Scriptiebank overzicht

De Vlaamse Scriptiebank is een vrij toegankelijke online databank. Deze bevat alle artikels en full text scripties van deelnemende bachelors en masters aan de

De vergunning van projecten voor hernieuwbare energie: omgevings- en klimaatrecht als elkaars concurrenten?

Universiteit Antwerpen
2025
Thomas
Piot
Deze thesis onderzoekt hoe het omgevingsrecht een hindernis vormt voor de realisatie van windturbineprojecten in Vlaanderen, ondanks de toenemende nood aan hernieuwbare energie. Hoewel het omgevingsrecht oorspronkelijk werd ontworpen ter bescherming van milieu, ruimtelijke kwaliteit en burgerparticipatie, blijkt het in de praktijk vaak een complex en versnipperd geheel van regels te zijn dat windenergieprojecten vertraagt of zelfs verhindert. Via een analyse van concrete vergunningsdossiers en gerechtelijke uitspraken wordt aangetoond dat het huidige juridische kader onvoldoende afgestemd is op de urgentie van de energietransitie.

Lokale weerstand, ingewikkelde procedures en overlappende regelgeving zorgen voor rechtsonzekerheid en tijdverlies. Daarnaast blijkt de Vlaamse decreetgever weinig voortvarend in het nemen van noodzakelijke hervormingen. Ook andere hernieuwbare energieprojecten, zoals zonneparken of waterstofinstallaties, stoten op gelijkaardige juridische knelpunten. De thesis pleit daarom voor een coherenter, efficiënter en meer toekomstgericht vergunningskader dat zowel bescherming biedt als perspectief creëert voor duurzame energie-initiatieven.
Meer lezen

Privaat Domein [Private Property]

LUCA School of Arts
2024
Beppe
Geerts
Privaat Domein verwijst naar een plek waar je je als buitenstaander niet welkom voelt. Ik ervaar het Vlaamse landschap als een gesloten landschap, dit weerspiegelt zich niet alleen in het uitzicht, maar ook in de psyche. Privaat Domein is een onderzoek naar de hedendaagse versie van de middeleeuwse omsloten tuin, Hortus Conclusus, die erg aanwezig is in Vlaanderen. Verder onderzoek ik hoe religie de ruimtelijke inrichting van een plek beïnvloedt. Om dit onderzoek volledig af te ronden, besloot ik negen verschillende kunstenaars, waaronder ikzelf, te interviewen die in hun praktijk rond dit thema werken.
Meer lezen

Rechtszekerheid en Rechtsbescherming bij wijzigend wetgevingsbeleid en wijzigend handhavingsbeleid

Universiteit Hasselt
2024
Carla
Nijssen
De centrale onderzoeksvraag waarop de masterscriptie antwoord zal geven, luidt: “Heeft de GSI de bevoegdheid om subjectieve rechten ontstaan uit een definitieve regularisatievergunning te ontnemen?”

Het ruimtelijk ordeningsrecht is een relatief jong recht en heeft reeds tot vele verzuchtingen geleid. Zo ook voor de bouwheer in de casus waarop deze rechtshistorisch beschrijving geïnspireerd werd.
De aanzet van het onderzoek is de werkwijze van bepaalde ambtenaren uit de handhavend pijler van de ruimtelijke ordening, die nadat een wederrechtelijkheid reeds jaren in rechte werd hersteld, en op basis van een niet meer actuele veroordeling waaraan initieel een dwangsom was verbonden, het probleem opnieuw in het leven roept en om in de opzet te slagen geen juridische kunstgreep schuwt.
Deze problematiek loopt al een twintigtal jaren waarvoor tot vandaag nog steeds geen oplossing is.
De scriptie beschrijft in drie opeenvolgende periodes het ruimtelijk ordeningsrecht. Met name, vanaf het ontstaan van de eerste organieke regelgeving in 1962 tot 1997 in het licht van de zonevreemde woning en de kentering in het handhavingsbeleid. Vervolgens de periode van het nieuwe tijdperk dat moeizaam tot stand komt vanaf 1998 tot begin 2003 in het licht van de regularisatievergunning. Tot slot wordt de gebeurtenis die aanleiding heeft gegeven tot de centrale onderzoeksvraag onderzocht.

De casestudy beoogt deze zeer ernstige problematiek onder de noodzakelijke aandacht te brengen en als draad van Ariadne de eerste aspecten reeds aan te duiden die kunnen leiden naar de oplossing.
Meer lezen

Wonen in de naoorlogse stad

Universiteit Gent
2024
Nienke
Degraeve
Deze masterscriptie onderzoekt de rol van gedeelde ruimte in de leefbaarheid van naoorlogse Weense Gemeindebau, de sociale woningbouw van 1945-1970, in relatie tot de leefbaarheid en duurzaamheid van deze (sociale) woonbuurten. De naoorlogse woonblokken zijn vaak monotoon en beperkt in functie vanwege de beperkte middelen en woningnood na WOII en worden op vele andere plaatsen afgebroken, in Wenen echter niet. Aangezien de gebouwen zelf weinig voorzieningen bieden, zijn nabijgelegen buitenruimtes en sociale voorzieningen essentieel voor de leefbaarheid. Door historische context, stedenbouwkundige planning en drie case studies te analyseren, wordt aangetoond dat aandacht voor stedenbouwkundige en sociale integratie cruciaal is.
Meer lezen

Bridging The Gap Between Urban Planning and Development - Generating Value by Shifting Risk and Reward

Universiteit Gent
2024
Wouter
Coucke
De master thesis onderzoekt de complexe interactie tussen stedenbouwkundigen en projectontwikkelaars bij het vormgeven van de gebouwde omgeving, gekenmerkt door een dynamisch samenspel van visie, onderhandeling en uitvoering tussen deze disciplines. Hoewel zowel ontwikkelaars als stedenbouwkundigen waarde hechten aan professionele samenwerking en erkennen dat dit leidt tot kwalitatief betere projecten en snellere goedkeuringen, wijzen de afgenomen interviews op het bestaan van een grote kloof, gekenmerkt door wederzijds wantrouwen, uiteenlopende doelstellingen en een uiteenlopend discours. Ontwikkelaars geven prioriteit aan winst en rendabiliteit, wat vaak botst met de lange termijnwaarde, de sociale impact en het gemeenschappelijk welzijn, waar stedenbouwkundigen zich op richten. Verschillende opvattingen over eigendomsrechten, een aanvaardbare vergoeding voor de genomen risico's, en verschillende visies omtrent de aanpak van het verdichtingsvraagstuk en de realisatie van betaalbare woningen, verergeren de kloof verder.

Vastgoedontwikkeling is een risicovolle, complexe, multidisciplinaire en kapitaalintensieve onderneming die de interactie en afstemming van verschillende belanghebbenden en een actief risicobeheer vereist. Wanneer risico's correct zijn geïdentificeerd, geanalyseerd en geëvalueerd, kunnen ze worden beheerst door deze te vermijden, te elimineren, te verminderen, te delen, over te dragen en uiteindelijk het restrisico te accepteren. Hoewel risicobeheer een complexe is, is het zeker niet uitsluitend een rationele benadering. Ervaring speelt ook een rol, en de risicoperceptie van ontwikkelaars wordt onder meer beïnvloed door de verwachtingen van consultants, financiële instellingen en investeerders.

Vanuit een stedenbouwkundig perspectief zijn de maatschappelijke risico's breder en de relevante tijdshorizon veel langer dan de doorlooptijd van het ontwikkelingsproces. Het vermogen van een projectontwikkelaar om risico's te delen of zelfs over te dragen aan een andere partij hangt grotendeels af van de professionaliteit en onderhandelingskracht van die andere partij. Hoewel ervaringen met publiek-private samenwerkingen niet eenduidig zijn, bieden ze wel het potentieel om ontwikkelingsrisico's te delen en de nodige publieke capaciteit en competenties op te bouwen om risico's te begrijpen en zelfs te beheren.

Het bereiken van een evenwicht tussen private ambities en maatschappelijke impact is een cruciaal element van stedenbouw en ontwerp. Dit evenwicht wordt vaak aangeduid als de 'kwaliteit' of 'waarde' van het project. Er bestaan echter verschillende waardebegrippen en deze worden in de masterthesis onderzocht. Ruilwaarde verwijst naar de waarde van een goed of dienst in handel, vaak uitgedrukt in geld. De focus op ruilwaarde geeft vaak voorrang aan monetair gewin onder het kapitalisme, waardoor bredere sociale en culturele waarden, die een belangrijke rol spelen in stedelijke ontwikkeling, mogelijks worden verwaarloosd. De conceptie van stedelijke ruimte wordt beïnvloed door dominante visies op sociale en culturele gebruikswaarde en veel minder door persoonlijke emotionele waarden. Het heersende regime, waarvan de stedenbouwkundigen de vertegenwoordigers zijn, controleert de productie van sociale ruimte door middel van de conceptie ervan , en dit kan botsen met de puur economische focus op ruilwaarde, vaak aangenomen door projectontwikkelaars.

Effectieve kwaliteitsborging in ruimtelijke ontwikkeling vereist duidelijke discussies tussen ontwikkelaars en autoriteiten over de onderliggende aannames, ambities en strategieën om een goed projectresultaat te bereiken. Om stedelijke kwaliteit te evalueren, is een genuanceerde en veelzijdige benadering noodzakelijk. Kwaliteitskamers, opgericht in allerlei vormen om projectkwaliteit te evalueren en te waarborgen, missen formele autoriteit en een coherente aanpak, en de toepassing ervan wordt niet dooer iedereen positief beoordeeld. Het is daarom aangewezen om de noodzaak en de werking van deze kwaliteitskamers te evalueren en desnoods te herzien.

De algemene uitkomst van de interviews is een falen van een effectief ruimtelijk beleid in Vlaanderen. De centrale Vlaamse overheid wordt als zwak en afwezig beschouwd, terwijl kleinere lokale overheden onderbemand en niet toegerust zijn om complexe vergunningsaanvragen aan te pakken. De 'laissez-faire'-aanpak kan historisch worden gesitueerd, maar heeft geleid tot een ongekende verstedelijking, aangejaagd door kansen voor grondeigenaren om speculatieve waarde te creëren en te behouden door het verkrijgen van vergunningen. Dit gedrag wordt vaak toegeschreven aan projectontwikkelaars, maar hun werkterrein is verschoven naar de herontwikkeling van bestaande locaties en gebouwen.

Het debat over ruimtelijke ordening richt zich hoofdzakelijk op het verlenen van vergunningen, met een zeer sterke nadruk op formaliteiten. Het vergunningsproces is ook overmatig gereguleerd en de nadruk op juridische formaliteiten heeft geleid tot een verlies aan strategische visie, terwijl belangrijke planningsuitdagingen blijven bestaan. Het ontbreken van duidelijke ontwikkelingskaders creëert bovendien onzekerheid, wat efficiënte en innovatieve stedelijke ontwikkeling belemmert.

De Vlaamse overheid moet opnieuw de controle verwerven over planning en programmering door middel van een synergetische aanpak aan te nemen waarbij beslissingen meer centraal worden genomen en middelen worden gebundeld, en waarbij stedelijke ontwikkelingskaders op subregionaal niveau worden vastgelegd. Zodra het ontwikkelingskader is bepaald, is het een stevig werkinstrument voor zowel stedenbouwkundigen als ontwikkelaars. De betrokkenheid van provincies op dit tussenniveau, of een andere subregionale instantie, moet verder worden onderzocht. Bovendien moeten een aantal dubbelzinnige ruimtelijke concepten worden herzien door ze te beoordelen vanuit hun collectieve gebruikswaarde en de grenzen met puur emotionele waarde, zodat ze bruikbare concepten worden in plannings- en vergunningsprocedures.

De vergunningsprocedure dient grondig herzien te worden, onder andere om de mogelijkheden van lichtvaardige beroepen op basis van persoonlijke emotionele waarden of zakelijke motieven te beperken, en om de mogelijkheid om de hele vergunningsbeoordeling compleet over te doen in de adminsitratieve beroepsprocedure, zonder daarmee rekening te houden met voorafgaande afspraken en overwegingen, af te schaffen. De rol en reikwijdte van de zogenaamde Kwaliteitskamers moet worden gestructureerd en geïntegreerd in het vergunningsproces, o.a. door de mogelijkheden van ontwikkelingskosten en ontwikkelingsakkoorden uit te breiden. Een fundamentele vraag in dit alles is wat de rol van de stedenbouwkundige in dit alles is.

Tenslotte heeft de analyse van de case study aangetoond dat Upgrade Estate in staat is relaties op te bouwen met zijn stakeholders en een product te ontwikkelen dat voldoet aan de behoeften van zijn huurders en investeerders, gebaseerd op grondig marktonderzoek. De behoefte aan het product, de marketingaanpak en, tot op zekere hoogte, de architecturale vorm van de Loop 5-gebouwen creëren een gevoel van collectiviteit dat Upgrade Estate in staat stelt zijn operatie te financieren op basis van naamsbekendheid en reputatie, wat het resultaat is van een zeer sterke relatie met zijn investeerders, een stabiel maar relatief laag financieel rendement, het nemen van sociale en maatschappelijke verantwoordelijkheid, een uitstekende corporate marketingmachine en een bewezen staat van dienst. De financiering van het project gebeurt via een innovatief financieringssysteem dat aan de aandacht van de de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) ontsnapt lijkt te zijn. Om de risico's voor de eindinvesteerders te beperken, zou de FSMA dit soort structuren dringend moeten herzien, met name met betrekking tot deugdelijk bestuur, marktconforme waardering en transparantie.
Meer lezen

Het woonideaal van jongeren anno 2023

Universiteit Hasselt
2023
Marie-Katrien
Driesen
'Wonen' heeft een grote invloed op ons klimaat. De scriptie omvat een analyse bij Limburgse scholieren over hun huidige en wenselijke woonsituatie.
Meer lezen

Rêve de la nage métropolitaine

Universiteit Gent
2023
Nicolas
De Wispelaere
Winnaar Vlaamse Scriptieprijs
Ontwerpvoorstellen voor nieuwe openbare zwembaden in Brussel, vertrekkend vanuit een stedenbouwkundige en historische beschouwing van openbare zwembaden in Parijs.
Meer lezen

Automatische toetsing van bouwmodellen aan normering met behulp van Linked Data

Universiteit Gent
2022
Emma
Nuyts
Deze scriptie ontwikkelde een methode om feedback te geven op de toegankelijkheid van gebouwprojecten.
Meer lezen

A Homeless Atlas - Shelter as a Hidden Housing Typology in New York City

KU Leuven
2022
Sophie
Demeestere
Het doel van deze scriptie is om de complexiteit en systematische structuur van een verborgen type huisvesting in het complexe stadslandschap van New York City bloot te leggen.
 
Deze studie is ontwikkeld als een grafische atlas om te laten zien hoe een verborgen daklozeninfrastructuur is ingekapseld in de ruimtelijke anatomie van New York City.
 
De grafische atlas illustreert zowel historische als huidige lagen van deze infrastructuur om aan te tonen hoe de opvang van daklozen verankerd is in de geschiedenis van de stad, hoe deze zich in de loop der tijd heeft ontwikkeld en hoe deze heeft gereageerd op de COVID-19 pandemie.
 
New York, als één van de meest ongelijke en gesegregeerde metropolitane gebieden van het Westen, geeft een unieke inkijk in de daklozenproblematiek als een pertinente uitdaging voor steden wereldwijd.
 
Nu ook in Vlaanderen de ene crisis de andere opvolgt, en sociale ongelijkheid elke dag verder de pan uit swingt, is deze scriptie ook een parabel voor de gevolgen van toenemende neoliberalisering en sociale verloedering in de eigen nabije omgeving.
 
Het is dan ook een appèl aan de architectuur en stedenbouw om (opnieuw) een voortrekkersrol op te nemen in het debat rond huisvesting en mensenrechten in het algemeen.
Meer lezen

Urban tactics voor fietsmobiliteit in Paramaribo

Universiteit Antwerpen
2022
Sam
Rymenants
  • Marlies
    Struyf
Actie op korte termijn voor verandering op lange termijn. Door middel van urban tactics wordt onderzocht hoe fietsmobiliteit in Paramaribo gestimuleerd kan worden.
Meer lezen

Ruimtelijke ingrepen voor de reductie van luchtvervuiling en blootstelling in street canyons: case study Belgiëlei

Universiteit Antwerpen
2022
Laura
Adams
Genomineerde longlist mtech+prijs
Verschillende ruimtelijke ingrepen, welke inzetten op de verbetering van de luchtkwaliteit en de vermindering van blootstelling aan polluenten in street canyons, worden allereerst gebundeld binnen een overzichtelijke toolbox. Vervolgens worden deze tools via ontwerpend onderzoek toegepast op een representatieve case, de Belgiëlei, waarbij scenario's inzetten op pollutie captatie, -ventilatie, blootstellings-reductie en haalbaarheid. De toolbox en de scenario's vormen een eerste belangrijke stap richting de meer praktische aanpak van street canyons.
Meer lezen

Kerk&* : De herwaardering van de Sint-Ritakerk

KU Leuven
2021
Quinten
Malfait
De projectnota is opgesteld in het kader van de masterproef OMG! Van God Los en bundelt het onderzoekend en ontwerpend werk, opgebouwd uit drie blokken, opeenvolgend onderzoek, scenario’s en ontwerp. De masterproef spitst zich toe op het relevant en hedendaags vraagstuk rond de herbestemming van het kerkelijk erfgoed in Vlaanderen. Door de groeiende secularisering lopen de kerken, vaak gelegen in het centrum van een wijk of dorp, stilaan leeg. Toch zien architecten, stedenbouwkundigen en erfgoedspecialisten verschillende opportuniteiten ontstaan voor de gebouwen omwille van hun specifieke typologie, strategische ligging en publieke schaal. De casestudies richten zich specifiek toe op kerken gebouwd na de Tweede Wereldoorlog. De modernistische architectuur zowel in plan als opbouw verschilt fenomenaal van de kerken gebouwd voor de oorlog.
De vooropgestelde case van deze nota is de Sint-Ritakerk in Harelbeke van de Belgische architect Léon Stynen. De kerk staat als een losstaand sculpturaal artefact in een generische Vlaamse context. “Dit is een tent waar men God vindt”, concludeerde de pastoor bij de inwijding in 1966. De architectuur is een zoektocht naar de essentie van deze typologie waarin de sacraliteit wordt uitgedrukt in de piramidale oervorm en puurheid tussen het materiaal en structuur. Sinds 2016 is de kerk een beschermd monument.
De aanwezigheid van de Sint-Ritakerk laat zich gelden in de ruimte waarmee dit heilige object een spanningsveld creëert als monument op zijn omgeving. Hierom luidt de onderzoeksvraag als volgt: “Wat is de impact van een ‘beschermd monument’ op zijn omgeving op korte en lange termijn?”. De Sint-Ritakerk wordt hiermee niet enkel een ‘heilige’ plek voor christenen, maar ook voor architecten en erfgoedspecialisten.
Het uitgewerkte scenario is een masterplan dat de zones en perimeters die voortkomen uit de gedefinieerde spanningsvelden eerst gaat optekenen om ze vervolgens te gaan herformuleren in een groter netwerk. De intentie is om de kerk van zijn banale omgeving te onttrekken en hem een centrale rol als monument en kerk te geven in de nieuwe gecontroleerde stedelijke ruimte waar zowel de lokale als de globale actoren in en rond de kerk samenkomen. Het web van de kerk biedt zo een omkadering op uiteenlopende schaalniveaus dat de impact van de Sint-Ritakerk op zijn omgeving op korte en lange termijn kan meten.
Meer lezen

De Betonstop: een journalistiek onderzoek naar een onhaalbaar beleid

Vrije Universiteit Brussel
2021
Mathijs
Minten
  • Annabel
    Meuleman
Betonstop
Meer lezen

Diplomatieke huisvesting in Brussel in de negentiende en vroege twintigste eeuw

KU Leuven
2021
Mathilde
Brogniet
Masterproef over het ontstaan en de evolutie van de diplomatieke huisvesting in Brussel tijdens de negentiende en vroege twintigste eeuw. De scriptie wordt rijkelijk geïllustreerd met zelfgemaakt kaartmateriaal.
Meer lezen

De post-covid-19 stad: de huisvestingscrisis vanuit een nieuw perspectief

Universiteit Gent
2021
Katia
Roslevitch
De coronacrisis heeft de sluimerende huisvestingscrisis scherper gesteld. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat betaalbaar wonen gegarandeerd blijft en waar liggen de knelpunten de dag van vandaag?
Meer lezen

RE-MAT(CH!): ontwerponderzoek naar contextgebonden circulariteit in Leuven-Noord

KU Leuven
2021
Louise-Marie
Molderez
Deze thesis onderzoekt hoe Leuven-Noord circulair kan
transformeren en introduceert een reeks strategieën voor circulaire stedenbouw. De thesis stelt een gefaseerde transformatie van Leuven-Noord voor waarin het herstel van het landschap voorop staat, circulariteit wordt geactiveerd vanuit de context en lokale materialen nieuwe levens krijgen.
Meer lezen

Vi Krever Ett Hjem

KU Leuven
2020
Thibaut
Van der Beken
Omwille van Europa’s duurste huur- en aankoopmarkt staat het Noors-bebouwde landschap onder grote druk. Het eigendomsbeleid van Gerhardsen na WOII zorgde voor een alomvattende, maar gezonde suburbanisatie die tot op vandaag 80% van de bestaande woonentiteiten omvat. Vandaag staat echter een inflexibele politieke cultuur het sociaaldemocratisch gedachtengoed in de weg om adequate stedenbouwkundige ingrepen in de verschillende Kommune’s (~semi- autonome provincies) op te bouwen.
Meer lezen

Diversity in social housing: a comparative research into new design strategies for collective spaces in post-war modernist social housing projects (Ghent, Watersportbaan and Milan, Gratosoglio)

Universiteit Gent
2020
Fien
Bourgeois
Collectiviteit in modernistische sociale hoogbouw projecten. Het ontwerp van de collectieve voorzieningen, de implementatie en de realiteit vandaag. Nieuwe ontwerpstrategieën toegepast op twee case studies: Gratosoglio in Milaan en de Watersportbaan in Gent.
Meer lezen

International Studio Territories in Transition: Ilha do Joaneiro; From living in the grey, to living in colour.

Universiteit Antwerpen
2020
Michelle
Vennekens
Dit onderzoek richt zich op de studie van de transformaties die plaatsvinden in de favela Ilha do Joaneiro in Recife, Brazilië. Ze zoekt naar mogelijke strategieën en mechanismes voor een socio-ecologische ontwikkeling. Dit onderzoek verdiept zich voornamelijk in de levendige Rua Nova, de centrale straat, waar transformaties een groot impact hebben op de leefomstandigheden van de gehele gemeenschap.
Meer lezen

Een alternatief Brugge

Hogeschool West-Vlaanderen
2020
Matthew
Verslype
Welk effect heeft de strenge stedenbouwkundige regelgeving van Brugge op het uitzicht van de stad en hoe zou Brugge er uitzien als deze regels niet zo strikt werden toegepast?
Meer lezen

Realia in Hella S. Haases Oeroeg - Een onderzoek naar vertaalstrategieën in de Duitse en Poolse versie van de roman

KU Leuven
2020
Karolina
Kwapisiewicz
De novelle Oeroeg van Hella S. Haasse telt vele realia of cultuurgebonden termen. In deze meesterproef worden de vertaalstrategieën in twee Duitse en één Poolse vertaling geanalyseerd.
Meer lezen

Kleine verbindingen - een open visie voor Borgerhout intra muros

Universiteit Antwerpen
2020
Kate, Pieterjan
Kerkhofs, Maes
‘Kleine verbindingen’ toont een strategie als antwoord op ruimtelijke, sociaal-economische en ecologische uitdagingen van de stad in de 21ste eeuw. Om een potentiële postcorona stadsvlucht tegen te gaan, is het cruciaal om aan te tonen dat meer kwalitatieve open ruimte kan samengaan met de verdichting van de stads- en dorpskernen. Het onderzoeksgebied bevindt zich in het dense Borgerhout intra muros (Antwerpen).
Meer lezen

Phyllosphere bacteria: potential for degradation of indoor air pollutants and impact on the human immune response to air pollutants

Universiteit Antwerpen
2019
Max
Dekeukeleire
Onze blootstelling aan vervuilende stoffen wordt voor een groot deel bepaald door het binnenmilieu, welke 2 tot 5 keer meer vervuild kan zijn ten opzichte van de lucht gevonden in de buitenlucht. Deze masterthesis onderzocht in welke mate plant-geassocieerde bacteriën in staat zijn om typische binnenlucht polluenten, met name vluchtige organische stoffen, af te breken of om te vormen tot een minder of niet toxische vorm.
Meer lezen

Bindweefsel. Ruimte voor verbinding tussen de ingesnoerde vallei en de micropolitane rand.

KU Leuven
2019
Lore
Hoppenbrouwers
Een ontwerpend onderzoek over de transformatie van een stedelijke rand aan een ecologische structuur. Op verschillende schalen wordt de ruimtelijke relatie tussen menselijke weefsels en een riviervallei bestudeerd en in vraag gesteld.
Meer lezen

Het kantoorinterieur volgens architect Léon Stynen

KU Leuven
2019
Anoek
Beckers
Deze masterproef belicht hoe de Belgische architect Léon Stynen mee vormgaf aan niet alleen de architecturale verschijning van het kantoorgebouw, maar ook aan de nieuwe werkplekken die hierin werden ingericht.
Meer lezen

Buurtgericht samenleven in een gemeenschappelijke wooncultuur

Universiteit Hasselt
2019
Kristien
Michiels
In deze masterscriptie wordt er gezocht naar een manier om gemeenschappelijke woonvormen zodanig in te passen in de huidige individualistische wooncultuur dat ze een sociale meerwaarde bieden binnen een stedelijke omgeving. Gemeenschappelijke woonvormen zijn namelijk bekend om hun sociale meerwaarde binnen de projectgrenzen, maar hoe kunnen gemeenschappelijke woonprojecten een meerwaarde bieden voor de bredere omgeving en op deze manier een ware trendbreuk realiseren?
Meer lezen

Chicago - City of Doubles

KU Leuven
2019
Hannah
Vannut
Een studie over hoe industrie een terugkeer zal maken naar de hedendaagse steden van vandaag door middel van architectuur.
Meer lezen

Dorpstedelijkheid: op zoek naar duurzaam, landelijk wonen

Universiteit Antwerpen
2019
Arne
De Backer
  • Louise
    Boone
Deze masterproef architectuur is een ontwerpend onderzoek rond het thema 'dorpstedelijkheid'. Een academisch onderbouwd concept wordt tekstueel en visueel toegepast in verschillende contexten in Vlaanderen. Het resultaat is een haalbaar ideaalbeeld dat het evenwicht houdt tussen identiteit en innovatie.
Meer lezen

Building an affordable housing stock in a city in transition: An analysis of a national housing scheme in Nagpur, India

Universiteit Gent
2019
Joost
Herrebout
De scriptie onderzoekt het implementatieproces van het Pradhan Mantri Awas Yojana (PMAY) programma, het meest recente sociaal huisvestingsprogramma van India. Aan de hand van veldonderzoek in Nagpur, ontrafelt het werk de lagen van een ingewikkelde bureaucratie tot op het niveau van de stedelijke armen, de doelgroep van het programma. Vanuit hun perspectief gaat het onderzoek op zoek naar de rol van de architectuur en stedenbouw in deze belangrijke probleemstelling.
Meer lezen

The use of virtual reality in urban planning - Review paper on the (dis)advantages and a new perspective for future research

Universiteit Antwerpen
2019
Anke
Van Dessel
Onderzoek naar het gebruik van virtual reality binnen het domein van de ruimtelijke planning. Wat is de huidige stand met alle voor- en nadelen en waar zitten de hiaten in het huidige wetenschappelijk onderzoek naar dit onderwerp?
Meer lezen