers stellen echter dat nog te weinig geweten is over de relationele kenmerken die hulpzoekgedrag faciliteren. Met deze studie dragen we bij tot dit tekort. We onderzoeken immers het effect van een aantal relationele kenmerken op het hulpzoekgedrag van werknemers in hun netwerk. Uit voorgaand onderzoek blijkt dat ‘zicht hebben op kennis van’, ‘vertrouwen hebben in’ en ‘toegang hebben tot’ een mogelijke hulpbieder een positieve invloed hebben op de frequentie van het hulpzoekgedrag. Daarnaast zou het hiërarchische verschil tussen hulpzoeker en –bieder een effect hebben op de hoeveelheid hulpzoekgedrag. Daarenboven suggereert de literatuur om naast de frequentie ook de kwaliteit van de geboden hulp te monitoren. Ook op dit vraagstuk bieden we met deze studie een antwoord. We gaan na of er een positief effect is van de relationele kenmerken op de kwaliteit van de geboden hulp. De methodologie die we hierbij hanteren, is gebaseerd op de principes van de sociale netwerk analyse. We verzamelden sociale netwerk data via vragenlijsten bij 85 zorgverleners van één woonzorgcentrum. We testten de beide modellen vijf keer, op organisatie- en afdelingsniveau. Resultaten tonen aan dat collega’s inderdaad veel hulp vragen aan elkaar, maar niet zomaar bij de eerste de beste. Uit de studie blijkt immers dat de perceptie van de respondenten op ‘vertrouwen hebben in’ en ‘toegang hebben tot’ een mogelijke hulpbieder zowel de frequentie als ook de kwaliteit van het hulpzoekgedrag bevorderen. Hulp van iemand waarvan de respondent ‘weet wat hij weet’ en van iemand in een ‘hogere positie’ levert daarnaast ook meer kwaliteit op. Als werkgever investeren in werkrelaties tussen collega’s blijkt dus de moeite waard.
Meer lezen

Het effect van verkeersintensiteit op sociaal contact in Kessel-Lo, Leuven

KU Leuven
2016
Anton
Esser
De hoeveelheid verkeer die door een woonstraat passeert heeft een invloed op de relaties tussen buren. In straten met verschillende verkeersvolumes werden de relaties tussen buren onderzocht voor een deelgemeente van Leuven, Kessel-Lo.
Meer lezen

Mama, puedes ayudarme con mis tareas? Kan de organisatie Añañau Peruviaanse ouders meer mogelijkheden bieden om de (onderwijs)ontwikkeling van hun kinderen te ondersteunen via sociaal-culturele interventies?

Hogeschool Gent
2016
Hanne
Maenhout
Binnen de organisatie Añañau, een onderwijsproject in Cusco, is er veel sprake van kansarmoede, analfabetisme en anderstaligheid. Hierdoor is het voor de ouders moeilijk om hun kind ten volle te ondersteunen. Na het bekijken van de Peruviaanse context, de gezinssituaties en een aantal theorieën en praktijken, werd een pilootproject opgezet waarbij een aantal gezinnen huiswerkondersteuning kregen. Dit pilootproject wordt uitvoerig beschreven in de bachelorproef, net zoals een grondige evaluatie.
Meer lezen

Vergelijkende studie naar de actieve woordenschat van kinderen van kleuterjuffen en kinderen van niet-leerkrachten

Thomas More Hogeschool
2016
Gitte
Truijen
Tijdens hun opleiding worden kleuterjuffen klaargestoomd om de algemene ontwikkeling van kleuters te bevorderen. Om na te gaan of kleuterjuffen ook de taalontwikkeling van hun eigen kinderen bevorderen, werd een vergelijkende studie uitgevoerd naar de actieve woordenschat van kinderen van kleuterjuffen en de actieve woordenschat van kinderen van niet-leekrachten.
Meer lezen

Georges Lorand (1860-1918): Een transnationale progressieve liberaal.

Vrije Universiteit Brussel
2016
Nathan
Lauwers
Deze 'intellectuele biografie' bestudeert het leven van Georges Lorand, een figuur die iets of wat in de vergetelheid is geraakt. Deze scriptie bestudeert het liberaal progressieve netwerk van Georges Lorand alsook de transnationale netwerken op het einde van de 19de eeuw.
Meer lezen

Adverteren in een wereld met andere spelregels: Een kwalitatieve studie naar de mening van gamers over het gebruik van in-game advertising in fantasy MMORPG’s en hun suggesties om de congruentie ervan te verbeteren

Universiteit Antwerpen
2016
Maarten
Cant
  • Sarah
    Desseyn
Het doel van deze masterscriptie is tweeledig.
Enerzijds gaat deze studie na hoe gamers staan tegenover het gebruik van in-game advertising (IGA) in fantasy MMORPG's. Anderzijds werd ook het belang van congruentie bij de implementatie van IGA onderzocht.

Meer lezen

Praktijkondersteuning bij de aanpak van zwaarlijvigheid: wat diëtisten willen en hoe! Tools bij het draaiboek van Eetexpert vzw voor diëtisten

Thomas More Hogeschool
2016
Karen
Lavrijsen
Diëtisten krijgen tools aangereikt bij het draaiboek van Eetexpert vzw om zwaarlijvigheid aan te pakken conform de gezondheidsvisie waarbij de gewichtsfocus verlaten wordt.
Meer lezen

Welke noden ervaren mantelzorgers in een oncologische palliatieve thuissituatie op sociaal-emotioneel, financieel en psychisch-spiritueel vlak?

Thomas More Hogeschool
2016
Britt
Godts
Mantelzorgers spelen een centrale rol in de zorg voor palliatieve personen. Ze maken het mogelijk dat hun naaste thuis kan overlijden. Niet alleen de zorgvrager, maar ook de mantelzorger heeft noden in deze zorgsituatie. Palliatieve thuiszorg is op verschillende vlakken voor de mantelzorger niet vanzelfsprekend.
Meer lezen

Hoogopgeleide migranten in het volwassenenonderwijs in Vlaanderen en hun inburgeringsproces

Vrije Universiteit Brussel
2016
Emel
Kilic
  • Emel
    Kilic
Dit onderzoek handelt over migratie- en inburgeringsprocessen bij hoogopgeleide migranten. Er wordt daarbij gekeken naar het taalverwervingsproces van het Nederlands bij hoogopgeleiden met een migratieachtergrond die ten minste een bachelordiploma hebben behaald, hun positie en hun slaagkansen in het volwassenenonderwijs en naar het verloop van hun inburgeringsproces.
Meer lezen

De verzwakking van het preteritum in het Nederlands: een diachroon onderzoek

KU Leuven
2016
Isabeau
De Smet
Deze thesis onderzocht hoeveel van de origineel sterke werkwoorden doorheen de geschiedenis van het Nederlands verzwakt zijn en welke factoren daar een invloed op uitoefenden. De verzwakking van de werkwoorden in het Nederlands werd vergeleken met die in het Duits en het Engels.
Meer lezen

Vraaggestuurd werken in de oncologische intramurale zorg. Een haalbare kaart?

Thomas More Hogeschool
2016
Jade
Van Speybroeck
Een zoektocht naar hoe het vraaggestuurde concept is uitgewerkt in de Belgische gezondheidszorg, en meer specifiek de zorg op sociale diensten voor kankerpatiënten.
Meer lezen

De beleving van alcoholgebruik bij 65-plussers: een onderzoek naar mogelijke motieven om hun drinkgedrag te veranderen

Vrije Universiteit Brussel
2016
Lise
Van Mol
Tien 65-plussers spraken over wat hen motiveert én verhindert om te minderen met overmatig alcoholgebruik (minstens 10 standaardglazen alcohol per week).
Meer lezen

Spelend leren in Noorwegen, een vergelijkende studie naar de rol van de kleuterleraar in Noorwegen en Vlaanderen

Arteveldehogeschool Gent
2016
Margaux
Stoffels
  • Lauranse
    Robberecht
  • Julie
    Deman
Op welke manier verschilt de rol van een kleuterleraar bij spelend leren in Noorwegen van Vlaanderen? Begin 2016 kregen wij de kans om naar het prachtige Stavanger in Noorwegen op Erasmus te gaan, waar outdoor education een centrale rol speelt. Al snel merkten we daar grote verschillen met Vlaanderen. De rol van een kleuterleraar in Noorwegen heeft daar een andere invulling en dit wilden wij graag onderzoeken. Een begrip dat we vaak horen in Vlaanderen is “al spelend leren”, tijdens ons verblijf in Noorwegen kreeg dit begrip voor ons een heel andere betekenis. Het leek ons interessant om te onderzoeken waarom dit zo verschillend is in beide landen, omdat ze er allebei op hun eigen manier naar proberen te streven. Op welke manieren doet de kleuterleraar dit en welke impact heeft dit op het spelen en het leren van de kinderen zelf?

Meer lezen

Knibbel knabbel knuisje, wie gebruikt er in jouw huisje? Onderzoek naar de effectiviteit van de MaPa-box in het OCJ Brugge

Arteveldehogeschool Gent
2016
Lieselot
D'Hoop
Een informatief gesprek voeren met een kind is geen makkelijke opgave, zeker niet als dit kind zich bevindt in een verontrustende opvoedingssituatie (VOS). Binnen de Ondersteuningscentra Jeugdzorg (OCJ’s) moeten diverse methodieken soelaas bieden. Helaas is er geen éénduidige werkwijze die voor elke probleemsituatie geschikt is. Het Medisch Sociaal Opvang Centrum (MSOC) Vlaams-Brabant richt zich met de MaPa-box op kinderen met ouderlijk druggebruik. Het betreft hier vooral kinderen van kleuter- en lagere schoolleeftijd. MaPa verwijst naar het onderwerp van de gesprekken met deze doelgroep, namelijk de druggebruikende ‘ma’ en ‘pa’. Hierbij gaat het zowel over alcohol als drugs. Met deze methodiek tracht men beter in te spelen op de belevingswereld van deze kinderen. Ook moet de communicatie vereenvoudigd worden tussen de hulpverlener en het kind. Bovenal kan de box bijdragen tot een concretisering van het druggebruik van de ouders en de gewaarwording hiervan bij hun kinderen. Maar in welke mate is de MaPa-box bruikbaar voor consulenten van het Ondersteuningscentrum Jeugdzorg?
Meer lezen

Verbondenheid - Hoe kunnen we door middel van (multicultureel) materiaal de verbondenheid van de kleuters van Het Moleke met de diverse samenleving verhogen?

VIVES Hogeschool
2016
Liesje
Korthoudt
Wanneer we focussen op de sociaal-culturele diversiteit en willen werken aan de verbondenheid met deze vorm van diversiteit, lijkt dat vooral vanzelfsprekend als ze in grote mate aanwezig is op school en in de omgeving van de school. Maar wat doen we wanneer deze diversiteit niet visueel aanwezig is; wanneer de populatie van de school geen weerspiegeling is van de diverse samenleving? Want dat is het geval in Het Moleke. Ik ging dus op zoek naar een manier om de verbondenheid tussen de kleuters van Het Moleke en de samenleving te versterken ondanks deze moeilijkheid.
Meer lezen

Het effect van de Limburgse studielening: ex-leners bevraagd

UC Leuven-Limburg
Riet-Bensy
Bertels
Het effect van de Limburgse studielening: ex-leners bevraagd.Samenvatting bachelorproef (18/20 – UCLL Hasselt)Kijken naar het effect van een studielening op ex-leners binnen het Contactpunt Limburgse Studieleningen= kijken vanuit verschillende invalshoeken(= theoretische achtergronden kansarmoede en maatschappelijke kwetsbaarheid, het hoger onderwijs en het gelijke kansen-beleid in Vlaanderen,  en de specifieke Limburgse situatie) naar deze ex-leners.Op deze manier vertrekken we vanuit een totaalbeeld voor onze onderzoeksvraag: “welk effect heeft het krijgen van een renteloze studielening op d
Meer lezen

Een preventieve kijk op interlandelijke adoptie, familieversterking in land van oorsprong als duurzaam alternatief

Odisee
2015
Lies
Van Achte
Het einde van interlandelijke adoptie?Investeren in zelfredzaamheid van oorspronkelijke familiesLies Van Achte Mijn bachelorproef  “Een preventieve kijk op interlandelijke adoptie, Familieversterking in land van oorsprong als duurzaam alternatief” is het resultaat van een combinatie van inzichten verworven door vrijwilligerswerk in Afrikaanse landen, de aanvankelijke gedachte om zelf misschien te willen adopteren, inzichten uit de opleiding Gezinswetenschappen en een grote interesse in duurzame ontwikkeling en het belang van het kind.
Meer lezen

Verwikkelde vrouwen. Het tragische vrouwbeeld in het oeuvre van Lars von Trier

Universiteit Antwerpen
2015
Lisa
Deckers
  • Lisa
    Deckers
Verwikkelde vrouwen.
Het tragische vrouwbeeld in het oeuvre van Lars von TrierLisa Deckers In deze masterproef wil Lisa Deckers een nieuw perspectief bieden op het vrouwbeeld in het oeuvre van Lars von Trier. Vanuit de observatie dat er in verscheidene films van von Trier Medea-figuren te zien zijn, kiest de auteur voor de Griekse tragedie als invalshoek, waarbij ze er eveneens terecht op wijst dat dit aspect in het nochtans uitgebreide discours over het werk van deze filmmaker nauwelijks aan bod komt.
Meer lezen

A survey study on perceptions and attitudes of nurses and nursing aides toward mouth and body hygiene for geriatric patients measured with the Personal Hygiene Perceptions and Attitudes Questionnaire (PHPAQ).

KU Leuven
2015
Elise
Janssens
Samen op weg naar betere zorg voor lichaam en mondOpstaan, eten, douchen, tandenpoetsen, haren kammen. Ziet jou dagelijks ochtendritueel er ook ongeveer zo uit? Of neem je liever een bad voor het slapengaan? Aan jou de keuze! Maar stel je eens voor: je wordt wakker gemaakt, je krijgt eten, je wordt gewassen, je tanden worden gepoetst, je haren worden gekamd. Is dit luxe? Neen, dit is het ochtendritueel van een hulpbehoevende bejaarde man of vrouw in het ziekenhuis. En vroeg of laat komen ook wij of één van onze geliefden in deze situatie terecht.
Meer lezen

De 'cyclus van seksueel misbruik' bij geïnterneerden met een verstandelijke beperking: een dossier-analyse binnen werking 'Ontgrendeld' - Centrum OBRA vzw.

Universiteit Gent
2015
Annelien
Genbrugge
 Personen met een beperking: wat maakt een slachtoffer ook dader van seksueel misbruik?  “Ik besef nu dat het niet mijn fout is dat ik als kind misbruikt werd. En dat het dus ook niet de fout is van mijn slachtoffer dat ik haar misbruikt heb.”- participant uit het onderzoek van Ricci en Clayton (2008).Seksualiteit is vandaag de dag een aantrekkelijk en veelbesproken thema. De taboesfeer errond is reeds verlaten, maar het betrekken op personen met een verstandelijke beperking is een onderwerp dat nog vaak ontkent of genegeerd wordt.
Meer lezen

LGBTIQ-rights are human rights: Een toetsing van de Russische antipropagandawetgeving aan het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens

Universiteit Gent
2015
Justine
De Kerf
 Op 29 juni 2013 zette de Russische president Poetin zijn beslissende handtekening onder een nieuwe federale wet waardoor het verboden werd om in het bijzijn van minderjarigen “niet-traditionele relaties” te propageren. Kinderen zouden zowaar het idee kunnen krijgen dat dergelijke relaties sociaal gelijkwaardig zijn aan traditionele relaties. De nieuwe Russische wetgeving kreeg van de internationale media al snel de naam “antihomowet” of “antipropagandawet”.
Meer lezen

Active ageing : op pensioen en ... terug op kot

Arteveldehogeschool Gent
2015
Marijke
Van de Velde
OP PENSIOEN EN … TERUG OP KOTCollectief wonen van ouderen in eigen dorp‘Op kot’ zegt u?Hoe zou ú het vinden om op uw oude dag te kunnen blijven wonen in uw vertrouwde dorp? Stel dat u er samenwoont met enkele leeftijdsgenoten, op uw eigen flat in een gerenoveerd pand. De sfeer is er huiselijk, uw flat is comfortabel en aangepast aan uw noden. Eten doet u op vaste tijdstippen, samen met de andere bewoners. Het menu voor de volgende week bepaalt u op een wekelijks overlegmoment. Daarnaast kiest u zelf hoe u uw dag invult. Wanneer u zin heeft in een praatje, kan u bij elkaar op bezoek.
Meer lezen

Legalisering van draagmoederschap in België op grond van mensenrechtelijke argumenten

KU Leuven
2015
Levi
Sanders
Het huidige draagmoederschapsrecht in België: een kind overboord?Levi Sanders – Student aan de Rechtenfaculteit KULVelen vertelden me dat schrijven over draagmoederschapslegalisering heel interessant is omdat het een actueel onderwerp is. Dat is het eigenlijk niet: al zo’n twintig jaar kent België problemen met het inpassen van draagmoederschap in het recht en komen tragische draagmoederschapsgevallen in de media. Aangezien draagmoederschap nog steeds niet wettelijk geregeld is, moeten de huidige regels ook op draagmoederschapsgevallen toegepast worden.
Meer lezen

LIFTup/LIFToff

KU Leuven
2015
Bieke
Callewier
LIFTUP/LIFTOFF VORMINGSPLATFORMUit noodzaak nadenken over een nieuwe publieke plek in de stad.Het grote probleem van Europa tijdens deze vluchtelingencrisis, is dat ieder land in de EU zijn eigen asielbeleid heeft. Er is geen unaniem akkoord over de kwestie en dat zorgt voor knelpunten. Sommige landen zetten zware grenscontroles in, ondanks het Shengen-akkoord van 1993 dat vrij verkeer van personen in Europa toelaat.
Meer lezen

De Lokale Bescherming van Mensenrechten: het Recht op Onderwijs. Case study: Brugge

Universiteit Gent
2015
Florence
Quairiat
De lokale bescherming van het mensenrecht op onderwijs: hoe beschermt uw stad uw kind?Velen onder ons hebben moeiteloos school gelopen in een middelbare school in eigen stad of gemeente. Maar wat als een bepaald obstakel – sociaal, economisch of zelfs medisch – deze schoolloopbaan bemoeilijkt of verhindert? Welke verplichtingen heeft de stad of gemeente dan om u hierbij te helpen? Welke initiatieven onderneemt de stad zelf om deze problematische situatie op te lossen? Welke (mensen)rechten heeft u in dergelijke situatie en wie kan u helpen deze te verwezenlijken?
Meer lezen